60
Toch is het De Jong in zijn studie over de elite van Gouda in de 18e eeuw gelukt om
de globale titelbeschrijvingen in 13 groepen te verdelen. Hij kon beschikken over een
brede boekenkennis in de onderzoeksgroep én in zijn naaste familie.7 Met deze
indeling kon hij vervolgens het boekenbezit van een achttal Goudse bibliotheken
vergelijken.
Wij kunnen ons nu tot één bibliotheek beperken en willen daar verder gaan en de
betreffende uitgaven ook terugvinden en volledig beschrijven. Het is inmiddels ook
twintig jaar later en er zijn meer en snellere zoekmogelijkheden beschikbaar door on
line catalogi van bibliotheken, archieven en antiquariaten. Het is uiteindelijk gelukt om
van de 719 titels er 676 met redelijke zekerheid te identificeren. Door onze zoektocht
te beperken tot vóór 1756 (het jaar dat Suys overleed) en door rekening te houden
met het formaat, vonden wij vaak een 'passende' editie. Ook voor de doublures met
ander formaat konden waarschijnlijke uitgaven worden gevonden.
Soms werd een titel 'per ongeluk' gevonden bij het doorlopen van de resultaten van
een andere zoekaktie. Als voorbeeld kan het boek Over het cureren van paarden
worden genoemd, dat met gericht onderzoek niet werd gevonden, maar uiteindelijk
toch opdook als bijgevoegd aan een uitgave van Cluyt: Van de byen, hare
wonderiicke oorspronc (Amsterdam 1705) als Een Paardeboecxken, mitsgaders hoe
men beesten, als koeyen en anderecureren sat.
Eenmaal gelokaliseerd in een catalogus is het verschil met de beknopte informatie
in de oorspronkelijke boekenlijst groot. Het zal niet verbazen dat de toewijzing van
enkele door De Jong c.s. ingedeelde boeken moest worden aangepast, maar dat
doet nauwelijks af aan het belang van zijn vergelijkend overzicht. Wij hebben de
oorspronkelijke indeling van De Jong ook zoveel mogelijk gehandhaafd, om
aansluiting bij zijn analyse te behouden. In de tabel op pagina 61 zijn de resultaten
van onze zoektocht samengevat; ter vergelijking is de toewijzing van De Jong
opgenomen.
Mevr. J. de Kruif heeft in haar onderzoek van de leescultuur in Den Haag een
rangorde van populaire schrijvers in de 18e eeuw samengesteld.8 In de eerste helft
van de eeuw staan Jacob Cats, Hugo de Groot, Emmanuel van Meeteren en
Zacharias Ursinus bovenaan. Zij worden gevolgd door P.C. Hooft, Simon van
Leeuwen en Flavius Josephus.
In de bibliotheek van Suys vinden wij uiteraard een aantal van deze Haagse toppers
terug, maar in een andere volgorde en in ander gezelschap. De rechtskundige
Simon van Leeuwen staat bovenaan met 16 boeken, van Bynkershoek met 10;
Cicero, Farinacius en Voet met 7; Hugo de Groot, Huber, van Leeuwaarden en
Ridderus met 6; Dapper, Justinianus en Noodt met 5; Alkemade, Cats, Erasmus en
Vondel met 4, Aller, Groenwegen, Juvenalis, Oudenhoven, Outrein, Plinius
Terentius met 3; Flavius Josephus, Macchiavelli en vele anderen met 2.
7 Onze dank voor het beschikbaar stellen van die analyse.
81 de Kruif: Liefhebbers en gewoontelezers. Leescultuur in Den Haag in de achttiende eeuw,
Zutphen 1999