Weekblad voor Waddinxveen
Sint Hitdaas-
De- Sptifrel van de week
Kindje verkouden?
Htó-cdec de Vrouw
No 544
Vrijdag 18 November 1955
lie Jaargang
Adres Redactie en Administratie:
Oranjelaan 30, Waddinxveen, Telef. 438
Verschijnt eike Vrijdag
Abonnementsgeld per kwartaal f 1.00 bij vooruitbetaling
Advertentieprijs 6 ct, famllieadvertenties 7 ct per m.m.
Bijdragen, Verslagen, etc. uiterlijk
's Woensdagsavonds inzenden.
De geheimzinnige moord op een
Eindhovense smokkelaar van automo
bielen schijnt de douane-recherche er
toe te hebben gebracht, ten aanzien
van het smokkelen van auto's een
grote activiteit te ontplooien. Het kan
omgekeerd ook zijn dat deze moord
zijdelings inverband staat met deze
activiteit, omdat de Eindhovenaar
door zijn gevaarlijke confrères uit de
weg werd geruimd vóórdat hij werd
gearresteerd en te veel zou vertellen.
Hoe het zij. gebleken is, dat er een
wijdvertakte, internationale smokkel
bende zowel in Duitsland als in Bel
gië en ons land aan het werk was. De
auto's meestal nieuwe Volkswagens -
werden in Duitsland gestolen, van
daar over de grens naar ons land of
naar België gesmokkeld en dan aan
de man gebracht. Te Eindhoven kon
den acht wagens in beslag worden ge
nomen en enige leden van de bende
werden reeds gearresteerd.
Heeft de douane daarmede hoogst
waarschijnlijk aan deze misdaad een
einde gemaakt, aan de grens van
Duitsland wordt verwacht, dat het
smokkelen van koffie tegen Kerstmis
en Nieuw jaar geducht zal toenemen.
Van 1 November af toch hebben de
Duitsers de mogelijkheden om vrij een
kleine hoeveelheid koffie of thee in
te voeren, aanzienlijk beperkt. Daar
deze maatregelen echter van tevoren
werden bekend gemaakt, konden de
liefhebbers een voorraadje Hollandse
koffie vormen, welke voorraden zo
tegen de Kerst wel zullen zijn uitge
put. Dan zullen er weer heel wat lie
den zijn, die aan het smokkelen van
koffie weer een handgeld willen ver
dienen.
Nu wij toch aan de grens van Duits
land zitten, kunnen wij er tevens wel
melding van maken, dat de regering
van onze Oosterburen de schadeloos-^,,
stellingswet voor degenen die in de
Nazi-kampen hebben gezeten zodanig
gaat -wijzigen, dat Nederlanders, die
lange tijd in de Nazi-kampen hebben
doorgebracht er niet meer op behoe
ven te rekenen, dat zij ooit voor
schadevergoeding in aanmerking zul
len komen. De indertijd in hoge mate
gedupeerde Nederlanders worden nu
weer de dupe van deze Duitse „af-
weermaatregelen". Er zou te veel
schadeloosstelling moeten worden ge
geven: 150 Mark per volle maand ge
vangenschap in een Nazi-kamp.
Ouders van leerlingen, die een
openbare school te De Bilt bezoeken,
voelen zich eveneens gedupeerd. Een
anderhalf jaar geleden toch werd in
deze gemeente een Hervormde Lagere
school gesticht die zeer veel succes
bleek te hebben. Het aantal leerlingen
dier school groeide zo. dat het be
stuur een eigen school mocht laten
bouwen. Deze school is echter nog niet
gereed en in afwachting daarvan heeft
het gemeentebestuur drie lokalen van
de openbare school voor dit hervorm
de onderwijs beschikbaar gesteld. De
leerlingen der openbare school krij
gen nu of des ochtends van 8 tot 12
uur les of des middags van een tot
vijf uur. Hiertegen hebben de ouders
bezwaren, daar deze schooltijden het
gezinsleven ontwrichten. De kinderen
moeten of voor dag en dauw op pad,
of zij komen met donker thuis. Reeds
is overwogen, de kinderen uit protest
een week thuis te houden, doch dan
zou men in strijd komen met de Leer
plichtwet.
