88 52 53 54 55 56 57 58 59 Stedelijke herindeling De verkoop van de Goudse kloostererven had effect op het aanzien van de stad. Een aantal opmerkingen zijn hier van belang. Van den Berg en Sprokholt stellen in 'Begrensd door muren en wallen' in de bundel Duizend jaar Gouda dat de stad sinds 1572 gedurende "ongeveer tien jaar" gekenmerkt werd door "functieverandering, verbouwing en sloop*3. Dit zou dan de periode van 1572 tot 1582 zijn. Uit de ver koopakten blijkt echter dat deze periode van omschakeling veel langer duurde, na melijk tot in het eerste decennium van de 17e eeuw. De meeste erven werden bo vendien verkocht in de jaren 1592-159360. B. van den Berg, H.J. Sprokholt en K. Goudriaan 'Kavels en hofsteden' 32 Gouda, SAMH, OAG, Verhuyr en vercoopboeken der stadt Gouda, inv. nr. 544 f. 183v. Idem bijv. f. 208r. Idem f. 128r. Idem f. 196r. B. van den Berg, H J. Sprokholt en K. Goudriaan 'Kavels en hofsteden' 35 Idem f. 128r. B. van den Berg en H.J. Sprokholt'Begrensd door muren en wallen' in: Duizendjaar Gouda, een stadsgeschiedenis (Hilversum 2002) 276 60 Zie bijlage, tabel 1 Men profiteerde van eikaars warmte en stenen waren duur. De belangrijkste ken merken van de Goudse nieuwbouw aan het einde van de 16e eeuw waren dus ste nen daken, gedeelde stenen muren en dakgoten.52 De gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de muren en dakgoten deed een beroep op het vermogen tot samenwerking. Dat sommige burgers hier niet in slaagden blijkt uit het volgende citaat: "De burgermeesteren ende tresoriers reserveren aen heur de interpretatie ende derisie van alle duijsternissen, questiën ende geschillen die tusschen de coopers off uyt dese voorwaerden souden mogen rijsen, nae wiens verdaringe een ijgelic gehouden sal wesen hem te reguleren./S3. Deze passage komt uit een akte uit 1603. De meeste aktes waren echter van vroeger datum en daar vinden we dergelijke uitspraken niet. Blijkbaar had de magistraat intussen vaak moeten bemiddelen in burenruzies en is besloten de afhandeling hiervan te bespoe digen door een dergelijke regel aan de akte toe te voegen. Behalve de voorwaarden over de muren en de dakgoten bevatten de akten ook re gels over het onderhoud van straten en grachten. De grote hoeveelheid grachten en watergangen in Gouda is goed uit de akten af te leiden. Veel percelen werden er door begrensd. Bij de erven van het Margaretenconvent en het Minderbroederscon- vent werden voorwaarden genoemd voor het onderhoud van kades, bruggetjes en een eventuele "plaencker"over het water.54 Op de erven van het Clarissenconvent moesten de bewoners zorg dragen voor de watergeulen in de straat, zodat "'t water sijn behoodicke loop sal hebben*5. De kopers van de erven van het Agnietencon- vent ten slotte waren verplicht om de aangrenzende gracht te helpen "dijepen elx voor zijnen eijgen*5. Traditioneel was men verantwoordelijk voor het onderhouden van het eigen stuk (onverharde) weg voor het huis.57 Bij de erven van het Claris senconvent werd echter de voorwaarde gesteld van het aanleggen van een stenen wegdek van een roede (3,7 meter) breed.58 Gouda timmerde aan de weg, zo blijkt.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2011 | | pagina 18