Uit het Parlement Dikkie Dapper en Kruimeltje vangen een dief Water over land Mwdw de Vrouw Weekagenda Zo heeft de Tweede Kamer deze week gesproken over de ontzagge lijke ramp, die ons land op de eer ste Februari heeft getroffen. Nog een week geleden wenste zij te zwijgen wetende dat in zulke ogenblikken v. eiken beter is dan spreken. En al heeft zij dan ook deze week gespro ken, men kan niet ontkennen, dat zij de grootste soberheid in acht heeft genomen. Het was een debat, dat een zuivere weerspiegeling was van de instelling, die zich van ons volk heeft meester gemaakt. Behal ve de communisten, die de schuld van dit gebeuren werpen op het Atlantisch Pact en die de Regering zelfs verweten, dat zij geen boten wensten te sturen, was, er geen en kele fractie, die een woord van cri- tiek liet horen. Natuurlijk waren er vragen, maar niemand waagde zich eraan om de Regering of een be paalde Minister op één punt verant woordelijk voor het gebeurde te stel len. Men boog voor het geweld van de storm en het springtij en men begreep, dat men nimmer een orga nisatie had kunnen opzetten, die de ze verschrikkingen had kunnen we ren. Wij zoeken niet naar zondebokken, zo verklaarde de socialistische frac tievoorzitter Burger. Nu is het de tijd om constructief werk te doen, om de hand enineen te slaan, om vragen te stellen die voor de gehele bevolking van belang is, Natuurlijk waren er vragen, die nauw verband hielden met het gebeurde. Was er één spreker, die gerust was over het alarmeringssysteem? Vroeg men niet of de reddende vliegtuigen op tijd de lucht in waren? Maar ook hier was het de toon die de muziek maakt. Verschillende Kamerleden waren er diep van overtuigd, dat deze ramp nog veel erger zou zijn geweest als zij had plaatsgevonden in oorlogstijd. Daarvoor heeft men een organisatie opgericht: de Be scherming Burger Bevolking. Op de valreep van het oude Kabinet zijn de betreffende wetsontwerpen goed gekeurd, waarvoor tachtig millioen gulden werd uitgetrokken. Deze or ganisatie moet uit deze ramp lering trekken, zo meende men. Is onze militaire organisatie niet teveel ge richt op een eventuele aanval uit het Oosten? Zijn we onze erfvijand, maar tevens bondgenoot de zee ver geten? In ieder geval is het duidelijk geworden, dat ons leger niet vol doende materiaal kon opbrengen, he licopters en motörvlets, om het ge vaar tot de kleinst mogelijke pro porties terug te brengen. Daar zal iets aan moeten veranderen. Overi gens kan men zich, naar onze me ning, afvragen ,of het wel mogelijk is dergelijke rampen ,in oorlogstijd nog veel ingewikkelder, nationaal te bestrijden. Behóudens de vragen, die bij heel het volk leven, sneden de volksver tegenwoordigers ook jiog andere pro blemen aan. De belangrijkste was misschien wel de organisatie van de waterschappen. Vrij algemeen er kende men de noodzaak om het her stel zo centraal mogelijk te regelen. Maar men wenste toch als principe de centralisatie gedachte te behou den. Het is uitgesloten, dat de wa terschappen, de ontzaggelijke her- stelkosten zelf kunnen betalen. Vol gens de Regeringsnota zullen zij al leen te mken krijgen met de bin- nenkeringen. De heer Oud deed echter het voorstel aan de hand om evenals tussen Rijk en Gemeenten ook een financiële verhouding tus sen Rijk en waterschappen te ma ken. De gedachte van een reorgani satie van de waterschappen werd ondersteund door verschillende af gevaardigde. De socialist Burger wenste het Rampenfonds zijn liefdadige karak ter laten behouden. Het moet niet gebruikt wórden voor vergoeding van bijv. de