De avonturen van Duimelot
KOORTSTHËRMOMËTËR
i
jai,j
3Cerótmió ergenó in
en in. De geschiedenis geeft tal van
voorbeelden van zulke stam- en fa
milieheiligdommen. Beth-el (Huis
Gods) was zo'n heilige plaats, en
wanneer later het rijk wordt ge
scheurd in twee koninkrijken, Is
raël en Juda, zijn de koningen van
Israël er direct bij om Beth-el als
centrum van religie te gaan exploi
teren.
Als eindelijk de Israëlieten een
koning wensen, zoals al de volken
rondom, wordt Saul uit de stam
Benjamin als zodanig gekozen, maar
steeds tijdens zijn koningschap zalft
de profeet Samuel de jonge her
dersknaap David tot zijn opvolger.
En daarmee treedt Bethlehem (d.i.
„Broodhuis") in de geschiedenis.
Stad van David
Wel komen we in de Bijbelse his
torie Bethlehem reecjs vroeger tegen.
Jakob, de aartsvader, heeft er zijn
lievelingsvrouw Rachel begraven.
Daarom dicht Vondel dan ook ih
zijn „O Kerstnacht, schoner dan de
dagen" dat het geschrei der kinde
ren, te Bethlehem vermoord, de
geest van Rachel wakker maakt".
En de romantische geschiedenis
van Ruth speelt ook in dit dorp.
maar Ruth is dan ook de stam-moe-
der van het huis van David!
David neemt een unieke plaats in
in Israels geschiedenis, doordat in
hem het z.g. theocratischh koning
schap gestalte kreeg, waarbij staat
kunde en religie ten nauwste met
elkaar waren verbonden. Het volle
accent valt nadien óp Jeruzalem.
De plannen voor de bouw van een
grootse tempel worden door Davids
zoon Salomo voltooid.
Maar ook in later dagen, wanneer
de dynastie van David langzaam ten
onder gaat, klinken steeds weer
profetische stemmen die heenwijzen
naar Bethlehem. Voor de gelovige
Joden stond dan ook vast dat de
Messias die zij verwachtten in Beth
lehem zou worden geboren.
Wanneer dan ook later Herodes,
de tetarch van Judea, Edomiet van
geboorte, verneemt van de geboorte
van een koningskind in Bethlehem,
slaat hem de schrik om 't hart. Hij
verkeert gans niet in 't onzekere
omtrent de betekenis die de Joden,
het Romeinse juk meer dan moe,
hieraan zullen hechten. Naarmate
de druk zwaarder werd, leefde ook
te sterker op het verlangen naar de
komst van de „Zoon van David",
die Israël verlossen zou. En ondanks
Herodes, ondanks alles is Bethle
hem geworden de wieg van een
godsdienst die een groot deel van de
wereld veroveren zou en diep in
grijpen in de ontwikkelingsgang van
de mensheid.
Van oude tijden af hebben de
Christenen zioh getrokken gevoeld
tot de plaats waar Christus werd
geboren. Onder de kreet „God wil
het" trokken legioenen kruisvaar
ders naar Palestina en vestigden
daar een koninkrijk. De plaats waar
Christus zou zijn geboren werd
vastgesteld en daar staat nu d|e
schitterende Geboortekerk, die ech
ter een droevige getuigenis aflegt
van de verdeeldheid der Christen
heid. Zowel de Armeense als de
Grieks- en Rooms-Katholieke kerk
gemeenschappen hebben er beslag
op gelegd.
Door een klein poortje, dat men
slechts bukkend kan binnengaan en
dat dan ook het „oog van de naald"
wordt genoemd, betreedt men de
Geboortegrojt, waar een zilveren
ster de plaats aangeeft waar Jezus
zou zijn geboren.
INGEZONDEN
(buiten de verantwoordelijkheid der
redactie)
De Gemeenteraad op zyn smalst.
