Weekblad voor Waddinxveen
VKoedez de Vrouw.
De Spiegel van de week
Kris-Kras
zomeRmóónö.
O Juni 1944 het begin van het einde.
No 468
Vrijdag 4*Junifl954
10e Jaargang
Adres Redactie en Administratie:
Oranjelaan 30, Waddinxveen, Telef. 438
Verschijnt elke Vrijdag
Abonnementsgeld per kwartaal f 1.00 bij vooruitbetaling
Advertentieprijs 6 ct, familieadvertenties 7 ct per m-m.
Bijdragen, Verslagen, etc. uiterlijk
's Woendagsavonds inzenden.
Uit een en ander volgt, dat Ne
deriand politiek werd wakker ge-
scaud, en men behoeit waarlijk niet
over een profetische geest te be-
scniKken, om te voorspellen, dat
over net Mandement der bisschop-
In het algemeen zouden we kun
nen zeggen, dat wij ons hier in Ne
derland niet al te druk maken over
ce politiek. Wij hebben onze vaste
politieke overtuiging en alleen in
verkiezingstijden komt er, politiek
gezien enige opleving. Zodra echter Pe" in tai vaQ *rin9en nog menig
de uitslagen dier verkiezingen weer woord zal vallen.
De laatste tijd nestond ons „me
nu in uooidzaaK uit recntzakenlec-
tuur. En wat voor lectuur 1 ln de
zaak tegen de Berkelse arts zal de
tiaagse rechtbank op 8 Juni uit
spraak doen. De doKter, ervan be
schuldigd, zijn vrouw te neboen
vergittigd, noudt zijn onschuld vol
en in spanning ziet men de uitspraak
tegemoet.
De vreemde geschiedenis van de
„President Robert waarvoor ern
stige mensen zien voor ettelijke dui
zenden guldens lieten oplicüten en
waarvoor Maandag jl. den heer
Robertus Th. E. Lomoert zich had
te verantwoorden, trekt nu algemeen
de aandacht. Die meneer Lombert
schijnt een typische figuur te zijn.
Dat Kan ooK wei niet anders, om
dat men toch over meer dan gewo
ne capaciteiten moet beschikken, om
een algemeen geacht en gezien no
taris ettelijke tonnen lichter te ma
ken en o.m. een leraar ertoe kan
brengen, zijn gehele hebben en hou
den te verkopen om de opbrengst
daarvan 52,01)0 nederig in
handen van deze 31-jarige kleerma
kerszoon te stellen.
Een rechtzaak, die eveneens grote
belangstelling verdient is die tegen
de zogenaamde aetherpitaten. De
laatste vier jaar zijn door de politie
in samenwerking met de P.T.T. niet
minder dan 300 geheime zenders in
zonderheid in het Oosten en Noor
den van ons land tol zwijgen ge
bracht. Het lijkt zo'n onschuldig
vermaak, het zwart uitzenden van
radio-berichten. Het kwaad, dat
hiermede wordt aangericht kan ech
ter heel groot zijn, daar, zoals des
kundigen verklarende radiogolven,
waa r de luchtvaart op werkt, er
door worden gestoord. Daarom is
het goed, dat hiertegen streng wordt
opgetreden en dat er nu, zoals voor
de rechtbank te Almelo, ettelijke
maanden gevangenisstraf tegen deze
bedrijvers wordt gevraagd. Wie wil
uitzenden en daar plezier in heeft,
kan zulks ook wettelijk doen en een
zendvergunning na afgelegd examen
krijgen.
zijn verwerkt, leven wij ons rustige
leventje van alle dag verder en la
ten de politiek aan de heren politici
over.
