i
50 JAAR BEVRIJDING WADDINXVEEN 1940-1945
De lichtbundel volgde ons
tot ver op het Noordeinde4
WADDINXVEEN - Wij zwij
gen allemaal en staren de
Piasweg af. Daar ligt Rotter
dam. Nu is alles zo vredig
hier. De zon gaat heel lang
zaam onder. De hemel wordt
er een beetje oranje van.
Vanaf de Piasweg waren er
dikke rookwolken te zien
I
Pagina II
stelde hij te boek.
Amerika
Vervolg van vorige pagina
de raad een lokale graanhan- Albert de Vries - behoorden keerde hij met de nodige
(thans openbare Theo Thijs-
v.
vaderland. Ook Waddinxveen
heeft een BS.
terd.... Albert de Vries had
met dat alles vrede, want hij
vond het in ieder geval een
stuk veiliger als de Waddinx-
veners hen een nazisympa-
thieën zouden gaan verden
ken dan dat ze hen ervan ver
dachten joods te zijn. ‘De be-
TTT 1 J-- 1- -
stond uit een handjevol brave
huisvaders in uniformen die
Voedselschaarste
Het ernstig gebrek aan voed
sel deed Albert de Vries met
een vrijgeleide - ‘een briefje
beseft wat voor verradelijk
gevaar er tussen onze benen
school*.
huis had doorgezet meteen
kunnen constateren dat Al
bert besneden was. Vreemd
genoeg heeft mijn vader met
onderduikers.... Langzamer
hand werden we er ons van
bewust dat oma en een twin-
ver
halen veilig en wel in Wad
dinxveen - waar de Duitsers
vogens hem een soort ver-
keerscentrale hadden van
voor
hoe die barre tocht via
Utrecht naar Doesburg ver-
Reich, ein Führer', riep hij en
het volk antwoordde: ‘Sieg
Heil!'
Wie zich tegen Hitler en zijn
partij verzette, zoals commu
nisten en socialisten, werden
gevangen genomen en in con
centratiekampen te werk ge
steld of vermoord.
land gingen - terug bij zijn ou
ders.
Maar ook terug bij de huis
baas van zijn vader en moe
der (de oudegemeenteambte-
naar en Fries F. Kuiper, die
overigens sinds 1920 in Wad
dinxveen woonde en wellicht
ouderling van de Gerefor
meerde Kerk is geweest, re
dactie). Het boek ‘Mazzel*
een amu
sante en spannende gebeur
tenis. Verder verhaalt Albert
de Vries van de in Den Haag
afgevuurde Duitse V 2-raket-
ten, waarvan het lawaai in
Waddinxveen te horen was,
de ‘voltreffers* van Engelse
jachtbommenwerpers op de
spoorbaan bij Waddinxveen,
waardoor er ’s nachts een
Duitse trein met tankwagens
ontspoorde en zijn illegale ‘al-
coholstokerij*.
Groot is de 5e mei 1945 de
vreugde om de bevrijding.
Ook in Waddinxveen waar op
de hoek van de Dorpstraat en
de Kerkweg de broodmolen
van bakker Verheul als
vreugdevuur in vlammen op
gaat. Op 8 mei 1945 trekken
‘Dat vergeet ik nooit....'
‘Op 14 mei, na vier dagen
vechten, begonnen de Duit
sers genoeg van de tegen
stand te krijgen. Ze wilden
dat Nederland capituleerde
en een einde zou maken aan
het verzet*.
is Berlijn door de Russen in
genomen. Adolf Hitler - de
Führer aller Germanen -
pleegt samen met zijn gelief
de Eva Braun, ’s middags om
half 3 zelfmoord. Aan zijn
duivelse Derde Rijk is een
einde gekomen. Prins Berna-
hard is niet allen bevelhebber
der Nederlandse Strijdkrach
ten, maar ook bevelhebber kelijk voor de opbouw van ons
van de Binnenlandse Strijd
krachten. De BS is in septem
ber 1944 gevormd uit de le
den van de verzetsgroepen.
Zij zijn herkenbaar aan hun
blauwe overall met oranje
band. Hun taak is de gealli
eerde autoriteiten en het wet
tig gezag bij te staan om de
nood te lenigen, en om rust en
orde te herstellen - zo noodza-
de bevrijders van het 22e Ca
nadese regiment in brengun-
carriers - gepantserde ter
reinwagens - en jeeps door
Waddinxveen heen op weg
naar Delft.