Bij het lezen van de verschillende
persverslagen der Gemeenteraads
zitting, las men ook het verslag der-
besprekingen over het verzoek van
het Wït-Gele-Kruis om ook subsi
die voor de bij haar aangesloten ge
zinnen.
B. en W. adviseerden afwijzend,
behoudens de leden aan de Bode-
graafse Straatweg. In de andere
wijken, alleen Bloemendaal en de
Zwarte Weg kwamen ter sprake,
oordeelde men deze subsidie niet
nodig, omreden het Groene Kruis
ook in deze wijken komt, en dus,
de mensen konden zich daar wel bij
aansluiten.
Een voorstel van de leden van
Oosten en Ókkerse om het toch te
geven, kon niet doorgaan, wegens
gebrek aan de vereiste ondersteu
ning.
Het voorstel van B. en W. daarna
in stemming gebracht, werd aange
nomen, met alleen de stem van de
heer Okkerse tegen.
Dit feit, kunnen we niet anders
bestempelen als ondemocratisch,
en een gebrek aan juist inzicht.
Wanneer men de taak van een
Kruisvereniging niet anders ziet,
als dat een wijkverpleegster een
zi^ke wast, materialen verschaften
aan T.B.C.-Bestrijdïng doet, dan
is dat een degradatie van het werk
De vijf kinderen van Vader en
moeder Hand lagen lekker in het
grote bed. Ze sliepen nog en droom
den van allemaal prettige dingen,
't Kleine Ding dat hij nog groter
was dan Lange Jaap. Likkepot, die
naast hem lag, van een boterham
met dik boter en nog dikker jam.
Ringeling, in het midden, van
sneeuwballen gooien. Het was mid
den in de winter. Lange Jaap
droomde, dat Duimelot eindelijk een
zoete jongen was geworden, die
nooit 'meer kattekwaad uithaalde,
Dat zou wel nooit gebeuren. Dui
melot was een rakker! En Lange
Jaap trok dan ook een gezicht of hij
zijn eigen droom niet geloofde. En
Duimelot zelf tenslotte, die in het
boekje lag.
2. Duimelot droomde helemaal
niet. Hij wasklaar wakker, en lag
met wijd open ogen de slaapkamer
rond te kijken. Het was nog heel
vroeg in de morgen. Hij wilde heel
stil liggen, want anders maakte ni.j
de anderen wakker door zijn ge
draai, maar dat was moeilijk! Als je
helemaal niets wilde bewegen be
gon het juist overal te kriebelen.
Hij draaide voorzichtig om. Het
hielp niet. Toen ging hij op zijn buik
liggen. Lange Jaap, die naast hem
lag, bromde boos in zijn slaap, en
Duimelot lag weer een paar minu
ten doodstil. Toen hoorde hij iemand
door de huiskamer lopen. Was
Moeder al op? Hij sprong gauw uit
bed'. iDe andere kijnderen werden
niet wakker.
De Kerstnacht in Bethlehem is
ieder jaar weer een grootse gebeur
tenis. Zelfs de vijandelijkheden tus-
Joden en Arabieren worden er
voor opgeschort, een weg vrij ge
maakt door het mijnenveld, en uit
alle landen komen de pelgrims om
de Kerstnacht door te brengen op
de plaats Waar het Kerstevangelie
het eerst werd verkondigd. Want
ook voor de Mohammedanen is Je
zus een groot profeet.
