öe sméAs&ppeL Sport in Uocl. KINDEI IWAGEN J. van der Po uw en M. A. Steen bergen, Bloemendaalseweg 71; Ondertrouwd: M. Th. van Zuilenen G. de Heer; H. B van der Oest en H. J. Overvliet; Gehuwd: J. C. Verstoep en W. C Schipper; L. P. J van Lindt en C. E. M. Moons Overleden: Bakker, Jan, oud 61 jr. Gevonden en verloren voorwerpen Gevonden: 1 bruin kinderwantje; 1 schaaf; 1 bruine hond; 1 doublé armband; 1 bruine glacé handsch. 1 gele dameshandschoen; 1 gouden ring; Verloren: 1 achterwiel met band; 2 muntbiljetten, 1 groene want; 1 dou blé armband; 1'paar bruine glacé handschoenen; 1 shawl; 1 bruine portemonnaie met inh.; 2 bankbil jetten; 1 beige regenjas; 1 donker bruine portemonnaie met inh.; 1 zw. portemonnaie met inh.; 1 bruine handschoen; 1 paar zwarte glacé handschoenen; 1 bruine fietstas- 1 blauwe ceintuur; 1 groene want' DAMVERENIGING „EXCELSIOR" Uitslag 14e ronde. A. BlomD. la Grand 0-2 W. van dér Heijden—T. Twigt 0-2 D.Zwanenburg—A. A. Rietveld 2-0 H. TroostG. Heeren 2-0 A. Zwanenburg—F. M. P Jacobi afg. J. de Heer—A. Blonk 0-2 A H. KrampH. Schuurhannes 2-0 De eerstgenoemde speelde met'wit. Uitslag Excelsior 1Boskoop 1 A. BlomJ. Mesman 0-2 C. BlonkW. D. van Es 0-2 F M. JacobiC. J. Hoogenbrug 2-0 A, N. Littooij—T A Venema 1-1 C. H. Kramp—A. M de Jong 1-1 T. TwigtO. van Wijk 1-1 A. A. RietveldJac Schoemaker 1-1 H. Troost—H. van Klaveren 1-1 D. ZwanenburgJ. Burggraaf 2-0 D. la GrandH. Glazenburg 0-2 Totaal 9-11 Excelsior 2—Boskoop 2 W. v. d. HeijdenJ. v. d Berg 1-1 G HeerenH. Trimp 0-2 P. van Tol—D. van Staveren 1-1 N. T. Hilgers—W. A. v Otterloo 2-0 H. SchuurhannesD. Lankhui'zen 1-1 A. Zwanenburg—M. van Wijk 1-1 J. de HeerD. W. v. d. Leeuw 2-0 A v. Ringelenstein-C. v.d. Hoorn f-0 Totaal 10-6 SCHAAKVERENIGING W.S.V. ;De 4e wedstrijd voor de R.S.B. W.S.V. olde is voorlopig uitslag 4-4. Dus heren houdt moet en komt al len s.v.p. VOETBAL WADDINXVEEN-DUBBELDAM 1-2 Waddinxveen heeft deze wedstrijd minder gekregen dan haar toe kwam want hoewel zij vooral na rust steeds in de aanval waren, wjisten de gastheren een kwartier voor het einde het winnende doel punt te maken. De beide vleugels- van Waddinxveen waren zeer ge vaarlijk, maar de schutter ontbrak nog. Na 19 min. wist Waddinxveen de leiding te nemen toen kant een goede pas gaf en Ringelenstein met een prachtig schot Waddinxveen de leiding gaf 0-1. Hoewel de gasthe ren ook de Waddinxveen verdedi ging op de proef stelde maar doel man van Vuuren was er weer pri- ma in en gaf geen kans weg. Toch moest hij een halve min. voor rust zwichten voor een prik van m.voor Valster 1-1. Na rust was het al Waddinxveen wat de klok sloeg en aanval na aanval werd op het doel der gastheren opgezet maar doel man v. d. Linden gaf niet thuis, en toen 15 min voor het einde Dub beldam een uitval deed was het r. buiten van Efferen die een schot op doel loste dat precies onder de lat zakte en zo was de stand tegen de verhouding in 1-2. Wat Waddinx veen ook probeerde er was steeds een been dat doelpunten voorkwam. De Waddinxvenersspeelde een sportieve wedstrijd met de verdedi ging als uitblinkers. Jammer is het dat Waddinxveen dat steeds op goede sportvelden speelt in uitwed strijden dat hier in Waddinxveen nog steeds moet missen. Waddinxveen tegen de Mussen uit Rotterdam dit zal een spannen de wedstrijd worden met kans op winst voor Waddinxveen. W.S.E.