Grenzen aan
Lezers schrijven
de groei in
Waddinxveen?
Groot aantal
pinken gedood
Zaak tegen
Waddinxvener
aangehouden
HUISWERKSTUDIO 31
dagelijkse huiswerkbegeleiding
studiecentrum gouda
a
ven worden niet gelezen. Brieven onder pseudoniem worden wel
geplaatst, mits de redactie de schrijver van naam kent.
Deze rubriek staat ter vrije beschikking van elke lezer van het Week
blad voor Waddinxveen. Brieven die de grenzen van het fatsoen of van
het recht op privacy te buiten gaan worden geweigerd. Anonieme brie
ven worden niet gelezen. Brieven onder pseudoniem worden wel
geplaatst, mits de redactie de schrijver van naam kent.
4
I
Deze rubriek staat ter vrije beschikking van elke lezer van het Week- genheid, voorzieningen e.d. zijn. Een
blad voor Waddinxveen. Brieven die de grenzen van het fatsoen of van principe-uitspraak van de raad nu, op
hel recht op privacy te buiten gaan worden geweigerd. Anonieme brie- basi,s van ,de huidige inzichten, zou
- - slechts leiden tot politieke spanningen.
5
met
meteen
3
„DE BONKELAAR”
Beukenhof 5
WADDINXVEEN Een trekker met
oplegger, geladen met zestig pinken is
maandagochtend om kwart voor vijf
gekanteld op rijksweg 12 tussen Wad
dinxveen en Bodegraven.
Een groot aantal dieren is daarbij om
het leven gekomen, zo heeft de rijkspo
litie meegedeeld. Door het ongeval is
de rijbaan in de richting Den Haag ges
tremd geweest.
De toedracht van het ongeval is nog
niet vastgesteld. De chauffeur is onge
deerd. De nog levende dieren zijn over
geladen in andere auto’s. De omgeko
men dieren zijn door een destructie
bedrijf opgehaald.
denkbeeldig als gevolg van het te laat
gereedkomen van plannen voor nieuwe
uitbreidingen. Gezien de taak van bei
de steden op korte termijn voor de
overloop uit de stadsgewesten, op mid
dellange termijn uit de regio zou dat
kunnen leiden tot een ongewenste druk
op de woningmarkt in de kleine kernen
met alle gevolgen van dien”. Welnu, of
schoon Waddinxveen volgens het voo
rontwerp geen kleine kern is, worden
we met de reaktie van B. en W, nu
reeds gekonfronteerd met de gevolgen
waarvoor Gedeputeerde Staten (die
gelden als opstellers van het stuk) vre
zen. NI. de wens van niet-groei kernen
om toch te groeien.
de woonomgeving gingen achteruit.
Tegelijk hiermee ging de sterk groeien-
WEEKBLAD VOOR WADDINXVEEN WOENSDAG 18 MEI 1977
De heer De Bruin vertelt
niet helemaal de waarheid
zijn beurt spreken. Even later was het
werkelijk de beurt voor de heer De
Bruin, deze hield toen een langdurende
speech over het onderwijs met veel kri
tiek op de staatssecretaris, waarin hij
niet afgebroken werd.
Eindelijk kreeg de spreker van de
avond, de heer Wiegel, de gelegenheid
wat terug te zeggen, en vroeg hem van
welke partij hij was en verder of het
dan niet wijzer was, zijn ontevreden
heid te spuien bij de staatssecretaris of
minister van Kemenade.
Nu toen de heer De Bruin naar zijn
plaats terugging werd er hier en daar
wel wat gefloten, maar verder is er niets
gebeurd. Als nu de heer De Bruin vindt
dat hij wat afgegaan is, vind ik het niet
eerlijk dat hij nu verhaaltjes vertelt
over woord ontnomen enz. Dit laatste
werkt wel polarisatie in de hand, maar
de democratie wordt er allerminst mee
gediend.
P. GLASBEEK,
Noordkade 24.
WADDINXVEEN In het jeugd- en
vrijetijdscentrum De Bonkelaar staat
er het volgende te gebeuren:
Donderdag 19 mei:
l.v.m. hemelvaartdag gesloten.
Maandag 23 mei:
Afsluiting cursus spaans.
Hier volgt de agenda van 't Ketelhuis
voor de periode van donderdag 19 mei
tot en met donderdag 26 mei.
