Weekblad voor Waddinxveen Moeder de dc Spiefyd van da waak Vrouw dtUct 2te u-lauw- cüe w-eet w-at %ij uuil (hcw-fit tuj, GEBR. SPAAS De Meubelindustrie No. 726 vrijdag 29 mei 1959 1 5e jaargang Adres redaktie en administratie Oranjelaan 30, Waddinxveen, Telef. 438 Verschijnt elke vrijdag Abonnementsgeld per kwartaal 1.— bij vooruitbetaling. Advertentieprijs 8 ct per m.m. Kontraktprijs op aanvraag. Bijdragen, verslagen, etc. uiterlijk 's woensdagsavonds inzenden Het bezoek dat keizer Mohammed Reza Pahlevi, sjah van Iran aan ons land bracht, is weer ten einde. Het bezoek kenmerkte zich door de on gedwongen sfeer, die tussen de kei zer en onze vorstin en de prins heer- ste. Tijdens het bezoek heeft de Sjah een Gala Receptie in het Rijksmu seum bijgewoond. Prinses Margriet heeft er leuke herinneringen aan over gehouden in de vorm van een gouden halsketting met bijpassende oorbel len, die ze van de Sjah ontving, uit dankbaarheid voor het feit, dat zij de tanker „Reza Sjah" te water heeft gelaten bij een Scheepswerf in Roo- zenburg. Van de werf zelf ontving de prinses een prachtige zeilboot als aandenken. De Sjah toonde grote be langstelling voor onze KLM, dit mo ge blijken uit het feit dat hij de twee de dag van zijn bezoek een KLM- vliegtraining bezocht. Hiervoor werd hij door Prins Bernhard in zijn Fer rari naar Schiphol gebracht. Later bezichtigde de Sjah met Koningin Ju liana de N.V. Koninklijke Vliegtuig fabriek Fokker. Zaterdag moest hij afscheid nemen van het Nederlandse vorstenpaar en het Nederlandse volk, terwijl hij nadien nog een onofficieel bezoek bracht aan N.V. Philips te Eindhoven. Koningin Juliana heeft dezer dagen nog iemand ontvangen, namelijk Ge orge Adamski. Da man beweert voortdurend in contact te staan met de bewoners van Venus en andere planeten. Het is alleen jammer voor hem, dat hij niets kon bewijzen. De koningin vond een en ander nogal on geloofwaardig. Toch heeft deze Adamski een vrij grote aanhang, maar tijdens de persconferentie te Amster dam bleek toch maar weer overdui delijk dat de Nederlanders erg nuch ter zijn. Nieuws van ons nieuwe kabinet. Het departement van Oorlog en Marine zal worden opgeheven en worden vervangen door een departe ment van defensie. Uit regeringskrin gen werd vernomen, dat deze samen voeging zowel voor oud-minister Staf als voor de huidige minister van den Bergh zeer verrassend was. Zelfs de ex-staatssecretaris van Marine, vice- admiraal b.d. Moorman was van dit plan niets bekend voor hij werd uit genodigd als staatssecretaris van Ma rine af te treden. Voor radio-aktiviteit behoeven we in ons land gelukkig niet bang te zijn. Dit deelde de direktaur van het Insituut voor Volksgezondheid dr. J. Spaander mede, maar.... - zo ver volgde hij omdat men op z'n qui vive moet zijn is er in samenwerking met De Bilt een netwerk van waarne mingsposten over ons land gespan nen. Een huisvrouw kan moeilijk zien of koffie die zij haar man voorzet ra- dioaktief is of niet. De mensheid heeft zolang hij leeft al met radioaktieve stoffen gewerkt, zonder dat hij er last van had. We kunnen ook een bepaald percentage zonder risico verdragen. De eerste Hollandse Nieuwe is reeds gearriveerd. Ze is niet zo duur als de voorgaande jaren, omdat de vangst redelijk was. Het eerste schip, dat de haring aan wal bracht was de snelle Sch 55 Noorderkroon. Zaterdagmor gen half tien liep het schip reeds de haven van Scheveningen binnen met 111 kantjes haring aan boord. De eer ste kantjes gingen weg voor 731, en de laatste voor 467,per stuk. Om nog even 'bij de vis te blijven. Het raadsel van de dode vissen in Zuid-Holland is nu schier opgelost. De oorzaak van de vergiftiging is de Shell-afvalstof. Ir. Riffius noemde geen namen maar hij zei: Hoewel we nog geen helder inzicht hebben van de ware oorzaak leidt het spoor dui delijk naar een oliebedrijf in Pernis. Het Rijksinstituut voor de zuivering van afvalwater heeft ontdekt, dat de gele korrels die men in 't vergiftigde water aantrof voor 99°/o uit onschul dige stoffen bestond, maar dat juist