Koningen en wereldgrooten heb
ben in de loop van eeuwen zich ge
bukt om door het „oog van de
naald'' te gaan en wellicht hebben
zij daarbij wel een ogenblik gedacht
'aan het Woord van Hem die zij gin
gen eren: „Lichter gaat "een kameel
(door het oog ener naald, dan een
lijke in het koninkrijk Gods". Maar
desondanks is Bethlehem nog steeds
een stukje omstreden gebied tussen
staten, die het kind dat hier gebo
ren werd, niet als Christus erken
nen. Desondanks is het nog steeds
geen vrede op aarde
Maar Bethlehem, het onaanzien
lijke dorpje, is nochtans een begrip
gewordjen in de wereld. Het „brood
huis" van weleer werd een Gods
huis. Stormen trokken er over
heen. Bloed heeft gevloeid op deze
gewijde ^rond. Maar uit dit bloed
groeide ook naar Vondels woord het
zaad
„dat heerlijk tot Godfe eer zal
bloeien
en door geen wreedheid en ver
gaat".
f 2.50 per stuk, onder garantie
Drogisterij v.d. Heiden i
der Kruisvereniging. Er is heel veel,
waar dat werk de levensbeschou
wingen raakt, om maar iets te noe
men, de Moedercursussen, de Gees
telijke Gezondheidszorg die adn het
begin staat van een zeer grote taak,
de dikwijls voorbereidende taak van
de zuster, om de komst van een
Geestelijke mogelijk te maken, de
nieuwe richting, dat nu de wijkver
pleegster ook sociaal verzorgster
wordt, dit feit o.m. houdt in, een
niet te ontkennen verband' met de
levensbeschouwing der gezinnen.
Dat heeft men in ons land goed be
grepen, de Katholieken met hun
Bond van meer dan een half mil-
lioen gezinnen, de Protestants Chris-
telijken met hun Oranje-Groene-
Krui's. Met het Groene Kruis, dat
zich niet op principieel terrein be
weegt, is in alle organen de grootst
mogelijke samenwerking, met el-
kaars respect voor ieder z'n levens
beschouwing, en werken mee aan
subsidieregelingen van Staat en Pro
vincie, zonder naar kleur te vragen,
of te kijken of er soms niet ver
schillende Zusters in een wijk ko
men, om dan elkaar uit te sluiten.
Dit heeft de Raad van Waddi'nx-
veen nu wel gedaan, zeer ondemo
cratisch, en zich geplaatst in dë
hoek van die enkele gemeenten, die
met hun opvattingen nog een eeuw
terug leven. Uitgezonderd één lid.
En hoe men zich geuit heeft, ten
opzichte van het meeleven met an
dere gemeenten, i'n de twee bespro
ken buurten, was buitengewoon on
handig. Dit behoef ik niet nader te
verklaren.
Hopende dat de Raad in zijn af-
wijzendje gedeelte, nog eens zijn be
sluit herziet, dan gaan we weer in
de richting der Democratie, tnplaats
van bekrompen dorps-politiek.
S. C. J. VAN TOL.
KERSTZANGAVOND IN DE
NED. HERV. KERK.
Ondanks het ruwe, stormachtige
weer waren Dinsdagavond velen
grotendeels jongeren naar de
Hervormde Kerk gekomen, zodat
deze toch nog vrij goed bezet was.
Deze zangavond ging uit van de
Hervormde (gemengde Zangvereni
ging Vox Jubilante'' en het Her
vormd Kinderkoor „de Zangvogels".
Onder de bekwame leiding van de
dirigenten Marinus Egberts en Dick
Klip hebben beide koren goed werk
geleverd.
Door de bewerkingen van Mar.
Egberts werden „Hoe zal ik U ont-
vangen" en vooral „de Lofzang van
Zacharias" wel gestaald, maar het
tempo was toch te langzaam, zodat
sommige regels stotend werden.
Overigens heeft „Vox Jubilante"
mooi gezongen. Vooral „Kerstlied"
van Marinus Egberts werd met veel
enthousiasme en zeer fraai' ver
tolkt, en ook, om niet meer te noe
men: Kerstgezang" van Fr. Abt.
„De Zangvogels" moesten kenne
lijk even over hun eerste schuch
terheid heenkomen, maar na het
eerste lied, kwamen zij goed los en
bewezen wat zij kunnen.