-NIEUWS Als terrein en weersomstandighe den meewerken speelt W.S.E. I te gen haar plaatsgenoot Waddinxveen II. Dit belooft een spannende strijd te worden. Mag de sterkste in een sportieve strijd als overwinnaar op treden. W.S.E. 2 gaat om 12 uur bij Wad dinxveen 4 op bezoek. De dames spelen om 12 uur tegen DONK. JODAN BOYS 4—BE FAIR 1 2-5 Ofschoon Be Fair tijdens de gehe le wedstrijd tegen Jodan Boys een grote veldmeerderheid had, mocht het met de rust tevreden zijn met een 2-3 voorsprong. Want op een onbespeelbaar terrein kan men niet tot goed voetbal komen. Er werd dan ook aan beide kanten veel ge mist. A. Monster gaf Be Fair dp leiding: 0-1. Maar door een misver stand in de Waddinxveense achter hoede maakt de thuisclub spoedig gelijk. Prachtig beheerst spel van Poot leidde tot een tweede doelpunt Hoewel hij zelf een schietkans had, gaf hij keurig door naar dé vrij staande Monster, die de doelman v. Jodan Boys kansloos passeerde 1-2. De thuisclub maakte echter spoe dig weer gelijk: 2-2. Daar nam Mon ster geen genoegen mee en hij scoorde zijn derde doelpunt: 2-3. Na de rust was het van Kempen die er spoedig 2-4 van maakte. Het was deze zelfde speler dio ook het vijfde doelpunt scoorde 2-5. Met welke stand ook het einde kwam van deize wedstrijd. Waardoor Be Fair zich handhaafde op de boven ste plaats. CONTACT-AVOND VAN BE FAIR De Chr. Sportvereniging „Be Fair" hield haar eerste Contact avond voor leden en belangstellen den. De voorzitter, de heer Graaf land, opende deze avond met allen en bedankte al vast ieder die deze avond hebben opgezet. Hij wees er op dat zo'n avond de band tussen de leden en ouders moet verstevi gen. Daarna riep hij een woord van welkom toe aan dfe heer Van der Loo, die deze avond opluisterde met muziek. Toen de voorzitter gewaag de van de bloei van deze vereni ging betrok hij ook hierbij de trai ner, de heer Rupke, die ook een groot aandeel heeft in deze. in 't bij- zondler het eerst elftal. Daarvoor' werd hem bij monde van de voor zitter een schemerlampje aangebo den, waar deze avond stond! op af gebeeld, en mevr. Rupke ontving een bos bloemen. Hierna volgde het toneelspel van TOG met het stuk „De Gouden Kooi". Daar hier reed's al veel over gepraat en geschreven is, gaan we hier niet verder op in. Wat hier werd vertoond, was in een woord af, en een woord van dank is hier ze ker op zijn plaats. Aan het eind van deze avond dankte'de voorzitter al len voor hun werk, met de wens dat nog vele van deze avonden mogen komen. jj JUBILEUMTENTOONSTELLING B P. en K.V. Op de dezer dagen te Bodegraven gehouden Jubileum-ten.toonstellling B.P. en K.V. wisten onze plaatsge noten, allen leden van Nut en Sport de volgende successen te behalen. HOENDERS. P. Noordam, Deense legbar II G en I G; B. M. van As Sabelpoot krielen II GG en I ZG; Th. Bouwman Brah ma kriel I ZG-I ZG-II GG-II G- IIIG en G; J. van Gils Orpington zwart I ZZG en I ZG. KONIJNEN: Franse Hangoren. L. W. Versluis konijn grijs I GG; bont III ZG; A. Versluis ijzer grauw III G; J. J. Bankhuizen bont II ZG -GG; POSTDUIVEN: P. Kersbergen Z.E.V.-I E-3 E E.V- I E-Z.E.V.