Donderdag 19 mei:
Geen kinderclub. Wel de laatste dan
sles voor beginners dit seizoen. Vanaf
19.30 tot 21.00 uur.
Belangstellenden voor het volgende
seizoen worden verzocht dit nu te laten
weten: 01828-6860.
Vrijdag 20 mei:
De aangekondigde vrijwilligersverga-
dering met het algemeen bestuur komt
te vervallen.
Zaterdag 21 mei:
Bijeenkomst voor de leiding van het
Paaskamp ’77. De leiding is vanaf 16.00
uur welkom op Peuleyen 162.
Maandag 23 mei:
Stagebijeenkomst voor K.V.J.V.’sters
van 't Ketelhuis in De Bonkelaar om
20.00 uur.
Ontmoetingsavond voor alleenstaan
den en ouders van onvolledige gezin
nen vanaf 21.00 uur. De organisatie is
in handen van de werkgroep "Uniek”.
Dinsdag 24 mei:
Schuttersvereniging ’’Waddinxveen”,
vanaf 20.00 uur.
Woensdag 25 mei:
Van 20.00 tot 22.00 uur cursus Volks
dansen.
Donderdag 26 mei:
20.30 uur Vrijwilligersvergadering. Va
navond de uitgestelde vergadering van
19 mei. Vanavond staat op de agenda
het programma voor het seizoen 1977-
1978. Het conceptprogramma zal ter
goedkeuring aan de medewerkers van
't Ketelhuis worden voorgelegd. Ook
het algemeen bestuur van de Stichting
Jeugd- en Jongerencentrum "Wad
dinxveen" zal voor deze vergadering
worden uitgenodigd.
WADDINXVEEN/DEN HAAG
Een 29-jarige boomkweker uit Wad
dinxveen heeft zich voor de Haagse
rechtbank moeten verantwoorden, om
dat hij met een auto zou hebben g-
etracht een wachtmeester van de rijks
politie omver te rijden.
Tijdens een nachtelijke controle in
Boskoop was aan de verdachte een
ptopteken gegeven. Hij gaf hieraan
gec^wn gevolg. Volgens de verdachte had
hiuJrde politieman niet gezien, hoewel
peze met een rood licht zwaaide en een
rlichtgevend jack droeg. De verdachte
was naar huis gegaan en volgens zijn
verklaring had hij daar meteen drank
gebruikt.
Bij de achtervolging door de politie
werd met een snelheid van 150 kilome-'
ter per uur gereden. De man gaf wel
toe, dat hij een café had bezocht, maar
ontkende onder invloed van drank te
hebben verkeerd.
Tijdens de rit werden nog enkele scho
ten gelost door de politie.
De officier van justitie eiste een jaar ge
vangenisstraf. De rechtbank heeft be
sloten tot heropening van het onder
zoek voor het uitbrengen van een voor
lichtingsrapport en, indien nodig, een
psychiatrisch rapport over de verdach
te. De uitspraak werd aangehouden.
sen als Waddinxveen waren in staat en
bereid om tegemoet te komen aan een
aantal wensen met betrekking tot wo
ning en woonomgeving. Relatief goed
koop, overheersend eengezinswonin
gen, een rustige omgeving, en, zeker
voor Waddinxveen, een goed verzor-
gingsapparaat. Hetgeen hier voor één
gemeente werd geschetst, kan gelden
voor een groot aantal gemeenten in dit
deel van Zuid-Holland. Het mag niet
ontkend worden dat Waddinxveen
door een in sommige delen aanwezige
aantrekkelijke opzet van de wijk en
door het reeds genoemde verzorging-
sapparaat een extra aantrekkingskracht
op personen van buiten uitoefende.
Maar wat zijn nu de gevolgen van de
hier in grove lijnen geschetste ontwik
keling?
GEVOLGEN SUBURBANISATIE
Suburbanisatie noemt men deze snelle
groei van voorheen kleine kernen. Zo
wel naar bebouwing als naar bevol
kingssamenstelling vinden grote veran
deringen plaats. Niet alleen wordt het
woningbestand van de kleine kernen
aanzienlijk uitgebreid, het type wonin
gen en de wijze waarop die woningen
worden gegroepeerd verschillen sterk
van hetgeen doorgaans in die kernen te
vinden was. Daarnaast werd in veel ge
vallen de noodzaak gevoeld het
voorzieningen-apparaat uit te breiden:
nieuwe winkelcentra verschenen, scho
len, medische centra, sportvelden e.d.