Dan rug, keel en borstje
inwrijven met
Is er hier dus tekort aan school
ruimte, Hetgeen moeilijkheden geeft
gebleken is, dat ook de gemeentelijke
politiekorpsen in ons land met tekor
ten hebben te kampen. Sinds verleden
jaar is dit tekort met slechts 60 man
verminderd. Thans bedraagt het nog
steeds 420 man. Wij weten niet. of ook
bij onze Zuiderburen een tekort aan
dit personeel is. Men zou het haast
denken, als men 'eerst leest dat daar
de voortvluchtige ex-pleegmoeder van
Anneke Beekman nog steeds niet in
arrest is gesteld. Eerst werd zulks van
Belgische zijde medegedeeld, waarna
wij later weer officieel moesten ver
nemen, dat er van een arrestatie geen
sprake was. Die hele onverkwikkelij
ke zaak wordt met de dag onaangena
mer. Tekort aan middelen bracht een
steenfabrieksarbeider ertoe een offer
blok van de R.K. kerk te Spijk te plun
deren. De man had niet veel geluk: de
buit bedroeg zes losse centen, die hij
voor de Arnhemse rechtbank met vijf
maanden gevangenisstraf moest beta
len. Nee, de misdaad loonde hier niet.
Dan ging het te Amsterdam „beter".
Door met een kei een winkelruit in
de Kalverstraat in te slaan, kon daar
iemand een kostbare bontmantel ter
waarde van 2900.— naar zich toe
halen. Niemand' had iets van vallen
de glasscherven gehoord! In dit ver
band zou men op z'n Amsterdams
zeggen: „hoe bestaot ut!"
Dit zouden we ook willen vragen,
als we lezen dat in de Korte Lijnbaan
te Rotterdam in één nflfcht maareven
tjes tien inbraken gepleegd zijn!
En dan bovendien te horen dat de
telefoontarieven zullen verhoogd
worden omdat deze lager liggen dan
in het buitenland. Hoe bestaat 't.
ZIJ. DIE KLAGEN EN
ZIJ, DIE SLAGEN...
Wiesje. de dochter van mijn vroe
gere buurvrouw, (behoorde zeker
niet tot degenen, die wat men noemt
slagen in het leven. Hoe dat kwam
wist ik niet. want zij zag er aardig uit,
had een goede schoolopleiding geno
ten en zij had geen moeite gehad met
het vinden van een behoorlijke baan.
Maar het scheen of zij in die betrek
king niet vooruit kon komen. Na drie
jaar had zij nog steeds hetzelfde nogal
saaie werk, dat haar in den beginne
was opgedragen.
Er was maar één ding dat ik in
Wiesje niet zo erg kon waarderen en
dat was dat zij zo allerakeligst veron
gelijkt kon mopperen, precies als
haar moeder. Als men haar hoorde,
dan zou men menen met een arme
verschoppeling te doen te hebben, die
onverdiend werd gestraft. Toen ik er
onlangs op bezoek kwam, was Wies
net thuis. Haar gezicht stond op ze
ven dagen onweer.
„Is er wat kindje?" vroeg de moe
der en toen barstte zijn los: ,Ik heb
nooit eens een kans zoals anderen -
zon gelukje valt mij nou nooit eens
te beurt - moet u horen: verleden
week was er gezegd, dat een van ons
met de baas mee moest naar Gronin
gen. En wie denkt u dat er gekozen
is? Dat nieuwe kind met die gele
haren en die is er notabene pas en ik
ben er al drie jaar. Dat is toch niet
eerlijk. Maar och - als er eens ergens
een buitenkansje is, krijg ik toch
- ik heb altijd pech gehad mijn hele
leven lang".
Onmiddellijk viel de moeder haar
bij- „Ja, dat is nu toch echt niet eer
lijk, wat zeg jij ervan? Wies heeft
toch meer rechten dan zo'n nieuweling
dat is je reinste voortrekkerij!"
