Bruin onder „waarheid om Hardnekkig misverstand bevoegdheden Hav&bestuur eigen opvattingen krant uit te dragen Lezers schrijven „Kijk, dat verstaat De „De Bruin is in CNV blijft voor een prot. chr. scholengemeenschap Jamin in ’t nieuw TEGEN WEGGEEFPRIJZEN WEER NIEUWE ARTIKELEN Handelsregister van de Kamer r Drogisterij van der Heiden WEEKBLAD VOOR WADDINXVEEN DONDERDAG 30 JANUARI 1975 Citaat Tenslotte Structuur Persbericht (Advertentie) Dr. W. H. J. N. WIENTJES, Distelveld 18, Waddinxveen lid van de commissie van bestuur van de samenwerkingsschool voor Havo/Atheneum te Waddinxveen BESTUUR STICHTING VOOR PROTESTANTS CHRISTELIJK VOORTGEZET ONDERWIJS TE WADDINXVEEN CNV BESTURENBOND AFDELING WADDINXVEEN COMMISSIE VAN BESTUUR VOOR DE SAMENWERKINGS SCHOOL VOOR HAVO/ ATHENEUM TE WADDINXVEEN Deze rubriek staat ter vrije beschikking van elke lezer van het Weekblad voor Waddinxveen. Brieven die de grenzen van het fatsoen of van het recht op privacy te buiten gaan worden geweigerd. Anonieme brieven worden niet gelezen. Brieven onder pseudoniem worden wel geplaatst, mits de redactie de schrijver van naam kent. WADDINXVEEN Aan het han delsregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Gouda en omstreken ontlenen we de volgende gegevens: Secretariaat: Vijverlaan 44, tel. 4041 Havo/Atheneum in Wegens enorm succes ruimen wij op tot en met zaterdag 1 febr. HAAST U. Zuidkade 1 (bij de brug). Toen wij naar aanleiding van de artike len van de heer De Bruin in dit week blad van 16-l-’75 ons tegenbetoog publi ceerden, hadden we zeker niet de hoop de schrijver, voor wat betreft de samen- werkingsideologie, van gedachten te kun nen veranderen. Wél dat hij zou inzien en erkennen dat hij in zijn benadering van ons streven naar het grondwettelijk verkregen recht tot schoolstichting mini maal zou toegeven waarheid en leugen niet geheel van elkaar te hebben kunnen onderscheiden. Dat zou zijnerzijds een eervolle correctie zijn geweest en zijn ideologie geloofwaardiger. Wij beschul digen onszelf deze naieve verwachting te hebben gekoestert. „De Stichting voor Protestants Chris telijk Voortgezet Onderwijs te Wad dinxveen is sinds kort werkelijkheid geworden. Het doel is te komen tot oprichting en instandhouding van een of meer scholen voor christelijk voort gezet onderwijs te Waddinxveen. In eerste instantie gaat het om een chris telijke scholengemeenschap voor LBO, MAVO en LHNO. De grondslag is de Heilige Schrift als Gods Woord, op gevat naar de Belijdenisgeschriften van de Reformatorische Kerken. De stichting is in het leven geroepen toen de chr. LTS te Gouda („De Nieuwe Vaart”) wegen ruimtegebrek ’n aanvraag tot het Ministerie van On derwijs richtte voor een dependance te Waddinxveen. Deze aanvraag werd als zodanig afgewezen, maar zou ge continueerd kunnen worden als tot een protestants christelijke scholen gemeenschap zou kunen worden geko men voor LBO, MAVO en LHNO. Na lang beraad tussen de besturen is de stichting realiteit geworden, waarbij de besturen van de chr. mavo en chr. Het kan ook anders. Artikel 61 van de Gemeentewet geeft aan de gemeente raad de bevoegdheid kommissies in te stellen met het oog op de behartiging van bepaalde belangen (lid 1). De be voegdheid en samenstelling van zo’n kommissie worden door de raad gere geld (lid 2). Ook niet-raadsleden kun nen daarin zitting hebben. De raad kan dus haar eigen bestuursbevoegd heid van een openbare school delege ren aan een kommissie, waarin ook vertegenwoordigers van het bijzonder onderwijs zitting hebben. De kommis sie is echter niet eigen baas. Zij is