22
Om half drie in den agtermiddag was het magistraat. Het gemeene volkie quam in
meenigte na 't stadhuijs. Daar wierde eijssche gedaan dat den gevange moest wor
de losgelaate, alsook nog een die deeze middag met adsistentie van de militaare is
op de poort gebragt, welke eijsch van de magistraat wierd ingewilligt. Het gerecht
ging na de gevangepoort en laten den gevange los. De heer burgermeester dr. Al
bert Verrijst gaf aan den gevange nog een drink penninge om [16r] na huijs te
gaan, zo dat om 5 uure de gevange wierde losgelaate onder een ijselijk leevee en
geschreeuw van: Hoezee, Oranie boove en vervolgens in triumph thuijs gebragt,
dat niet wijnig den moed deedt aanwakkeren om meerder ongereegeldheede te
pleege.
Intusschen dat de gevangene wierde losgelate quam den gemelde heer notaris W:
van der Wagt met zijn familie klerk op den Tiendeweg om na zijn tuijn te gaan,
leggende in de Bagijnenkade, en werd daar in 't voorbij passeere door het aldaar
saamgerot gemeen uijtgescholde tot buijte de Tiendewegspoort, alwaar den gemel
de heer en gezelschap door het gemeen werd aangevalle. De clerk had de onvoor-
sigtigheid om uijt de zak te hale een kleijn sakpistooltje en het weg te werpe, dog
egter op de Fluwelensingel in 't gras van 't gemeen wierd opgesogt, daardoor de
woede veel heeviger werd.
Het gemeen, hun quaadaardig voorneeme niet ten uijtvoer kunnende brenge,
gooijje eenige steene in de glase om aan den gang te raake. Ook wierde er nog
eennige ruijte aan stuk gesmeete bij de heer Wobma,47 egter werd het een en an
der heel spoedig door het patrouilleere van de militare gestuijt en alles weder in stil
te geraakte, tot zondagavond den 14 julij als in zeeker huijs in den Lange Willem-
steeg een bruijlof wierd gehoude daar ruusie ontstaat.
Een Schoonhovenaar genaamt Hartman,48 woonende op den hoek van gemelde
steeg op den Raam, uijt vrees omdat [15v] gemelde Hartman een patriot was, de
glase zoude worde ingesmeete, ofte andere onaangenaamheede door de in questie
zijnde bruijlofgaste zoude worde aangedaan, loop in haas na den heer bailliuw
Frangois van Harencarspel Decker en versoekt om adsistentie. Den bailliuw, bij de
hand zijnde, gaat zelf met de dienaars van de justitie na den gemelde steeg om de
attroupeeringe te belette en 't volk weg te drijve. Een die zich onwillig toonde om
van de straat te gaan, werd door de dienders gegreepe en op den gevangepoort
gebragt. Het gemeen hierover raakte weeder aan 't mokke, dat den volgende dag,
maandag den 15 julij, op den middag, in een woede uijtbarst. De heer JJ. van
Weede49 wierd door den gemelde P. Smaaling om 1 uure op de Markt allerbrutaalst
bejeegent en veel insolentie aangedaan, zodat gemelde JJ. van Weede zich ad-
dresseerde bij de stedehouder. Intusschen raakte den gemelde Piet Smaaling van
de Markt en deeze saak was van geen verder gevolg.
47 Samuel Gideon Wobma, in de vroedschap sinds 1784
48 Deze persoon zou kunnen zijn Jacobus Hartman, geen lid van de Patriottische Sociëteit, maar wel
van het vrijkorps. Dit is niet geheel met zekerheid te zeggen, want de bron noemt geen voornaam,
alleen de achternaam.
49 Jacob Justus van Weede, een fabriqueur, en lid van de voormalige Patriottische Sociëteit