huisraadschade. Want dan zou het vrijwillig ingezamelde geld een vermindering van de Staatsuitgaven ten gevolge hebben. Het Rampenfonds moet soepel zijn en helpen waar de Rijksbijdragen te kort schieten. De heer Schouten was het daarmede niet helemaal eens. Tenminste als de stroom van giften blijft voortduren, zou hij het Ram penfonds best de huisraadschade willen laten vergoeden. Want vrij willige offers bergen een grote ze gen in zich. De tijd zal leren hoe dit probleem aangepakt moet worden. Moeten de slachtoffers een volledige vergoeding van de schade ontvan gen? Er was geen spreker, die dat niet wenste. De heer Schouten maande tot gro te voorzichtigheid. Eerst moeten we weten, hoe groot de schade precies is en dan kunnen wepraten over de wijze, waarop de vergoeding dient te geschieden .Het kan best zo zijn, dat de schade zo groot is, dat ons volk niet bij machte is deze te dra- 5. DIKKIE KEEK in een grote ka mer ,die tot de nok toe gevuld was met kisten en dozen. De dief had een grote aardappelzak bij zich en propte die vol met alle mogelijke dingen, die hij uit de kisten en do zen haalde. Roerloos keek Dikkie toe. De inbreker mompelde bij zijn werk. „Oh, dat is ook wel aardig, dat kan ik ook wel gebruiken", en hij duwde het in de zak. Op deze manier druk bezig zijnde had hij Dikkie helemaal niet in de gaten. Dikkie dacht, als ik nu naar binnen ga, dan hoe noemen ze dat ook weer. Oh, ja, dan betrap ik hem op heterdaad. Dat betekent, op het mo ment, dat hij de diefstal pleegt. Dus rukte Dikkie de deur nu helemaal open en stond met één grote stap midden in de kamer. Zijn revolver richtte hij op de inbreker en riep met een zware stem: „Handen om hoog, je bent er bij!" Als door een wesp gestoken draaide de dief zich om en liet de zak uit zijn handen vallen. Hij was wit van schrik. gen. Een andere belangrijke vraag: hoe kan zulk een ramp in de toekomst voorkomen worden? Afsluiten van de zeegaten is een der oplossingen. Het staat echter niet vast ,of dit technisch mogelijk zijn zijn. En daar om werd van meer dan een zijde aangedrongen op de instelling van een studiecommissie, die dat zal moeten bekijken. De afsluiting zal een millioenen affaire wdrden. Het is daarom logisch, dat normaal be gonnen zal worden met de herstel werkzaamheden. Men ziet het was een rustig debat, geheel in overeenstemming overi gens met de ernst van het onder werp. Toen kwam de storm in woede opgestoken Een joeg het water hoog tot aan de dijk Die met geweld tenslot' werd doorgebroken En adem stierf in water en in slijk. De noodklok luidt de storm giert langs de daken De boer kijkt angstig naar de zwarte lucht Het vee rukt rust'loos aan de ijzeren stok en Een moeder buigt de knieën ,bid en zucht; „O God wil toch ons huis en land bewaren Wil toch ons bijstaan in deez' bange tij Wil Gij bestraffen 't bulderen der baren Kom, Here God en sta aan onze zij". Maar ach het water wast, de wit gekuifde golven Zij breken door met donderend geweld Het vruchtbaar land wordt in een zucht bedolven De doodsklok luidt, de ure is geteld En moeders handen vouwend tot gebeden En kind'ren klemmen angstig aan haar vast Hun vaders hebben moedig aan de dijk gestreden En sterven, door het water bruut verrast. Hoe angstig klonken kreten over grauwe stromen Van mens en dier in doodsnood vastgeklemd Op 't krakend dak of in de kale bomen Was 't kolkend water hun een graf bestemd Of kwam er redding, de roodomrande ogen Zij zochten alsmaar gindse verten af Ach Heer zendt hulp en heb toch mededogen Ach zie op ons en laat niet van ons af. De