verantwoording schuldig aan de raad, die bovendien de kommissies kan op- lenen aan de oprichting van een school voor lager beroepsonderwijs op zgn. sa- menwerkingbasis. De CNV-ers blijven bij hun keus voor een christelijke school voor LBO en voor een christelijke scho lengemeenschap. het etiket openbare school of bijzondere school hanteren naargelang het hun uit komt. Maar de samenwerkingsschool in Waddinxveen is geen openbare school en is geen bijzondere school in de bete kenis zoals iedereen die kent. Secretariaat: Schuberthof, Waddinxveen Secretariaat: Peuleyen 70 Ten overvloede zij nog eens vermeld dat er drie „godsdienstleraren op de school aanwezig zijn: een katholieke, een pro testantse en een „openbare”. Deze ge ven, zoals afgesproken bij de start van de school, les aan de leerlingen volgens de geloofsovertuiging of levensovertui ging die door de ouders als gewenst is opgegeven. De klassen worden op dat moment dus opgedeeld. Vanaf de derde klas zal er een toenemende uitwisseling van en kennismaking met andermans op heffen, haar bevoegdheden en samen stelling wijzigen, enz. De school in kwestie is en blijft een openbare school. Hetzelfde geldt voor de be heersvorm die denkbaar is ex art. 41 en 43 van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen. Art. 41 bepaalt dat aan gemeenschappelijke regelingen tussen gemeenten onder bepaalde voorwaar den ook kan worden deelgenomen door privaatrechtelijke rechtspersonen. Art. 43 opent zelfs mogelijkheid voor een gemeenschappelijke regeling tussen één gemeente en één of meer privaatrech telijke rechtspersonen. Zo’n privaat rechtelijk rechtspersoon zou afkom stig kunnen zijn uit de wereld van het bijzonder onderwijs. Aangezien men van oordeel is dat een op de W.C.R. gebaseerd lichaam ’n publiekrechtelijk lichaam is, dienen wij ok hier te spre ken van een openbare school. Een niet onbelangrijk verschil met de art. 61- school is dat hier niet noodzakelijker wijs sprake hoeft te zijn van een ver antwoordingsplicht aan de gemeente raad; evenmin kan de raad in dit ge val de gemeenschappelijke regeling op eigen houtje wijzigen of opheffen. Daar staat o.a. tegenover dat de goed keuring en toezichthoudende funktie van Gedeputeerde Staten niet te om zeilen lijkt.” Het slotartikel van de heer A. A. de Bruin in het Weekblad voor Waddinx veen van 23-l-’75 geeft ons als bestuur van de Stichting voor Protestants Chris telijk Voortgezet Onderwijs in Waddinx veen nauwelijks of geen reden meer tot reactie. Wij achten het een verfijning van de drie voorgaande artikelen met geen enkel nieuw aanknopingspunt voor ver der gesprek. De standpunten blijken zo ver uiteen te liggen dat verder zinvol discussiëren niet wenselijk is. Dat wij toch van de geboden gelegenheid tot du pliek gebruik maken dient ter voorko ming dat zwijgen wellicht uitgelegd kan worden als een teken van zwakte. In de aanhef van dit artikel stelden wij dat we nooit de gedachten hebben gehad dat de heer De Bruin zou toegeven om trent onze bezwaren tegen de samen werkingsschool. Op deze bezwaren wei gerde hij ook maar enigermate in te gaan. Wel spande hij enkele mensen uit het protestants-christelijk politieke- en schoolleven voor zijn wagen om zijn mening te staven. Wij geven toe dat er over deze materie genuanceerd gedacht wordt. Hij citeert b.v. een stem uit de anti-revolutionaire partij. Voor de objec tiviteit een andere stem; met name wat betreft de beheersvorm. In ’Anti-revolu tionaire Staatkunde’, 43ste jrg., nr. 11, nov. ’73) schrijft Mr. J. G. H. Krajen- brink, wetenschappelijk medewerker bij de Dr. A. Kuyperstichting, o.m. het vol gende: Dit dus wat betreft de beheersvorm van de samenwerkingsschool. Wie meer ge ïnteresseerd is voor de principiële kant zou b.v. het boekje van Dr. C. Gilhuis ’De gezamenlijke school, vóór of tegen?’ kunnen raadplegen. Nogmaals, we be treuren het dat de heer De Bruin niet wezenlijk is ingegaan op onze met name principiële stellingname. Met wat loze kreten overtuigt men niemand. Tot slot nog dit. Het is goed dat na 6 pagina’s weekblad de door ons niet ge zochte discussie nu wordt afgesloten. De lezers en wij dienen er van te onthouden dat het hele betoog van de heer De Bruin als essentie had de vereniging voor Christelijk Voortgezet en Beroepsonder wijs voor Gouda e.o., en het bestuur van de stichting voor Christelijk MAVO te Waddinxveen, te bestempelen als gevaar lijke gezwellen in onze samenleving. Zij maken op oneigelijk wijze gebruik van de wet op de onderwijsvrijheid. Toe- maar. Gaat u zich daarvoor gerust oriën teren op onze beide scholen. Zij missen - nog steeds volgens de heer De Bruin - elke aanspraak zich verder te ontplooien, en in het belang van hun kinderen hun scholen in te brengen in een scholen gemeenschap. Een specifiek christelijke opvoeding is uit de tijd en als opvoe dingsmodel verwerpelijk. Christen-ouders neme daar wel goede nota van. Wat ons betreft nemen wij het betoog gaarne voor kennisgeving aan. Om dan rustig en vol vertrouwen op de ingeslagen weg voort te gaan. Wie meer wil weten neme gerust contact op met ons secretariaat: Vijver laan 44, Waddinxveen, telefoon 4041. - in samenwerking een ideëel doel te bereiken. Voorop staat voor ieder dat er op een democratische wijze, dat wil on der meer zeggen: met respect voor ei kaars mening en met de mogelijkheid die mening naar voren te brengen, ge werkt wordt. Dat dit meer een harmo nische dan een polariserende werkwijze is, zal voor iedereen duidelijk zijn. Dat bij zo’n werkwijze de opvattingen van de enkeling niet gemakkelijk overheersen, eveneens. De in de commissie levende democratie- gedachte houdt intussen ook in dat de leden vrij zijn ook buiten het verband van de school hun eigen hoogst per soonlijke opvattingen, al dan niet met gebruikmaking van de pers, kenbaar te maken. De heer De Bruin heeft van dat recht op zijn wijze gebruik gemaakt. Zonder op de inhoud en de strekking van zijn artikelen in te gaan, willen wij er echter geen twijfel over laten bestaan dat de commissie van bestuur voor de samenwerkingsschool voor Havo/Athe neum te Waddinxveen, zoals die thans is samengesteld, geen publikaties over een te stichten school voor LBO zou hebben gedaan. Nog een staaltje van De Bruin’s bewon- derenswaardige vasthoudendheid. Hij zegt: ”De mavo-grondslag luid (art. 2): ”(-) haar grondslag is de Bijbel als Gods Woord opgevat naar de Drie Formulie ren van Enigheid, zoals die door de Sy node van Dordrecht anno 1619 zijn vast gesteld”. In onze weerlegging hebben wij als service de schrijver de juiste fomu- lering ter hand gesteld en hem erop ge wezen dat zijn weergave onjuist was. Het moet n.l. zijn: ’De stichting aanvaardt als grondslag de Heilige Schrift als Gods Woord, opgevat naar de Beijdenisge- schriften der Reformatorische Kerken’. Dit - we zeggen het nogmaals - is ook de grondslag van onze stichting. We hebben hem de wezenlijke verschillen uiteen gezet en aangetoond dat zijn redenering niet opgaat. En toch blijft De Bruin glas hard bewust deze grondslag onjuist weer geven. „Ik” - het begint eentonig te wor den - „spreek de waarheid en voel mij allerminst een leugenaar” zo schrijft hij. De