Weekblad voor Waddinxveen
de Vrouw
JERUZALEM
De Spiegel van de week
GOEDE V
de Vcedesstad
No 563
vrijdag 30 maart 1956
lie jaargang
Adres redactie en administratie:
Oranjelaan 30, Waddinxveen, telei, 438
Verschijnt elke vrijdag
Abonnementsgeld per kwartaal f 1,00 bij vooruitbetaling
Advertentieprijs 6 ct, familieadvertenties 7 ct per m.m.
I Bijdragen, verslagen, etc. uiterlijk
's woensdagsavonds inzenden.
Voor Ned. Herv. Nederland was
het zondag j.l. een. belangrijke dag,
doordien onze kroonprinses als lid
maat dier kerk in het openbaar be
lijdenis van haar geloof deed. Voor
deze plechtigheid, die in de N.Z. kapel
te Amsterdam werd gehouden,, be
stond uiteraard grote belangstelling.
Zowel de vader en moeder, prins
Bemhard en de Koningin, alsmede de
grootmoeder, prinses Wilhelmina en
de zusjes Irene en Margriet woonden
de eenvoudige dienst, die door ds
H. J. Kater werd geleid, bij.
Voor het gehele koninklijke gezin,
inzonderheid voor prinses Wilhelmi
na, maar ook voor ons gehele volk
was de tekst die prinses Beatrix"
„meekreeg" veelzeggend. Zij luidde:
„Wij weten nu, dat God alle dingen
doet medewerken ten goede voor hen,
die God liefhebben"(Rom. 8 28a)
De burgemeester van Goor heeft
de traditie van het eerste kievitsei
gered. Men weet, dat sinds jaar en dag
dit eerste ei de koningin wordt aan
geboden. De namen van de vinders
komen dan in de kranten, alsmede de
plaats waar dat eerste ei werd gevon
den. Dit jaar scheen met die traditie
hopeloos mis te gaan. Eerst was er
een grappenmaker, die iemand met
een gekookt ei naar de burgemeester
van Winterswijk zond - daarna kwam
het bericht, dat een eerste ei was af
gekeurd en eindelijk werd medege
deeld, dat twee vinders in de omge
ving van Heerenveen hun eerstelingen
naar een goede kennis gebracht had
den, die ze had opgepeuzeld. Dit „ge
scharrel" heeft de burgemeester van
Goor er niet van weerhouden er de
stoot toe te geven, het eerste kievits
ei in zijn gemeente gevonden als het
allereerste te beschouwen, zodat een
sympathieke traditie werd gehand
haafd.
De Stichting van de Arbeid hand
haafde een nieuwe traditie, die van
het verschil in inzicht, tussen werk
gevers en werknemers. Het regerings
communiqué, over de 6°/o verhoging
uitgegeven vermeldt, dat het college
van rijksbemiddelaars voorstellen tot
verhoging van de rechtens geldende
lonen „en andere arbeidsvoorwaar-
6%. De merknemers menen nu, dat in
bedrijfstakken waarin lage lonen wor
den gegeven, die lonen eerst omhoog
kunnen en dat daar dan '6°/o bovenop
kan komen - een opvatting, die door
de werkgevers en door de regering
geenszins wordt gedeeld. Te voor
zien ig, dat er over die 6°/o ook in het
bedrijfsleven wel enig geharrewar zal
ontstaan. Natuurlijk is het de bedoe
ling, dat de verhoging voor de officië
le c.a.o.-lonen gelden. Er zijn met na
me in de bouwvakken, nog heel wat
werknemers, die een z.g. zwart loon
ontvangen en die verwachten, dat zij
nu toch 6°/o meer in him loonzakje
zullen vinden. Er is geen twijfel aan:
de heren krijgen het ook. Want wil
lens en wetens houdt de regering vast
aan normen (de c.a.o.-lonen) die in
vele gevallen al door de praktijk (de
krappe arbeidsmarkt) zijn wegge
vaagd.