-2 E. Ons Kerstverhaal voor de Jeugd Markt i'n de grote stad. De lichten .in de kramen zijn al ontstoken, al is het nog geen avond, t Is een van de donkere dagen in December en er hangt een vrij dichte mist, die alles nog donkerder maakt. Toch golft een dichte me nigte van vrouwen en mensen en ook kinderen tusisen de kramen heen en weer. Er is van alles te koop, vleeswaren, groenten, bloe men en fruit en nog tal van andere dingen, De kooplui prijzen hun waren aan en ondanks het sombere weer, wordt er flink verkocht, 't Is druk. Menig koopman heeft ogen en han den te kort. Jaap, het jongetje uit de achter buurt, mager ventje van een jaar of dertien, bleek gezichtje met de wangen wat ingevallen en de juk beenderen wat uitstekend, maar met twee pientere donkere ogen, glipt tussen al die mannen en vrouwen door. Hij geeft zijn ogen, waarin nu de begeerte brandt, goed de kost. Achter een dikke dame blijft hij staan en gluurt langs haar heen naar de hopen fruit, uitgestald i het kraampje. Rode en gele appels bruin glanzende dadels en vlak voor hem grote oranjekleurige sit- naasaappels. Het water komt hem i'n de mond. Een snelle blik op de koopman, die druk bezig is het ver kochte fruit af te wegen, en schiet zijn hand laag uit, langs dame, die niets merkt, en zijn ma gere vingers sluiten zich om de ge lige .sappige vrucht. Maar dan, o schrik,, een hand drukt zwaar op zijn schouder. Los laat hij de si naasappel, wil zich snel bukken, maar de krachtige hand houdt hem rechtop. Hij keert zich half om en kijkt met een blik, waaruit de angst spreekt, op naar de man, die hem vasthoudt. „Een agent", zo was het door hem heen geflitst, maar neen, 't is geen agent. In plaats van in de strenge ogen van een diender der wet te zien, vangt hij een blik op, waaruit enkel mededogen spreekt. Dit is voor Jaap zo iets vreemds, dat hij zijn ogen beschaamd neersloot De man bukt zich en zegt: „Ga mee". En nu gebeurt er eigenlijk een wonder, want, ofschoon Jaap het nooit erg op gehoorzamen heeft en hij, vooral in dit geval, er heel graag van door zou zijn gegaan, gaat hij toch met de man mee. Er gaat iets van deze man uit,, waartegen Jaap zich niet verzetten kan. Zijn blik, zijn stem boeien binnen. Hij gaat mee. De man houdt hem niet eens meer vast. Jaap gaat naast hem in zijn hart is geen wantrouwen. Zo gaan ze door verscheiden straten, tot zij komen aan een huis met een hoge stoep er voor. Daar houden ze stil, gaan de stoep op en de heer opent de deur. „De Bruyn" leest Jaap op het naambordje en stapt dan ook de ruime gang bin nen. Toch begint hij zich nu minder op zijn. gemak te voelen. In zijn ogen is alles hier prachtig. En loper op de vloeari, een kapstok aan de muur dat zijn weeldeartikelen. In 't steegje, waar hij woont heeft niemand zo iets. En nu brengt Mijnh. de Bruyn hem in een kamér en al is het daar s.ervoudig gemeubi leerd. Jaap kijkt zijn ogen uit. Nauwelijks durft hij te gaan zitten op de stoel, die mijnh. voor hem neerzet bij de tafel. Dan haalt deze een flinke boterham en een glas melk voor hem. Honger heeft hij en daarom valt hij op de boterhammen aan, die spoedig met de melk verdwenen is. Eerst dan begint Mijnh. de Bruyn met hem te praten. Weet Jaap wel, dat het wegne men van een sinaasappel stélen is Ja, dat weet Jaap, maar hij had zo'n trek in die sappige vrucht en centen had hij niet. Vader heeft geen werk en moeder is vaak ziek. Honger hebben zijn twee zusjes en hij soms en dan, ja dan gaat hij er met andere jongens wel op uit om weg te pakken alles wat maar van enige waarde is. Mijnh. de Bruyn luistert naar djt droeve verhaal en in zijn verbeel ding ziet hij Jaap al naar de tucht school. Groot wordt zijn medelijden en onwillekeurig denkt hij