Fouten ff vrouw CAMERA-INRUILACTIE ÏHMKEl Dorpshuizen binden bevolkingsgroepen Foto de Rooy Bel bij Brand 2222 H Kies altijd de juiste man achter de groene tafel Belastingaftrek voor de gehuwde vrouw (2) Aardig zomerensemble I ■I li hF - A fI I 1 i i ft In tien jaar 150 stuks: Andere arbeid Bestuursfunctie is moeilijker dan wel eens gedacht wordt Woensdag 22 mei rff 'H wj': I <1 Aanslagen inkomstenbelasting zoveel mogelijk vermeden Eenheid Voorbereiding Noodoperatie Opbouwwerk 7 llfclcUl ^jeugdpuistjes Menselijke kant o* Helpen Sé Technische zijde Adviseur nodig Li l Uw- mo-de/iuU I i <1 i Spreekuur voor woningzoekenden I Vrouwengilde geeft huisvrouwen raad M J J 7; NESSE 2 TELEFOON 2102 de gehele dag geopend f i 1 9 i I Zaterdags blij ven wij normaal tot 6 uur geopend i p I J PUROL-POEDER 5 F s - I I i' WEEKBLAD VOOR WADDINXVEEN - DONDERDAG 16 MEI 1963 PAGINA 3 a i impulsen te geven, ging ten slotte I I I 2 O Wij geven voor Uw oude fototoestel 7,50, 10,- of 15,- 'SS i '1 Het gros van de werkende gehuwde vrouwen (n.l. zij, die in dienst betrekking zijn) zouden bij voorkeur zien, dat met de inhouding van loon belasting de fiscale kous af zou zijn. Jarenlang is die gedachte een vrome wens gebleven, want met de regelmaat van de klok werd een aanslag biljet bezorgd, waarop - even eentonig - het doen van nabetalingen werd verlangd. Ook voor de loontrekkenden heeft de fiscus een tegemoet komende regeling uitgedacht, waarbij het streven voorzit om die nare „nabetalingen” zoveel mogelijk te vermijden. Laat ieder bestuurslid deze ad viezen eens goed ter harte nemen en ze ook toepassen op ander ge bied. Op die wijze is het mislukken van vergaderingen en verenigingen goeddeels te voorkomen. In dit geval had men een hele reeks fouten begaan en omdat deze nog heel vaak voorkomen, willen wij de meeste noemen. Allereerst deugde de voorbereiding niet. Men hield de vergadering op 13 maart j.l., welke dag voor velen als bid dag voor het gewas minder geschikt werd geacht. De uitnodigingen wa ren wel op tijd verzonden, maar zij waren te beperkt in aantal. Men had vergeten de vakbladen tijdig in te lichten, hetgeen wel bijzonder nalatig was, want vrijwel ieder landbouwvakblad heeft tegenwoor dig een „agenda” waarin de voor naamste gebeurtenissen tijdig aan- gekondigd worden. Men hield de bijeenkomst aan het einde van een vrij druk vergaderseizoen en be greep niet, dat men nu alleen nog wat belangstelling kon trekken als men: a. met een bijzonder actueel pro gramma kwam; b. een zeer geschikte datum wist te vinden; c. de voorbereiding tot in de punt jes verzorgde. Dat de pers geen afschriften of uittreksels van de referaten kreeg, sprak vanzelf. Even vanzelfsprekend was, dat men die bladen, welke niet vertegenwoordigd waren, geen ver slag toezond. Dit zou de vergadering tóch niet meer gered hebben! Dat men aldus de publiciteit tekort doet en zichzelf óók al voor het volgen de seizoen schade doet, begreep men niet. Het eerstvolgende spreekuur voor woningzoekenden zal worden ge houden op donderdag 16 mei 1963 van 7 tot 8 uur n.m. in het gebouw van de gemeentelijke dienst voor sociale zaken achter het gemeente huis. in te houden loonbelasting onge veer gelijk te doen zijn aan de ver schuldigde inkomstenbelasting. In één geval kunnen de vóór 1 januari 1962 geldende bepalingen van toepassing blijven. Dan moet de situatie bestaan, dat de echt genoot van de werkende gehuwde vrouw geen (of vrijwel geen) in komen heeft naast het verdiende loon van de vrouw. gen als in onze tijd. Letterlijk elke bijeenkomst, keuring of tentoon stelling slaagt, als zij van werke lijke betekenis is en goed georga niseerd wordt. Boer en tuinder zien werkelijk de noodzaak wel in om „bij te blijven”. Het blijkt telkens weer op verrassende wijze. Tijdig voorbereiden, dat is in de eerste plaats: geen vergadering houden zonder noodzaak. Dat is in de tweede plaats: zorgen voor een voorzitter en een