Die nieuwe voorzieningen waren niet
alleen gebaseerd op meer mensen maar
ook op andere mensen. Anders omdat
zij vergeleken met de oorspronkelijke
bevolking een andere levensstijl zoniet
andere levensstijlen hadden. Dat hangt
dan weer samen met een doorgaans ho
ger opleidings- en inkomensniveau.
Tenslotte mag niet vergeten worden
dat politieke en godsdienstige samen
stelling van de bevolking in veel geval
len danig veranderde, hetgeen menig
maal leidde tot spanningen (men denke
aan de lagere technische school in
Waddinxveen).
Het mag daarom niet onvermeld blij
ven dat zeker niet iedereen in die klei
ne dorpen gelukkig was met al die
verandereingen. Maar menig college
Enige maanden geleden bracht de pro
vincie Zuid-Holland het "Voorontwerp
Streekplan Zuid-Holland Oost” in de
openbaarheid. Bij aanneming van het
geen in dit voorontwerp wordt voorges
teld, zal dit streekplan de grondslag
vormen voor het ruimtelijk beleid in dit
deel van de provincie. Voor de gemeen
te Waddinxveen geeft dit voorontwerp
een taakstelling die aansluit bij het vo
rig jaar in procedure gebrachte struc
tuurplan Waddinxveen. Tussen nu en
1990 een toeneming tot 23.500 inwo
ners (nu zijn het er ruim 21.000). Geen
spektakulaire groei meer, maar een
rustige toeneming bij een te handhaven
relatief hoog verzorgingsniveau. De
provincie voert in het voorontwerp een
aantal argumenten aan die ten grond
slag liggen aan die taakstelling. Geme
ten in termen van bevolkingsomvang is
er een opvallende eensgezindheid tus
sen provincie en gemeente. Een goede
basis voor samenwerking, en dus ook
voor realisering van die taakstelling.
Het is dan ook verbazingwekkend en
minstens verwarrend om nu vanuit het
college van B. en W. berichten te ont
vangen die aan deze eensgezindheid
een einde maken. Ofschoon niet ge
zegd wordt dat Waddinxveen wil
groeien nu heet het dat Wad
dinxveen bereid is een deel van de re
gionale taak over te nemen wordt
naar voren gebracht dat een aanzienlijk
groter aantal woningen in deze
gemeente gebouwd kan, en, wat het
college betreft, mag worden. Dit lijkt
een belangrijke beslissing. Belangrijk
genoeg om eens uitvoerig op een aantal
aspekten van de ruimtelijke ontwik
keling van Zuid-Holland in te gaan, en
in het bijzonder op de plaats van Wad
dinxveen.
grote steden. Hoewel vaak de prijs van
woningen in de suburbane kernen aant
rekkelijk laag was, bleek slechts een
beperkt deel van de bevolking toegang
te hebben tot de woningmarkt in die
kernen (samenhangend met inkomen
en autobezit).
Eerder signaleerden we al dat groe
peringen met een hoger opleidings- en
inkomensniveau zich vestigden in de
kleine kernen. Zij zijn het die de grote
steden verlieten of zich althans niet
daar vestigden. Door veranderingen in
onze ekonomische struktuur en door
de stijging van ons eigen opleidingsni
veau, waardoor we veel ongeschoolde
goedkope arbeid konden gebruiken,
vloeiden grote aantallen buitenlandse
arbeidskrachten naar de grote steden.
Hier ontstonden sociale en financieel-
economische spanningen. Sociale, om
dat de achterblijvende bevolkingsgroe
pen niet alleen op hun werk maar ook
op de woningmarkt concurrentie gin
gen ondervinden van de buitenlandse
groeperingen. Gevoegd bij de verschil
len in kultuürpatroon, bepaald geen
gunstige om probleemloos samen te le
ven. Voor de gemeentebesturen groei
den de problemen eveneens. De con
centratie van lagere inkomenskatego-
rieën, veelal woonachtig in zeer goed
kope maar naar huidige maatstaven
slechte woningen, maakte en maakt het
nog steeds problematisch om betaalba
re woongelegenheid te bieden die wel
beantwoordt aan moderne wooneisen.
Grond- en bouwkosten maken feitelijk
alleen het verschaffen van duurdere
woningen mogelijk. Echter, een
belangrijk deel van de bevolking die
dat zou kunnen betalen woont in de
kleine kernen rondom de grote steden.
