Gidsje voor de Goudse Glazen uit 1681 weer actueel
78
Henny van Dolder-de Wit
Ter gelegenheid van het 30-jarig bestaan van de Stichting Vrienden van Archief en
Librije verscheen op 2 november 2012 de herdruk van een gidsboekje voor de
Goudse Glazen uit 1681, aanwezig in de Goudse librije. De afbeelding in elk glas is
in dichtvorm beschreven, dat maakt het heel uniek; een nog oudere handgeschre
ven tekst uit 1639 diende als bron van informatie.
Wie was Dirck Hopkooper?
Dirck Hopkooper bekleedde sinds 1605 de functie van rentmeester van de Sint-
Janskerk. Als zodanig was hij regelmatig in de kerk aanwezig en nam hij de gele
genheid waar om de glazen te bestuderen. Vanaf 1612 was hij een van de eerste
custodes van de librije, die was gevestigd in de kerk, boven de kerkmeesterskamer.
Zijn 'werkterrein' was dus vrij compact. Voor de librije beheerde hij met grote
nauwgezetheid de financiën, de correspondentie en de boeken.
1 De beglazing werd pas voltooid in de 20ste eeuw, men zou hier kunnen spreken van een der
de periode.
De Goudse Glazen al vroeg in Rome bekend
De 'oude' reeks gebrandschilderde glazen in de Sint-Janskerk kent twee verschillen
de perioden: die van na de kerkbrand van 1552 dateert van 1555 tot 1571, waar
onder alle glazen van de glasschilders Dirck en Wouter Crabeth. Nadat de onrust die
de reformatie van 1572 teweegbracht enigszins was geluwd, werd de beglazing tus
sen 1594 en 1603 voortgezet.1 Behalve voorstellingen uit het Oude en Nieuwe Tes
tament bevatten ze een bonte verzameling portretten van belangrijke personen uit
de turbulente 16de eeuw. In de loop van de 17de eeuw groeide de belangstelling
voor de glazen, ze werden niet alleen gewaardeerd in eigen land, maar ook over de
grenzen. Dat blijkt uit een mededeling van de glazenier Daniël Tomberg. Die
schreef In 1671 aan burgemeester Govert Suijs: "Het is zeker, dat voorleden jaar
een verstandig Meester van beeldhouwen, zijnde een Neurenberger van geboorte,
zijn pas (weg), met voornemen uit Itahen, daar hij eenige jaaren had gewerkt, over
Holland /?a[ar] huis nam, alleen om de waarheid en aardigheid der Goudsche Gla
zen, hem tot Roomen bekend gemaakt, zelfs met oogen (met eigen ogen) te
mogen aanschouwen... Deze Glazevensters (zo verklaarde hij na ze gezien te heb
ben) passeeren voorwaar alle konstige werken die ik in alle mijn voyagie gezien ofte
van gehoort hebbe."
Zonder een verklarende uitleg bleven echter veel details in de glazen voor het pu
bliek verborgen, een gidsboekje bleek onmisbaar. Dat verscheen in 1681; voor de
samenstelling ervan maakte men dankbaar gebruik van een beknopte beschrijving
van de glazen door Dirck Gerritsz (Theodorus Gerardi) Hopkooper uit 1639. De in
houd van dit met de hand geschreven boekje werd door de schoolmeester Dirck
Vermy in dichtvorm uitgebracht.