noodklok is verstomd tot stille uren De redders zijn geweest, ja dag en nacht Zij redden mensen van de wank'le muren God heeft toch wel die snelle hulp gebracht Maar elders huilt een moeder om haar kind'ren Die zij verloor in storm en watervloed Geen mensenhand kan ooit dit leed vermind'ren En vader stierf ondanks zijn heldenmoed. Toen werd het stil, de zon gloort aan de kimme En stoer strekt weer het paard de ploeg Het ruisend graan valt onder dank'bre stimme „En God, Gij liet niet af wat ik U vroeg." HEIN DUNK. Watersnoodzegels 1953 Plaatsgenoten, Het is onnodig nog een woord te schrijven over de ontzettende ramp, die ons land heeft getroffen. Mo menteel is het nog slechts de vraag: Hoe worden de getroffenen het meest geholpen? Het parool is daar om: Geld, geld en nog een geld! Het Nationaal Rampenfonds is de spil, waarom alles draait. Om de kas te vullen, worden tal van middelen te baat genomen. Eén daarvan is het uitgeven van de Watersnoodze gel 1953 door het Hoofdbestuur, der Posterijen. Deze zegel is de gewo ne oranje zegel van 10 cent fran- keerwaarde met een toeslag van 10 cent. Ze wordt sinds 10 Februari ver docht aan alle Postkantoren. Om echter hiermee voor het Rampen fonds een bedrag van ruim een mil lioen gulden binnen te halen, zoals de Directeur-Generaal der P.T.T. zich voorstelt, achtte hij het nodig zich de hulp te verzekeren der stich ting „Voor het Kind". Voor Wad- dinxveen richtte het Hoofdbestuur deze stichting zich tot mij en op mijn Verzoek verklaarden zich alle onder wijskrachten in onze gemeente, gaarne bereid hun medewerking te verlenen. De opzet is nu, dat een paar honderd schoolkinderen er - te beginnen Vrijdagavond. 13 Februari op uit trekken om de zegels aan de man te brengen en daarbij geen deur over te slaan. Ik weet het: Er wordt in deze da gen veel gevraagd, voor de meesten Uwer te veel. U hebt het moeilijk. Maar de mensen uit de getroffen ge bieden hebben het moeilijker. Dus U koopt! Als het niet anders kan weinig, als het mogelijk is, veel! Want véél zal er óók gekocht wor den. Daar heb ik het bewijs van: Dinsdag waren op het Postkantoor binnen enkele uren al honderden ze gels verkocht, waaronder ook hele vellen. Door dat ik mijn voorraad- zegels onder zo velen heb verdeeld, zal ieder kind er maar betrekkelijk weinig bij zich hebben. Wenst ie mand een grotere hoeveelheid, laat die dan met opgave van zijn naam en adres de bestelling aan de kin deren opgeven. En nu naar een ongekende ver koop! Iedere zegel is een dubbeltje voor het goede doel! Waddinxveen, 11 Februari 1953. B. VAN GENT. Giro-Stortingen „Rampenfonds" De Directeur-Generaal der P.T.T. heeft goed gevonden dat met ingang van heden, 10 Februari 1953, voor stortingen op postrekening nr. 9575 ten behoeve van het Nationaal Ram penfonds, geen stortingsrecht be hoeft te worden betaald, evenmin als dat het geval is voor stortingen op giro-rekening nr. 17 t.b.v. de ra dio-actie: „Beurzen open, dijken dicht". THEE DRINKT MEN IN HEEL DE WERELD Een belofte van verleden jaar in lossend, heb ik nu gelegenheid om U wat te vertellen over onze natio nale drank bij uitnemendheid: de thee. Ja, dames, jn Nederland is de koffie van de eerste plaats verdron gen. Vóór de oorlog stond het koffie- verbruik in Nederland verre aan de spits. In de oorlogsjaren, toen zo wel de koffie als de thee schaars werd, moest men zijn toevlucht ne men tot surrogaten en de kwaliteit van de thee-surrogaat was beter dan die van de koffie, waarom dan ook het verbruik van de theesurrogaat groter werd. Na de oorlog had men