attente lezer zal het duidelijk zijn dat onze oppostant bewust aan deze ver draaiing moet vast houden om zijn be toog staande te kunnen houden. Men leze daarvoor, voorzover nodig, nogeens rustig onze eerste schrijven over. Waar verschil van mening tussen de heer De Bruin en ons zal blijven bestaan is de uitslag en de waarde van de gehouden enquette. Wij betrappen hem er echter wel op dat hij wel de percentages ver meldt welke in zijn voordeel lijken te zijn maar andere getallen achterwege laat. De vraag was ook dat, nu men wist l.t.s. resp. te Waddinxveen en Gouda elk vier leden afvaardigden. De CBTB, waaronder de chr. huishoudschool res- sorteerd, kan onmiddellijk worden op genomen als haar bestuur alsnog be sluit mee te werken. Gezien de grote problemen, waarvoor het christelijk onderwijs zich gesteld ziet past geen halfslachtigheid t.a.v. het christelijk karakter en we mogen dankbaar zijn dat er nu weer een aan tal leden van diverse kerkgenootschap pen zjch onvoorwaardelijk en positief achter het protestants-christelijk on derwijs willen stellen. Temeer daar in Waddinxveen ook van de kant van de Samenwerkingsschool (waarin overi gens de Vereniging voor Protestants Christelijk Voortgezet Onderwijs par ticipeert, wel te onderscheiden van on ze stichting) pogingen ondernomen worden om te komen tot een samen werkingsschool voor LBO. Dat zou in de praktijk betekenen dat er een open bare LTS zou komen. Het gaat hier om de belangen van de kinderen! Nu er nog mogelijkheden zijn moeten we die aangrijpen! We hopen dat, als we een beroep op U doen we op aller medewerking mogen rekenen:” „Het is al meermalen ter sprake ge bracht: wij kennen in Nederland (Grond-)wettelijk slechts twee beheers vormen voor het onderwijs, namelijk openbaar en bijzonder onderwijs. Het ligt voor de hand dat er bij het behe ren van een gezamenlijke school pro blemen kunnen rijzen. Want hoe men de gezamenlijkheid ook in het vat giet, het resultaat is altijd óf een openbare óf een bijzondere school. Een derde weg is er niet. Zo kan men een geza menlijke school bijvoorbeeld beheren in de vorm van een vereniging of een stichting. Wanneer de participanten allen van huis uit behoren tot het bij zonder onderwijs ligt een dergelijke beheersvorm voor de hand. Ook het openbaar onderwijs (de gemeente bij voorbeeld) kan echter deelnemen in een privaatrechtelijke vereniging of stichting. Waar het echter een privaat rechtelijk lichaam betreft moet er dan gesproken worden van bijzonder on derwijs. Een ander punt waar naar onze mening de heer De Bruin ten onrechte hardnek kig de redelijkheid bewust uit het oog verliest, is de door hem gesignaleerde on democratische structuur van onze stich ting. In dit verband zal het de objectieve lezer zeker niet zijn ontgaan dat de schrijver hoogst merkwaardige buitelin gen moest maken om zijn ’bewijzen’ te staven. Men zal zich b.v. herinneren dat hij in zijn eerste artikel een stichting in de onderwijswereld een afschuwelijke zaak vond. In zijn tweede artikel krijgt echter de rooms-katholieke ’’stichting” voor basis- en kleuteronderwijs een schouderklop voor hun democratisch functioneren, terwijl daarentegen de hervormde school”vereniging” als anti democratisch wordt bestempeld. De be doeling van deze inkonsekwentie zal duidelijk zijn. Wij hebben naar onze overtuiging duidelijk gemaakt dat in on ze stichting alle kerkelijke groeperingen gelijkelijk berechtigd zijn. 4 Gerefor meerden, 3 Hervormden en 1 overige kerken. In eerste instantie beredeneerde De Bruin dat de hervormden de schul digen waren van het ’zeer orthodoxe stempel’ der stichting. Dat bleek na onze uiteenzetting niet vol te houden. Toch blijft De Bruin volhouden - tegen beter weten in - dat de stichting gedragen wordt door een ’zeer klein groepje’ or thodoxe protestanten. Een aannemelijke bewijsvoering liet hij nu echter achter wege. Hij weet het kennelijk zelf ook niet meer. Wij evenmin. dat er ook van protestants-christelijke zijde naar een LBO wordt gestreefd, voor welk van de twee type scholen men zou kiezen. 