terug aan zijn eigen jongen, die pas van hem werd weggenomen en van wie hij vast gelooft, dat hij nu bij Jezus in de hemel is. Zijn jongen was al tijd goed verzorgd geweest, had dergelijke vierzoekïngen niet ge kend. Zou Jaap....? En plotseling schiet de vraag op Jaap af „Heb je wel eens gehoord van Jezus, Jaap?" Het antwoord wordt onmiddellijk gegeven, is kort en verrassend Jezus neemt de zondaars aan Van de Heilssoldaten Mijnh. Ze ko men soms i:n ons steegje zingen, en mooi, mijnh. „Zing jij zelf wel eens, Jaap?"- Zonder één eigenlijk antwword te geven begint Jaap al te zingen en zijn hoge, klare jongensstem vult het vertrek. Stom verbaasd luistert Mijnh. De Bruyn naar het zuiver gezongen. „Er ruist langs dfe wolken een iiei'lijke naam". Nog heeft Jaap echter het eerste couplet niet uit of open vliegt, de deur en binnen holt een robbedoes van een meisje met blonde krullen die dansen om haar blank gezichtje Ze is van plan vader om de hals te vliegen, maar blijft als ze Jaap zïet, midden in de kamer staan. Met grote ogen neemt ze hem op van top tot teen, zijn gescheurde jas, zijn gerafelde broek, zijn scheefge- trapte schoenen, zijn mager bleek gezicht en dan gaan haar ogen, waarin een olijke lach tintelt naar vader, alsof ze zeggen wil: „Weer zo'n schooiertje?" Het schooiertje kijkt op zijn beurt met verbazing naar deze drukke robbedoes en een glimlach komt ook op zijn gezicht. Op heel wat minder drukke manier dan haar dochtertje komt Mevr. de Bruyn binnen. Ze begroet haar man en even ver wonderd gaat haar blik dan naar Jaap. „Vrouw", zegt mijnh. De Bruyn, „di't ventje zal een lied voor ons zingen. Zou je een ogenblik naar hem willen luisteren?" Mevr. knikt en mijnh. zet zich voor 't orgel, slaat een paar tonen aan en zet dan „Er ruist langs de wolken" in. Jaap heeft alles goed begrepen en precies op tijd begint hij te zingen. Weer vult zijn klare jongensstem de kamer en zuiver en goed zingt hij nu het lied uit. Nauwelijks is de toon verklonken of de robbedoes roept met oprechte bewonderng uit: „Maar, vader, hij moet meezingen met het koortje'. „Dat bad ik ook al gedacht", zegt uiijnr. De Bruyn, „maar wat denkt moeder van zijn zingen''t Is prach tig", zegt Mevr. De Bruyn, maar hoe zou de jongen het zelf vinden, en weet hij wel, wat het koortje is?" Mijnh. De Bruyn vertelt Jaap nu, bat er een zangkoor is onder zijn leiding van jongens en meisjes van ongeveer Jaaps leeftijd en dat dit koor oefent in een zaaltje aan de Dindenstraat, niet zo ver van t steegje, waarin Jaap woont. kiKe Maandagavond van 78 le ren ze daar liedeiren zingen. Zou Jaap dit ook wel willen?" Jaap houdt wei van zingen, maar hoe kan hij nu zo naar een koor gaan, an dere kieren heelt hij niet. Mevr. begrijpt hem en ze zegt: „Ga maar eens mee. Jaap! Jaap volgt Mevr. en na enige tijd komt Jaap terug. Han den en gezicht zijn gewassen, zijn liaar is gekamd, een behoorlijke jas en broek heeft hij aan en paar nog goede schoenen aan de voeten, 't Is een andere Jaap en trots als een pauw stapt hij door de'kamer. „O", zegt Robbedoes, „nou kun je wel naar n kooortje". „Ja", zegt Jaap, „zo wil ik wel komen". „Maar Jaap", vraagt Mijnh. De Bruyn, „Ken jij al een boel liederen?" Een paar brokstukken blijkt Jaap nog te kennen, maar dat is dan ook alles. Wel kent hij nog andere liedjes, maar dat blijken echte straatdeunen te zijn. Mijnh. De Bruyn weet nu genoeg en