„Kerstnacht' van Aug. Weiss en
„in mensen welbehagen" van Fritz
Holman klonken erg mooi. In de
uitvoering van „Hemels lichtje" van
Marinus Egberts (solo en duet) bleek,
dat Vox Jubilante ook over ver
dienstelijke solostemmen beschikt.
Het hoogtepunt van het vocaal en
intetrumentaal gedeelte van het
programma was zeer zeker: „Heft
aan een luide zang" van Piet Kiel
Di't werd uitgevoerd door beide ko
ren met dubbele harmoniumbegelei
ding. Het was in één woord: mach
tig
Henny Brinkhorst gaf twee goede
orgelsolo's en ook de begeleiding
(harmonium) was bij hem in goede
handen.
Ds. v. d. Haar die deze zeer ge
slaagde avond opende en sloot, hield
een meditatie over het onderwerp
„het leven gered".
ook dit jaar het Kerstmannetje op
gulle wijze Iedereen wilde geden
ken. Gigantische lichtreclames hoog
in de lucht hadden geen ander
doel dan de mensen van ver te
trekken. Alles en allen wilden ie
dereen doordringen van de noodza
kelijke plicht niemand op Kerstmis
te vergeten.
„Don't forget your friends on
Christmas"
„Remember your parents on
Christmas"
„Don't forget your Mother"
Don't forget
Remember
In de winkels zelf was het nog
drukker dan op straat, niettegen
staande ook daar een grote menigte
zich bewoog en ontelbare auto's
tussen alles door hun weg zochten.
Zoals zo vaak in dergelijke omstan
digheden, onderging ook hier de
menigte de invloed van al dat licht
en al dat beweeg en men scheen ge
laden te zijn met een soort van kin
derlijke opgewondenheid, die zich
uitte in luide uitroepen, als: „o,
lock here, how beautifull O, look
there, what a show O, look'here,
O, look, there
De enigen op straat, die niet wa
ren aangegrepen door diit opgewon
den gedraaf, door deze vrolijke, al
gemene feeststemming, waren de
Canadese politie-agenten.
Rustig, glimlachend, (regelden ze
het verkeer, waar dat nodig was,
gaven zoekende mensen desge
vraagd adviezen en wisten bij dat
alles toch steeds weer daar te zijn,
waar hun hulp geboden moest wor
den. Niets kon hen blijkbaar uit het
evenwicht brengen. Ze gaven de
indruk alsof zij nu eens mensen be
keken, zoals wij, mensen, gewoon
lijk mieren bekijken bij het cen
trum van hun kolonie. We lachen
dan eens even tegen elkaar en zeg
gen: begrijp jij nou al dat gedraaf?
Ook die agenten lachten eens tegen
elkaar, vaderlijk begrijpend.
Volkomen op z'n gemak liep mid
den tussen de drukte in een der
grootste warenhuizen een jongeman.
Hij bekeek rustig de jritstallingen
en zocht naar iets dat zou kunnen
dienen als Kerstgeschenk voor z'n
vrouw. Ondertussen neuriede hij de
Kerstmelodieën mee, die boven alle
geroezemoes uit toch goed hoorbaar
waren en voortgebracht werden
door een reusachtig, speciaal voor
deze "gelegenheid hier geplaatst
kerkorgel.
Het zou zijn tweede Kerstmis
worden, hier in Canada. De eerste
maal was feet eigenlijk bij hem langs
en over hem heen gegaan zonder
hem te raken. O, zeker, ook toen
had hij al die bijzondere drukte
meegemaakt en al die reclames
verwonderd bekeken, maar hij had
het ondergaan als iets dat hem niet
aanging. Het had hem wel verwon
derd, doch het had zijn bewonde
ring niet gehad. Het deed hem toen
bij de eerste kennismaking met de
gewoonten i'n dit nieuwe land meer
denken aan kermis dan aan Kerst
mis. En voor kermis had hij in Ne
derland al nooit veel belangstelling
gehad, en Kerstmis was bij hem
thuis een feest van stilte geweest;
een feest Van inwendige blijdschap,
een dankbaar aanvaarden van de
grote Heilsboodschap, hoogstens ge
symboliseerd door een sober Kerst
boompje met warmstralende, zacht
jes wiegende kaarsvlammetjes.