Slachtoffers en pechvogels
Wie kent ze niet, de eeuwige pech
vogels. die constant lamenterend aldus
spreken? Men vindt ze in alle bedrij
ven, op alle kantoren, op scholen, fa
brieken en ateliers.
Arme slachtoffers, het moet afschu
welijk zijn om zo vast overtuigd te
zijn van je eigen ongeluk! Maar. er
schuilt een addertje onder het gras.
Inderdaad is er vaak een beetje geluk
bij, maar dat wil niet zeggen dat ieder
die slaagt dit aan enkel geluk of toe
val of oneerlijkhied te danken heeft.
Zij. die niet slagen, staan maar al
te gauw klaar met hun verontwaar
digd: „dat-is-gemeen!" en „dat-gaat-
niet-eerlijk-toe!" Zij zijn er rotsvast
van overtuigd, dat anderen, die beter
vooruitkomen en die de prettige en
voordelige baantjes krijgen dit aan
oneerlijke voorkeur of aan intrigeren
danken en him onvermijdelijke con
clusie is dat zij opzettelijk worden
achteruitgezet.
Als onze grote dochters een derge
lijke trek in haar karakter vertonen,
dan is met haar mee klagen wel het
laatste, dat wij moeten doen. Spreek
niet als- uw overtuiging uit, dat het
allemaal niet met rechte dingen toe
gaat. De verkeerde mening dat zij on
rechtvaardig zijn behandeld, zal hier
door nog steviger wortel schieten in
haar overtuiging en inplaats haar de
weg naar succes te wijzen, zullen wij
zulke meisjes alleen maar verder hel
pen op de verkeerde weg.
Voor wat hoort wat!
Wiesjes moeder jeremieerde ijverig
mee en ried haar zelfs haar betrek
king op te zeggen, omdat zij zoiets
niet behoefde te „nemen". Dit was
wel het domste wat een moeder onder
de gegeven omstandigheden kon doen.
Toevallig hoorden wij later waarom
het kind met de gele haren als secre
taresse mee naar Groningen mocht: in
haar vrije tijd had pi handelscorres
pondentie en conversatielessen geno
men. omdat er een half jaar geleden
een bijkantoor van de zaak was ge
opend. Haar commentaar was ge
weest: beter mee verlegen dan om
verlegen en je kunt nooit weten
Deze enige zekerheid dat zij de extra
studie ooit nodig zou hebben, had zij
tevoren de moeite genomen zich te
prepareren voor een nieuwe taak. Zij
had het risico aangedurfd van iets te
ondernemen dat niet was voorgeschre
ven, iets dat niet extra werd gehono
reerd. Maar - toen het nodig was,
stond zij gereed.
„Dat had jij ook kunnen doen", zei
den wij tegen Wies je en zij antwoordde:
„Ja zeker! Ik denk er niet aan, want
bij ons krijg je geen opslag als je een
diploma behaalt!"
Weest bereid!
Er zijn er. die voortdurende op de
uitkijk zijn naar een gaatje in de
muur om hun voet in te zetten om
hoger te klimmen en er zijn er, die
wachten tot zich een marmeren trap
komt presenteren met een lakei er
naast om haar naar boven te geleiden!
Dat is het hele verschil.
In ieders leven komt wel eens kans
vroeg of laat en de kunst is om die
kans te herkennen en om gereed
te zijn die kans te aanvaarden.
Als wij onze grote kinderen deze
simpele waarheid) kunnen meegeven
op haar levenspad, dan hebben wij
haar een zeer waardevol iets geschon
ken.
Amy Groskamp-ten Have.
P.S. Onze lezeressen zullen Dora
Werth hebben gemist. Zij vertoeft mo
menteel in het buitenland, niet be
kend is of dit tijdelijk of voor goed
zal zijn. Voorlopig hebben we nu in
mevr. Groskamp een plaatsvervangster.
De winkels in het
Dorpsleven
Er zijn over de betekenis van de
middenstand diepzinnige betogen op
te zetten. Men zou de ontwikkeling
van het middenstandswezen na kun
nen gaan, en zijn invloed daarbij op
de vorming van het stads- of dorps-
bestaan. Er zou een beschouwing te
wijden zijn aan de betekenis van de
coöperatie in het leven van de mid
denstand en ook de ontwikkelings-
gang van de concurrentie op dit ge
bied.