Het Mandement, dat het Neder
landse Episcopaat in zijn Vasten
brief vaD 28 Februari reeds aankon
digde en dat Zondag j.l. wetd uit
gegeven, voor een kwartje was het
omvangrijke geschrift te koop 'had
evenwei de uitwerking van een
knuppel in het hoenderhok, Onder
de titel „De Katholiek in het open-
hare leven van deze tijd" zette het
Nederlandse Episcopaat uiteen, dat
men één moest zijn in eigen ver
band, doch dat men van daaruit met
henoud van eigen zelfstandigheid
met anderen kon samenwerken, in
niet R.K.-kringen zal echter het der
de deel van dit Mandement, heel
wat stof doen opwaaien, daar met
name genoemde organisaties als het
N.V.V., en aanverwante socialisti
sche organisaties, bet regelmatig be
zoeken van socialistische vergade
ringen, het regelmatig luisteren naar
de V.A.R.A. voor de R.K. in feite
wordt verboden. Ten aanzien van
het lidmaatschap van de P.v.d.A.
wordt door de bisschoppen zeer
duidelijk en met nadruk een afwij
zende houding aangenomen zij het
ook. dat hierop geen kerkelijke
sancties worden gesteld. Dat het
Mandement de uitwerking heeft van
de knuppel in het hoenderhok bleek
reeds bij het V.A.R.A.-zomerfeest,
dat toevallig diezelfde dag te Am
sterdam werd gehouden en waar de
voorzitter van deze socialistische
omcoep-organisatie, mr. J. Burger,
het bisschoppelijke Mandement voor
las, zich door deze aanval zeer te
leurgesteld betoonde en voorspelde,
dat het Mandement een bron van
vergaande moeilijkheden zal blijken
te zijn,
Ook de tegenvoeters van de R,K.
Staatspartij, de Communisten, roer
den zich dezer dagen. In een bijeen
komst van het partijbestuur der C.
P.N. zei de algemene secretaris van
deze partij, de heer Paul de Groot,
dat het een politieke noodzakelijk
heid is, het voornaamste vuur tegen
de K.V.P.-fractie te richten, „omdat
in Nederland geen verandering ten
goede kan komen, zolang niet deze
voornaamste burcht van de Ame
rikaanse invloed en de anti-demo
cratische binnenlandse politiek is
verslagen". De heer De Groot ver
zekerde toen nog, dat zijn partij z'n
best zou doen nader tot de gelovige
werkers te komen hetzij katholieken
of protestanten
STRENG.
Het is een doodeenvoudige Wad-
dinxveense jongeman van een jaar
of negentien, die over enkele weken
in militaire dienst gaat. Hij beoefent
momenteel een mooi beroep, maar
doet dit tussen vier muren. Dat op
gesloten zijn bevalt hem niet erg
de vrije natuilr lokt hem veel meer,
En daarom gaat hij, zodra er een
mogelijkheid is, naar buiten. Voor
dit doel heeft hij onlangs een prach
tig mooie fiets gekocht, waar hij
bijzonder trots en zuinig op is.-
Want bij hem thuis is het niet zo
breed en hangt de lamp, in plaats
van op Vrijdagavond, Dinsdag of
Woensdag reeds voorover, Maar
dat is geen schande.
Wat die jongeman nu overkwam
is wel schande. Met een groep jon
gens is hij deze week op een avond
gaan fietsen. Ze maakten het ge
zellig weet U, Een was er bij die
mondharmonica speelde en de an
deren zongen allemaal mee, al rij
dend en trappend. En zo net tussen
schemer en donker gebeurde het, In
een of ander dorp, iets buiten de
kom, stond een piepjong politieman
netje. die onraad proefde. De zon
was net aan de horizon verdwenen
en volgens de wet moeten voertui
gen dan licht op hebben. De jonge
man waarover ik sprak reed voorop,
maar nog zonder licht. Endatagen-
tje sommeerde de hele groep, die
allen zonder licht nog reden, ef te
stappen. Of ze niet wisten dat hun
lampen moesten branden. Die jon
gens kletsten ais brugman, maar de
agent pakte zijn bonboekje*en deel
de met gulle hand de bonnetjes uit.
Die agent had natuurlijk het recht
om dat te doen, want al die knapen
waren in overtreding. Maar het zou
tactischer geweest zijn om alleen
maar te waarschuwen, want die jon
gens hebben wéér iets minder
vertrouwen gekregen in de politie.
Afgezien log van het feit, dat deze
jongens niet bewust zonder licht
renen, omdat het tussen mal en
dwaas was al met licht te rijden.
Maar de bonntjes zijn geschreven
en er moet worden betaald, hoewel
m ij n jongeman er veel voor voelt
het „uit te zitten". Ik ben blij. dat
onze Waddinxveense agenten iets
minder streng zijn. Daarom zijn ze
gezien in ons dorp,
Tot de volgende week.