die ene procent zen- vergiftig moet zijn. Ook uit de Veluwe komen mel dingen van dode vissen als gevolg van giftige stoffen. In het Griftkanaal bij Hattum drijven duizenden doden vissen, die een ontzettende stank verspreiden. De oorzaak hiervan wijt men vermoedelijk in het feit, aan WAT IS DE JUISTE VOEDING? Een huismoeder moet tegenwoordig wel-handig zijn om met het wi-ekgeld. uit te komen en toch te zorgen dat elk lid van haar gezin een gezond lichaam behoudt. Het leven is tegenwoordig druk, veel drukker dan voorheen; ook van de jeugd wordt veel meer gevraagd dan vroeger en het is dus begrijpe lijk dat er een gezond voedsel op ta fel moet komen om het leven de baas te kunnen blijven. Veel wordt er tegenwoordig gespro- sproken en geschreven van bouwstof fen, beschermende stoffen, brandstof fen enz. maar niet iedereen weet wat hiermede nu eigenlijk bedoeld wordt. Daarom vragen wij thans uw aan dacht eens voor een uiteenzetting aan de hand waarvan u voor uzelf kunt beoordelen of uw kinderen het goe de voedsel binnenkrijgen om tot ge zonde mannen en vrouwen te kun nen opgroeien. Ons voedsel levert ons de nodige bouwstoffen; deze ziin nodig om te groeien en ons lichaam ondanks slij tage op peil t'a houden. Daarnaast moet deze voeding be vatten beschermende stoffen, die weerstand kunnen bieden tegen in fecties en daardoor als het ware onze gezondheid beschermen. De. brandstoffen "zijn nodig om steeds maar weer onze arbeidskracht te vernieuwen en ons lichaam de no dige warmte geven. Zij moeten er dus voor zorgen dat de „kachel" blijft branden en de motor blijft draaien. Een kind dat met zijn voeding niet voldoende brandstoffen binnen krijgt, zal beslist gaan vermageren. Het zal daardoor minder energie hebben om te kunnen spelen en te kunnen le ren. Krijgt het die bouwstoffen en beschermende bouwstoffen niet in voldoende mate, dan zal het slecht groaien, het wordt zwak en gaat suk kelen aan allerlei min of meer ernsti ge kwalen. Gewone brandstof kan doorgaans op eenvoudige wijze gegeven worden, mits het kind een gezonde eetlust heeft. Een behoorlijke portie aardap pelen en boterhammen aangevuld mei een bord pap, kunnen reeds veel goed maken. Veel minder gemakkelijk is het er voor te zorgen dat er voldoende bouwstoffen en beschermende bouw stoffen binnen komen. Al hebt u een goed gevulde maag, toch kunt u aan bouwstoffen een te kort hebben. Het is daarom dat een goede voe ding niet alleen de honger moet stil len, maar zij moet ook voldoende bouwstoffen en beschermende bouw stoffen bevatten. Deze stoffen'nu ko men voor in melk en melkproducten (yoghurt, karnemelk, hangot» en kwark) voorts in groenten, fruit en aardappelen, in kaas en eieren, in vlees en vis en peulvruchten. Melk is als voedingsmiddel zeer be langrijk, vooral ook door de afwezig heid van elke schadelijke prikkel. Malk heeft een hoger soortelijk ge wicht dan water; een druppel melk moet dus zinken in water, ze mag voorts geen onaangename smaak of geur hebben en moet een zuiver geel achtig witte kleur bezitten. Aan de wand van een glas moet een vrij dik ke laag blijven vastzitten, terwijl er geen bezinksel op de bodem van het glas te zien mag zijn. Hierbij aansluitend laten we enige cijfers volgen betreffende boter en margarine. Boter bezit 12 tot 20"/o water, 89-84 vet en l-2°/o zout. Margarine: 8,4" 'n water. 87,5°/o vet en 3 a 4°/n zout. In boter komen bo vendien nog een spoortje eiwit en verontreinigd water uit het riviertje de Grift dat bij Heerde in het kanaal komt. Op dit riviertje lozen verschil lende industrieën op de Veluwe af valstoffen. Het is niet onwaarschijn lijk, dat we over een paar maanden weer wegen of liever: tunnels met tol hebben. De Amerikanen vinden een tunnel met tol een veilige geld belegging. melksuiker voor, in margarine alleen een spoortje eiwit, dus geen suiker. Ingezonden stukken (buiten verantwoordel. der redactie.) Mijnheer de redacteur, Naar aanleiding van het ingezonden stuk in Uw blad van 15 mei 1959, van de besturen der scholen voor bijzon der onderwijs, gevoel