Bijlage
Archief
32
Verslag uit het kerkblad van de Hervormde gemeente
Gouda van 25 juni 1920
HERVORMDE 8EMEEITI
GOUDA
Donderdagmiddag is voor een aantal genodigden het
nieuwe glas onthuld, door het atelier Schouten te Delft
opgeleverd aan de schenkers en officieel door de laats
tee overgedragen aan de zorg van HH kerkvoogden. De
heer N.F. Cam bier van Nooten als (scheidend) voorzitter
van dit college bracht in welgekozen woorden warme dank aan de schenkers voor
deze vorstelijke gift, na vooraf de wordingsgeschiedenis van dit nieuwe glas te heb
ben gereleveerd, waarin vooral de namen van Martens, Nederhorst en Schouten
met grote piëteit werden genoemd.
De heer Veldhuis als ontwerper gaf een explicatie, vooral welke motieven hebben
geleid tot juist dit onderwerp (de wederopbouw van de tempel te Jeruzalem), waar
na de heer Schouten, op wiens atelier dit glas mede geheel is ontworpen en uitge
voerd, het volgende onder woorden bracht: 'Naar aanleiding van deze laatste me
dedeling mijnheer de voorzitter stel ik het op de hoogste prijs, van deze plaats te
mogen getuigen hoeveel wij, mijn atelier en ik verplicht zijn aan de mannen en
vrouwen wier namen in zulk een bescheiden, eenvoudige vorm zijn vermeld in de
twaalf ondervakken van dit glas. Zij hebben krachtig medegewerkt aan de instand
houding van dit schone kerkgebouw en zijn terecht zo wijd vermaarde glazen. Zij
hebben daardoor aan allen die in mijn atelier hebben medegewerkt aan de herstel
ling van de oude glazen een leerschool geschonken waarvan ik de betekenis voor
ons aller vorming en ontwikkeling nooit hoog genoeg zal kunnen schatten, maar
ook waarderen. Door hunne medewerking hebben zij ons in een langdurig en innig
contact gebracht met deze nooit overtroffen kunstwerken. En wanneer wij beden
ken, dat ieder kunstwerk een bron van energie is, dat van ieder kunstwerk voortdu
rende emotie uitgaat, d. w.z. het vermogen om nieuwe kunst voort te brengen, dat
ieder kunstwerk dit vermogen behoudt in iedere fase van zijn bestaan, dat het
daarom van het hoogste belang is om kunstwerken in stand te houden, dan kunt u
allen begrijpen hoe zeer mijn hart met dankbaarheid is vervuld jegens hen die ons
daartoe in staat hebben gesteld.
Wij hebben van de makers van deze beroemde glazen kunnen leren hoe groot hun
technisch kunnen is geweest, maar ook met welk een hoge ernst en grote liefde zij
hun werken tot stand hebben gebracht. Van hetgeen wij zelf en met elkander tot
stand brengen kunnen wij nooit de volle betekenis overzien, dat moeten wij overla
ten aan de generaties die na ons komen en direct de plaats zullen aanwijzen die het
in waarheid toekomt, ontdaan van alle invloeden die er nu nog op inwerken. En
mocht er dan iets van het hoge kunnen, van die grote liefde en hoge ernst, iets van
die heilzame invloed in ons werk terug te vinden zijn, dan zal dat voor een belang
rijk deel te danken zijn aan het heerlijk en sympathiek enthousiasme van de man
nen en vrouwen, wier namen in dit nieuwe glas zijn vermeld.