Het zijn alles ongetwijfeld interes
sante onderwerpen, die vooral voor de
betrokkenen zelf een studie waard zijn.
Niet alzo de „leek" d.w.z. de men
sen die iedere dag gebruik maken
van de feitelijke omstandigheden wel
ke door de handeldrijvende midden
stand zijn geschapen.
En. die feitelijke omstandigheden
culmineren in de winkels.
In het algemeen gesproken is „mid
denstand" een niet scherp begrensde
maatschappelijke klasse, waaronder
een groep mensen gerekend wordt
met een bepaald inkomen.
Meer begrensd is dan de handeldrij
vende middenstand.
Sinds 1902 deze middenstand zich
organiseerde is gewerkt aan een regle
mentering in verschillend opzicht. We
denken b.v. aan de wettelijke regeling
in 1935 omtrent het uitverkoopwezen,
waaraan de wet omtrent het afbeta-
lingsbedrijf al vooraf was gegaan. Men
heeft de ordening gekegen door de
Vestigingswet, door Winkelsluitings
wet, enz.
Dit alles wijst erop. dat de midden
stand zelf ordenend wil optreden.
Maar 'buiten deze. we zouden haast
zeggen, „ordening op de wet" hebben
onze middenstanders zelf hun taak
verstaan, en aan de opbouw van him
stand gewerkt.
We herinneren hiervoor slechts aan
de vaak onooglijke winkeltjes uit vo
rige eeuwen, waarin de „Sinterklaas
geest" rondwaarde.
Het zijn juist de winkels, die het
aanzien van een dorp of stad verho
gen. en in niet onbelangrijke mate aan
de ontwikkeling van eigen gemeente
medewerken. Bijzonder geldt dit dan
voor de kleine gemeente en het dorp,
waar menige winkelier een harde
strijd moeten voeren tegen de al of
niet nabije concurrent uit de stad.
De dorpsgenoot zelf ziet zulks in de
meeste gevallen niet, al ervaart hij
zelf die toestand wel.
Immers, het meer of minder gesor
teerd zijn in de dorpse winkel, is af
hankelijk van de belangstelling welke
de bewoner van de plaats schenkt aan
de middenstand.
De winkelier die de neiging van zijn
plaatsgenoten ondervindt om binnen
eigen gemeente te kopen, hetgeen men
elders onder gelijke voorwaarden kan
bekomen, zal zich inspannen om aan
de vraag te voldoen.
Uiteraard is er een wisselwerking;
de winkelier moet zorgen dat hij in
zijn aanbod niet achter komt bij de
concurrent uit de stad, doch het is
noodzakelijk dat de dorpsgenoten zich
toch minstens de voorkeur geven aan
de plaatselijke middenstand.
Het gaat hier niet direct over de
vraag, of men de eigen dorpsgenoot
„iets wil laten verdienen", het gaat
om een groter belang: de opbouw van
de totale gemeente.
Een bloeiende middenstand, zich
uitend door groot aantal winkels, pret
tig dorpscentrum, en hetgeen daarmee
samenhangt is voor de ontwikkeling
van een gemeente van grote betekenis.
En hierdoor wordt niet alleen het
belang van de middenstand gediend,
doch dat van alle inwoners der ge
meente zelf.
Er zijn zo van die kleine gemeente,
die tot de „dode plaatsjes" gerekend
kunnen worden; het ontbreken van een
goed winkelstand is er ook een bete
kende oorzaak van.
En, hiervan ligt de schuld dan ook
vaak bij de eigen plaatsgenoten, die
hun plicht maar ook hun belang niet
inzien, waar mogelijk de eigen mid
denstand te helpen opbouwen.
Waarom we dit hier thans zeggen?
Wel. er zijn weken in het zicht waar
in de winkels bijzondere aandacht zul
len ontvangen. Meer dan in welke tijd
ook, is de laatste maand van elk jaar
de periode waarin de handeldrijvende
middenstand op zijn krachten beproefd
wordt. Het is bovendien juist in die
tijd van het jaar, dat de betekenis van
een behoorlijke middenstand in een
gemeente het duidelijkst naar voren
treedt.