Van groot belang mag worden ge
noemd, dat de Tweede Kamer de Ou
derdomswet met vrijwel algemene
stemmen aanvaardde. Deze algemene
ouderdomsverzekering, die gehuwden
op z'n minst een pensioen verzekert
van 1338.per jaar of - ongehuw-
den van 804.betekent in elk ge
val een grote stap vooruit ten aan
zien van een bezorgde oude dag. Of
jonge mensen van 15 jaar, die daar
voor een 7°/o van hun loon moeten af
staan, hier even verrukt over zullen
zijn als de 65-jarigen. die dan van
hun pensioen gaan genieten, is een
tweede. Wie 15 jaar is denkt nog niet
aan de oude dag!
Over de aanpassing van particu
liere pensioenen is in de Kamer fel
gedebatteerd. Die aanpassing kan al
leen geschieden, indien het bestuur
van het particuliere pensioenfonds is
saamgesteld uit een gelijk aantal
werkgevers en werknemers. Voorts
zijn er over die aanpassing nog andere
bepalingen gemaakt, waarover - voor
de wet 1 januari a.s. in werking treedt
nog wel in woord en geschrift een en
ander uit de doeken zal worden ge
daan.
Maar om met een beeld van deze
Paas-tijd te besluiten: ten aanzien van
de ouderdomsvoorziening moge gel
den, dat een half ei altijd nog beter is
dan een lege dop. Dat halve eitje is
bovendien nogal kostbaar. De kosten
der ouderdomsverzekering toch zullen
in 1957 niet minder dan 722 miljoen
bedragen en in 1981 tot 1182 miljoen
zijn gestegen.
Laten wij ditmaal met een nuttige
wenk besluiten: In de omgeving van
Roermond ging reeds 125 ha heide
veld met vliegdennen en struikgewas
verloren.
Tengevolge van de vorst zijn er tal
van dode heidestruiken en in de bos
sen vele dode takken, waardoor het
gevaar van brand des te groter is ge
worden. Men roke dm niet in bos of
op de hei!
DE DURE GROENTE EN DE
HUISVROUW
Speciaal in de huishouding), waar
de huismoeders in grote getale afhan
kelijk zijn van een vaste toelage per
week of per maand, doet zich een
kleine prjjsverandering al spoedig ge
voelen.
De laatste weken is dit overduide
lijk gebleken toen men met de kou
zulke grqte hoeveelheden [brandstof
nodig had en nog meer door de abnor
male stijging der groentenprijzen. We
weten allen dat de prei enkele gul
dens per kg heeft gekost en dat de
aanvoer van verse groenten praetisch
geheel stop heeft gestaan.
Spreekt men ovex dure groenten
met vele huivrouwen, dan hoort men
zelden een aangenaam verhaal ovex
het bereiden van de warme maaltij
den .Men vindt meestal dat het de
grootste moeite kost om nog enige
variatie in het groentemenu te bren
gen, omdat er weinig keuze meer is
uit verse veldproducten en voor zover
er keuze is „kan bruintje het niet
trekken".
En is men op dit punt gekomen, dan
zitten de dames pas goed op 'haar
praatstoel. Men ziet in die hoge groen
ten prijzen een bewijs van het steeds
duurder wordende leven. Reken u
maar na.en dan volgt een opsom
ming van prijsverschillen.
Het is waar, de groente is duur. Nu
is het sinds jaar en dag al zo geweest
dat in het late winterseizoen de aan
voer van verse producten zo geslon
ken is, dat de prijzen omhoog gaan.
Zijn er bijzonder overvloedige oogsten
geweest, dan is het overbruggen van
de schaarse maanden niet zo moeilijk.
Verder is het elk jaar opnieuw een
vraag of de buitenlandse groenteaf
nemers bereid zijn een deel van onge
oogst te kopen en hoe groot dat deel
is. Zijn de voorraden in Duitsland,
België Engeland, Frankrijk, enz. ge
ring en zijn dit geen uitzonderlijke
overwegingen van economische of
politieke aard, dan worden treinen en
schepen vol wintergroenten over de
grens gesleept. De kwekers maken
daarvoor goede prijzen en in Neder
land blijft er nog genoeg tegen een
redelijke prijs hangen.
