39
Er gelden wel bepaalde regels: ze mogen de maaltijden alleen in de eetkamer ge
bruiken en niet op hun kamer, tenzij in geval van ziekte. Het eerste ontbijt vindt
plaats om 9.00 uur, bestaande uit melk, koffie of thee en brood met kaas of koek.
Het tweede ontbijt (lunch) is om 12.30 uur, dan kan men kiezen uit melk, koffie of
cacao en brood met vlees of één ei, koek of kaas. Aan het diner om 17.00 uur ser
veert men groenten, aardappelen, vlees of vis en bier (‘s zondags een halve fles
wijn) en een dessert. Twee keer in de week is er soep vooraf. De dag wordt beslo
ten met een souper om 22.00 uur, dan staat op de eettafel brood met kaas of koek
en thee, koffie of melk en zo men dat wil twee keer per week pap. Om 23.00 uur
gaat de deur op slot en moet iedereen binnen zijn.
Artikel 25 uit het reglement luidt: ‘Daar het de uitdrukkelijke wil van de erflaatster is
geweest, dat meisjes en vrouwen uit den fatsoenlijken stand huisvesting zouden
vinden in het Hoffman’s Gesticht, zoo dient uit alles te blijken dat de heerschende
toon ware beschaving ademt, dat alles wat een ander hindert of onaangenaam kan
zijn vermeden wordt en dat het streven van allen is het Gesticht aan haar doel te
doen beantwoorden.
De verpleging
Aanvankelijk bepaalt de arts of een zieke op de kamer het bed kan houden of in de
ziekenkamer moet worden opgenomen. In de ernstigste gevallen verwijst hij naar
een behandeling in het ziekenhuis. Het Huis betaalt de kosten.
Kleine ergernissen
Als iedereen zich aan dit artikel houdt is een goede sfeer gegarandeerd. Maar overal
waar mensen samenwonen is er wel eens irritatie om het een of ander. Soms wordt
een nieuwe medebewoonster niet geaccepteerd. Dat gebeurt bij een vrouw van wie
de regenten zich bij de toelating al afvragen of zij niet uit de toon zal vallen. Zij be
sluiten het er op te wagen. Al spoedig komen de eerste klachten: enkele dames
beweren ‘...dat zij een ondragelijke lucht uitwasemt, die het onmogelijk maakt haar
in de omgeving te hebben’. De arts van het Huis krijgt opdracht te controleren of de
vrouw haar lichaam wel goed verzorgt, maar kan niets in haar nadeel vinden. Een
ergernis van meer dierlijke aard betreft de aanwezigheid van katten in de eet- en
conversatiekamer, ‘...die hun wandelingen uitstrekken over thee- en eettafels en
van wie sommige in gezegende omstandigheden verkeren’. De regenten, bekend
met ‘de ziekelijke katten liefhebberij van enkelen uit het gesticht', bepalen dat de
dieren alleen nog in de keuken mogen komen. Daartegen protesteert het keuken-
personeel, waarna alle katten uit het Huis worden verbannen. De directrice verzet
zich fel tegen dit besluit, waarop de regenten ontstemd opmerken ‘...dat het niet
aan haar is om hen ter verantwoording te dagen over een genomen besluit en dat
er niet meer over gesproken wordt’.
Hoewel er in de jaren zestig van de 20s,e eeuw voor de dames veel meer ontspan
ning is dan in de begindagen van de stichting (radio, televisie), merkt een der re
gentessen eens op ‘...dat de verhouding tussen de dames onderling wel eens te
wensen overlaat of beter kon zijn’. Zij kunnen hier niets aan veranderen. Een van
hen zegt: ‘t Zijn allemaal oudere dames met vaak kwalen en gebreken, die de ge
hele dag weinig te doen hebben en dus volop tijd om eens te kibbelen.