DE MAN UIT CHICAGO
Een kindervriend uit Moordrecht
FEUILLETON
36 e
Een verhaal vol verwikkelingen
Mijn vroegere secretaresse, Miss
Wyatt. raadde mij dit af. Zie de zaken
eerst eens aan, zei ze, en probeer er
achter te komen hoe de vork in steel
zit. Dan kun je altijd nog optreden.
Het kwaad is nu toch al gebeurd. Het
was een wijze raad, zoals ik er al zo
veel van Miss Wyatt genoten heb. En
ik kan meneer Jongejans er alleen
geluk mee wensen, dat hij erin ge
slaagd is, mij deze te ontfutselen.
Houd haar in waarde, meneer Jonge
jans, met zo'n vrouw naast u kunt u
het ver brengen."
„Ja daar ben ik nu wel grondig van
overtuigd!" glunderde Wim.
„Van alle kanten kreeg ik medede
lingen over deze zaak, onder andere
van ons aller vriendin mevrouw Boom
Gelukkig heb ik elders mijn licht op
gestoken en dat deze zaak zo gelukkig
opgelost is. hebt u te danken aan uw
comitélid mejuffrouw de Ruiter. U
hebt haar trouwens niet alleen te dan
ken maar ik óók. Want wanneer al
les gaat zoals wij ons hebben voorge
steld, zal het Hollandse bloed blijven
ik hoop. dat ik me duidelijk genoeg
uitdrukt
Nu waren allen van tafel opgestaan,
het regende gelukwensen, de burge
meester hief zijn glas en toastte op
het jonge paar. Riek, nog steeds half
verwezen, glimlachte.
Dat had je niet gedacht hè?" flui
sterde Corrie haar schelms toe, „dat
ie nog eens met een milionair zou
trouwen."
„Ik zou dan ook aan mijn bijdrage
aan het ziekenhuis de wens willen ver
binden, dat het in de toekomst ons
beidert namen zal dragen!" besloo
Clarenbough zijn rede.
Het hartelijk applaus dat hierna op
steeg, bewees wel, dat het verzoek in
goede aarde was gevallen.
„Maar nu zou ik wel eens willen
weten," vroeg de burgemeester, „hoe
Tieneer Jongejans hier zo terechter-
tijde arriveerde. Want als ik me niet
vergis, was hij, onder de indruk van
de eh.... moeilijkheden, die zo plot
seling op zijn weg waren geplaatst,
niet van plan hier ooit weer terug te
keren."
Jongejans stond op.
„Mijn aandeel in de zaak, tenminste
de laatste dagen," zei hij enigszins
verlegen, is niet zo roemrijk om het
maar zacht te zeggen. Ik ben u allen
dankbaar dat u het vergeven en ver
geten zo vlot in de praktijk hebt ge
bracht. Maar ik wil u wel zeggen, dat
in de toestand waarin ik verkeerde.
de situatie zo volkomen reddeloos
leek ,dat ik er geen gat in zag.
En onder de gegeven omstandigheden
volgde ik de weg van de minste weer
stand. Ik nam de benen. Mijn weg
voerde naar Kwardam en reeds hal
verwege, toen de frisse wind door het
open portierraam me zo'n beetje had
afgekoeld, begon ik in te zien, hoe
misselijk ik me gedragen had. Maar
ondanks dat schuldbesef zag ik nog
steeds geen mogelijkheid de situatie
op te helderen. Ze hadden me die
verschrikkelijke brief laten tekenen en
alles stond zwart op wit. Ik was in
derdaad een figurant, een bedrieger,
zo u wilt. En toen dacht ik aan de
dame die thans naast me zit - en
hij wees op Clare - die mij vroeger
dagen van heel nabij heeft gekend
- en in de toekomst nog veel nader
zal leren kennen. Miss Wyatt. die hier
vertoefde als secretaresse van mr Col-
verton, had ik reeds ontmoet, zij had
mij duidelijk gemaakt, dat ze het spel
had doorzien en zoals mr Colverton
reeds heeft verteld, dat zij wist hem
te beinvloeden. niet dadelijk de zaak
op te blazen, maar eerst eens af te
wachten.
Ik ben dan ook naar haar hotel ge
gaan. Het was rijkelijk vroeg, zodat
ik eerst maar een uurtje aan de kant
van de weg heb zitten mediteren. Ik
heb het hele verhaal verteld en ver
wachtte een geweldige boetpredikatie.
Inplaats daarvan heeft ze gelachen,
zoals ik het nog zelden meemaakte. Ik
kan u wel vertellen, dat niets me die
dag zo zeer heeft verwonderd, maar
ook geestelijk en lichamelijk zo heeft
opgeknapt, als die reactie.