Om toch die laaggeprijsde woningen te
bouwen zijn hoge subsidies nodig die
een zware aanslag plegen op de mid
delen van de overheid. Ook de aanleg
van nieuwe wegen vraagt grote inves
teringen. Opnieuw worden deze inves
teringen vooral gedaan ten behoeve
van de bewoners van de kleine kernen
die werkzaam zijn in de steden. Zij ma
ken weinig of geen gebruik van het ste
delijk openbaar vervoer, dat dan ook
steeds grotere verliezen gaat leiden. Dit
laatste wordt mede veroorzaakt door
het feit dat de bevolkingsomvang van
de grote steden snel terugloopt. Rotter
dam en Den Haag, om er maar twee te
noemen, hebben de laatste 10-15 jaar
tienduizenden inwoners verloren. Toch
moeten alle voorzieningen, zowel voor
de eigen bevolking als die van elders,
worden gehandhaafd, zoniet verbeterd.
Tot overmaat van ramp tenslotte is ook
de stedelijke ekonomie niet zo sterk
gebleken. Tot verbazing en ontsteltenis
van menige ekonomisch deskundige en
bestuurder worden veel steden gekonf
ronteerd met een werkloosheidscijfer
dat boven het landelijk gemiddelde ligt.
Ik realiseer mij dat hetgeen hier boven
wordt vermeld niet volledig is. Er zijn
punten toe te voegen en verfijningen
aan te brengen. Ik besef eveneens dat
dit geen origineel verhaal is. Het is in
alle toonaarden reeds gezongen. Waa
rom dan toch weer zoveel woorden ge
wijd aan deze zaak? Omdat het deze
achtergrond is die we in beschouwing
moeten nemen wanneer we als
gemeente en als Midden-Holland gaan
praten over resp. het struktuurplan
Waddinxveen en het voorontwerp
Streekplan Zuid-Holland Oost. Ik krijg
de indruk dat we van het recente verle
den met alle gevolgen waarmee we nu
gekonfronteerd worden niets of weinig
geleerd hebben. Laten we het voor
gaande eens betrekken op de ideeën
omtrent de toekomstige ontwikkeling
van de gemeente en omliggende ge
bied, zoals aangegeven in het streekp
lan.
opstelling van het streekplan wei uitge
gaan van de recente ontwikkelingen en
de problematiek van de steden. Al
lereerst stelt zij, in navolging van de re
gering in de Verstedelijkingsnota, dat
de stedelijke problematiek een hoge
prioriteit geniet. De stedebouwkundi-
ge, sociale en ekonomische problemen
zijn hier het grootste. Een onderdeel
van de aanpak in die steden wordt ge
woonlijk aangeduid als "stadsvernieu
wing”. Met een sterke nadruk op de
woonmogelijkheden wordt middels een
breed pakket maatregelen getracht de
oudere delen van de steden aan te pas
sen aan huidige wensen. Om verschil
lende redenen zal het niet mogelijk zijn
de bevolking in die stadsvernieuwings
gebieden te huisvesten. Daarom zal el
ders aanvullende woningbouw tot stand
moeten komen. Bij de beantwoording
van de vraag "waar dan elders?” wordt
uitgegaan van de noodzaak onze mobi
liteit te beperken en een verdere ver
stedelijking van het zgn. open midden
gebied, het Groene Hart, tegen te gaan.
Die mobiliteitsbeperking hangt niet al
leen samen met de toegenomen nood
zaak minder energie te gebruiken. Het
hangt ook samen met de veranderingen
in onze economische struktuur. Eerder
WENS EN WERKELIJKHEID
Hoe groot is nu de kans dat hetgeen de
provincie wil ook gerealiseerd zal wor
den. Die kans is moeilijk vast te stellen,
maar we kunnen wel een aantal zaken
noemen die invloed hebben op het
slagen. Allereerst is dat de stadsver
nieuwing. Wanneer deze niet voldoen
de van de grond komt kwalitatief en
kwantitatief kan dat betekenen dat
meer mensen dan voorzien de stad wil
len verlaten, dan wel zich niet in de
stad willen vestigen, waardoor een ext
ra druk ontstaat op de randgebieden en
de opvangkernen. Een tweede faktor
betreft de woningbouw aan de randen
van de steden. Binnen Rijnmond
schijnt de laatste jaren een versnelling
van de woningbouw op te treden, ter
wijl voor Den Haag gedacht wordt aan
de uitbouw van Leidschendam aan de
Hofpleinspoorlijn van Den Haag via
Pijnacker naar Rotterdam. Een derde
faktor betreft de bereidheid en/of de
eventuele mogelijkheid van de opvang
kernen om de gestelde taak te volbren
gen, en de bereidheid van de andere
kernen om hun beperkte groei inder
daad beperkt te houden. Ik heb bewust
onder dit punt twee zaken bij elkaar
genomen.
