112
Erratum
Erratum bij: Wim Knoops, Enige getalsmatige gegevens over de Goudse bevolking
in de Patriottentijd (1780-1787), in: De Schatkamer 2006-2, p. 44
[-.]
25 WK: De Franse tekst heeft hier 'billetter' biljetteren of, anders gezegd, etiketteren of re
serveren. Billetteren of biljetteren is een militaire uitdrukking uit die tijd, die inhoudt: een
schriftelijke (een geschreven of gedrukte) aankondiging dat er op dat specifieke adres militai
ren ondergebracht zullen worden, een aankondiging dus van inkwartiering. Met het aanplak
ken van die biljetten werd zo'n pand daarvoor gereserveerd. Vrij vertaald staat er dus te lezen
dat men de huizen niet alleen plunderde, maar tegelijk, door het etiketteren met biljetten,
reserveerde voor inkwartiering van soldaten.
- Schama, S.z Patriotten en bevrijders. Revolutie in de Noordelijke Nederlanden
1780 -1813 (Amsterdam 1989)
- Smit, J. ed, Een regentendagboek uit de achttiende eeuw (Gouda 1957)
- Sutherland, D.M.G., France 1789-1815. Revolution and Counterrevolution (London
1985)
- Theeuwen, P.J.H.M., Pieter't Hoen en de Post van den Neder-Rhijn 1781-1787
(Hilversum 2002)
- Vader/andsche Historic, vervattende de geschiedenis der Vereenigde Nederlanden
ten vervolge van Wagenaars Vader/andsche Historie, delen 1-46 (Amsterdam
1788-1811)
- Wit, C.H.E. de, De strijd tussen aristocratie en democratie in Nederland 1780-
1848. Kritisch onderzoek van een beeld en herwaardering van een periode (Heerlen
1965)
- Wit, C.H.E. de, De Nederlandse revolutie van de achttiende eeuw, 1780-1787. Oli
garchie en proletariaat (Oirsbeek 1974)
- Wijbenga, D., Delft: een verhaal van de stad en haar bewoners. Deel III: van
1700 tot het jaar 1795 (Rijswijk 1993)
- Zwitzer, H.L. ed., Joan Derk van der Capellen. Aan het volk van Nederland. Het
patriottisch program uit 1781 (Amsterdam 1987)
De volgende dag begonnen de Pruisen, begeleid door de plunderaars, de huizen en
winkels te plunderen en horloges en zilverwerk buit te maken, zoveel als zij konden.
Men biljetteerde zich bij de patriotten,25 zelfs in de huizen van hen die afwezig wa
ren, en zij namen zoveel buit mee, dat zij meer dan acht gulden voor een dukaat
gaven, en geen zilvergeld meer wilden aannemen.
