11
Artikel 2 van de speciale bepalingen, 'rakende het ampt der stadsvroedvrouwen',
bepaalt immers dat iedere officieel aangestelde stadsvroedvrouw een kwartier moet
bedienen en wel...
...waarop een toerekening van de buiten de stadsvesten gelegen straten aan de vier
geografisch bepaalde stadskwartieren volgt.26
Deze tekst leert ons dus niet alleen dat Anna nooit als stadsvroedvrouw voor het
vierde kwartier kan zijn aangesteld,27 maar dat het ook onjuist is om te stellen dat
men de buitenwijken is 'vergeten' èn dat er blijkbaar een reguliere optie is om een
bordje met de tekst 'vroedvrouw voor buyte' aan te treffen, namelijk als er een vijf
de stadsvroedvrouw is benoemd die geacht wordt de kraamvrouwen in de buiten
wijken van dienst te zijn. Ik vraag me af hoe de man die deze teksten in de bijlage
van zijn proefschrift zelf heeft opgenomen, ze bij de reconstructie van Anna van
Hensbeeks werkzame leven over het hoofd heeft kunnen zien. Is hij misschien de
gene die iets heeft 'vergeten?
Het vervolg van Anna’s carrière als zelfstandige vroedvrouw is ook gedocumenteerd.
Twee jaar lang helpt ze bij bevallingen, waarbij ze overigens uitsluitend vrouwen uit
de hogere kringen en gegoede burgerij als klanten heeft. Arme en minvermogende
vrouwen dienen zich tot de stadsvroedvrouwen te wenden, die juist omwille van die
dienstverlening ieder een eigen kwartier hebben en een vaste vergoeding van de
stad ontvangen. Dat Anna haar werk naar behoren doet, mag je afleiden uit het feit
dat er in deze twee jaar geen enkele klacht over haar bij de vroedmeesters wordt
ingediend. Vervolgens komen we bij de eerder aangehaalde bevalling van de onge
trouwde Geertrui Koek op 24 januari 1796, Anna's niet-vragen naar de vader, de
leugen waarop ze wordt betrapt, de boete waartoe ze wordt veroordeeld, haar wei
gering deze - relatief hoge - boete te betalen, het verzoek van het College der
Vroedkunde aan het stadsbestuur om haar vergunning in te trekken en het besluit
van dat bestuur om haar te veroordelen. Het klopt allemaal met wat ik eerder heb
gelezen.
Of toch niet helemaal. Ik lees die cruciale zin nog eens: 'Is na voorgaande delibera
tie goedgevonden en verstaan gemelde Anna Hensbeek te verbieden, gelijk dezelve
verboden wordt bij deeze, om eenige verlossing binnen deeze stad en derzeiver ju
risdictie te mogen doen, ofte iets te verrichten, hetgeen de verloskunde betreft. '2B
26 Bik (1955), Bijlage 2,611
27 Zij zou hiertoe tevens de Eed als Stadsvroedvrouw hebben moeten afleggen, wat blijkens
de officiële stukken nooit is gebeurd.
28 Resolutieboek College der Vroedkunde, fol. 107-107v
'...soodat de oudste in rang de voorkeur sa! hebben, wat quartier zij sal be
dienen en soo de tweede en de derde vervolgens; sullende de vijfde of
jongste vroedvrouw de buytenstad bedienen en ingevalle het getal van de
vijf vroedvrouwen na het overlijden of verlaten van één van dezelve van de
stad, mogte werden gereduceert tot op vier, dat alsdan de buytenstad zal
verdeelt worden onder de vier vroedvrouwen,