Dit jaar hebben de huisvrouwen
geen geluk ghead met de groente. De
vorst vernielde alles wat nog op het
land1 of ingekuild aanwezig was en
van de voorraden werd een groot
deel geexporteerd. Want de vorst
heerste over geheel Europa en overal
bleek de vraag groot.
Handelaren en kwekers hebben in
zo'n tijd eigenlijk twee gezichten. E-
nerzijds betreuren zij de geringe aan
voer en vinden zij het zielig voor de
huismoeders;, dat zij de groente zo
duur moeten betalen, maar hun bank
en girorekening worden niet steeds
slechter van als zij kijken naar de op
brengst van de export. Zo gaat het nu
eenmaal in een op vrije handel ge
bouwd ruilverkeer. Het waren dus nu
deels lachende handelaren en kwekers
met huilende huismoeders, maar er
zijn ook tijden dat de eersten met
gezichten hun voortbrenglselen voor
een appel en een ei de deur zien uit
gaan .terwijl de huismoeders juichen
van vreugde over de goedkope maal
tijden.
Wij kunen intussen tot de slotsom
geraken, dat dit bijzonder dure groen
teseizoen een tijdelijk en niet dikwijls
voorkomend verschijnsel is, dat zich
echter in het verleden ook bij herha
ling heeft voorgedaan. Met de alge
mene beweging van de prijzen heeft
dit niets uitstaande. Temidden van de
algemene prijsbeweging komen er
plaatselijke dalingen en stijgingen
voor, die een gevolg zjjn van seizoen
en andere invloeden en waarvoor men
zich zelf dient te dekken.
Wij hebben veelal de indruk dat
het aantal huisvrouwen, dat zichzelf
nog voorziet van een voorraad inge
maakte of geweokte groenten in de
zomer, sterk afneemt. De cijfers en
de omstandigheden wijzen daarop.
Hulp in de huishouding en het ont
breken van kelders in bovenhuizen
werken die voorraadvorming ook te
gen .Met de weck en de inmaak scha
kelt men intussen dat sterke prijsver-
loop uit. Men koopt wanneer de prij
zen laag zijn en men verbruikt in de
dure tijd.
Intussen 'heeft de moderne techniek
ook dit werk de huisvrouwen uit han
den genomen. In vorm van een gewel
dige conservenindustrie komt de in
maak of weck in gewijzigde gedaante
terug. Eerst aarzelend, thans wat ge
makkelijker aanvaart de huisvrouw
de nieuwe toestand. Na de laatste oor
log zet zij pas goed haar tanden in de
geconserveerde groenten, die in glas
in blik,, karton of diepvries worden
gebracht.
Wij gebruiken als Nederlander
thans 4,21tr. conserven per jaar. Maar
de cijfers uit Amerika en Engeland le
ren ons dat we nog aan het begin van
deze ontwikkeling staan. En wie het
nu nog duur vindt, zal ex in de toe
komst ongetwijfeld aan beginnen,
want hoe groter de massa wordt, hoe
meer de kostprijs per eenheid omlaag
kan. En de massa wordt steeds gro
ter
Een onzer grootste producenten van
conservenibussen produceerde in 1934
27 miljoen conservenibussen. Vijftien
jaar later waren er 200 miljoen en^in
1955 telde men liefst 4313 miljoen ge
reed gemaakte blikken. Over geheel
West-Europa werden van 1948 tot
1950 minder verse groenten gegeten,
terwijl het verbruik van blikgroen-
ten enorm steeg. Betere voorlichting
omtrent het juiste gebruik en meer
propaganda zal de conserven in de
toekomst in elk huisgezin brengen.
En zo u angst hebt dat de groenten
nog eens schaars worden in een kou
de periode, welnu dan kan de huis
vrouw zich vrijwaren tegen prijsstij
ging door in goedkope periode een
voorraad conserven te vormen. Dit
moet mien niet doen in dagen van
schaarste, want dan is het gevolg dat
ook de blikgroenten in prijs stijgen.
In de afgelopen maanden is maar
al te vaak gebleken, dat nog zeer veel
huisvrouwen geen vooruitziende blik
hebben. Dikwijls ook niet, wanneer
ze ovex voldoende geld 'beschikken
om zich tydig tegen sieizoenprijsstij-
ging voor groente te dekken.