Dit jaar was er evenwel iets bij
hem veranderd. Hij voelde, dat tus
sen di't grootse vertoon hier toch de
diepere ondertoon niet ontbrak. De
vroor hard, het Noorderlicht straal
de langs de hemel en in het hart
van de jonge man leefde de blijd
schap van hem die geeft.
„Zeg, Jane, luister nou eens
naar me en draaf niet zo vreselijk
door. Waarom martel jij je zo, door
je blind te staren op een onwerke
lijk, ingebeeld verleden? Heus, Ja
ne, je idealiseert al die ingen' van
vroeger met een volstrekt voorbij
gaan van de werkelijkheid van van
daag. En die werkelijkheid van van
daag is een goede boterham, een
goed huis en een goed kerkelijk le
ven. Bovendien ben je de moeder
van een gezonde dochter. Is het dan
zo erg om in Canada en bij mij te
zijn?"
Bij deze laatste woorden keek de
jonge vrouw hem aan.
„Nee, Wim, dat weet je wel be
ter, je wéét wel dat ik me bij jou
thuis voel, maar nu, juist nu, komt
al dat van vroeger weer op me af
Denk ik weer aan al die avonden
bij ons thuis en in het verenigings
leven, dat we daar hadden. En hier
niets, niets, niets. Niet eens een
tweede Kerstdag. Ja, grote Kerst
mannen, Santa Clauses, herrie, eten
drinken. Merry Christmas, that's
all."
Scherp, bijna honend kwamen de
laatste woorden uit haar verdrietig
opgekropt gemoed.
Nu zweeg ze en staarde denkend
aan dat verleden voor zich uit De
man zweeg ook en alleen het tikken
van de klok verbrak met rustige
regelmaat de stilte.
Eindelijk verbrak hij de stilte.
„Hoor eenst Jane, morgen gaan
we samen naar Winnipeg. Ik vraag
hiernaast of het meisje nog een
a vond wil oppassen en dan gaan we
samen eens d(e winkels bekijken.
Neen, neen, niet tegenspreken, dit
gebeurt."
De volgende avond liep ze inder
daad met haar man langs de win
kels en de etalages. Eigenlijk liep
ze het eerste deel van de avond al
leen. O ja, Bij was wel bij haar, ze
ker! Hij was zelfs vol zorg en at
tenties. Kijk liter eens, moet je
daar eens zien.... Look here, look
there.
Plotseling werd Ze zich bewust
dat haar man zijn uiterste best deed
haar een aangename avond te be
zorgen en toen moest ze even lac
hen. Mannen bleven toch diep in
hun hart altijd kinderen en dachten
dat van anderen blijkbaar ook. Was
hij nu werkelijk van mening, dat
al die show haar verzoende met haar
omgeving? Daar had je alweer zo'n
meer dan levensgrote Santa Claus,
die vanaf een donzen sneeuwwolk
een overvloed van geschenken naar
de aarde liet afdalen. Hoe kón Wim
dat toch mooi vinden. Ja, op zich
zelf was 't prachtig, maar het stónd
niet op zichzelf, het werd hier ge
koppeld aan Kerstmis, of.
Orgeltonen, zwaar en donker
dreunden eensklaps vanuit een luid
spreker door dé lucht. Met verras
sing luisterde ze naar wat ging ko
men. De zware tonen vervloeiden
en maakten plaats voor zachtere,
ijlere geluiden. De speler preludeer
de zachtjes, om dan plotseling weer
volle klanken te doen klinken: „O
come all ye faithful" (Komt allen
tezamen). Het viel van boven op
haar neer en overstemde alle ande
re geluiden. Ze luisterde met aan
dacht naar wat er verder zou ko
men. Onwillekeurig klemde ze zijn
arm vast. Het bleef niet bij die ene
melodie. Een hele reeks van be
kende en onbekende melodieën volg
de.