49% sprak zich uit voor een samenwerkingsschool, 39% voor een protestants-christelijke LBO en 12% had ’geen mening’. In dit verband is het goed te weten dat ons adressen bekend zijn waar nooit de formulieren zijn opge haald of helemaal niet zijn benaderd. Men moet de werkelijke waarde van een enquette naar onZe mening niet over trekken. Frappant is ook in dit verband de duidelijk afwijking in de cijfers met eerder gehouden enquettes. Thans stellen wij vast dat de heer De Bruin aan de kern van de door ons weerlegde feiten volkomen is voorbij ge gaan. Bewust ons schrijven uit elkaar heeft getrokken ter commentatiëring om daarna zijn dubieuze conclusies te trek ken. De kern van zijn laatste betoog was voor iedereen duidelijk: „Ik beschouw mij allerminst als een leugenaar” Deze typering is overigens door hemzelf in gébracht en niet door ons. Met andere woorden: „Alles wat ik over de stichting op papier zette is voor de volle honderd procent de waarheid”. Wat de heer De Bruin nu precies verstaat onder „waar heid” zullen we voor de lezers proberen uiteen te zetten met enkele markante voorbeelden. De Bruin beweert: „De werkcommissie koos heel bewust en opzettelijk de stich tingsvorm en de daarin verankerde grondslagen. Omdat er (niet alleen in mijn kritische kanttekeningen) scherpe kritiek werd geuit op de gekozen stich tingsvorm en de inhoud daarvan, krab belde men terug”. De werkelijkheid is evenwel dat de werk- commissie reeds in haar vergadering van 24 juni 1974 besluit „voorlopig de stich tingsvorm te kiezen, die later kan wor den omgezet in een vereniging waarbij de ouders meer zijn betrokken” (passage overgenomen uit de notulen). De enige kritische kanttekening kwam tot nu toe uit de CNV-vergadering gehouden op 26 november 1974 waarvan een aantal leden de ’’voorlichtingsavond’ van de heer De Bruin hadden bijgewoond. Staande die vergadering hebben een drietal onzer bestuursleden de CNV-ers gezegd dat op een later tijdstip naar de verenigings- vorm gestreefd zal worden. Duidelijk moet zijn dat deze bestuurders dit niet zo maar, zonder gedekt te zijn door het gehele bestuur, konden beweren. Wan neer dit ’misleiding’ zou zijn geweest zouden de heren door het stichtings bestuur voor deze in een openbare ver gadering gedane uitspraak toch minstens wel ter verantwoording zijn geroepen. En toch zegt De Bruin: „Dit is niet waar, de stichting liegt, ik spreek de waarheid en voel mij allerminst een leugenaar”. En toch zegt de heer De Bruin: ”Dit is niet waar, ik weet niets van een pers bericht af, ik ontmaskerde de stichting als een leugenachtig groepje extremisten, ik spreek de waarheid en voel mij aller minst een leugenaar”. Wij stellen voorop dat we voor de vraag begrip hebben. De heer De Bruin is im mers lid van onze commissie en heeft bovendien een werkzaam en gewaar deerd aandeel in enkele door de com missie ingestelde werkgroepen, hetgeen velen in Waddinxveen bekend is. Be dacht dient echter te worden dat de op vattingen en besluiten van de commissie en zijn werkgroepen in onderling over leg tot stand komen. De afgevaardigden van een