Consumenten- markten bezocht door beter gesitueerden wijzigingsvoorstel tot B. Vier raadsleden W.: en W. Leen een extra portemonnee Regering ziet het ook zo B. en W. zeggen nota toe centraal antennesysteem WADDINXVEEN Burgemeester en Wethouders hebben de vorige week donderdagavond vergaderende gemeenteraad toegezegd nog voor de begro tingsbehandeling tegen het einde van dit jaar met een nota te zullen komen over het gemeentelijke televisie- en radio-antennesysteem. Om die nota vroegen nadrukkelijk de raadsleden M. Boere (soc.) en H. P. Barth (D’66). Uitzondering voor niet- concurrerende bedrijven Het directe gevolg hiervan was dat op voorstel van burgemeester C. A. van der Hooft de kwestie in de ge meenteraadsvergadering van don derdag 11 oktober opnieuw ter sprake zal komen „om het college de gelegenheid te geven alle juridi sche aspecten van het wijzigings voorstel te bezien.” De voorzitter liet in het midden hoe B. en W. over het reeds een dag eerder rondge stuurde voorstel oordelen. Niet met botte bijl detailhandel buiten winkelgebieden tegengaan WADDINXVEEN De raadsleden H. P. Barth (D’66), H. van Ek (soc.), P. F. J. van Schie (kath.v.) en mevrouw L. M. Oosterbroek-Waag meester (lib.) willen in Waddinxveen niet met de botte bijl alle detailhan delsvestigingen buiten de winkelgebieden weren. Het college van Burge meester en Wethouders wil dat blijkens een voorstel wel. Daarom dienden de vier raadsleden in de vorige week donderdagavond gehouden gemeente raadsvergadering een wijzigingsvoorstel in. WAAROVER HEBBEN ZE HET NU PRECIES? in Dit zijn de elf plannen BAL Algemene Bank Nederland e» WEEKBLAD VOOR WADDINXVEEN DONDERDAG 27 SEPTEMBER ’73 Pagina 7 H P BARTH: Consumentenmarkten ’n verzamelnaam H. P. Barth (D’66) Gebruikt u ’m niet, dan kost hij u niets. Besloten zitting Van Leeuwen B.V. Vondelwijk De laatste tijd is de aandacht vooral gericht op (plannen voor de): Zelfbedieningsgroothandelsbedrijven (Makro-vestigingen), Verbrui kersmarkten (Profimarkt), Vrijstaande zelfbedieningswarenhuizen (Miro), Regionale winkelcentra buiten de bebouwde kom (Leidsen- hage), Categoriale winkels, cq. centra (Tuincentra, Doe-het-zelfza ken, Autorama), Autowegwinkels (Mobil, Shell), Postorderbedrijven (Wehkamp, Ter Meulen) en Industriële, agrarische of ambachtelijke bedrijven met rechtstreekse verkoop aan particulieren (Verkley als we aan Waddinxveen denken). WADDINXVEEN Consumentenmarkten is een lang niet alles dekkende verzamelnaam voor een nieuwe vorm van detailhandel, „die” zoals Burgemeester en Wethouders dat in hun voorstel aan de gemeenteraad formuleren „voor de uitoefening van zijn activi teiten veelal terreinen kiest welke gelegen zijn buiten de bebouwde kom, of terreinen, die door hun situering niet in aanmerking komen voor detailhandel.” Lang beraad In de portemonnee zit een bedrag dat wij eenmaal met u afspreken. U mag dat geld (of een deel ervan) gebruiken wanneer eh waarvoor u maar wilt. Zolang u niets uit de portemonnee haalt, hoeft u niets te betalen. Maar intussen heeft u wel permanent geld achter de hand. Erg gemakkelijk, zo’n financiële reserve. Op elk ABN-kantoor vertelt men u er graag meer over. WADDINXVEEN Verbruikers markten en vrijstaande zelfbedie ningswarenhuizen plegen met name te worden bezocht door consumen ten die in het bezit zijn van een auto, een relatief hoog inkomen hebben en tussen de 23 en 50 jaar oud zijn. Deze ook bij hemzelf ver bazingwekkende stelling verweefde D’66-raadslid H. P. Barth in de ge meenteraadsvergadering van vorige week donderdagavond in zijn uit voerig en deskundig commentaar op het voorstel van Burgemeester en Wethouders elf bestemmingsplan nen te herzien om de vestiging van consumentenmarkten (cash and carry, discount, en dergelijke) op niet voor de detailhandel bestemde tereinen voor handel, industrie en nijverheid in Wadinxveen tegen te gaan. r abN „Van Leeuwen B.V. doet strijdige dingen” Bezwaarschriften snijden geen hout, zeggen B. en WADDINXVEEN Er zijn in mei/juni van