22
In 1478 vond de wijding van het koor van de kapel en de altaren plaats en in hetzelf
de jaar kwamen enige religieuzen (mannen en vrouwen) uit het Birgittenklooster Ma-
riënwater te Rosmalen (bij ‘s Hertogenbosch)5 naar Gouda, om de Goudse klooster
lingen te onderrichten. In 1483 vertrokken de meeste Brabantse inwoners weer.
Minstens één van hen bleef achter: Ryckmoet van Loon. Zij werd de eerste definitieve
abdis.6 Van haar is bekend dat zij zich bezighield met het kopiëren van handschriften.7
Het klooster was armlastig. Men had waarschijnlijk een hostiebakkerijtje en men
verdiende aan pelgrims die aflaten kwamen halen die aan het klooster verleend
waren. Uit het bestaan van een prentje dat waarschijnlijk door de Birgitten ge
drukt is, wordt geconcludeerd dat ze losse prentjes maakten. Rudy laat zien, dat
ze mogelijk ook boekhoutsneden vervaardigden die rechtstreeks op het perka
ment van handschriften gedrukt zijn, als integraal onderdeel van het boek.
Ook de Birgitten in Rosmalen (van waaruit het Goudse klooster geholpen is) heb
ben prentjes gedrukt.8 Daar zijn er meerdere van bekend. Ze moeten er even voor
1500 mee begonnen zijn, want alle houtsneden uit Rosmalen dateren van ca.
1500 of later. Ze maakten losse prentjes, die gebruikt konden worden als gift aan
individuen of instellingen, of ze werden verkocht aan belangstellenden. Ook ande
re Birgittenkloosters, vooral in de Zuidelijke Nederlanden, drukten in die tijd der
gelijke prentjes. Mogelijk waren deze kloosters geïnspireerd door het Zweedse
moederklooster in Vadstena, waar in 1495 een drukpers geïnstalleerd was.9
In de Noordelijke Nederlanden was het het Goudse klooster waar prentjes gedrukt
werden. Het artikel van Rudy herinnerde mij eraan dat ik lang geleden eens een
verwijzing naar een houtsnede van de Goudse Birgitten gezien had, maar ik kon
me de juiste gegevens niet goed meer herinneren. Ik wist alleen dat er de tekst
‘huut der goude’ op moest staan en dat het prentje zich in de British Library
moest bevinden. Enige mailcorrespondentie met Rudy bracht de oplossing. Zij
heeft de bedoelde houtsnede getraceerd op de website van de British Library.10
Achteraf bleek deze houtsnede al bekend in Gouda. Als laatste noemt Taal hem in
zijn proefschrift uit 1960 over de Goudse kloosters, verwijzend naar een publicatie
van pater Bonaventura Kruitwagen.11 Maar er is verder geen aandacht meer aan
besteed en hij is in de vergetelheid geraakt. In deze Schatkamer wordt de prent
voor zover ik weet voor het eerst in een Nederlandse publicatie afgebeeld.
5 Het klooster wordt ook wel aangeduid met de naam Coudewater, naar het landgoed waar het op stond.
6 Daarvóór was Catharina Appels waarnemend abdis.
7 Kroniekje van het Birgittenklooster (Gouda, SAMH, Archieven van de kloosters (ac. 0091), inv.nr.
183), f. 1v
8 Zie voor de prentjes van de diverse Nederlandse Birgittenkloosters: Weekes 2009.
9 Zie https://en.wikipedia.org/wiki/Vadstena_Abbey onder het hoofdje 'Chronology' (geraadpleegd
5-11-2015).
10Het prentje heeft museumnummer 1872,0608.354, hetgeen aangeeft dat het in 1872 is verworven:
www. britishmuseum. org/research/coiiection_ online/collection_ object_ details. aspx?object!d= 134899
4&partld=1&searchText=schreiber++goude&page=1 (geraadpleegd 23-09-2015). Later bleek mij
dat het prentje ook was afgebeeld in de publicatie van Weekes.
11 Taal 1960, p. 140; Kruitwagen 1924, p. 43 (met oudere verwijzingen)