Welnu, laat men in deze tijd het
eerst zijn aandacht geven aan de
plaatselijke middenstanders, en zien
op welke wijze men kan medewerken
aan de opbouw aan de winkelstand
van eigen gemeente.
Het valt in zo vele gevallen mee
hetgeen hij kan aanbieden.
Toon nu het bezit van eigen winkel-
groep te waarderen!
X.
Naar een eigen huis III
Zelf zijn huis kiezen.
Als men eenmaal in de gelukkige
omstandigheden verkeert, zich een
eigen huis te kunnen laten bouwen,
gaat men uiteraard eerst eens terdege
overwegen, hoe dat huis nu worden
moet. Een eigen huis bouwt men ge
woonlijk maar éénmaal in z'n leven;
het moet dus zó worden, dat men er
ook zijn leven lang met plezier in kan
wonen.
De deelnemers van de Bouwkas Ne
derlandse Gemeenten, de interge
meentelijke bouwkas, mogen in prin
cipe hun eigen huis helemaal bouwen,
zoals zij dat zelf graag willen. Natuur
lijk moet men die vrijheid niet al te
ongebreideld zien: er zijn altijd aller
lei factoren waarmee men rekening
moet houden (bijvoorbeeld overheids
voorschriften, die zowel het bouw
terrein als net bouwplan kunnen be
treffen. en dan, niet te vergeten, de
grootte van de eigen portemonnaie; in
het belang van de deelnemers zelf
eist de Bouwkas ,dat het huis hen
straks per jaar niet duurder komt dan
een bepaald percentage van hun in
komen.)
De intergemeentelijke bouwkas
heeft een aparte technische dienst die
de deelnemers adviseert en bijstaat bij
alles, wat de woningbouw aangaat.
De deelnemers kunnen desgewenst
gebruik maken van een bouwplan uit
de serie Bouwkas-standaardpiannen.
welke speciaal ontworpen zijn voor
hen, die voor zo weinig mogelijk geld
een zo goed mogelijke woning wen
sen. Men is echter ook geheel vrij,
zelf een architect een plan te laten
ontwerpén en volgens dit eigen plan
zijn Bouwkashuis te laten bouwen.
Voor alle woningen, welke voor
Bouwkasdeelnemers gebouwd worden,
geldt het Bouwkas-standaardbestek,
een bestek, dat uiterste degelijkheid
paart aan economische opzet: zoveel
mogelijk worden in de fabriek in se
rie iï vervaarcdgen (en öus goedko
pere) materialen en onderdeden voor
geschreven.
Zodra er een bouwplan standaard -
plan of eigen plan) beschikbaar is, re
gelt de technische dienst in samen
werking met de architect de admini
stratieve voorbereiding en de aanbe
steding. Calculators controleren de
aanneemsom om te voorkomen, dat
voor een te hoge prijs gebouwd wordt.
Tijdens de bouw zorgt de technische
dienst dat de aannemer zijn geld op
tijd ontvangt. Toezicht tijdens de bouw
houdt de Bouwkas zelf niet - dit
wordt op de normale manier geregeld
door of vanwege de architect - maar
v/el komt men, als het huis klaar is,
kijken of de bouw geheel naar wens
is gegaan. Er wordt dan tegelijk een
algehele controle gehouden op deug
delijkheid en afwerking van het ge
bouwde huis.
Onmiddellijk eigendom en t.z.t schuld-
vrq.
De woning die men met behulp van
Als de winterstormen loeien
En de thermometer daalt,
Wordt het paard van Sint-Niklaasje
Zoetjes-aan van stal gehaald;
Klinken weer de melodiën
Van het oud-vertrouwde lied.
Van het maantje door de bomen
En de knecht die alles ziet!
Dan klopt weer het kinderhartje
Vol verwachting en ontzag,
Schuldbewust en nog onzeker
Wat de feestdag brengen mag!