Losse flodders
Uw Sniper was snipverkouden vo
rige week. Hij had griep. Beter ge
zegd de griep had hem. Hij slikte as
pirine per ons, legde margarinepa
piertjes op z'n borst, snoof stralen
neusdruppels en at drop in alle vor
men en soorten. Edoch, de Sniper
blafte voort. Tot hij genezing vond in
een middel, wat geheelonthouders
verafschuwen en waar Schiedam beter
van wordt.
Anders heel wat gemist dezer da
gen. Die goeie, ouwe T.O.O.S. werd
zowaar al 35 jaar! Maar ze is nog kern
gezond. Moet je dat springen en hup
pelen zien. Geniet nog maar lang van
je bokken en paarden, Toos! Kom
volgend jaar nog maar eens net zo o-
ver de brug. En trek je maar niks aan
van die stijve kennis van me. Die
houten Klaas beweert, dat Toos een
instituut is, waar je geld toe betaalt
om je moe te maken.
De B.B. heeft ook een prachtavond
gegeven. Waarschijnlijk ter ere van
de derde man, resp. onzichtbare man.
Nee, B.B., dat is niet uw schuld.
Maar helaas zijn er nog altijd te
veel mensen, die denken, dat het maar
een spelletje is. En zij spelen dan het
spelletje: drie is te veel! Totdat een
of ander roofzuchtige buur ons trac-
teert op een griezeligl-realajstische
,knal"-fuif.
Dan zult u zien, wat de B.B. in wer
kelijkheid is. Hoewel ik met u van
harte hoop, dat de B.B. geen kans
krijgt onder die omstandigheden het
overtuigende bewijs te leveren.
Als u het echter toch bij de spelle
tjes houdt, neemt u dan het bekende
thema: D'r kan nog meer bij!
En ga er bij!
En dan was er van de week nog
een grote man die zei: „Ik zal daar
voor d!ie snotneuzen (blijven staan!"
Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten,
in deze zee verzinken mijn gedachten;
o Liefde, die, om zondaars te bevrijden,
zo zwaar woudt lijden!
Daar G'U voor mij hebt in de dood gegeven,
hoe zou ik dan naar mijne wil nog leven?
Zou 'k U, o Heer, die voor mijn schuld
woudt lijden,
mijn hart niet wijden!
Daarmee bedoelde hij onze dappere
jeugdlbrigadiers. Welja man, waarom
zou je ook? Geef jij het goeie voor
beeld maar. De ziekenhuizen zijn er
op ingericht. En eentje meer of min
der ondersteboven hindert niet.
Mijnheer, hele grote man, zou u mis
schien heel even in uw grote wijze
hoofd willen zetten, dat u niet stopt
voor „die snotneuzen", maar voor het
sein, dat ze geven. Het sein, waardoor
kinderen, misschien ook uw kinderen,
veilig kunnen oversteken. En of dat
sein nu door een grote of een kleine
agent wordt gegeven, dat maakt geen
verschil. Weest u tegenover onze
miniatuuragenten ook een heex!
SNIPER
Kinderhuis „Prinses Beatrix"
De jaarlijkse collecte ten bate van
het kinderhuis „Prinses Beatrix" zal
worden gehouden in de week van 5
tot en met 11 april a.s.
Zoats bekend woxdt deze collecte
mede gehouden voor de andere 9 te
huizen van de Ned. Centrale voor
Practische Hulp aan) alleenstaanden
van iedere leeftijd en gezindte te
Groesbeek. (Centrale P.H.).
Onder het motto: Help het kinder
huis Prinses Beatrix" wordt dus een
beroep gedaan op Uw goedgeefsheid
voor 10 tehuizen tegelijk. Bovendien
zijn sinds korte tijd de 6 gezinspavü-
joens van de voormalige stichting
„Morgenrood" te Groesbeek aan de
Centrale P.H. toevertrouwd, zodat Uw
bijdrage thans ten goede zal komen
aan 10 tehuizen en 6 gezinspaviljoens,
waar alleenstaanden van alle leeftij
den worden verzorgd.