laat Jaap gaan, z-n ouwe plunje in een net pakje onder de arm en een grote sinaasappel in zijn broek zak. Mijnh. De Bruyn en Robbedoes laten Jaap uit en Robbedoes roept hem na „Komen Jaap, Maandag avond!" Jaap keert zich om en zvyaait met zijn arm. In 't Steegje. Voordat Jaap thuis komt. bren gen we even een bezoek bij het ge zin Geurtsen, zo heet Jaaps vader. Door de deur komen ze 'in een por taal, waar een kale trap naar boven leidt en een andere deur brengt ons in de huiskamer. Een kale vloer, een tafel met ver sleten zeiltje er over, enkele wan kele stoelen met zittingen, die om herstelling schreeuwen, een kastje met wat portretten er op en een potkacheltje. Dat is alles wat er in de kamer te zien is, 't is armoedig, maar dat zou nog niet zo erg wezen, als op alles niet het stempel der verwaarlozing stond. Men zou de conclusie willen trek ken, hier wonen mensen; die de moed hebben verloren tegen de el lende, die hun overkomen is op te tornen. En dat is in elk geval voor de moeder van het gezin. Met haar zwak lichaam kan ze niet meer te gen de moeiten op. Ze heeft het worstelen opgegeven en ligt daar in dat vertrekje achter deze kamer op een armzalig bed met zware hoofd pijnen. En Geurtsen, van morgen wegge gaan om te stempelen en nog niet weer thuis geweest. De beide kleine meisjes zwerven op straat. Als Geurtsen werk heeft is het geen kwade man, maar nu hij werkloos is, komt hij onder de invloed van slechte kameraden, met wie hij het grootste deel van het steungeld ver drinkt. Het gezin Geurtsen is bezig te gronde te gaan. Maar deze dag is er dan toch iets verblijdends ge beurd. Als Jaap met zijn beide zusjes, die hij van de straat heeft opge pikt, thuis komt, en zijn afgetobde moeder hem ziet in zijn nieuwe kle ren en Jaap zijn geschiedenis heeft verteld, dan krijgt haar geest een schok en dringt in haar donkerheid toch een lichtstraaltje door. Er zijn dan toch mensen, die zich om haar jongen bekommeren. Die avond gebeuren er nog won deren. De bakker brengt brood met dé mededeling: „Is betaald". De kruijdeniersjongen komt met boter, rijst, erwten en bonen, een worst, 't Is geen Sinterklaasavond, maar 't lijkt er wel op. En nog dit. Geurtsen komt thuis en is niet dronken. Hij heeft zelfs een kar weitje voor iemand kunnen op knappen en brengt het verdiende geld voor di't maal thuis. Als Geurt sen het verhaal van Jaap hoort, dan praat hij niet over Jaaps mislukte diefstal, ofschoon de sinaasappel van mevr. De Bruyn midden op de tafel pronkt, maar dan is zijn vraag: „Wat zong je toch, dat die mensen zo mooi vonden?" Jaap antwoordt met het lied. In het armoedige ka- Te koop Te bevr. bïreau van dit blad mertje ruist Jezus' naam. Lang ver geten dingen springen in de harten van vader en noeder Geurtsen naar boven. En als de laatste regel gezongen is, zegt Geurtsen tegen zijn zoon »Doe jij maar wat die Mijnh. De Bruyn tot je zegt. Dat lijkt me lang niet slecht". En nu zou het van die avond met het gezin Geurtsen steeds excelsior moeten gaan, maar helaas de wer kelijkheid is vaak niet zo prachtig, al waren die uiterlijke omstandig heden nu wat verbeterd. Geurtsen breekt niet op eenmaal met zijn. slechte kameraden en de drank is in zijn leven een macht geworden, die hij niet maar zo kan overwin nen. En Jaap zelf, helaas, hij begint een dubbel leven te leiden. Op de zangavonden, die nu vaker dan eens in de week worden gehou