Ook ditmaal was het zoals het
reeds jaren tevoren geweest was, en
zoals het voorlopig wel zou blijven
ook. Tegen het midden van de
maand December scheen voor alle
stedjen en dorpen een geluidloze
boodschap te zijn uitgegaan: Let op
het is spoedig Kerstmis! Breng uw
versieringen aan en maakt het nog
mooier dan vorig jaar! Het grootste
warenhuis in de hoofdsteden, het
kleinste winkeltje in het platte
landsstadje, die een zowel als de an
der gaf aan dié roepstem gehoor.
Elk op zijn wijze, elk naar ver
mogen.
Elk met eigen bedoelingen en
achtergronden.
Geheel de binnenstad van Win-
nepeg was één grote tentoonstel
ling. De Mai'nstreet, de Portage
Avenue, spéciaal daar waar zij me
de het Centrum van de stad vorm
den, waren één beweeg van draai
ende en trillende aan en uit flitsen
de groene, blauwe, rode, paarse en
witte lichten en lichtjes, die zich
aan de wandelaars vertoonden in
alle denkbare combinaties. De eta
lages, hel verlicht demonstreerden
op alle mogelijke manieren hoe
„Goede Tijding' werd hier anders
gebracht, omdat de mensen die deze
verkondigden en zij die het moes
ten ontvangen ook anders waren.
Men beleefde en uitte de dingen in
Canada nu eenmaal anders dan in
hef oude vaderland, alhoewel
Eten en drinken, vooral erg veel
en vooral erg lekker nam een grote
plaats in, een veel te grote plaats,
naar zijn mening, doch hij had ge
durende zijn verblijf in Canada
goed om zich heen gezien. Hij had
meermalen ontdekt dat er onder die
schijnbare oppervlakkigheid meer
werkelijk christendom aanwezig
was dan men zo op het eerste ge
zicht zou vermoeden. En zo zag hij
ook nu, dat de kerk in vele gele
dingen toch door alles heen de men
sen met het Kerstevangelie wist te
bereiken.
Daar zag hij iets om aan z'n
vrouw te geven. De verkoopster
herkende onmiddellijk in de jonge
man de „newcomer", de jonge im
migrant en was een en al bereid
willigheid. Hoe ziet uw vrouw er
uit, is ze lang, welke kleur haar
heeft ze én nog meer vragen wer
den gesteld. Spoedig was de zaak in
orde en nu ging hij snel huiswaarts.
Het was helemaal donker, toen hij
over de Red River-brug reed. Het
Toen zei ze: „Zeg, Wim, zullen
we een eindje omlopen en dan naar
huis gaanll?" Ze zochten enkele
stille straten op en spraken daar
samen over Ihun ervaringen. Ei'
was een andere toon in haar stem
gekomen en die avond was het an
ders in huis dan de avond tevoren.
De afwezige blik was verdwenen
en haar hele optreden was als van
iemand die na lang aarzelen een
beslissing genomen had, en die vre
de had! met haar leven in het nieu
we land.
De andere morgen was het Kerst
mis. Ze werden afgehaald met de
wagen en samen gingen ze naar de
kerk.
Het oude Kerstevangelie, de oude
Kerstboodschap werd opnieuw de
gemeente en ook de wereld gebood
schapt. „Zie, Ik verkondig u grote
blijdschap, die al den volke wezen
zal, namelijk dat u heden geboren
is Jezus de Zaligmaker".
Ze wist het nu: het was niet al
leen maar Kerstfeest in het oude
vaderland, neen, ook in Canada
klonk de boodschap, ook in Canada
gold het evangelie van Jezus Chris
tus.
„O, come all ye faithful".
Abma.