dit jaar drie bezwaarschrif ten ingediend tegen de herziening van elf Waddinxveense bestemmings plannen, waardoor de vestiging van detailhandelsbedrijven buiten de be bouwde kom en op daartoe niet bestemde terreinen kan worden tegen gegaan. Burgemeester en Wethouders vinden dat de bezwaarschriften, Waarover is geadviseerd door Stad en Landschap, geen hout snijden en verklaren ze dan ook ongegrond. De gemeenteraad moet over die bezwaar schriften overigens nog een oordeel vellen. WADDINXVEEN Dit zijn de elf bestemmingsplannen: „Waddinxveen herziening 1953”, „Noordeinderweg”, „in hoofdzaak West”, „Recreatie gebied ’t Weegje”, „Dorp straat”, „Zuidkade herziening 1963”, „St. Victorstraat/Wil- helminakade”, „Zuidkade partiële herziening 1965”, „Noordkade 1967”, „Stations straat” en „partieel plan Wilhelminakade (GS)”. De angst voor deze nieuwe vorm van «I Oi De heer Barth (D’66) noemde als voor beeld de vestiging van een groot post orderbedrijf, dat een welkome aanvul ling van de werkgelegenheid zou zijn zonder de winkeliers concurrentie aan te doen. Het wijzigingsvoorstel zou geen gewenste ontwikkelingen afsnijden; het voorstel van B. en W. daarentegen wel. „Als we de bestemmingsplannen herzien zoals het college ons dat voorstelt leg gen we ons lam,” aldus de heer Barth, die meende dat er waterdichte uitzonde ringsbepalingen in de voorschriften zou den moeten worden opgenomen om de vestiging van detailhandelsbedrijven in bijzondere gevallen toe te staan. Ook zou het wijzigingsvoorstel er in voorzien bestaande Waddinxveense de tailhandelsbedrijven in gebieden waar dergelijke activiteiten niet meer ont plooid mogen worden in bepaalde mate te steunen. Over de juridische aspecten hiervan werd op verzoek van de heer P. F. J. van Schie (kath.v.) een moment in besloten zitting gesproken. Ook de heer H. van Ek (soc.) benadrukte dat er geen bezwaren behoeven te kleven aan detail- handelsvestigingen op industrieterreinen, Het ligt in hun bedoeling om aan de hand van dat belangrijke beleidsstuk or de op zaken te gaan stellen met betrek king tot het gemeentelijk antennesysteem. Bekend is dat er nog altijd pogingen worden gedaan het van de hand te doen, bekend is ook dat de bewoners van de Vondelwijk sinds jaar en dag nogal wat klachten hebben over de slechte beeld- ontvangst. De behoefte aan een nota over het ger meentelijk antennesysteem werd gevoeld bij het beschikbaar stellen van 120.000 voor de aanleg van een antennesysteem in een gedeelte van Groenswaard 3, daar waar over een maand de eerste huizen bewoond zullen zijn. Het Waddinxveen se adviesbureau Becas heeft met goed keuring van de PTT een plan ontworpen, dat past in een totaalopzet van een sy steem voor de gehele gemeente. De 127 woningwetwoningen en 30 koopwonin gen die nu in aanbouw zijn en de 145 meergezinswoningen die nog moeten worden neergezet zullen worden aange sloten op de centrale mast op het flat gebouw aan de Peppelhorst. Het beschik baar gestelde krediet van 1,2 ton is no dig voor het leggen van een verbindings- kabel tussen die mast en de nieuwe wo ningen in Groenswaard 3. Uit de discussies in de gemeenteraad en de discussie in de een dag eerder gehou den vergadering van de commissie voor openbare werken en bedrijven werd dui delijk dat die verbindingskabel binnen afzienbare tijd ook voor de Vondelwijk zijn dienst gaat bewijzen. Volgens me vrouw L. M. Oosterbroek-Waagmeester (lib.) proberen bewoners in die woonwijk zich aaneen te sluiten om gezamenlijk niet meer bij te dragen in de kosten van het gemeentelijke antennesysteem van wege een bijzonder slechte ontvangst. De heer H. P. Barth (D’66) was nieuws gierig naar de ervaringen van het vorige jaar aangelegde systeem in de Victor- wijk. Wethouder Ph. Kroes (lib.) kon hem meedelen slechts een handvol klach ten te hebben vernomen. Ook burgemeester C. A. van der Hooft Ten aanzien van het door Van Leeuwen BV naar voren gebrachte merkt Stad en Landschap op, dat het bezwaarschrift aanleiding geeft vast te stellen