KRIS-KRAS
Stel deze vraag aan honderd moe
ders, en ik vrees, dat negentig
van de honderd zullen antwoorden:
„Och, daar heb ik me nooit mee be
moeid. Een kind moet kunnen ge
nieten van zijn jeugd."
Daar is de Zondag. Voor vele kin
deren is de Zondag de meest verve
lende dag van de week. Want
dan heb je goeie kleren aan en kun
je niet ravotten en stoeien naar har
telust. Bovendien zijn er nog heel
wat streken in ons land waar men
Zondags .inderdaad kan genieten
van Zondagsrust. Zelf woon ik ook
in een streek, waar niet alleen de
winkels de gehele dag gesloten zijn
(met gordijnen voor de etalage^),
maar ook de café's en de garages.
Ongelukkig de auto, die in ons dorp
terecht komt en droog komt te staan.
Hij zal Zondags in ons dorp niet
kunnen tanken.
Toen wij hier vóór de oorlog kwa
men wonen, was het iets vanzelf
sprekends, dat kinderen des Zondags
niet op straat speelden. Dat hoorde
niet. Als het goed weer was, maakte
je een wandeling en hield je je
kroost behoorlijk in toom. Geen ge
schreeuw, geen gespring of gedraaf.
Maar netjes naast vader en moeder
lopen. Wel, wij zijn zo brutaal ge
weest om deze sleur te breken en
wij zeiden tegen onze kinderen Zon
dags: geniet van het mooie weer,
denkt een beetje om je kleren en ge
draagt je fatsoenlijk. Maar ze kwa
men al gauw weer thuis, want er
waren geen vriendjes of vriendinne
tjes om mee op straat te spelen.
Mijn man is toen eens op een zon
nige middag met de kinderen aan
het ballen gegaan op de straat (toen
nog een stille weg, waar nagenoeg
geen verkeer langs kwam). Daar
over heeft men toen maandenlang
in de dorpskring schande van ge
sproken. Gelukkig is die tijd voorbij
en nu spelen onze kinderen samen
met andere kornuiten Zondags wel
op straat.
De fout is echter, dat vele ouders
hun kinderen in hun vrije tijd teveel
aan hun lot over laten. Het is be
grijpelijk, als we een week hard ge
werkt hebben, dat we Zondags wil
len uitrusten. Maar de kinderen wil
len Zondagsmiddags, als het mooi
weer is, wel eens een wandeling
maken naar de rivier. En dan gaan
We mee, want dat vinden de kinde
ren altijd fijn. Onze buren vragen
dan wel eens: „Mag Kees of Henk
.mee?" En die komen dan bij ons ge
zelschap, want de pa van Kees doet
's middags altijd een dutje en" de
Ma van Henk luistert Zondagsmid
dags altijd naar de radio.
Kinderen zijn vele ouders vaak
een last. En dat is absoluut fout.
Het jonge paar, dat in het huwelijk
treedt en elkander trouw belooft,
neemt op het moment, dat beider ja
woord heeft geklonken, een dure
plicht op zich. Namelijk, dat men
de kinderen, die uit dit huwelijk ge
boren zullen worden, behoorlijk zal
opvoeden. En dan moet men zich
dikwijls opofferingen getroosten.
Het „kind, zeur niet aan m'n hoofd,
ik heb het te druk" mag nimmer in
een gezin klinken. Men moet altijd
weer opnieuw belangstelling hebben
voor de vragen, wensen en proble
men, waarmede het kind komt aan
dragen. Het Zondagse middagdutje
moet vervallen, als het kind naar
buiten wil. Dat wil natuurlijk niet
zeggen, dat we ons in alles naar de
wensen van onze kinderen moeten
schikken. Want dan kweken we
kleine tyrannetjes, die later grote
tyrannen worden. Doch we moeten
wel rekening houden met de wensen
en verlangens van onze kinderen.
Het is heel begrijpelijk dat het
BALDADIGE JEUGD (SLOT)
In dit slotartikel wil ik dan nog
iets bespreken over de vrijetijdsbe
steding. Want dit is misschien in de
ze eeuw wel het grootste jeugdpro
bleem: Hoe is de jeugd bezig?