bestuur, dat van wanten weet. Men moet n.l. goed bedenken, dat de beste agrarische sprekers vaak hun agenda vol heb ben, als men niet maanden tevoren aanvraagt. Dan moet men zorgen, dat deze beste sprekers ook de bes te onderwerpen kiezen. Er zijn inleiders aan wie men met een ge rust hart de keuze kan overlaten, maar er zijn ook andere! Vaak zal het dan nog nodig zijn de sprekers in te lichten omtrent datgene, wat in de vereniging of commissie leeft of omtrent wat men op het bewuste gebied al eer der gedaan heeft. Een goede inlei der zal zulk een informatie stellig waarderen. Wat de uitnodigingen betreft: men kan tegenwoordig overal voldoende en goed adresma teriaal krijgen om convocaties op ruime schaal te verspreiden. Wil men het goed doen, dan zendt men die zeer vroegtijdig en attendeert nog eens op de kwestie d.m.v. ad vertenties in plaatselijke of streek bladen. En als de boeren en tuinders dan tóch nog thuis blijven? Ons ant woord is: dan ligt de fout bij u. Nog nimmer waren onze agrariërs zó gemakkelijk in beweging te krij- In onze organisaties hebben wij een overvloed van mensen, die de vergadertechniek tot in de puntjes beheersen, maar die vrijwel nooit kort en krachtig kunnen zeggen waar ’t op staat. U kunt ze her kennen aan hun breedsprakigheid, aan hun voorkeur voor procedure- kwesties en formaliteiten en aan hun angst voor beslissingen. Stop ze in een commissie die dingen be handelt welke gerust tien jaar op een laag pitje mogen sudderen, maar kies als voorzitter iemand an ders. Het zijn geboren secretarissen, omdat ze in fraaie volzinnen on eindige betogen kunnen weerge ven. Laat hen de notulenboeken vullen met hun wijdlopige verha len, maar pas op zodra het welzijn van uw vergadering of vereniging Vraagt bij ons inlichtingen: van hen gaat afhangen. Nu is dit alles gemakkelijker ge zegd dan gedaan. Het is immers in heel veel gevallen uiterst moei lijk iemand te vinden, die nog een bestuursfunctie wil aanvaarden. Inderdaad en dat bewijst nu juist, dat in het nabije verleden de „ver- gadertechnici” de zaak bedorven hebben. Zij hebben zich totaal on misbaar gemaakt door hun erebaan even totaal ongenietelijk voor te stellen en te maken. Maar bij een levende vereniging, die alleen ver gadert omdat het nuttig is en die dat op de juiste wijze doet, is er belangstelling genoeg. In grote industrielanden, zoals bv. in de Duitse bondsrepubliek wordt de consument tegenwoordig gecon fronteerd met een ontstellend aan tal waren en diensten, dat door zijn groot getal slechts verwarrend werkt. Bovendien wordt het steeds moeilijker een keuze te maken uit de juiste verhouding tussen prijs en kwaliteit. Tijdschriften, die door wetenschappelijke instellingen voor warenonderzoekingen worden uit gegeven krijgen er steeds meer abonnees bij en vooral in Groot- Brittannië, West-Duitsland en nog verschillende andere landen moes ten de oplagen van dit soort tijd schriften en steeds weer, worden verhoogd. De Duitse consumentengenoot schappen zien het als één van hun plichten hun leden op de urgentie van maatregelen ter bescherming van de consument te wijzen, en in verband hiermede hebben hun zg. Vrouwengilden een belangrijke taak op zich genomen. Het is ten slotte de huisvrouw, die zich met dit probleem het meest dient bezig te houden, omdat zij het uiteindelijk is, die voor het merendeel de inko pen voor het gezin doet. De Duitse consumentengenoot schappen, die momenteel meer dan 2| miljoen gezinnen als lid hebben, zijn een potentieel wapen in de strijd voor de belangen van de con sumenten geworden. Daar meer dan de helft der inge schreven leden vrouwen zijn, bete kende de vorming van een bizonder soort vrouwengilde een belangrijke uitbreiding van de invloed der vrouwen op het gebied van be scherming tegen willekeur in de handel speciaal van huishoudelijke artikelen en levensmiddelen. In bij na alle grotere plaatselijke consu mentengenootschappen in Duitsland