Voor hen die de term „alleenstaan
den" onduidelijk mocht zijn, zij ver
meld, dat het hier kinderen betreft
die de ouderzorg missen en volwasse
nen die door geestelijke of lichamelij
ke misdeeldheid leiding en de be
schutting van een tehuis nodig heb
ben.
Gaarne doen wij een beroep op Uw
goedwilligheid, deze (belangrijke col
lecte te steunen zoveel als in Uw
vermogen ligt.
Mocht U daadwerkelijk aan de actie
willen mee doen^ meldit U dan bij
onderstaand adres als collectant(e).
Uw hulp woxdt dankbaar aanvaard
door:
Mevr. C. HAVENAAR,
Kerkweg 39
Jeruzalem, de vredesstad, is talloze
malen het toneel geweest van de strijd.
Toen het nog een Hittitische vesting
was, vele eeuwen vóór Christus, door
stond deze rotsburcht vele belegerin
gen. En zó veilig voelden zich de in
woners van Jebus (zodat het toen
heette) achter hun onneembare mu
ren, dat ze kreupelen en blinden op
de wallen zetten, toen koning David
met zijn leger voor d© vesting ver
scheen. David was echter een geboren
strateeg, die slim was waar hij niet
sterk genoeg was, Jebus viel, en hij
maakte er zijn residentie van.
Toen begon de opkomst van Jeru
zalem. David's zoon Salomo bouwde
er een tempel, die in oogverblindende
pracht alle volken van het Oosten ver
baasde. Goud, zilver, de kostbaarste
houtsoorten^ de zeldzaamste stoffen,
werden in sprookjesachtige hoeveel
heden aangevoerd. Het gouden dak
van de tempel schitterde de honderd
duizenden pelgrims reeds van verre
tegen, en langs de wegen die naar
Jeruzalem leidden, klonken tegen Pa
sen de opgetogen zangen:
Bid voor de vrede van Jeruzalem
wèl ga het hen, die u liefhebben!
Vrede zij in uw vesting
welvaart in uw paleizen!
Maar er kwam een andere tijd.
Reeds tij dens Salomo woekerde het
verval. Broedertwisten scheurden Is
raël vaneen. In het afgevallen Tien-
stammenrijk werd een nieuwe cultus
ingevoerd, met een oude heilige stad,
Beth-El (Huis Gods) als centrum.
De vorsten van Jeruzalem ontwijd
den het tempelgebouw door er de hei
dense religies van de omringende
volken uit te oefenen. Beelden van
Astarte, verrezen op het tempelplein,
tempelschatten verdwenen naar mach
tige vorsten om hun hulp te kopen.
Nebukadnezar, koning van Babel,
sloeg eindelijk het beleg voor de
stad ,nam haar in en verwoestte haar.
De vorsten werden vermoord, de
tempel vernield, de heilige bekers en
schalen gestolen. En aan de rivieren
van het Babylonische land zaten de
Joodse ballingen en treurden;
Indien ik U vergeet, O Jeruzalem
zo vergete mijn rechterhand zich-
[zelve
mijn tong kleve aan mijn gehemelte
zo ik aan U niet gedenk
zo ik Jeruzalem niet verhef
boven het hoogste mijner blijdschap!
Maar die treurzangen verstomden
voor 'het dreunend gejuich, dat weer
klonk, toen de teruggekeerde ballin
gen geschaard stonden op de heilige
berg, waarop de heilige berg, waarop
berg, waarop de fundamenten voor
een nieuwe tempel werden gelegd.
Onder lëiding van Nehemiai, eeni
Joodse hofmeester van de Perzische
koning Cyrus, werd de stad herbouwd.
De muren werden weer opgetrokken,
de poorten herrezen. De Joden ar
beidden met alle macht onder het be
zielend voorbeeld van Nehemia.
Voortdurend stonden ze bloot aan
overvallen van naburige stammen,
zodat ze werkten met „troffel en
zwaard". Maar Jeruzalem werd her
bouwd en de grondslag voor de nieu
we tempel gelegd.