Heel concreet moeten we met het col
lege van B.en W. van Waddinxveen de
vraag stellen of Gouda inderdaad in
staat is op haar grondgebied de op
gelegde taakstelling te volbrengen.
Gouda zelf heeft die vraag reeds ont
kennend beantwoord. De provincie
zelf is zich overigens ook bewust van
het feit dat er moeilijkheden dreigen.
Op pagina 102 van het voorontwerp
schrijft zij immers: ”In de streekcentra
Gouda en Gorinchem is een terugval in
de woningbouw over enkele jaren niet
andersoortige ontwikkeling uitgespro
ken. Of heeft dit college en deze raad
daar geen rekening mee te houden?
Tenslotte nog dit. Het voorgaande be
toog is gebaseerd op planologische
overwegingen. Ik ben niet tegen uit
breiding van Waddinxveen omdat daar
mee het karakter van het dorp zou
veranderen. Wat ik heb willen betogen
is dat een principe uitspraak omtrent
een versnelde groei alleen dan kan
plaatsvinden wanneer door alle belang
hebbenden (provincie. Gouda, Moord
recht, gemeentebestuur en bevolking
van Waddinxveen) een afweging heeft
kunnen plaatsvinden, gebaseerd op een
zo groot mogelijke beschikbaarheid
van gegevens en wensen. De huidige si
tuatie met een briefwisseling tussen
gemeentebesturen en een onvolledige
brochure van de provincie staat die
afweging niet toe.
Daarom dient een principe-uitspraak
ten aanzien van een verdere extra-
groei van Waddinxveen minstens te
worden uitgesteld.
FRANS VONK
Akkerwinde 3
VOORONTWERP-
STREEKPLAN
van B. en W., veel winkeliersverenigin- Zeer nadrukkehjk is de provincie bij de
gen, aannemers en bankiers waren ster-
ke krachten die eventueel verzet tegen
suburbanisatie van de kleine kern in de
kiem smoorden. We moeten daarbij be
denken dat het nog niet zo lang geleden
is dat groei als iets goeds werd be
schouwd. Nu weten we beter, sommige
althans, want er blijken nog altijd men
sen te zijn die groei nastreven.
Naast deze bewaren tegen suburbanisa
tie zijn er nog andere te noemen. Bez
waren die niet in de suburbane kernen
zelf gevoeld worden maar elders. Al
lereerst dan het aantasten van het land-
schap. Vanuit de kernen merk je dat
niet zo, maar wel wanneer je door het
gebied rijdt. Vergeleken met de toes
tand zo’n tien jaar geleden is het land-
schap van Midden-Holland danig
veranderd en dat is bepaald niet alleen
door de hoogbouw in Zoetermeer of
Alphen zoals het Waddinxveense colle
ge van B. en W. wil doen voorkomen.
Het is overigens niet alleen de hoog
bouw die verstorend werkt, het is
eveneens de aanleg van nieuwe wegen,
nieuwe industrieterreintjes, waterzui
veringsinstallaties, sportvelden e.d.
waardoor het zgn. karakter van een ge
bied zo sterk verandert.
Een tweede gevolg is vooral ’s ochtends
en ’s avonds merkbaar als de stromen
automobilisten zich naar of van hun
werk begeven. Zij hebben geleid tot de
noodzaak van nieuwe wegen, zij zijn
het vooral die in de steden tijdens spit
suren de opstoppingen veroorzaken.