ik mij gedron gen U te verzoeken een plaatsje in Uw blad 'beschikbaar te stellen voor een antwoord mijnerzijds. Deze reactie betreft in de eerste plaats niet zo zeer de inhoud van het ingezonden schrijven als wel de hou ding van de besturen, die hier achter staan. Het ontgaat mij ten enenmale hoe een schoolbestuur, dat krachtens haar historische opdracht" altijd heeft gepropageerd „de school aan de ou ders" nu met voorbijgaan van die ou ders zich in eens gedrongen voelt die taak van de ouders over te nemen. Als ik het wal begrepen heb gaat het in het onderhavige stuk toch over de opvoeding van onze kinderen? Indien men niet overtuigd mocht zijn van het feit, dat men met deze slipper de „beproefde paden" verla ten heeft, dan zou het door onderge tekende zeer op prijs worden gesteld dat alsnog duidelijk wordt gemaakt welke Evangelische waarden zijn aan getast door het besluit van de ge meenteraad ten aanzien van het open stellen van de gemeentelijke sportter reinen aan de Kanaaldijk. Komt deze reactie bovendien niet vrij laat, gelet op hetgeen ook de laatste jaren ook in onze gemeente zoal on het gebied van de sport op zondag wordt gepre senteerd. Het feit, dat door een bepaald deel Uit de rede, gehouden door de directeur-generaal van Handel en Nijverheid, Drs. J. H. D. van der Kwast, op het Intern. Congres Meubelfabrikanten, gehouden 25 mei jl. te Scheveningen, ontlenen we en kele passages. „Wat de meubelbranche betreft, kan bijv. onderscheid worden gemaakt tussen de producenten die zich toe leggen op de vervaardiging van iets exclusiefs, van een produkt derhalve dat gekenmerkt is door een zeer a- parte stijl en afwerking en anderzijds de fabrikanten, die een produkt aan bieden dat is afgestemd op de smaak en de vraag van een zo breed moge lijke kring van afnemers. Tussen de ze uitersten liggen uiteraard een groot aantal schakeringen. Ook in de mas- saproduktie zal men aan goede vorm geving en afwerking de nodige aan dacht moeten geven, doch de moge lijkheden op dit punt zijn hier ge bonden aan de eisen, die het produ ceren in grote series stelt. Omgekeerd zal men bij het exclusieve produkt uiteraard eveneens de wenselijkheid van efficiency en rationele arbeids- methoden niet uit het oog mogen ver liezen. De toepassing van mechani sche hulpmiddelen vindt hierbij even wel zijn begrenzing in het individue le karakter van deze produkten. Voor het verkrijgen van aanwijzin gen omtrent de toekomstige ontwik keling kan het nuttig zijn om te zien welk tendenties zich in het recente verleden hebben afgetekend. Dan kun nen we in de eerste plaats constate ren, dat zoals ik reeds zeide, ook in die meubelbranche de internationale goederenhandel van toenemende be tekenis aan het worden is. Verwacht mag worden, dat deze goederenuit wisseling door de economische inte gratie zal worden gestimuleerd. De afbraak van de tolgrenzen zal onge twijfeld nieuwe kansen scheppen en er zullen vele ondernemers zijn, die hiervan zullen weten te profiteren. De opheffing van handelsbelemme ringen zal een extra prikkel vormen voor de invoering van moderne ra tionele produktiemethoden en de in dustrialisering van de meubelproduk- tie in nog versterkte mate voortgang doen vinden. Een illustratie van deze reeds in gang zijnde ontwikkeling is te vinden in de cijfers over de Ne derlandse meubelindustrie. Indien 'n globale indeling van de meubelbedrij ven wordt aangehouden in kleine on dernemingen, welke 10 tot 50 werk nemers omvatten, en grote onderne mingen met meer dan SO werknemers van kerkelijk Waddinxveen het Evan gelie als een „nieuwe wet" wordt be leefd en ook veel wordt verkondigd doet toch niets af aan de wenselijk heid, dat de stelling als zou de zon dagsheiliging een der fundamenten dezer scholen vormen, nader zou zijn toegelicht. Ik meen te weten, dat die personen die de schrijvers zo teleur gesteld hebben een dergelijke toelich ting op prijs stellen. Zonder een nadere toelichting wens ik de door de besturen gehuldigde opvatting omtrent dat „fundament" niet discutabel te