Toen we eindelijk rustig zouden
gaan zitten praten, werd meneer De
Gooyer aangediend, die mr Colverton
wou spreken (die echter afwezig was)
zoals hij later vertelde, met het doel
alles op te biechten en hem om raad
en zo mogelijk om hulp te vragen. Mr
Colverton genoot blijkbaar nogal het
vertrouwen van diverse comitéleden -
dit met een ondeugende blik naar Riek
Toen alles verteld was besloten we
zo gauw mogelijk uit Kwardam te
vertrekken en ergens in de buurt rus
tig krijgsraad te houden. Miss Wyatt
belde daarna mr Colverton of liever
mr Clarenbough op, en deelde hem de
stand van zaken mede. Mr Claren
bough was verre van verrukt over de
ontwikkeling der dingen en vertelde,
dat hij eerst zelf de zaak zou onder
zoeken, om voor zichzelf zekerheid te
krijgen, dat het hier inderdaad geen
minderwaardig politiek spelletje, met
zijn naam als inzet, betrof, maar dat
de betrokkenen volkomen te goeder
trouw waren en de burgemeester van
niets wist. Dat laatste was hem reeds
duidelijk geworden, doordat hij toe
vallig met de burgemeester had ge
reisd."
„Je zou gaan twijfelen of je hier
van toeval mag spreken", zei mevrouw
Dikkenburg.
„Hoe mr Colverton-Clarenbough
dat heeft gedaan., tja, dat weet ik
niet. misschien kan juffrouw de Rui
ter daar meer van vertellen. In ieder
geval kwam miss Wyatt van de tele
foon terug en deelde ons mede, dat
we maar moeten zorgen op de be
stemde tijd op het raadhuis te zijn.
Mr Colverton (wij wisten nog steeds
niet, dat hij in werkelijkheid mr Cla
renbough was) zou zien wat hij kon
doen.
U kunt zich onze verwondering voor
stellen toen we daar in duizend ang
sten in de burgemeesterskamer zaten
te wachten en mr Colverton zich ont
popte als de echte mr Clarenbough.
Hij heeft mij tijdens dat korte onder
houd volledige décharge gegeven en
mij opgedragen, mijn rol tot het einde
te spelen. Alleen de comitéleden die
hier aanwezig zijn. mochten het ge
heim vernemen, een geheim, dat wel
zal uitlekken, maar dan is mr Claren
bough allang weer in Amerika terug.
En wanneer hij hier weerkeert om het
nieuwe ziekenhuis in te wijden, zal de
burgerij van Meeldam alleen maar
plezier hebben om de mystificatie en
mij en alle anderen de grap gaarne
willen vergeven daarvan ben ik over
tuigd!"
„En nu we dan alles weten." zo
eindigde de burgemeester dit merk
waardig souper, verzoek ik u met mij
het glas te heffen op de voorspoedige
gang van zaken in ons nieuwe Claren-
bough-De Ruiter ziekenhuis!"
Nooit werd in Meeldam een toast
met zoveel instemming gedronken!
Zelden was in de burgemeesterswo
ning een opgewekter en gezelliger
feest gevierd.
„Ik wou dat deze avond mijn hele
leven duurde" sprak De Gooyer on
logisch maar duidelijk.
Dat zal er van afhangen hoe je je
in de toekomst gedraagt, zei Corrie op
gestrenge toon, maar haar ogen zagen
hem zo vrolijk aan, zodat hij haar be
greep.
„Je hebt me gewoon voor een vol
dongen feit geplaatst," zei Riek tegen
Colverton. Ik heb me helemaal niet
verloofd met een mr Clarenbough,
maar met een arme amerikaanse jour
nalist'.'
Daarom zou mr Clarenbough zo
graag met je trouwen, was het ant
woord. ',m
Ik ben erg dankbaar voor deze hele
geschiedenis, want als de millionair
Clarenbough zou ik je nooit zo heb
ben leren kennen als toen ik als ge
wone amerikaanse reporter langs de
kant van de weg zat
,En ik je wonden verbond.."
En je me geen gezelschap wou hou
den hoewel ik er op aandrong. Maar
dat kunnen we inhalen! stelde Cla
renbough lachend voor.
„Hoe wou je dat doen?"
„Door zo gauw mogelijk te trou
wen," was het antwoord van de Man
uit Chicago.
EINDE.
HET NEDERLANDSE MOTORRIJ-
TUIGENPARK OP I AUGUSTUS '55
Het Centraal Burau voor de Statis
tiek heeft thans de uitkomsten van de
motorrijtuigenpark per 1 Augustus '55
bekend gemaakt.