Een kind komt thuis uit school.
Vader is nog aan het werk en moe
der is aan het verstellen, of strijkt
de schone was, of heeft visite. „Een
kopje thee?" Soms is er belangstel
ling voor, meestal niet. „Moe, ik ga
buiten spelen, hoor!" „Goed, maar
om zes uur thuis eten. Denk je er
aan?" „Joe!" Weg is het kind en
moeder kan weer rustig verder ver
stellen, of strijken, of met de visite
babbelen. Wat doet het kind op
straat? Controleren we dat wel eens?
kind het fijn vindt, als vader en
moeder Zondagsmiddags mee gaan
wandelen, want in de week is daar
voor doorgaans geen gelegenheid.
Ook in de winteravonden moeten
we ons kroost op gepaste wijze be
zighouden. B.v. met gezelschaps
spelletjes. „Pa, doe je mee ganze-
borden?" Pa zit verdiept in de krant
en zegt nee. „He, zeurt het kind, Pa
heeft nooit ergens zin in". En het
kind gaat zijn of haar vertier er
gens anders zoeken. Bij vreemden,
op straat of waar dan ook.
Een kind moet afleiding hebben.
Moet bezig gehouden worden. Bo
vendien moet een kind voortdurend
onder controle staan. Ik ken een
moeder van een vrij groot gezin (9
kinderen), waarvan de oudste mo
menteel 17 is en de jongste nog in de
wieg ligt. Af en toe zegt ze tegen
haar dochter van 15, die thuis is:
pas jij even op de kleintjes, ik moet
een boodschap doen. Dan stapt moe
der op de fiets en rijdt het dorp
even door om te controleren, wat de
andere kinderen van haar op straat
doen.
Dat is een vaste gewoonte van haar
en ik mag verklappen, dat ze op de
ze wijze een paar malen een groot
onheil heeft kunnen voorkomen.
Maar de verhoudingen zijn in dit
gezin ideaal en ik moet eerlijk toe
geven, dat ik bij deze moeder al
heel wat geleerd heb over Be opvoe
ding.
Is het financiëel mogelijk, laat Uw
kinderen dan zoveel mogelijk genie
ten in clubverband. Ik denk b.v. aan
het zwemmen in de zomer. Zodra
het zwemseizoen begint en het bad
in ons dorp geopend is, koopt mijn
man een gezinskaart en van de
jongste tot de oudste gaan ze, als
het weer zulks enigszins toelaat,
zwemmen. Mijn oudste heeft al eens
een eerste prijs gewonnen en U
moogt gerust weten, dat ik er wat
trots op was. Zover heb ik het in
mijn jeugd nooit gebracht. Mijn
oudste zoon heeft zijn hart verpand
aan schaken. Als zijn rapport goed
is, mag hij in de komende winter lid
worden van de schaakclub. Mijn
jongste zoon (tien) was onlangs weg
van de voetbalsport. Hij wilde met
alle geweld bij de adspiranten of
junioren. Ik weet niet precies, hoe
dit heet. Mijn man heeft hem en
kele malen mee genomen naar Za
terdagmiddagwedstrijden in een na
burig dorp. Daar ging het een paar
keer nogal ruw toe. De laatste keer
waren er twee gewonden en mijn
zoon spreekt op het ogenblik niet
meer over voetballen
In het winterseizoen zijn er be
paalde avonden: muziek, jeugdfilms,
e.d. Als het in onze ogen goed is,
krijgen onze kinderen altijd toestem
ming. Maar als we „nee" zeggen,
dan is het ook goed. Want onze
oudsten zijn nu al zover, dat ze be
grijpen: Vader en moeder kunnen
er beter over oordelen dan wij.
Al roemen we maar weinig
Het hollandse klimaat,
En gaan we transpirerend
Of bibb'rend over straat;
Wanneer de eerste Juni
Op de kalender prijkt,
Dan wordt het tijd mijn waarde,
Dat u weer vrolijk kijkt.
Al werd het dan in Zürich
Weer opgeruimd één-drie,
Verloor de leeuw-op-sloffen
Ondanks veel energie:
Eens wordt naar voetbalzeges
Opnieuw de weg gebaand
We blijven optimistisch.