Weliswaar was die veel kleiner dan
de heerlijke tempel van Salomo. „Ve
len", zo vertelt Nehemia, „die het eer
ste tempelgebouw gezien hadden,
weenden toen ze de grondslagen van
het nieuwe zagen. Maar de grote
meerderheid van het volk juichte met
een groot gejuich, waarin de stem des
geweens verloren ging".
De Joden hadden weer hun eigen
land, him eigen tempel. Maar voort
durend werden ze in dat bezit be
dreigd. Ze riepen de hulp in van de
jonge Romeinse republiek, een hulp
die hun ondergang betekende. De Ro
meinen, zo goed als de vorsten van
Babylonië, Aussirië en Egypte, be
merkten al spoedig, dat Jeruzalem
een haard van nationalistisch verzet
vormde, een (hinderpaal op de weg
van elk rijk, dat zich de suprematie in
het Oosten wilde veroveren. Jeruza
lem moest vallen!
Toen kwam de zwarte dag, in het
jaar 70 na Christus, waarop Romein
se soldatenlaarzen stampten door de
straten van Jeruzalem waarop het
gouden dak van de tempel, door He-
rodesr zo schitterend herbouwd,, in
stortte tuseen de laaiende vlammen
waarop de machtige muren verpulverd
werden tot puin en het Joodse volk
opnieuw in ballingschap gingeen
ballingschap!, die vele eeuwen zou
duren.
Ook het Romeinse rijk viel uiteen.
De Saracenen namen bezit van het
Heilige Land. Mohammed bezielde
hen met een ongekend fanatisme, en
op de tempelberg verrees de machtige
byzantijnse moskee van Omar, trots
op zijn koepel dragend de halve maan,
die het krïds overwonnen had.
Nog immer stroomden uit de Chris
telijke landeri de pelgrims naar de
plaatsen waar Christus geleefd en
geleerd had, waar Hij aan het kruis
was gestorven en waar Zijn lichaam
had gerust in het graf. De Mohamme
danen stonden het oogluikend toe. Er
viel aan te verdienen. Maar al vijan
diger werd hun houding, steeds meer
brutaliteiten moesten de pelgrims ver
duren. Want óók de Mohammedanen
beschouwden Jeruzalem als hun hei
lige stad. Op de berg Moria, waar eens
de tempel had gestaan, had Abraham,
hun stamvader, zijn zoon willen offe
ren, en slechts door Goddelijke tus
senkomst werd hij daarin Verhinderd.
En Jezus werd ook door de Moham
medanen als een groot leraar be
schouwd.
Maar eindelijk stroomden door de
passen en de vlakten van Klein-Azië
en koersten over de Middellandse Zee
dè machtige legerscharen der kruis
vaarders. Godfried van Bouillon drong
door tot Jeruzalem, vocht zich een
weg naar de heilige berg, en stichtte
een nieuw Koninkrijk. Bescheiden
noemde hij zich „Bewaarder van het
Heilige Graf". Zijn trouwe medestrij
ders, de ridders der befaamde Johan-
niter en Tempelieren-orde, handhaaf
den in Palestina een Christelijk rijk.
Ook hier trad echter het verval in.
De ridders werden rijk en vadsig, in
Europa raakten de Christenen onder
elkaar slaags. De Saracenen onder Sa-
ladin veegden het Heilige Land schoon
bestormden Jeruzalem. De kruisvaar
ders moesten wijken. Eens te meer
was Jeruzalem in handen der ongelo
vigen.
Een nieuw Joods Rijk
Eeuwen lang woei de vlag met de
halve maan boven Jeruzalem. Eeuwen
langtot ook het rijk van de Sul
tan verbrokkelde. Engelse troepen de
den tijdens de eerste wereldoorlog hun
intocht in Jeruzalem. Engeland maak
te het Heilige Land tot een Brits pro
tectoraat. De Joden werd een Natio
naal tehuis beloofd. Bij duizenden
trokken ze het land der vaderen
binnen. Ze stichten er nederzettingen,
maakten de woestijn tot bloeiend ak
kerland, bouwden hun moderne stad
Tel Aviv.
De vredesstad Jeruzalem heeft al zo
veel strijd gezien. De pijlen van Da
vid's schutters hebben door 'haar