dat dit bedriif niet uitsluitend een ..aan land- Waddinxveen, Kerkweg 224, telefoon (01828) 4666 WADDINXVEEN De kogel is door de kerk. Ook minister drs. J. P. A. Gruijters van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en staatssecretaris Th. M. Hazekamp van Economische Zaken willen winkelvestiging buiten de bebouwde kom tegengaan. Dit zijn hun argumenten, die straks eventueel door de Tweede Kamer kunnen worden overgenomen: Vestiging aan de rand van steden is alleen aanvaardbaar als de functie van stadscentra niet wordt aangetast; Middelgrote en kleine winkels in de steden zouden in hun omzetten wor den bedreigd door grote distributie-eenheden elders; De minder kapitaalkrachtigen, niet gemotoriseerde groep consumenten (dus vooral buiten de leeftijdsgroep van 20 tot 50 jaar) kan niet terecht in de win kels in buitengebieden maar zou wel te lijden krijgen onder de problemen, die voor de winkelbedrijven in de steden ontstaan; O De belangen van stadsvernieuwing dreigen te worden geschaad, een le venskrachtige detailhandel moet trouwens in de steden ook daarom behouden blijven: Ongewenste verplaatsing van verkeersdruk en aantasting van het land schap zou kunnen gaan dreigen; Het beleid moet gericht worden (blijven) op bereikbare en aantrekkelijke kern winkelcentra; In de plaats van het extensieve grondgebruik van de koopcentra aan de stedelijke rand moet naar intensief grondgebruik gestreefd worden. bestaande winkelcentra maar niet wordt aangetast. Wel vond hij dat dergelijke zaken overbodig beslag kunnen leggen op de schaarse ruimte en de openheid van het landschap geweld kunnen aan doen. Met de andere indieners van het wijzigingsvoorstel meende hij dat de mogelijkheid moet worden opengelaten van door Burgemeester en Wethou ders te verlenen ontheffingen. Een en ander is in overeenstemming met het gestelde in het in maart van dit jaar uitgebrachte rapport van interdeparte mentale werkgroep ter bestudering van het vraagstuk van detailhandelsacitivi- teiten buiten winkelgebieden. Daarin gesuggereerd wordt dat Burgemeester en Wethouders vrijstelling zouden dienen te verlenen „indien strikte toepassing (van de verbodsbepaling) zou leiden tot be perking van het meest doelmatig ge bruik, die niet door dringende redenen worden gerechtvaardigd.” Het punt is dat Burgemeester en Wet houders na lang beraad de voorschriften van elf Waddinxveense bestemmings plannen zodanig willen herzien, dat alle detailhandelsvestigingen (veelal consu mentenmarkten) aan de rand van het dorp of „op de groene weide” kunnen worden tegengegaan om de bestaande winkelcentra en het nog te stichten hoofdwinkelcentrum beter te kunnen be schermen. In de huidige bepalingen zit ten mazen'. In het Weekblad voor Wad dinxveen van vorige week wisten wij u al te vertellen dat er raadsleden zouden zijn die zouden pleiten voor een wat minder stringente benadering van de problematiek door de mogelijkheid te scheppen om selectief te werk te kunnen gaan. Volgens Stad en Landschap is ook het belartg van de consument in het oog ge houden als wordt getracht detailhandels bedrijven elders in de gemeente tegen te gaan. Dergelijke vestigingen kunnen op langere termijn immers de bestaande winkelcentra aantasten. En dat zal zeker niet in het belang van de consument zijn, zodat veelal economisch zwakkeren en ouderen niet van die nieuwe voorzienin gen kunnen profiteren. Niemand kan aanvoeren in zijn of haar rechten te worden beperkt, omdat bestemmings plannen of herzieningen daarvan nog altijd op democratische wijze tot stand komen. Als er bedrijven zouden moeten verdwijnen kunnen de eigenaren daar van bij de gemeenteraad voor een s<:ha- is in het bijzonder wat te gaan doen aan de slechte beeldontvangst in de Vondel wijk. In de commissie voor openbare werken en bedrijven liet de heer M. Boere (soc.) duidelijk merken gevoels- Die opzienbarende, door de democraat aangehaalde, stelling staat in een in maart van dit jaar verschenen rapport van de interdepartementale werkgroep