Het Nederlandse motorrijtuigenpark
bestond op 1 Augustus ,955 uit:
503.421 Bromfietsen; 146.171 Motorrij
wielen; 15.864 scooters; 267.888 Luxe
Auto's6.722 Aujtobussen97.699
Vrachtauto's.
40-JARIG BESTAAN
UTRECHTSE JAARBEURS.
Maandag 12 maart, de dag vooraf
gaande aan de opening van de aan
staande Voorjaarsbeurs te Utrecht, zal
het 40-jarig bestaan van het Jaar
beursinstituut officieel worden her-
Meester Lalleman te Moordrecht
was een kranig man in het ontleden
van zinnen. Zinnen van een hele blad
zijde. die schreven de schrijvers toen,
wist hij in alle bij- en hulp- en neven
gechikte zinnen helder uit de doeken
te doen. Elke onderwijzer, van Rotter
dam tot aan de poorten van Utrecht,
die de hoofdakte wilde halen, kwam
in Moordrecht de heksenkunst leren.
Het gerucht ging dat hij ook Frans
en Engels kon lezen, maar dat werd
door velen betwijfeld. Waar zou een
schoolmeester, zelfs al hete hij Lalle
man, zoveel geleerdheid vandaan heb
ben?
Hij was voorlezer in de kerk. 'Als
hij een hoofdstuk uit de bijbel las
liepen de rillingen over je rug" vertel
de laatst mijn oud-oom en die heeft
hem vaak gehoord.
De dominee moet eens gezegd heb
ben: 'Als meester Lalleman voorgele
zen heeft kan ik eigenlijk wel inpak
ken met mijn preek.'
In zwoele zomernachten kon het
onweer vervaarlijk over de lage da
ken van Moordrecht donderen. Dan
klopte het anstige arbeidersvolk de
dacht.
De jubileumviering wordt extra
luister bijgezet door de aanwezigheid
van H.M. Koningin Juliana, bescherm
vrouwe van de Koninklijke Neder
landse Jaarbeurs, die bij deze gele
genheid het nieuwe, naar Haar ge
noemde expositiegebouw op het Croe-
selaanterrein aan de Graadt van Rog-
genweg in gebruik zal stellen.
Tijdens de herdenkingsplechtigheid,
die om half vier begint en op het plein
vóór de hoofdingang in een beschutte
ruimte wordt gehouden zal Prof. Dr.
J. Zijlstra, minister van Economische
Zaken, een rede uitspreken. Voorts
zullen het woord voeren Mr. W. H.
Fockema Andrea, voorzitter van de
Raad van Beheer der Koninklijke Ne
derlandse Jaarbeurs, en Jhr. Mr. C. J.
A. de Ranitz, burgemeester van
Utrecht.
De Koninklijke Militaire Kapel o l.v.
Kapt. R. van Yperen zal de plechtig
heid opluisteren en de Jaarbeursmars.
gecomponeerd door de jonge compo
nist Jurriaan Andriessen en aangebo
den door het personeel van de Jaar
beurs ter gelegenheid van het 40-jarig
bestaan, ten doop houden.
Koningin Juliana zal de opening
van de hal met een symbolische han
deling verrichten, waarna Zij het ex
positiegebouw, dat o.a. de buitenland
se collectieve inzendingen bevat, zal
bezichtigen. Vervolgens zal Hare Ma
jesteit een rondwandeling maken over
het Jaarbeursterrein en de overige
hallen bezoeken.
meester uit zijn bed. De bliksem
sprong over de grauwe IJsel maar de
mensen voelden zich veilig. Als de
meester het teken gaf dat het nood
weer voorbij was wist ieder dat hfj
gerust weer naar zijn bedstee kon
gaan.
De burgemeester, een potentaat van
een man, was zijn beste vriend en
zelfs de rijke steenbakkers, die als
vorsten regeerden over het IJselland,
waren vereerd met zijn bezoek. Wat
een heel merkwaardig verschijnsel
was. Want de onderwijzer hoorde toen
min of meer bij de bedeelden. Er was
in die dagen een 'Vereniging tot daad
werkelijke bijstand aan min-bezoldig-
de onderwijzers', die geld, kleren en
oude dekens placht in te zamelen. En
altijd te kort kwam. Omdat eigenlijk
alle onderwijzers min-bezoldigd wa
ren.
Die meester Lalleman schreef nu
juist honderd jaar geleden geleden in
een tijdschrift dat de geleerde naam
„De Economist" droeg een artikel.
„Slavernij in Nederland" heette het
En aangezien juist de eerste verta
ling van De Negerhut van Oom Tom