den, omdjat het Kerstfeest nadert, verschijnt hij in zijn goede pak en leert vlot en goed het ene lied na het andere en Mijnh. De Bruyn is nog altijd vol verbazing over de Maar in de duisternis van de lange avonden weten zijn kameraden hem over te halen te gaan naar plaat sen, waar wat te halen is. Vaak doet hij het met tegenzin en met een kloppend hart, maar meegaan doet hij en soms springt hij geheel uit de band en zijn de gewaagde ondernemingen vjoor hem. Zo zou dit lam zich eeuwige schade gedaan hebben als niet de goedie Herder het ook op zijn duis tere wegen was gevolgd. Op een avond weet een van Jaaps vrienden een konijn in een achter tuintje van een huis, maar om bij het hok te kunnen komen, moet men over een muur heen. Jaap als de lenigste moet de zaak opknappen. Zijn kameraden helpen hem op de muur en Jaap kan langs de latten en ranken Van een nu kale wilde wingerd naar beneden. Tastend zoekt hij in de dichte duis- rerns naar het hok. Alles is boven dien nat en glibberig van de mot regen, die Steeds maar neerdruipt. Eindelijk meent hij een hok te voelen. Tot zijn verwondering lijkt het hok hem open te zijn. Tocht tast hij toe, maar in plaats van de zachte vacht van een konijn te voe len sluiten zijn vingers zich om een zachte, ronde bal, een halfgare aardappel uit de vuilnisbak. En dan opeens als i'n een flits wordt de aardappel een sinaasappel en staat hij op de markt en zijn vin gers sluiten zich om de sappige vrucht en een hand drukt zwaai op zijn schouder. Een panische schrik doorhuivert hem. Weg slin gert hij de aardappel en haastig zocht hij tastend de muur; grijpt de latten en de ranken, slingert zich op de muur, laat -zich aan de andere 'kant naar beneden glijden en holt weg, alsof de boze hem op de hielen zit. Aan zijn kameraden denkt hij niet, hij holt maar dloor, tot hij plotseling halt houdt voor een huis met een hoge stoep en in zijn grote nood, zonder te beden ken, dat hij zijn oud smerig pakje aan heeft, trekt hij als een razende aan die bel. Intuïtief voelt hij: „Hier ligt mijn redding". (wordt vervolgd). KERSTCONCERT JEUGDKOOR „INTER NOS" Woensdagavond gaf het jeugd koor „Inter Nos" in het Verenigings gebouw aan de Stationsstraat een Kerstconcert onder leiding van de heer J. Boodla, met medewerking van W. Karreman en J. Kwaak, viool. Het koor zong allereerst' een ze vental kerstnummers, waaruit wij speciaal willen noemen „Gloria in excalsi'us Deo", een oude Franse melodie en „Ere zij God" van G. A. Schluz. Hierna werden de heren Karre man en Kwaak, viool, aan de piano begeleid door de heer Booda, de sonate in 6 mineur Opus 2 no. 8 van G. Fr. Handel uit. Deze sonate be staande uit 4 delen, werd op gave wijze ten gehore gebracht. Vervolgens bracht het 'koor een 3' tal Duitse en een Frans kerstlied. Vooral in „von Himmel hoeh" en „Noël" steeg het koor tot grote hoogte. Na de pauze werd op fraaie wij ze de kerstcantate van Cath. van Hennes gebracht. Door ziekte moest het nummer „Het lied der Engelen" vervallen Hiervoor kwam in de plaats het goed gezongen nummer „Joseph, lieber Joseph mein, een oud Weih- nachtsli'ed. Tot slot zong het koor het dank lied op het Kerstfeest van Cath van Rennes. Dit was een waardig besluit van een prachtige avond, die door een goed bezette zaal aandachtig werd gevolgd. n.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Weekblad voor Waddinxveen | 1954 | | pagina 4