ter bestudering van het vraagstuk van detailhandelsactiviteiten buiten de win kelgebieden. „Laat ik nou altijd gedacht hebben, dat bijvoorbeeld cash and carry- bedrijven met name bezocht zouden worden door mensen met relatief gezien lagere inkomens,” gaf de heer Barth openlijk toe. Consumentenmarkten we zullen voor de duidelijkheid deze naam maar aanhouden komen dus duidelijk slechts tegemoet aan de wensen van de tot grote mobiliteit in staat zijn de consument. Het is de interdeparte mentale werkgroep gebleken dat de win kel om de hoek niet gemist kan worden. Wil men het voorzieningenniveau in de eigen wijk dan ook op peil houden om de ouderen, niet-autobezitters en mensen met een lager inkomen niet te benadelen zal een stokje gestoken moeten worden voor detailhandelsactiviteiten buiten de winkelgebieden. Natuurlijk is het wel zo, dat consumentenmarkten invloed hebben op de prijs in andere winkels. „Het hangt ook van de concurrentiemiddelen af of de bestaande winkelcentra te lijden hebben van die nieuwe bedrijven,” be toogde de heer Barth. De interdepartementale werkgroep, waar het D’66-raadslid over sprak, is opge richt naar aanleiding van in februari 1971 door een aantal Tweede Kamer leden gestelde vragen. Deze volksverte genwoordigers spraken hun bezorgdheid uit over de gevolgen van de uitoefening van detailhandelsactiviteiten op indu strieterreinen en de vestiging van waren huizen buiten de traditionele winkel gebieden. Terwijl de interdepartemen tale werkgroep reeds volop aan het werk was stuurden de minister van Volks huisvesting en Ruimtelijke Ordening en de staatssecretaris van Economische Za ken eind augustus 1972 een brief aan de provincies en gemeenten met het dringende verzoek de „ongebreidelde vestiging” van consumentenmarkten te gen te gaan. Op grond van deze brief zijn Burgemeester en Wethouders van Waddinxveen, na herhaaldelijk deze zaak ter sprake te hebben gebracht in (besloten) vergaderingen van de raads- comissie voor de ruimtelijke ordening en de woningbouw, uiteindelijk tot hun voorstel dat nu voor nader beraad is aangehouden gekomen. Eind vorige maand is over deze zaak het standpunt van de regering-Den-Uyl be kend geworden, al is dat standpunt na tuurlijk niet zo opzienbarend omdat het aansluit op de gedachten zoals die in hun brief aan de provincies en gemeen ten vorig jaar zijn ontwikkeld door de toenmalige bewindslieden drs. B. J. Udink (minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) en J. Oosten brink (staatssecretaris van Economische Zaken). In hun nota aan de Tweede Ka mer, die zich over deze nota nog niet heeft uitgesproken, zeggen minister drs. J. P. A. Gruijters en staatssecretaris Th. Ml. Hazekamp van de eerder genoemde departementen dan aan de rand van ge meenten of „op de groene weide” ver bruikersmarkten en vrijstaande zelfbe dieningswarenhuizen zoveel mogelijk moeten worden geweerd. Dergelijke de tailhandelsvestigingen zijn alleen te ac cepteren als zij een aanvullende voor ziening bieden naast wat in het centrum van een gemeente al te vinden is of als zij een trekkersfunctie voor aanvaarde uitbreiding van woonbebouwing heb ben. Volgens de bewindslieden, die bijna al hun bezwaren putten uit het rapport van de interdepartementale werkgroep, moet in het overleg over nieuwe detail handelsvestigingen de consument en het bedrijfsleven betrokken worden. Ge meenten worden aangespoord om even tueel niet eenduidige bestemmingsplan nen aan te passen en de provinciale be sturen wordt gevraagd daarop toe te zien. De minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening wil via een wijziging van de wet op de ruimtelijke .ordening bovendien rechtstreeks be voegdheid krijgen om zo nodig bestem mingsplannen te wijzigen. In mei van dit jaar had de Raad van advies voor de ruimtelijke ordening de regering des gevraagd laten weten consumentenmark ten alleen toe te willen laten na een nauwgezette belangenafweging. Naar het oordeel van de interdeparte mentale werkgroep zouden