protestantse, een katholieke en een openbare vereniging streven ernaar - allen vanuit hun eigen uitgangspunten De Gouwe Dis BV beoogt het voeren van een specialiteitenrestaurant-bistro enz. Het maatschappelijk kapitaal be draagt 50.000,—, terwijl 15.000,— is geplaatst. Als directeur fungeert C. G. Keij. Zijn vrouw, M. B. Keij-Snel, treedt op als adjunct-directrice. De aandeelhouders van Heemskerk BV hebben op hun vergadering van 9 januari 1975 een besluit genomen inzake kapi taakvermindering. Overigens moeten we de lezers de illusie ontnemen dat de heer De Bruin bij het direct kiezen van een verenigingsvorm, met een door hem genoemde grondslag, voor hem wel aannemelijk zou zijn ge weest. Alsof hij dan wel had toegegeven dat onze schoolaanvraag democratisch gerechtvaardigd is. Daarvoor liggen de artikelen van De Bruin in het Weekblad voor Waddinxveen in het kader van de gemeentedaarsverkiezingen van vorig jaar nog te vers in het geheugen. Er was toen geen sprake van een stichting, laat staan de grondslag daarvan; maar toen reeds trachtte hij de lezers te beïnvloe den. Stichting en grondslag werden voor hem de gretig aangegrepen stok om mee te slaan. In het Weekblad voor Waddinxveen van 16 januari j.l. stelt het bestuur van de Stichting voor Protestants-Christelijk Voortgezet Onderwijs te Waddinxveen, in zijn reactie op de artikelen van de heer A. A. de Bruin, de vraag of de heer De Bruin zijn privé-mening heeft weergegeven, dan wel of hij ook de me ning van de commissie van bestuur voor de samenwerkingsschool voor Havo/ Atheneum heeft vertolkt. Indien deze vraag niet gesteld zou zijn, zouden wij ons als commissie van bestuur waar schijnlijk buiten de discussie hebben ge houden. De aanleiding lag immers niet bij onze school voor Havo/Atheneum, doch bij een nog te stichten school voor Lager Beroeps Onderwijs (LBO), op welke grondslag dan ook. Nu de vraag wel gesteld is, willen wij er het volgende antwoord op geven. In aansluiting op het bericht van de commissie van bestuur voor de samen werkingsschool voor HAVO/Atheneum Waddinxveen wil ik het volgende als lid van de commissie van bestuur naar voren brengen. In Waddinxveen heerst een hardnekkig misverstand over de be voegdheden van de Commissie van Be stuur het schoolbestuur) van de Sa menwerkingsschool voor Havo/Athene um te Waddinxveen. Omdat dit misver stand zelfs ook onder sommige voor standers van deze school leeft, lijkt het nuttig nog eens te trachten dit uit de weg te ruimen. Het schoolbestuur van de samenwer kingsschool voor Havo/Atheneum te Waddinxveen heeft voor de school het volledig bevoegd gezag. Het bevoegd ge zag van deze school berust dus niet bij de gemeenteraad of bij Burgemeester en Wethouders. Dit bevoegd gezag is over gedragen aan het schoolbestuur. Slechts in twee, zeer bijzondere gevallen treedt de gemeenteraad als bevoegd gezag op en wel indien de school in stand wordt gehouden met een aantal leerlingen dat onder het wettelijk minimum ligt of wanneer gebouwen en terreinen niet meer voor de school gebruikt worden doordat de school bijv, is opgeheven. En dat zullen zelfs de tegenstanders van een samenwerkingsschool voor voortgezet onderwijs niet hopen, als ze kennis heb ben gemaakt van de voortreffelijke gang van zaken zoals die op de samenwer kingsschool voor Waddinxveen is. Nog iets over de samenstelling van het schoolbestuur. In een verordening is vastgelegd dat het schoolbestuur bestaat uit drie leden van de katholieke vereni ging voor voortgezet onderwijs in sa menwerkingsverband te Waddinxveen, drie leden van de protestants christelijke