8 Slot Aangezien Schielands Hooge Zeedijk oftewel de IJsseldijk zelf hier als straatweg was verhard lijkt men met de Groenendijk te bedoelen de dijk van het Moordrechtse buitenpoldertje De Snelle. Om die te redden liet men dan twee schuiten zinken. In tussen is het buitenpoldertje dankzij de normalisatie van de rivier rond 1940 hele maal verdwenen. De naam resteert nog wel in de Snellesluis van de Zuidplaspolder en in een binnendijkse boerderij, gebouwd in de drooggelegde boezem van die pol der. (In 1953 werd in Schielands Hooge Zeedijk 'bij De Snelle' een zwakke plek ver zwaard met zandzakken.) Alleen al aan de benedenloop van de Hollandsche IJssel werden de dijken dus met succes minstens vijf maal met schepen gedicht: in 1682, 1717, 1775 en 1953 (bij deze laatste aan beide oevers dus). 'Als je honderd keer zo'n stunt uithaalt met een schip in een dijkgat, gaat het 99 keer mis', aldus de in 1953 absente ir 1 Salomé van Schieland over het Groenedijkgebeuren van toen in het bekende werk 'De Ramp' van Kees Slager. Dat wordt niet door de historie gestaafd. Zou het wat zijn om op alle plekken in Schieland en de Krimpenerwaard waar weleens een schip te gen de dijk werd gezet een informatiepaaltje te plaatsen? Bekend is toch al dat niet de twee hoogheemraadschappen, maar het rijk bij Capelle-Krimpen maar snel een stormvloedkering tussen hun te zwakke dijken plaatste. Deze kering voor water standen van 2,5 m boven NAP was al klaar in 1958. Was dat niet mede dankzij het schrikbeeld nog vóór de Deltawet en voordat voor de financiering daarvan werd ge tekend? In 1997 volgde nog de Maeslantkering met een sluitingspeil van 3 m +NAP. 1776 weer mis Het Nieuwerkerkse boekje van het hoogheemraadschap van 1983 memoreerde: 'de laatste dijkdoorbaak in Schieland was in 1775'. In Moordse publicaties werd het daar tegen de dijk zetten van de schepen in 1775 al niet meer vermeld. In een loka le herdenkingsuitgave over 1953 kwam ook een hoofdstuk over 'Nederland door de eeuwen heen geteisterd door het water'.17 Daarin was in de tekst noch aandacht voor dijkgevaar van 1775 noch voor dat van 1776. Opgenomen werd wèl de beken de ets (ook op www.rijksmuseum.ni} van de 'overstroming en doorbraak, van den Ysseidyk, buiten Gouda' van Noach van der Meer (II) naar een tekening van de Rotterdammer Hendrik Kobell uit een volgend boek van Hering. Zoals de titel onder de ets ook vermeldt ging het om de doorbraak in de nacht van 21 op 22 november 1776.18 Van een ook toen eventueel tegen de dijk zetten van een schip is niets be kend.... Het fusieboekje 'Thuis in Zuidplas' uit 2010 besteedde onder Moordrecht geen aandacht aan 1775 en 1776, maar nam onder dat dorp wèl een prent op van de doorbraak van de Spaarndammerdijk in 1675. 17 Eef Oosterwijk en Toos Helmsing (red.), Moordrecht 1 februari 1953, uitgave HVM 2003 18 J.H. Hering, Bespiegeling van Neêrlands watersnood tusschen den 21 en 22 Nov. MDCCXX- VI, Amsterdam 1778. Ingekleurde ets bijv, weer opgenomen in: Ludy Giebels (red., Waterbe weging rond Gouda van ca. 1100 tot heden, Leiden 1988 (Rijnland bij ingebruikname Hane- praaigemaal). Zie voor bestek van het herstel bij weer de Essepolder met gedrukte bekend making van de besteding van het werk OA Schieland inv.nr. 1738.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2013 | | pagina 10