hebben zich vrouwengroepen ge vormd, die weer bij het landelijk gilde zijn aangesloten en die hun toporganisatie hebben in het cen trale vrouwengilde der Duitse con sumentengenootschappen. Het dorpshuis was zoiets als een noodoperatie, die aanvankelijk met weinig hoop door de overheid werd uitgevoerd. Het was alsof men een ziek lichaam op de been wilde hou den door een niertransplantatie, ’n medisch nogal hachelijke zaak. Het lichaam is in dit geval de gemeen schap, bedreigd door de infectie van de snelle technische ontwikkeling. „Op technisch gebied is de laatste jaren veel veranderd, industrieel, agrarisch en op het gebied van de communicatiemiddelen”, zei burge meester W. Harmsma van Opster- land in Utrecht. „Verwacht mag worden, dat deze veranderingen zich ook in de voor ons liggende jaren zeker in een niet minder snel tempo zullen blijven voortzetten”. Het bestaande gemeenschapsleven, aldus burgemeester Harmsma, zo als zich dat in de loop van de jaren had ontwikkeld in allerlei vormen van (soms vijandige) verenigingen en organisaties, is achtergebleven op deze economisch-technische ver betering. Voorbeelden daarvan zijn het gebrek aan belangstelling voor de bestaande organisatievormen en de dikwijls zeer grote afstand tus sen de „bestuurders” en de „be stuurden”. In talrijke, vooral kleinere, Ne derlandse gemeenten hebben zich grote moeilijkheden voorgedaan bij de industralisatie. Oude bevolkings groepen, die het onderling al niet eens konden worden, kwamen in botsing met de nieuwkomers. Het samenleven in de gemeente werd daardoor een kwestie van gebalde vuisten en kwade blikken. Deze moeilijkheden doen zich nog steeds regelmatig voor. Helaas blijft er een groot kwalitatief verschil bestaan tussen hetgeen overheidsorganisa ties doen op industrieel en maat schappelijk ontwikkelingsgebied, ke men bij het maatschappelijk op bouwwerk in handen heeft, is het dorpshuis. Het dwingt de bewoners als het ware tot samenwerken. En als men eenmaal de tevoren zorg vuldig gemeden „tegenstander” bij het werk ontmoet, blijkt hij toch wel „een jofele vent” te zijn. Is Die veel verwenste aanslagen waren het gevolg van de in ons land en ook elders gevolgde me thode om het inkomen van man en vrouw, voor wat de draagkracht betreft, als een financiële eenheid aan te merken. Het aanslagbiljet staat op naam van de man en hij heeft het genoegen over het samen gestelde inkomen belasting te beta len. Door de progressie in de ta rieven was de ingehouden loon belasting meestal niet toereikend, zodat er „te betalen” overbleef. De hieronder te omschrijven re geling heeft het onmiskenbare voor deel dat teleurstelling in de vorm van (verlate) definitieve aanslagen veelal wordt voorkomen. Er zijn nochtans een aantal gevallen, waar in een aanslag blijft bestaan. Een uitgebreide opsomming van alle mogelijkheden t.a.v. het ontvangen van een aanslag valt buiten het be stek van dit artikel. H.60 - f1.- In Utrecht is kortgeleden de „Dag van de dorpshuizen” gehouden. Ne derland bezit een vaderdag, een moederdag, een dag van de doperwten cultuur en een dag van de visserij, dus waarom ook geen dag van de dorpshuizen? Het feest werd georganiseerd ter gelegenheid van het gereed komen van het honderdvijftigste dorpshuis in ons land, dat van Haule (gemeente Ooststellingwerf). Ruim tien jaren geleden, toen het „dorps huis” in het brein van een zorgelijke ambtenaar werd geboren, durfde niemand te voorspellen, dat men in 1963. feest zou kunnen vieren. Voor lopig was er helemaal geen aanleiding voor een feestelijke gebeurtenis, eerder voor een groot aantal zorgenrimpeltjes en een flinke dosis pessi misme. men eenmaal zover gekomen, dan is de basis gelegd voor een hechte samenleving zonder groepsverschil- len in de gemeenschap. Dit principe heeft tot nu toe uit stekend gewerkt. En er was alle reden in Utrecht iets bijzonders daaraan te doen. Het na-oorlogse plan voor de bouw van dorpshuizen voorziet