vereniging voor voortgezet onderwijs in samenwerkingsverband te Waddinxveen, drie leden van de openbare vereniging voor voortgezet onderwijs in samenwer kingsverband te Waddinxveen, plus de wethouder van onderwijs. De leden van de verenigingen worden gekozen in le denvergaderingen van de respectievelijke verenigingen. Bij belangrijke besluiten van het schoolbestuur, welke besluiten omschreven zijn, zijn de stemmen nodig van minstens twee van de drie leden van elke vereniging. Geen van de drie par tijen kan dus in de klem komen. Voorts acht het CNV het in het belang van de leerlingen dat gestreefd wordt naar een spoedige totstandkoming van een christelijke scholengemeenschap, waaraan zullen deelnemen de bestaande scholen (MAVO en LHNO) en de school voor LBO in oprichting. De besturenbond van het CNV hand haaft dan ook zijn standpunt dat het geen adhesie en medewerking zal ver- Nog veel slimmer is zijn bewering over het door ons bestuur uitgegeven pers bericht. De Bruin beweert het volgende: „In geen enkel door mij gelezen pers bericht wordt melding gemaakt over de grondsag (art. 2). De eerste die hier mel ding van maakte was ik’. In extenso la ten we het door ons bedoelde persbericht nu volgen. Het werd begin oktober 1974 verstrekt aan alle regionale dag- en weekbladen en ook aan alle plaatselijke en regionale kerkbladen. Het luidt als volgt: De afgelopen weken is in het Weekblad voor Waddinxveen uitvoerig van gedach ten gewisseld over de vraag of er in Waddinxveen een protestants-christelijke of een samenwerkingsschool voor lager beroepsonderwijs moet komen. De aangevoerde pro en contra argumen ten hebben geen wijziging gebracht in de reeds eerder door de plaatselijke centrale van het CNV ingenomen standpunt. Kennisneming van de artikelen van de heer A. A. de Bruin heeft de CNV-ers gesterkt in hun opvatting, dat er binnen een samenwerkingsschool geen of onvol doende ruimte is voor christelijk onder wijs. Christelijk onderwijs is meer dan neutraal onderwijs plus christelijke vor ming. Het gaat om het totaal van onder wijs, opvoeding en vorming. De Bijbelse boodschap laat zich niet gelijkschakelen met andere, ideologische opvattingen. Zeker niet in het onderwijs. Daarom kan er ook geen werkelijke bundeling van krachten plaats vinden. Met het NW en het NKV streeft het CNV er naar dat er in ons land kwalitatief goed (beroeps)onderwijs gegeven wordt. Maar dat is een andere bundeling van krach ten dan het samengaan van bijv, huma nisme en christendom in een school. De primaire verantwoordelijkheid voor het onderwijs ligt bij de ouders. Het be voegd gezag van de school dient dus ge kozen te worden door de ouders. Daar om hecht het CNV er grote waarde aan dat de nieuwe school de verenigingsvorm krijgt. WADDINXVEEN Met een aantal aantrekkelijke aanbiedingen is vorige week donderdag Jamin aan de Kerkweg heropend. De verbouwde en aan de eisen van deze tijd aangepaste Jamin-winkel wordt in Waddinxveen gedreven door mevrouw G. G. Both. vattingen en overtuigingen zijn. De voorstanders van de Samenwerkings school voor Havo/Atheneum in Wad dinxveen vinden dat dit voor de leer lingen een goede opbouw is en dat dit een goede voorbereiding is op het dage lijkse leven van de maatschappij na deze middelbare school. Wetswijzigingen zijn niet gemakkelijk en vinden nooit snel plaats. Dat is de reden waarom een sa menwerkingsschool als in Waddinxveen niet expliciet in de Wet voorkomt en waarom zowel voor- als tegenstanders

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Weekblad voor Waddinxveen | 1975 | | pagina 8