30
Het Hoffmans Gesticht
In deze reeks mag het Hoffmans Gesticht niet ontbreken, hoewel de huisvesting
niet is gericht op behoeftige vrouwen. Het is een fundatie vanwege het legaat
(zie bijlage 1, pag. 43) van een welgestelde Goudse vrouw, Henrietta Hoffman.
In 1960 verandert de naam, het woord ‘gesticht’ heeft dan een minder gunstige be
tekenis gekregen. Het is in dit artikel vervangen door Hoffmans Huis, zoals in dat
jaar door de regenten is voorgesteld.
In 1913 is het afgebroken, om plaats te maken voor nieuwbouw van het Gemeente
lijk Elektriciteitsbedrijf. In 1850 vestigt men in de voormalige Latijnse School aan de
Groeneweg de ‘Stichting tot Wering der bedelarij’. Tientallen mannen en vrouwen
die anders op de bedeltoer gaan krijgen in deze dagopvang maaltijden en tegen
een kleine vergoeding verrichten zij lichte werkzaamheden. Als in 1954 de bewoners
niet langer verplicht zijn om te werken, verandert het complex geleidelijk in een
onderkomen voor ouderen en draagt het voortaan de naam ‘Huize Groeneweg’.
In 1982 wordt het verbouwd tot twintig één- en tweekamerwoningen. De gemid
delde leeftijd om toegelaten te worden tot veel van deze instellingen ligt rond
de vijftig jaar.
De familie Hoffman
De familie van Henrietta Hoffman behoort tot de gegoede stand. Haar vader, Mat
thias Frederik Hoffman (1788-1868), is ‘koopman in koloniale waren’en raadslid van
Gouda. Hij trouwt in 1810 met de 19-jarige Hillegonda Frangoise Apollonia Grono-
vius, lid van een welgestelde Leidse familie. Het echtpaar krijgt twee zoons: Pieter
(1811-1814) en Johannes Frederik (1813). Laatstgenoemde wordt een verdienstelijk
chemicus en botanicus en draagt de titel van professor doctor; hij overlijdt in 1841
en wordt begraven in Deventer. In 1815 sterft Hillegonda, een jaar later trouwt
Matthias met haar zuster, de 20-jarige Johanna Maria. Uit dit huwelijk worden drie
dochters geboren: Hillegonda (1818-1820), Margaretha (1824-1853) en Henrietta
Helena (1825-1886). De laatste twee meisjes zijn nog heel jong als hun moeder op
9 mei 1828 overlijdt. Tussen 1814 en 1828 staat Matthias Hoffman vier maal bij een
geopend graf in de Sint-Janskerk.
Henrietta woont nog lange tijd in Gouda, maar in 1877 vertrekt zij naar Utrecht. In
1878 geeft zij de heer T.P. Viruly opdracht tot de aanbesteding van een ingrijpende
restauratie van het pand Oosthaven 52. Dat wordt uitgevoerd door de aannemer
J.F. Welter als laagste van twaalf inschrijvers (ƒ6.275,-). Op 9 maart 1886 overlijdt
Henrietta, zestig jaar oud. Haar nalatenschap, waarvan het saldo ƒ481.359,98 be
draagt, vermaakt zij aan de gemeente Gouda. Zij wordt begraven op de Algemene
Begraafplaats aan de Prins Hendrikstraat.
Volgens de laatste wilsbeschikking van Henrietta moet het gemeentebestuur van
Gouda twee instellingen in het leven roepen: een damesrusthuis en een volksgaar
keuken. Mocht er niet genoeg kapitaal zijn om beide doelen te verwezenlijken, dan
vervalt laatstgenoemd project. Oosthaven 52, waar tot dan toe 'de firma Hoffman
Co’ is gevestigd, wordt ingericht als damesrusthuis, de twee naastliggende panden
(51 en 53) gaan in de verkoop.