Het is weer Zomermaand!
Al zit men onze kinderen,
De hoop van pa en moe,
Met allerlei examens
Weer dwars en achterna;
Al zijn ze moe van 't blokken,
De ogen vaak betraand:
We kunnen ze weer troosten
Met Juni Zomermaand!
Maar bovenmaatse vissen
In vaart en vliet en plas,
Die zitten weer sinds Dinsdag
In nood en zak en as;
Zelfs dikke opa Karper
Kijkt niet meer zo verwaand;
Er kwam, als het aan hem lag,
Nóóit meer een Zomermaand!
JAAP MIJDERWIJK
Met dit alles wil ik natuurlijk
niet zeggen, dat U het bovenstaande
ook moet opvolgen. Ieder ouderpaar
moet zelf kunnen beoordelen, wat
het beste is voor zijn kinderen. Wij
doen het op onze manier, U op de
Uwe. Maar het gaat er om van de
kinderen behoorlijke leden van de
maatschappij te maken en te voor
komen, dat ze zullen gaan behoren
tot de categorie baldadige jeugd. Te
zijner tijd kom ik hierop nog wel
eens nader terug; Andere onder
werpen vragen onze aandacht en
daarom stappen we voorlopig van
dit onderwerp af. Maar eventuele
vragen zie ik altijd gaarne tegemoet.
DORA WERTH.
De ochtend van de 6de Juni 1944,
die zonnige lentemorgen, heeft vreug
de gebracht in het hart van miliioe-
nen mensen en wel in het bijzonder
van hen die leefden in het oude
Europa. Reeds lang was men beu
van de tyrannie van de nazi's, maar
het scheen onmogelijk van binnenuit
iets tegen hen te ondernemen.
Reeds lang wist men dat er in het
geallieerde kamp iets broeide en men
noemde het de invasie. Maar zou
die komen
Nu zou men verwachten, dat ook
de Duitse legerleiding wel van een
en ander op de hoogte zou zijn. En
inderdaad was deze op haar hoede,
maar tot het laatste toe was men
onkundig van het feit, dat juist het
strand van Normandië voor dit
grootse gebeuren was uitverkoren.
Zo kon het dan gebeuren, dat de
Duitse wachtposten plotseling op
geschrikt werden door golven jagers
en bommenwerpers, die van het Ka
naal recht op de kust toekwamen.
De eerste gedachte van de Duitsers
was, dat het een geweldige Tagang-
riff' werd op het achterland. Wel
kwam hun luchtdoelgeschut in actie
maar toch niet op die manier, die
men had mogen verwachten. Op het
moment, dar de golven vliegtuigen
hun dodelijke en verderfelijke last
echter op de enorme betonnen ver
sterkingen lieten vallen en het hen
duidelijk werd dat zij en niet het
achterland het doelwit waren van
de geallieerde aanvallen, begon het
in hun breinen te dagen.
Toen de aanvallen van de lucht
macht ook nog ondersteund werden
doar zwaar geschutvuur uit zee, af
komstig van zware oorlogsbodems
voor de kust, begrepen zij dat dit
wel eens de lang verwachte invasie
kon zijn. Veel Duitsers verwensten
het feit, dat juist zij op dit punt
waren gelegen, want zij begrepen
heel goed, dat wanneer de geallieer
den tot de invasie zouden overgaan,
dit geen kinderspel zou zijn. Mede
in verband met de zware nederlagen
en het steeds weer moeten terug
trekken in het oosten onder de druk
van de communistische legers, was
de moraal van de Duitse troepen
langs het Kanaal nu niet bepaald
uitstekend te noemen.
Schijnaanval?
Dit alles had tot gevolg, dat de
voorbereidingen tot verdediging van
de „Atlantische Mauer" niet vlot
verliepen. Toen de eerste aanvals
golven naderbij rolden en honderden
geallieerde soldaten het strand be
stormden, konden vele Duitsers nog
steeds niet geloven, dat het werke
lijkheid was en de geallieerden het
aandurfden hun onneembaar geachte
verdedigingswerken aan te vallen.
Uit Berlijn werd den volke derhalve
medegedeeld, dat dit wel het bevijs
was, dat de geallieerden aan het
einde van hun krachten waren, want