De 'schutters-oorkonde' na de Zoen van Delft 60 Filips van Bourgondië had enkele decennia later sowieso geen probleem meer met de door Jacoba verleende voorrechten. Uit het jaar 1456 stamt namelijk een oor konde die refereert aan Jacoba's gift aan de schutterij van 1428. Hiervan staat ver meld: "Akte waarbij Filips van Bourgondië de beloning van de voetboogschutters verhoogt, 1456. -- 1 charter."44 Wat was er namelijk gebeurd? Gouda had het op een gegeven moment noodzake lijk gevonden dat er meer schutters zouden komen, honderd in plaats van tachtig, ter verdediging van de stad. Daarom vroeg het stadsbestuur Filips nu om de uitke ring aan de schutterij dienovereenkomstig te verhogen. Uit de oorkonde blijkt dat Filips de argumentatie voor de verhoging van het aantal voetboogschutters accep teerde, en de uitkering van tachtig reigers, die blijkbaar nog steeds gold, verhoogde naar honderd. Op 3 augustus 1428 beloofde Filips de Goede bij zijn aantreden als landsheer dat hij alle privileges die Gouda heeft gekregen van de graven van Holland tot en met Wil lem VI, zou respecteren.40 Het valt op dat voorrechten die Jacoba eventueel gege ven heeft, blijkbaar hierbuiten vallen. De oorkondes van mei en juni 1428 hadden dus eigenlijk geen waarde meer. Mocht Jacoba een 'verzekering' hebben willen ver schaffen, dan leek die opzet mislukt. Op 15 augustus liet Filips wéér een oorkonde opstellen, waarin hij nu Gouda beloof de dat hij niet weer de wet zou verzetten tegen haar privileges.41 Wat betekende dit? Blijkbaar was de stad in verweer gekomen tegen een beschikking van de nieu we landsheer, en met succes. Oudewater kreeg op die dag van Filips dezelfde toe zegging, dus daar zal iets soortgelijks hebben gespeeld.42 Heeft de zinsnede "de wet verzetten" direct betrekking op de privileges die genoemd worden in de oorkondes van mei en juni 1428? Er was iets anders aan de hand. Meestal betekent "de wet verzetten" in een stad het veranderen van haar bestuur, en dat was ook gebeurd in Gouda, en ik vermoed tevens in Oudewater, al heb ik dat verder niet gecontroleerd. Filips had namelijk enkele dagen na zijn belofte van 3 augustus alle burgemeesters en schepenen van Gouda vervangen. Dat was echter niet conform de stadsrechten, die aangaven dat zo'n bestuurswijziging alleen op 6 januari mocht plaatsvinden. Toen Gouda protes teerde - tegen de vervanging van de bestuurders, niet tegen het mogelijk ongeldig zijn van andere privileges - wilde Filips op 15 augustus alleen beloven dat de machtswisseling een eenmalige zaak zou zijn. De nieuwe stadsbestuurders zouden pas weer op 6 januari 1429 voor vervanging in aanmerking komen.43 40 SAMH, OAG, inv.nr. 350; Frans van Mieris, Groot charterboek der graaven van Holland, van Zee land en heeren van Vriesland, 4 delen (Leiden 1754-1755), deel IV, 926-927 41 SAMH, OAG, inv.nr. 367; Van Mieris, IV, 934 42 Van Mieris, IV, 933 43 Abels e.a. (red.), Duizendjaar, 64-65 44 Digitale versie van de inventaris van SAMH, OAG, bij inv.nr. 2688. Voor een afschrift van het stuk zie hierna.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2011 | | pagina 18