tX Xi Gerrit zou van de stad Gouda jaarlijks 100 leeuwen van 30 stuivers ont vangen en in ruil daarvoor zijn veer aan de stad in erfpacht geven voor 127 leeuwen jaarlijks.24 De omschrijvingen in de stadsrekeningen van Gouda zijn verwarrend, want vanaf 1480 wordt soms apart opgave ge daan van de brug van Haastrecht (hoewel die intussen bij Gouda lag) en van het veer ter Goude, later wordt van 'brug en veer ter Goude' gesp roken en nog later wordt hieraan toegevoegd het veer te of 'tot' Haast recht. De laatste omschrijving lijkt de meest juiste: de stad Gouda had feitelijk drie inkomsten; na het verplaatsen van de brug bleef er een veer bij Haastrecht over de IJssel. Dat het veer bij Haastrecht in de Goudse stadsrekeningen verantwoord staat zal samenhangen met het feit dat het Land van Stein (waar het veer op voer) sinds 1438 door de stad Gouda in erfpacht werd gehouden van het kapittel Oudmunster te Utrecht. De Veerlaan aan de Steinse zijde werd ook, zowel binnen- als buitendijks, verpacht door de Goudse tresoriers. 13) Kaartnr. 3: De brug over de IJssel bij Gouda op een laat 1 Zeeuwse kaart. Links Haastrecht (met erboven de acht windwatermolens van de Hoge boe zem uit 1486 die op de Hofkamp kwam) en de toegang tot de Vlist en rechts Gouda (Gouwe) met rechtsbeneden het naamgevende riviertje de Gouwe. Er lijkt halverwege een tolhuisje op de brug te staan (NA, 4.VTH inv.nr. 236; de tail). 24 NA, Hof van Holland inv.nr. 25 f.356/v d.d. okt.17 en inv.nr. 471 f.127v-129v d.d. nov-. 21 en voor 1471 inv. OAG regest nr. 179, Grote Raad van Meche len (ARA Brussel), Beroepen uit Holland I nr. 89. 49

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 2021 | | pagina 51