stellen, maar meen het te mogen betwijfelen of alle ou ders, die voorstander zijn van bijzon der onderwijs, deze opvatting ten vol le onderschrijven. Misschien moet dit verschijnsel daarom juist het voor werp van de bijzondere zorg der be sturen zijn. Van die zorg heb ik ove rigens nog maar bitter weinig mogen opmerken, heren bestuursleden. Is het daarom voorbarig of ongegrond, dat ik achter dit schrijven meer een politieke stunt zie dan een stuk waar achtige verontrusting, om des gewe- tenswille. Vervolgens moge ik opmerken, dat het ondergetekende, die van huis uit ook nog wel iets weet van christelijke staatkunde zoals die door de protes tants christelijke partijen wordt ver dedigd, verwonderd heeft, dat men op deze wijze het plaatselijk GEZAG be- critiseert. In het bijzonder had ik van hen, die zich de geesteskinderen van Abraham Kuyper weten iets an ders verwacht. En voor zover de on dertekenaars daartoe niet gerekend wensen te worden, had ik beter ver wacht indien zij zich op hun refor matorische overtuiging menen te moe ten laten voorstaan. Naar uitwijzing van die reformatorische leer wil ik mij laten richten door een critische begeleiding ener reformatorische kerk en niet door één of andere christelij ke organisatie, welke voor .kerkje" wenst te spelen. In het volle besef van mijn grote verantwoordelijkheid, welke ik als gemeenteraadslid heb aanvaard, neem ik de verantwoording op mij óók ten aanzien van het hier omstreden punt. Die verantwoordelijkheid kan nie mand van mij overnemen; ook niet de besturen van de scholen voor bijzon der onderwijs. U, mijnheer de redacteur, dank ik voor de mij verleende plaatsruimte. P. LIPS. dan blijkt dat in de betrekkelijke kor te periode van 1953 tot 1957. dus in niet meer dan vier jaar, de betekenis van de grote ondernemingen reeds niet onbelangrijk is toegenomen. In deze periode vermeerderde het pro centuele aandeel van de grote onder nemingen met 5 pCt, terwijl het aan tal werknemers in de grote onderne mingen met 6 pCt steeg. Het aandeel in de totale omzet van de grote on dernemingen steeg met bijna 10 pCt. Hoewel de grote ondernemingen in 1957 niet meer dan 20 pCt van het totaal aantal bedrijven met meer dan 10 arbeiders uitmaakten, hadden zij meer dan 50 pCt van het aantal ar beiders in dienst en behaalden zij 55 pCt van de totale omzet. De produktiewaarde per werkne mer per jaar nam in de periode 1953- 1957 bij de kleine ondernemingen (dus met 10 tot 50 arbeiders) toe met ruim 40 pCt, bij de ondernemingen met 50 tot 100 arbeiders met ruim 45 pCt, doch bij de bedrijven met meer dan 100 arbeiders met bijna 60 pCt. Hier uit blijkt dus een tendens welke wijst op een geleidelijke verschuiving van het accent naar de grotere onderne mingen. Het betekent slechts een verschuiving in relatieve zin. Naar mijn mening blijven de kleinere be drijven, mits zij zich specialiseren in het vervaardigen van een kwalitatief hoogwaardig produkt, een bestaans recht houden. De reden hiervan is de behoefte aan exclusiviteit bij een aan tal verbruikers, welke behoefte, naar mate de welvaart stijgt, nog zal toe nemen. De rol van het kleine am bachtelijk bedrijf is stellig nog niet uitgespeeld. Efficiency, mechanisering en auto matisering zijn dan ook niet zonder meer tovermiddelen, waarmede men in een omvang groeiende markt zijn plaats zal kunnen behouden of ver beteren. Ook voor de grote industrie ën zullen vormgeving en uitvoering, zoals ik reeds zeide, de nodige aan dacht blijven vragen. In dit verband wil ik hier niet onvermeld laten dat vele massaprodukten in de tegen woordige tijd gekenmerkt zijn door 'n uiterlijk dat in alle opzichten als es thetisch verantwoord is te beschou wen. De inschakeling van begaafde ontwerpers, die gelegenheid krijgen hun gevoel voor schoonheid op dit terrein tot uitdrukking te brengen, is hierbij van toenemende invloed. De internationale verwevenheid mag zeker niet leiden tot klakkeloze nabootsing. Eerbiediging van de ori ginaliteit ven de ontwerper lijkt mij Een Beelverhaal werd de formatie Van ons