Bij de richting van de suburbanisatie
heeft het al dan niet liggen aan een
spoorlijn nauwelijks of geen rol ge
speeld. Vandaar onze crisis bij het
openbaar vervoer (die crisis wordt er
althans door vergroot), en vandaar
(ook weer ten dele) de problemen van
milieuverontreiniging. Een derde groep
van problemen vinden we terug in de
In het Weekblad voor Waddinxveen
van vorige week donderdag komt in de
rubriek Rondom de hefbrug een merk
waardig verhaal voor, door u overgeno
men uit het P.v.d.A-blad Prikbord. Een
zekere heer De Bruin (drs. A. A. de
Bruin - redactie) geeft daar zijn indruk
ken weer, opgedaan op de WD verga
dering te Boskoop. Nu wilde ik graag
wat recht zetten, want de heer De
Bruin vertelt hier niet helemaal de
waarheid. Ik was nl. ook op die verga
dering (ik ben lid van de AR-partij, of
CDA als u wilt) en met mij diverse
Waddinxveners met verschillende op
vattingen, ook de heer De Bruin met
wat P.v.d.A. leden. Dus het was geen
familiefeestje maar een gewone open
bare vergadering.
Toen de tijd van vragenstellen aanbrak
ging de heer De Bruin naar de micro
foon. Er waren echter vragers vóór
hem. Deze negeerde de heer De Bruin
echter en hij nam het woord. De voor
zitter greep terecht in en liet ieder op
NADER BEZIEN
Laten we de situatie eens nauwkeurig
bekijken. In een recent rapport, ”Ont-
wikkelingsnota Structuurplan” heeft de
gemeente Gouda aangegeven in de na
bije toekomst in zuidwestelijke richting
te willen uitbreiden. In de argumen
tering wordt gewezen op de relatie met
de bestaande stad, de fasering van de
uitvoerbaarheid, verkeer en vervoer,
de kosten (van bouwrijp maken) en de
bestuurlijke aspekten. Wat dit laatste
betreft: uitbreiding in het zuidwesten
betekent bouwen op het grondgebied
van Moordrecht, uitbreiding naar het
noorden betekent dat meerdere
gemeenten (Waddinxveen en Reeu-
wijk) hierbij betrokken zijn.
Uitbreiding naar het zuiden betekent
inderdaad een verdere aanzet tot het
stedelijk dichtslibben van het gebied
tussen Rotterdam en Gouda. Het zou
hier immers om ruim 200 ha. gaan, met
een bevolking van ongeveer 7.500. (Een
groene bufferzone kan overigens de
stedelijke bebouwing wel gescheiden
houden). Daar staat echter tegenover
dat deze uitbreiding wel aan de spoor
lijn naar Rotterdam ligt. Tevens dat bij
een verdere werkgelegenheidsgroei,
die ook regionaal te konsentreren is in
Gouda, de woon-werkafstand beperkt
kan worden gehouden, althans beperk
ter dan bij de lokatie van het nieuwe
woongebied elders, bijv, in Wad
dinxveen. Dat brengt ons vervolgens op
Waddinxveen.
Kan binnen deze gemeente een gebied
gevonden worden dat aan een der
gelijke uitbreiding ruimte biedt? Wan
neer we met het Waddinxveense struk
tuurplan en de provincie afzien van be
bouwing aan de westzijde van het
Noordeinde de groenstrook tussen
Boskoop en Waddinxveen, en bebou
wing aan de andere zijde van de Gou
we, dan blijft niet veel anders over dan
het gebied ten zuiden van de samen
werkingsschool (struktuurplan gebied
7.3) en het gebied ten zuiden van het
sportpark De Sniep (gebied 7.5).
In het voorontwerp Streekplan, in te
genstelling tot het Struktuurplan waa
rin de gemeente voor gebied 7.3 kiest,
heeft de provincie gekozen voor gebied t-f
7.5, groot 55 ha., derhalve goed voor r
1760 woningen (in het voorontwerp
staat abusievelijk 25 woningen per ha.
genoemd, maar dit moet zijn 32). Uit
gaande van ongeveer 3 inwoners per
woning (ik ga uit van een hoger aantal
dan zowel provincie als gemeente han
teren omdat hier waarschijnlijk jonge
gezinnen met kinderen zullen komen)
kom je dan tot ruim 5000 inwoners.