bepaalde be drijven zoals categoriale winkels cq cen tra (uitgezonderd woonwarenhuizen), verkooppunten van stoffige en explosie gevaarlijke bedrijven, industriële en am bachtelijke bedrijven met rechtstreekse verkoop aan particulieren, postorder bedrijven en autowinkels, kleine ver bruikersmarkten en discount-supcrmark- ten vrijgesteld kunnen worden van een algemeen vestigingsverbod. Over drie weken zal blijken of B. en W. het daar mee eens zijn. en tuinbouw verwant dienstverlenend bedrijf” uitoefent. Bepaalde activiteiten zouden reeds nu in strijd met de bestem ming van de grond zijn. Voor de in de toekomst door dit bedrijf uit te oefenen detailhandelsactiviteiten zal het zich dienen te beperken tot de daartoe be stemde gronden. Alleen om het gestelde in het door de heer Barth (D’66) ingediende wijzigings voorstel te onderstrepen en aan te vullen kwam de heer Van Ek (soc.) namens zijn fractie (behalve wethouder A. H. van Gent) met een motie waarin de eventuele vestiging van detailhandels vestigingen slechts aanvaardbaar wordt gevonden voor zover deze zaken de functie van kleine en middelgrote win- keleenheden niet aantasten. Voorts wordt gesteld dat de besluitvorming over detailhandelsvestigingen niet uit sluitend behoort te berusten bij de ge meente, doch dat daarbij Gedeputeerde Staten dienen te worden betrokken. ƒ130 Krediet detailhandel is volgens de heer Barth niet helemaal terecht gebleken, omdat hij al bladerend in de Nederlandse juris prudentie van 1973 twee voimissen van Amsterdamse rechtbanken was tegenge komen waardoor de vestiging van een cash and carry-bedrijf kon worden te gengegaan. In het 111 pagina’s tellende rapport van de interdepartementale werkgroep, welk rapport gezien zou moeten worden als een eerste aanzet tot beleidsvorming op dit punt, wordt uit voerig ingegaan op de omvang van het verschijnsel. Er zijn Maxi’s, Makro’s, Miro’s, Trefcenters en wat al niet meer. Dat die detailhandelsactiviteiten in de loop der tijd buiten de bebouwde kom konden ontstaan is volgens de interde partementale werkgroep een gevolg van een verandering van het bestedings patroon, een verandering van het koop gedrag en door de toename van de (loon) kosten. De grotere mobiliteit van de consument en verstikte binnensteden zijn andere oorzaken. Daarom verwacht de interdepartementale werkgroep ener zijds dat een groter deel van die detail handelsactiviteiten zich buiten de ge meente zullen gaan afspelen en dat an derzijds van onbeperkte groei geen spra ke zal kunnen zijn. Consumentenmark ten blijken er immers niet in de eerste plaats te zijn voor mensen met lagere inkomens, kunnen de traditionele win kelcentra duperen en brengen elders een aanzienlijke verkeersstroom op gang, die weer opgevangen zal moeten worden. De heer D. J. Oudijk van de Onderweg stelt in zijn bezwaarschrift onder meer het onjuist te vinden dat het gemeente bestuur door het opnemen van nieuwe bepalingen in bestemmingsplannen nieuwe vormen van detailhandelsactivi teiten kan boycotten, die kostenverla gend werken voor de consument. Ook mr. R. H. Holl van de Chopinlaan stelt in zijn stuk dat het consumentenbelang niet is gediend met herziening van de voorschriften van elf Waddinxveense be stemmingsplannen. Het bezwaarschrift van autobedrijf en oliehandel Van Leeu wen BV van de Piasweg richt zich te gen de herziening van het bestemmings plan „in hoofdzaak West”, daar de toe voeging „geen detailshandelsbedrijven zijnde” de activiteiten van dit bedrijf te zijner tijd kan belemmeren. matig wel een aantal bezwaren te hebben tegen het Waddinxveense adviesbureau Becas. De hee H. P. Barth (D’66) zag grag wat meer offertes van installateurs. Beide heren toonden zich overigens bij zonder tevreden toen de voorzitter ant woordde bereid te zijn met een heel Waddinxveen omvattend plan te willen komen inzake de in onze gemeente toe gepaste Centrale Antenne Inrichting (CAI).

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Weekblad voor Waddinxveen | 1973 | | pagina 7