gloednieuwe kabinet; De Quay heeft er, toen het pasklaar [was, Alleen zijn stempel op gezet; We hebben Luns en Cals gehouden, Van Aartsen, Zijlstra en Klompé, Voorts lopen er nog wat onwennig Een achttal debutanten mee. Al werd er geen conclaaf gehouden, Toch kon er al een Pous van af; Een Beerman moet zijn beer nog [schieten, Een Korthals is nog geen giraf; Marijnen is geen mandarijntje, Van Rooy is heus niet rood, maar [zwart; De Quay zo goed als Toxopeus, Het zijn al mannen naar ons hart! Niet dat de rest ons niks kan schelen Maar wis financiën beheert, is ons, van het geslacht der Sijmens, Geen boter aan de galg gesmeerd. Eerst was de ie de grote mode, Denk maar aan Lieftinck, van [De Kieft; Nu is het dan de a gebleven: Na Hof- en Zijlstra alsjeblieft.... Wat zal de nieuwe „stra" ons brengen De conjunctuur in stra-tosfeer? Of vliegen stra-ks in zonnastra-len Nog meer stra-aljagers dan weleer Wij hopen dat hij een sta-teeg is, Bordurend op een goed stra-mien, Die 't schip van staat dus niet laat [stra-nden En niet te stra-f ons wil ontzien. De rijke Sjah is weer vertrokken, Dit Stra blijft hier als eigen teelt; Wij wensen dat hij, zoet van klanken. Een stra-divarius bespeelt; Weet hij de fiskus in te tomen, Hij wordt vernoemd in laan of plein Dan hoeft geen mens de Fries te [vrezen, In 'n Zijlstrastraat stra-atarm te [zijn! Jaap Mijderwijk. dan ook een gebiedende eis. Gaarne hoop ik dat de Europese samenwerking met de daaruit voort vloeiende hoge eisen aan concurrentie kracht en originaliteit een spoorslag voor U moge zijn om in positieve zin de veranderende marktverhoudingen tegemoet te treden en dat U er een stimulans in zult vinden voor Uw medewerking aan de verdere ontwik keling van de welvaart. Pluimveehoekje BRUIN OF WIT. Een paar weken geleden vroeg ie mand mij in een brief of het waar kon zijn, dat een hen, die eerst zui ver witte eieren legde, later bruine legt. Deze vraag wil ik in dit artikel tje behandelen. De wilde hoendersoorten leggen bruingetinte gestippelde eieren. De niet witschalige eieren treffen we in de natuur dan ook aan bij de op de grond broedende vogelsoorten bijv. patrijs, fazant, kievit, kalkoen, kwar tel enz. terwijl de zuiver witte gelegd worden door zulke vogels die in hol le bomen, rotsholen en geheel over dekte nesten broeden. Daar toch zijn de eieren reeds goed verborgen en behoeven niet de beschermende kleur. Uit het feit zou men de gevolgtrek king kunnen maken, dat de witte ei- kleur bij onze hoenders als abnor maal kan beschouwd worden, meer als gevolg van voortgezette domesti catie. In vroeger jaren zag men in ons land bijna uitsluitend witte eieren, 'n bruinachtig ei was zeldzaam in de etalages. Pas na de invoering der co chins en brahmas begonnen ze meer voor te komen. De schaalkleuren van de eieren van onze tegenwoordige hoenderrassen lopen van schitterend wit tot donker bruin met alle mogelijke tinten daar tussen. Andere kleuren kennen wij niet. In weerwil van berichten over blauwe hoendereieren ergens in Zuid Amerika geloven wij daar niet aan, wegens de onbetrouwbaarheid van deze mededelingen. De zuiver-witte schaal komt voor bij lichtere rassen, die weinig broeds zijn, waartoe be horen de leghorns, de Spaanse ras sen, de Hamburgers, de Kraaikoppen enz. die enige jaren terug de in ons land voorkomende hoenders waren. Middelzware rassen, zoals wyandottes, Rocks, Rads, Langshans, Barnevel ders en Welsummers die allen min of meer Cochin- of Brahmabloed voe ren, leggen bruine eieren in allerlei tinten. Individueel komen er in een zelfde band als met de beenkleur. Zo leggen de geelbenige en zelfs geel- vellige leghorns zuiver witte en de witgevederde en witbenige orpingtons bruine eieren. Met het ras is er daar entegen wel een bepaald verband, waarom bijv. leghorns die enigermate geelgetinte eieren leggen, daarmee waar U de allernieuwste gereserveerde ZOMERSTOFFEN vindt! Dames, wat U zelf maakt is het eerste verdiend.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Weekblad voor Waddinxveen | 1959 | | pagina 1