28 Gouds kaartfragment; nr. 16 geeft de locatie van het Bir- gittenklooster aan de Raam aan; de pijl middenin wijst ongeveer naar de locatie waar Leeu een huis huurde. Maar de losse houtsnede met de voorstelling van St. Birgitta is mogelijk wèl door de Birgitten zelf gemaakt. Ursula Weekes heeft laten zien dat ook andere Birgittenkloos- ters houtsneden maakten.20 Dat waren losse prentjes die zij onderling ruilden, of als geschenken weggaven, of verkochten. Al deze prentjes worden laat gedateerd, rond 1500. Maar zou het niet mogelijk zijn, dat de Goudse kloosterlingen al langer actief waren als houtsnijders? Weliswaar niet voor zichzelf, maar voor anderen? Dat zij op bestelling houtsneden (de gesneden houtblokken) leverden aan boekdrukkers? Als zij daarmee begonnen waren nadat zij zich in Gouda gevestigd hadden, dan ligt het bijna voor de hand dat er een relatie met Gheraert Leeu geweest moet zijn. Ghereart Leeu begon zijn boeken van figuratieve houtsneden te voorzien (1480) slechts twee jaar nadat de Birgitten uit Rosmalen zich in Gouda gevestigd hadden om de zusters te onderwijzen (1478). Onder hen bevond zich Ryckmoet van Loon, de ab dis die zich bezighield met boekproductie. Trouwens, de allereerste houtsnede die Leeu gebruikt, was zijn drukkersmerk. Dat komt voor in het Passionael van Jacobus de Voragine, dat in hetzelfde jaar 1478 verscheen! Zou dat toeval zijn...? Ja, dat moet toeval zijn, want de twee delen van het Passionael verschenen een paar maanden eerder (mei en juli) dan de zusters uit Rosmalen (september). Maar dat zegt niets over het eerste gebruik van figuratieve houtsneden. Het blijft mogelijk dat die ont staan zijn in het Birgittenklooster. Daarbij komt nog dat één van de twee panden die Gheraert Leeu in zijn Goudse periode huurde vlakbij het Birgittenklooster aan de Raam was gelegen.21 20 Weekes 2009 21 Klein 2003, 179-180

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2016 | | pagina 10