Dan is weer de tijd gekomen
Voor surprise en pakket,
Dan wordt Sint-Niklaas z'n spaarpot
In cadeautjes omgezet!
Zij zit stilletjes te dichten
In een afgelegen hoek,
Of plakt namaak-confituren
Op 'n imitatiekoek!
Hij koopt „Dorothe" in letters
En 'n hart van marsepein
Moet. als 't liedje zonder woorden,
'n Stille declaratie zijn!
Al wat reeds begint te grijzen
Denkt aan eigen kindertijd,
Aan de Sint van vroeger jaren
Vol vervlogen „zoetigheid"!
Wat de tijd heeft weggenomen,
Wat voor nieuws de wereld bracht,
Het oude feest zal jeugdig blijven.
Sint-Niklaas behoudt z'n macht.
Zolang 't maantje nog blijft schijnen
En te geven prettig heet.
Zal de Sint adressen vinden
Waar men te ontvangen weet!
JEAN SCHELTINGA
de intergemeentelijke bouwkas bouwt,
krijgt men onmiddellijk in eigendom.
De bouwfinanciering is zo geregeld
dat men van de Bouwkas een uitke
ring ontvangt welke voldoende is om
de bouw van het huis met al zijn bij
komende kosten (en desgewenst de
grondkosten) volledig uit te betalen.
Een deel van de bouwkosten wordt
door het Rijk gedragen krachtens de
bepalingen van de Premie- en Bij
drageregeling Woningbouw 1953. Ge
woonlijk beloopt de rijkssteu.i om
streeks f 4.000,
Van het bedrag der totale kosten
verminderd met de rijkssteun moet
men een deel als eigen geld beschik
baar hebben, in de regel 15 Meer
eigen geld storten is onbeperkt wan
neer de leningsschuld anders te groot
zou worden in verhouding met het
genoten inkomen)
De hypothecaire lening welke men
ontvangt, is af te lossen in 30 jaar, of
zoveel korter als men zelf wil. De le
ning is van Bouwkaszijde onopzegbaar
en het rentepercentage staat vooraf
eens en voor altijd vast. Men v/eet
dus vooraf nauwkeurig en definitief,
welke verplichtingen men op zich
laadt.
De aflossing van de lening kan
plaats hebben in maandelijks gelijke
termijnen voor rente en aflossing sa
men. Lost men zijn schuld in 30 jaar
af, dan is de maandelijkse termijn on
geveer zo hoog als een normale
maandhuur.
VERBOND VOOR VEILIG VERKEER
DE REMMEN VAN UW BROMFIETS
Wie veilig bromt
er 't eerste komt!
Om veilig te rijden is het een eerste
vereiste, dat U een paar goede rem
men op Uw bromfiets heeft, één op
het voor- en één op het achterwiel.
Een handrem is verboden. Houdt Uw
remmen voortdurend onder controle,
want van één meter remafstand meer
of minder kan veel afhangen.
U rijdt zo voorzichtig, dat U ze nog
nooit voor een ernstig ongeval nodig
heeft gehad? Bedenk, dat een ANDER
het U aandoen kan.
Veel bromfietsen zijn nog uitgerust
met 2 velgremmen.
Omdat dit een onvoldoende toestand
geacht wordt, verlangt de wet van U,
dus ook de Politie, dat na 1 Januari
1956 elke bromfiets voorzien moet zijn
van tenminste één rem op elk wiel en
dat van deze twee remmen er ten
minste één een trommel- of terugtrap
rem moet zijn. De andere mag dus een
velgrem blijven. Een bandremi blijft
verboden.
Een goede raad: Wie nu nog twee
velgremmen heeft en een terugtrap
rem laat monteren, laten deze twee
gerust op zijn plaats. Hij heeft er dan
drie, welke hem, als hij ze goed be
dient, een grote kans op veiligheid ge
ven.
Voor heel veel bromfietsers bete
kent deze remmenkwestie een uitga
ve. Laten zij zich die getroosten, de
veiligheid gaat voor alles. En als zo
treuzelen totdat het te laat is, kon er
nog wel eens een fiks bedrag bovenop
komen!