Volgens de toegestane uitbreidingsmo
gelijkheden in het streekplan zou
Waddinxveen alleen al voor de eigen
uitgroei in dit gebied zo’n 1500 wonin
gen mogen bouwen. Dat zou dan weer
inhouden dat er slechts ruimte is voor
een paar honderd woningen voor ”-
Gouwenaren”, personen die eigenlijk
in Gouda zouden moeten wonen. Op
lossingen? Ja. Je kunt dan alsnog ge
bied 7.3 gaan bebouwen, en/of je kunt
de dichtheid verhogen. Dat laatste be
tekent wel dat je ook met je gebouwen
in de hoogte zult moeten gaan. Het lijkt
me dat dit gezien de wensen van de
provincie ten aanzien van een verdere
aantasting van de open ruimte niet
haalbaar is. Uit de inhoud van de
woensdagavond 18 mei te bespreken
reaktie van Waddinxveen aan het adres
van Gouda lijkt het mij dat de gemeen
te Waddinxveen zelf ook niet wenst
over te gaan tot hoogbouw.
heb ik al gewezen op de hoge werkloos
heid in de grote steden. Dat is een te
ken van die verandering. Om die
werkloosheid terug te dringen zal men
moeten proberen in de steden meer
werkgelegenheid tot stand te brengen,
niet alleen ten dienste van de nu
werkloze groep, maar ook om de nog
aanwezige werkgelegenheid te onder
steunen. Veel bedrijven zijn nu een
maal aangewezen op de nabijheid van
afzet- en toeleveringsmogelijkheden.
Neem je deze twee punten nu bij el
kaar, en voeg je daar aan toe dat aller
lei voorzieningen reeds in de steden
aanwezig zijn, en derhalve gebruikers
vragen om te kunnen voortbestaan, dan
kom je tot de konklusie dat je zo dicht
mogelijk tegen de grote steden aan zult
moeten bouwen. Bovendien onder
steun je daarmee tevens een ander
doel: het open houden van het midden
gebied in de provincie. Nu is men rea
listisch genoeg bij de provincie om te
bedenken dat je bevolkingsgroei in dat
middengebied niet helemaal kunt te
genhouden. Een belangrijke oorzaak
daartoe is de noodzaak ook op enige af
stand van die steden ruimte te schep
pen voor de noodzakelijke woning
bouw omdat rondom de steden niet
voldoende mogelijkheden voor handen
zijn. En dan kom je in het gebied waar
voor het streekplan Zuid-Holland Oost
geldt. Het is voor mij een logische zaak
dat je als volgende stap stelt dat zoveel
mogelijk aansluiting-van de bebouwing
bij aanwezige voorzieningen noodza
kelijk is. Voorzieningen moeten we dan
ruim opvatten: het omvat zowel de win
kels, als de werkgelegenheid en de ver
voersmogelijkheden. Bovendien moet
het oog worden gericht op wat in de
toekomst bij een bepaalde bevolking
somvang mogelijk is, en wat dat dan
gaat kosten. Wanneer je Gouda met
20.000 inwoners uitbreidt heb je een
grotere kans om die kern als verzor-
gingskern nog aantrekkelijker te ma
ken dan wanneer je die 20.000 verdeelt
over verschillende kernen en Gouda.
Overal kun je dan de omvang van de
voorzieningen wel wat verbeteren,
maar het niveau van de regionale kern
die Gouda is wordt er niet hoger door.
Op deze wijze is in het voorontwerp
een aantal typen kernen onderschei
den.
Opvangkernen, zoals Gouda en Alphen,
krijgen tot taak naast hun natuurlijke
aanwas een zeer aanzienlijk deel van de
overloop uit de grootstedelijke gebie
den op te vangen.
Aanwaskernen, zoals Waddinxveen,
Woerden en Boskoop, mogen zich ont
wikkelen volgens het tempo van de na
tuurlijke aanwas. Dat betekent een af
nemende groei voor Waddinxveen, het
geen overigens niet zo bizonder is om
dat alom in Nederland de natuurlijke
aanwas sterk afneemt door een dalend
aantal geboorten en een toenemend
aantal sterften (dat laatste is overigens
niet zo verontrustend: het hangt samen
met het ouder worden van onze bevol
king). Daarnaast worden dan nog
stabilisatie- en afrondingskernen onder
scheiden, waarin weinig of niets meer
kan veranderen.
Op deze manier hoopt de provincie aan
iedere inwoner een zo goed mogelijk
pakket van voorzieningen te bieden, en
tevens het nog steeds voortgaande pro
ces van suburbanisatie tegen te gaan.
KONKLUSIES
Wat kun je hieruit nu konkluderen?