in een aantal van 185. Tot nu toe zijn er dus 150 gereed ge komen. Die 185 dorpshuizen kosten 15,5 miljoen gulden. Het rijk heeft daarin een aandeel van 5,7 miljoen. De rest moet van de plaatselijke overheden en de gezamenlijke ac ties komen. Toch is er in Utrecht wel wat critiek naar voren geko men. Die kwam van drs. A. Verdijk directeur van het Provinciaal Op- bouworgaan Noord Brabant. De dorpshuizen zijn, aldus drs. A. Ver dijk, teveel geconcentreerd in te kleine gebieden van Nederland. Nog teveel delen van ons land moeten het zonder doen. Er is een te grote band met het regionaal industra- lisatiebeleid; ook gemeenten, die industrialiseren, hebben behoefte aan en recht op een dorpshuis. Het dorpshuis is in Nederland vooral tot groei gekomen in de kleinere gemeenten. 84% is gebouwd in de kernen met minder dan tweedui zend inwoners. Te weinig aandacht is besteed aan het dorpshuis als „wijkcentrum” in de grotere ge meenten en in de streekcentra. Er is dus alle reden om een nieuwe koers uit te zetten. Een goede basis is daarvoor gelegd, dat hebben de afgelopen jaren wel bewezen. Ook voor arbeid, verricht buiten bedrijf, beroep en dienstbetrekking, geldt de regeling, dat 1/3 deel van het netto-voor deel (minimum van 500,maximum 2.000,is vrijgesteld. Wij denken hierbij aan het tegen beloning verrichten van schoonmaakwerkzaamheden en het houden van kostgangers (echter voorzover tegenover het kostgeld verrichte arbeid staat)Een ka- merverhuurster b.v. kan niet van de regeling profiteren, omdat voor het verhuren practisch geen arbeid behoeft te worden verricht. JAC. BOOY, Belastingconsulent te Boskoop Het is een moeilijk punt de juiste man op de juiste plaats te zetten. Wij tobben in onze vele honderden verenigingen en organisaties met mensen, die niet voor hun taak zijn berekend. Soms durft niemand hun dat te zeggen, vaker wil men ze om irrationele redenen tóch niet missen. Er zijn voorzitters die een uur nodig hebben om datgene te zeggen wat gevoeglijk tot drie mi nuten gecomprimeerd kon worden en er zijn er die zelfs de drie minu- tenspeech nog niet ten einde bren gen. Hoe komt dat? Enerzijds komt dat doordat deze mensen „nu een maal zo zijn”, anderzijds doordat niemand hen werkelijk helpt. Help uw voorzitter door datgene wat hij noodzakelijk zeggen moet, samen op papier te zetten. Het is beter dat hij drie minuten iets ac tueels voorleest, dan dat hij ’n uur praat zonder iets te zeggen. Maar vooral: kies de juiste man! Heel vaak (natuurlijk lang niet altijd!) zal dat dan juist geen gepensioneer de zijn, maar iemand die het al zo druk heeft. Want zo iemand staat in de werkelijkheid van vandaag. Zo iemand beschouwt het bestuurs lidmaatschap niet als een erebaan tje, want daar heeft hij veelal lak aan, maar als een baan. Hij zal dus de stukken lezen en de vaklitera tuur bijhouden en omdat zijn eigen tijd beperkt is zal hij ook niet uw kostbare tijd verknoeien. Er is al veel narigheid in de wereld gekomen door het kiezen van onjuiste mensende rijkste boer van het dorp of de streek, de directeur van dit of dat, de here- boer en rentenier. Waag het óók eens met een jongere kracht. Geef hem hulp en steun, zodat hij geen domme dingen uithaalt, maar geef hem tevens de kans om ervaring op te doen. Wij waren onlangs op een vergadering. Nu gebeurt dat wel meer, maar het bijzondere was, dat zij belegd was door een contactcommissie voor de voorlichting betreffende de teelt van een belangrijk gewas. Men had in een provinciehoofdstad een flinke zaal gehuurd en vier dito sprekers uit genodigd. De uitnodigingen waren op tijd verzonden en toch werd deze vergadering een volslagen mislukking. In plaats van de 200 verwachte landbouwers kwamen er slechts 50 en dat getal werd alleen gehaald, doordat een landbouwleraar met een schare discipelen verscheen, bij wijze van excursie. Maar ook het gebodene viel zeer tegen. De voorzitter bleek een rustend landbouwer te zijn (zulke mensen hebben tijd over en worden graag voorzitter en men kiest ze ook graag), maar hij had zijn rustend bestaan wat al te letterlijk opgevat. Hij bleek volledig in het verleden te vertoeven en letterlijk niets te weten van de jongste ontwikkelingen. Goed, daar waren de sprekers dan voor. Maar de man slaagde er niet in hen op korte, zakelijke en deskundige wijze in te leiden. Hij hield een langdradig be toog waar niemand iets aan had en beschouwde het traditionele applaus als een welverdiende hulde. Van de vier aangekondigde sprekers waren er twee op het laatste nippertje vervangen wegens verhindering en de twee invallers bleken geen grote sterren te zijn. Doordat de voorzitter er niet in slaagde de discussie nieuwe iedereen onbevredigd huiswaarts. De regeling, welke thans voor de loonbelasting geldt, hebben de be trokkenen reeds aan den lijve on dervonden. Het tarief is simpel: i 15% van het loon van de werkende gehuwde vrouw, nadat 600,per jaar, 50,per maand, 11,50 per week of 2,— per dag. De aftrek nu vormt de eigenlijke tegemoet koming. De mogelijkheid bestaat, dat het tarief van 15% nog zwaarder weegt dan de voorheen geldende heffin gen. Dat moet ook gezien worden in het kader van het streven om de Feitelijk moest elke vereniging, vooral als zij deel uitmaakt van een groot geheel, kunnen beschikken over een organisatiedeskundige. De man zou precies kunnen aangeven wat er aan scheelde en hij zou het agrarische verenigingsleven kunnen saneren, zij het dan dat zijn drank jes en pillen wel eens bar bitter zouden smaken. Bij omvangrijke verenigingen zal de noodzaak van zo’n adviseur wel spoedig ingezien worden. We be hoeven slechts een blik te slaan op onze landbouwgidsen om te zien hoe het woud der organisaties voort woekert. Men moet al aardig „des kundig” zijn om daarin de weg te weten. En wat de aangemerkte kwalen betreft: de instituten voor landbouwcoöperatie houden zich daarmee al lang bezig en zij advi seren de coöperatieve verenigingen dan ook al geruime tijd op dit ge bied. Het vormen van een leuk stelletje is dikwijls een moeilijke opgave. Een passende bloes bij een rokje of omgekeerd, het kie zen van de juiste mantel bij een japon, kortom deze keuze is veelal niet zo heel eenvoudig, want we moeten hierbij niet alleen op de kleurencombinatie letten, die beslist moet harmoniëren maar ook nog op de stijl. Men kan nu eenmaal geen geklede bloes op een sportieve rok dragen of iets dergelijks. Het kiezen van de juiste combinaties is en blijft voor velen een moeilijke zaak. Hoeveel makkelijker wordt het al, wanneer we een compleet ensemble in één keer kunnen aanschaffen of vervaardigen. Óm zoiets mogelijk te maken is er meestal niet veel meer nodig dan dat de stof van het een ook in het ander wordt gebruikt. Een voorbeeld hiervan zien we op de illustratie, waar ons model een schat van een zomerjurkje draagt met bijbehorende mantel. Let u bij het jurkje eens op de leuke hals, die gevormd wordt door slechts 2 gekruiste bandjes. Echt iets voor de zomer. Let u ook eens op de aan de voorzijde hoogopgesneden rokaanzet, dat is ook zo’n klein modieus grapje. Dan krijgen we de zomermantel die geheel gevoerd is met dezelfde stof, waarvan de japon werd gemaakt. Op die manier krijgen we een voortreffelijk geheel. De mantel zelf heeft geen kraag, heeft driekwart mouwen en valt lekker ruim. Hierdoor is het bij uitstek een prettige zomermantel, niet te warm, niet te zwaar. Japon en mantel vormen op deze manier een voortreffelijk geheel, sjiek, apart en geheel op elkaar afgestemd, want het zomerse van de japon vindt men eveneens in de mantel, beide zijn modieus en van gelijk karakter, terwijl door de voering die van dezelfde stof is als de japon, er een verbindingsschakel is tussen japon en mantel. Zo’n ensemble is een heerlijk bezit. ELLY MARTINS. i J i.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Weekblad voor Waddinxveen | 1963 | | pagina 3