schijnbaar „de smaak" te pakken, want in gebieden, waar men voor heen vrijwel uitsluitend koffie dronk (b.v. Limburg en Brabant) werd er ook een plaatsje ingeruimd voor de thee en de statistieken van 1951 to nen aan, dat het theeverbruik iets hoger is dan dat van de koffie (me de ook als gevolg van het feit, dat de distributie van thee eerder werd opgeheven dan die van de koffie) en het theeverbruik is nog stijgen de. Het eigenaardige is, dat thee in de gehele wereld gedronken wordt, het geen niet het geval is met de kof fie. Er zijn hele gebieden in het verre Oosten, waar koffie vrijwel onbekend is. In China b.v. is koffie slechts te verkrijgen in de eers.te rangs hotels. In Japan zijn het de Amerikanen geweest, die sedert 1945-1946 het drinken van koffie hebben gepropageerd en hoewël de conservatieve Japanner er niet aan wil, kan men toch in de gewone res taurant in Tokio b.v. koffie kopen. De grote Nederlander Bontekoe is wellicht degene geweest, die in ons land het drinken van thee heeft aan bevolen uit medisch oogpunt. Hij beschouwde het als een genees middel voor mensen, die het over dag erg druk hadden. „Dit excellent- ste kruid", zoals hij het noemde, had de eigenschap mensen tot kalmte te brengen, nadat men er een of twee koppen van had gedronken. Maar de koude Hollander voelde er nog niet veel voor, in weerwil van het feit, dat China en Japan deze drank al eeuwen kende. Zoals met zovele dingen ligt het eerste begin van het theedrinken in het stof van het verleden begraven. China werd wel als stamland der thee beschouwd en zeker hebben de Japanners het gebruik en de plant weer door hun westelijke buurleven kennen maar sinds in 1825 in As sam in het wild groeiende thee werd ontdekt, is er aan de Chinese oor sprong twijfel gehecht. Volgens Con fucius zou de mythische koning Sing Nong in 2737 v. Chr. het eerste de deugden van de theeheesters hebben gevonden, doch het meest doortrok ken van Oosterse fantasie wordt de mythische oorsprong weergegeven in de volgende Japanse legende: „Een oude Brahmaan, die reeds bijna heilig was geworden, deed eens de gelofte, dat hij niet meer zou slapen om zich voortdurend aan bo venaardse bespiegelingen te kunnen overgeven. Maar sterker dan hij was de natuur. Telkens sliep hij in en het onaangenaamste was, dat hem in de droom herhaaldelijk de gestal te verscheen van een jong meisje, dat hij jaren geleden, toen hij nog niet zo oud en zo heilig was, erg lief had gehad. Na een kort besluit sneed hij zich de oogleden af, doch zie: op de plek, waar die oogleden gevallen waren, stonden de volgende morgen twee heesters, wier bladeren de vorm van oogleden hadden en de eigenschap bezaten de sterfelijke geest op te wekken en vrolijk te houden". Op meer reële bodem treden doet ons de melding van de Japanse theeplantersvereniging, dat een Ja panse priester voor tweeduizend jaar China bezocht en vandaar za den van de theeheesters meebracht. In de 8e eeuw, onder de regering van de 9e keizer uit de 13e dynastie, Tang, was de thee in China reeds algemeen genoeg om er belasting van te hebben, welke een opstand ver- Zaterdag 14 Februari Sjoel- en Schietavond „De Gouwe" in R.K. Bondsgebouw. Zaterdag 14 Februari Jeugduitvoe- ring T.O.O.S. Cantine N.V. Dob- belmann. Woensdag 18 Februari Lezingen-Co mité. Filmavond Ned. Heide Mij. Vrijdag 27 Februari Ledenvergade ring C.B.T.B. lezing met licht beelden. Donderdag 5 Maart Uitvoering T.O.O.S. Cantine Dobbelmann. Maandag 23 Februari Vergadering Stichting Landbouw in lunchroom v. d. Water. Spr. Voedselcommis- saris