Gesteld dat wat ik hierboven heb op
gemerkt juist is, betekent het dat Wad
dinxveen niet in staat is de volledige
taak van Gouda-buiten-de-eigen-
gemeentegrens over te nemen. Zelfs in
dien Waddinxveen dus een deeltaak
zou mogen overnemen zal buiten Gou
da elders gebouwd moeten worden,
hoogst waarschijnlijk toch in Moord
recht. Het resultaat is dan dat die zgn.
bandstedelijke ontwikkeling tussen
Gouda en Rotterdam dan toch tot
stand komt en in Waddinxveen een ver
dere bijdrage wordt geleverd aan de su
burbanisatie. Dit is dan precies hetgeen
in het verleden heeft plaats gevonden.
Toen immers hebben vrijwel alle
gemeenten met succes geprobeerd hun
stuk van de suburbane koek te verkrij
gen.
Nu de provincie probeert dit tegen te
gaan door het voorgestelde streekplan
lijkt het juist in principe te proberen
hieraan uitvoering te geven. De pro-
voncie heeft zeer wel in de gaten dat er
moeilijkheden dreigen rondom Gouda.
Terecht heeft zij hieraan geen konsek-
wenties verbonden voor het omliggen
de gebied. Het zou immers vragen om
politieke moeilijkheden zijn. Die moei
lijkheden liggen er nu toch dank zij de
reaktie van het Waddinxveense college
van B.enW. (en woensdag vandaag
mogelijk van de raad?). Wanneer
echter in latere instantie alsnog mocht
blijken dat de ruimteproblemen van
Gouda niet oplosbaar zijn middels
Moordrecht, dan dient op een gedetail-
leerde wijze onder ogen te worden ge-
wJT If welke voorhanden
II VV en wat de gevolgen voor land-
V schap, vefkeersopwekking, werkgele-
Immers, niet alleen heeft de provincie
andere gedachten, ook de bevolking
heeft zich niet zo lang geleden voor een
GROEI VAN
WADDINXVEEN
Laten we maar
Waddinxveen beginnen.
Het zal vrijwel iedereen bekend zijn dat
deze gemeente de afgelopen 16 jaar een
spektaculaire groei heeft doorgemaakt.
In 1950 immers telde de gemeente nog
slechts 8500 inwoners. Tien jaar later
waren er dat 10.800, nog altijd niet zo’n
geweldige groei. Die kwam tot stand in
de volgende tien jaar: in 1970 waren er
17.500 inwoners (een toeneming van 62
procent tegen 27 procent in de vorige
periode). Momenteel telt Waddinxveen
21.000 mensen. Ofschoon opnieuw vrij
wel iedereen dat weet, is het toch goed
nog eens op te merken dat die groei in
belangrijke mate tot stand is gekomen
door in-migratie. Bevolking uit diverse
delen van het land heeft zich hier kun
nen vestigen (waaronder ook de schrij
ver van dit artikel). Aanleiding hier
naar toe te gaan was het woningaan
bod. Na 1960 zijn bijna 4000 woningen
gebouwd. Bij het vaststellen van die cij
fers mogen we het natuurlijk niet laten.
De vraag moet gesteld worden waarom
al die mensen belangstelling hadden
voor een woning in Waddinxveen. Die
vraag wordt niet gesteld vanuit histori
sche nieuwsgierigheid, doch om te we
ten in hoeverre hetgeen gebeurd is ook
in de nabije toekomst zal kunnen
plaatsvinden.
We moeten dan onderscheid maken
tussen hetgeen in de grote steden ge
beurde en elders, met narhe in Wad
dinxveen. In de grote steden begon in
de 60er jaren een duidelijk verval van
de woonkwaliteit zich te manifesteren.
Niet alleen de woningen zelf, maar ook
de woonomgeving gingen achteruit.
de Nederlandse bevolking steeds ho
gere en andere eisen aan de woning en
woonomgeving stellen. Dat laatste had
m o.m. te maken met onze toenemende
welvaart. Dit alles gevoegd bij een be
perkte hoeveelheid bouwgrond in de
steden, en een hoge prijs voor wonin
gen van een bepaalde kwaliteit, leidden
ertoe dat mensen naar woningen elders
gingen uitzien. Een toenemend autobe
zit maakte het mogelijk om binnen een
beperkte straal rondom die steden toch
snel weer naar die steden toe te gaan
(voor werken, verzorging e.d.). Plaat-