v. d. Hoek. Woensdag 18 Maart Uitvoering „Concordia". Cantine Dobbelmann. Officieële Mededelingen OPENBARE BEKENDMAKING Onteigening in het belang der volkshuisvesting. De Burgemeester der gemeente Waddinxveen brengt ter algemene kennis, dat ter gemeente-secretarie vanaf 13 Februari 1953 gedurende 21 dagen ter inzage van een ieder is nedergelegd een besluit van de ge meenteraad van 23 December 1952 met de bijlagen, strekkende tot ont eigening in het belang der volks huisvesting, ten name van de ge meente Waddinxveen, van een per ceelsgedeelte in verband met een vastgestelde voorgevel rooilijn van een gedeelte van de Dorpsstraat, ka dastraal bekend sectie C. no. 1016, welke op de bij het besluit behoren de tekeningen nader is aangeduid. Waddinxveen, 12 Februari 1953. De Burgemeester voornoemd, A. WARNAAR Jz. oorzaakte; in Japan was de cultuur in het begin van de 130 eeuw zo goed als gevestigd. Veel meer van de thee en al wat het gewas betreft weten wij uit de geschiedenis der laatste drie eeuwen. Er bestaat nog een verwijzing naar de Romeinen, die een tafeldrank moeten gekend hebben, welke op thee geleek. Het eerste bericht over thee echter brachten twee Perzen naar Venetië. Doch, aan ons, Hollan ders, komt de eer toe ,de eerste ge weest te zijn, die de thee vanuit China zelf naar Europa brachten (in 1610). Zowel Engelsen als Fransen hebben er van geproefd door onze bemiddeling. Zoals gezegd: in Nederland moest men aanvankelijk niet veel van de thee hebben. De naam „hooiwater", welke het aftreksel na kennisma king bij ons ontving, wijst niet op ingenomendheid met de nieuwe drank. Er was dan ook in het begin een heftige strijd tussen hen, die het vocht prezen om zijn hygiënische waarde en anderen, die in afkeer van het nieuwe, niets moesten heb ben van wat zij honend noemden „l'impertinente nouveauté du siècle". Waarschijnlijk omdat het getal dran ken in ons land beperkt was, ook omdat er ih die tijd van de zijde der protestantse geestelijkheid (na de hervorming) geageerd werd tegen het overmatige gebruik van bier (toen eigenlijk de nationale drank!), trok de thee spoedig meer aandacht en waardering. Maar de thee bleef duur en was voor de gewone man onbereikbaar. Ook buiten ons land, want in 1670 werd in Londen niet minder dan 160-200 shilling voor een pond thee betaald. En door de hef fing van hoge invoerrechten - ook in ons land - ontstond er een bloeiende smokkelhandel in de thee. Het hevigste incident, door de thee handel uitgelokt, was wel de weige ring der Amerikanen, om de (Engel se) theebelasting te betalen. Het gevolg, dat een aantal burgers in 1773 een lading van 18000 pond thee in de haven van Boston overboord wierpen. Dit incident gaf de door slag tot de oorlog, eindigende met de grondvesting van de grote Noord- Amerikaanse republiek. (wordt vervolgd). Mevr. G. W.-H. te W. heeft een petroleumvergasser voor huis verlichting. Nu heeft de lamp ge lekt en zit er een grote petroleum- kring in het wollen holtapkarpet. - Petroleum verdampt. Maar U kunt het proces bespoedigen, door met een niet te heet strijkijzer te nemen en een vel grauw papier (b.v. zout zak). U legt het grauwe papier over de kring strijkt er een aantal ma len overheen De olie trekt dan in het papier. Hang daarna op een zon nige dag het kleed buiten, of - bij gebrek aan zon in deze tijd - een met de plek bij de haard of kachel (niet te dicht erbij!) en na verloop van tijd verdwijnt de kring vanzelf weer. Dora Werth,

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Weekblad voor Waddinxveen | 1953 | | pagina 2