Waddinxveen zal op 5 mei
1947 uit eerbied en dank
baarheid voor hen die vielen -
van hen die bleven - op het
Stationsplein een oorlogmo-
nument oprichten.
Nog is de meneer niet uitver
teld:
‘M’n zuster woonde in Rotter
dam met haar kinderen.
O, wat was ik ongerust. Zij
zijn allemaal gespaard geble
ven, maar ’t was op het nip
pertje. Ze waren gevlucht in
de schouwburg, even maar.
En daar ook weer vandaan
gegaan. Toen trof een bom het
gebouw. Alle achterblijvers
vonden de dood*.
een meer permanent onder
komen kunnen zoeken. En in
derdaad vond mijn vader na
een paar dagen een oud-ge-
meenteambtenaar die, daar
toe gedreven door de giganti
sche prijzen die hij op de
zwarte markt voor zijn eten
moest betalen, bereid was te
gen een fikse prijs zijn huis-
C~ -J
te verhuren. Zelf vond ik on
derdak op zolder bij een za
delmaker*.
ven door. Met Kerstmis 1944
werd in Waddinxveen - ‘waar
iedereen gereformeerd was* -
niets feestelijks gedaan. Al
leen in de Ortskommandan-
begrijpe- tur stond een kerstboom. Bui-
Kerstmis 1944
dan H.B. van der Oest (Kerk- In Waddinxveen ging het le-
weg-West) worden bedoeld.
In het boek hanteert Albert
de Vries overigens wel een
aantal duidelijke omschrij
vingen van diverse Waddinx-
veners, die zich om
lijke redenen niet allemaal bij
name laten noemen. Het is
ons echter gebleken dat nu
nog levende plaatsgenoten
uit dit tijd precies weten om
wie het in ‘Mazzel* gaat en
welke activiteiten ze zoal in
Waddinxveen van 1940-1945
hebben verricht.
delaar om hulp te vragen. Die
bleek weliswaar zelf geen
plaats te hebben, maar kon
ons wel zolang bij zijn over
buurman onderdak brengen.
Van daaruit zouden we dan
‘Mazzel. Hoe een joodse jon
gen de oorlog door kwam*,
luidt de titel van het door de
Socialistische Uitgeverij Am
sterdam (SUA) uitgegeven
werkje met een afwijkend le
vensverhaal over de Tweede
Wereldoorlog.
De burgers hoefden pas om
tien uur ’s avonds thuis te zijn
in Waddinxveen en in tegen-
van al die surrogaten, maar
de man en de vrouw vertellen
ernstig verder: ‘En er was
sperrtijd: tussen 12 uur ’s
nachts en 4 uur ’s morgens
mocht je niet op straat ko
men. Later werd de avond
klok zelfs ingesteld op 8 uur.
Gelukkig waren hier in Wad
dinxveen niet zulke strenge
nazi’s en kon je tot 10 uur bui
ten blijven.
postkantoor (nu NMB-Bank).
Bizar is het verhaal dat Al
bert de Vries in zijn boek ver
telt over zijn ‘knuffelervarin-
en eetkamer aan mijn ouders gen* met de Feldwebel Otto in
Waddinxveen. De Duitser
deed hem aan zijn zoontje
denken en meende in een
‘moffenauto* een vaderlijk be
schermende arm om de
schouders van de toen bijn
16-jarige Albert (die volgens
zijn vervalst persoonsbewijs
toen 17 jaar was) te moeten
slaan. Er ontstond zowel cy
dat moment als later de nodi-
had gemonteerd. Laat het
ding ’t nu vlak voor Boskoop
begevenToen moesten we
lopen in die stikdondere duis
ternis. O, wat waren we bang.
We wisten totaal niet meer
hoe laat ’t was. Er was nie
mand meer op straat. Vanaf
de watertoren van Boskoop
werden we door de Duitsers
met een groot zoeklicht be
schenen. Nee, we hadden ’t
niet meer, want weet je, we
deden mee een verzetsbewe
ging en we dachten: nu zijn
we er bijZe lieten ons ech
ter met rust, al volgde de
lichtbundel ons tot ver op het
Noordeinde. Eindelijk, einde
lijk bereikten we Waddinx
veen. Hier in de Dorpstraat
woonde m’n vriendin. ‘Waar
blijven jullie*! riep haar moe
der, toen we binnen kwamen.
Op de schoorsteenmantel
sloeg de klok precies 12 uur.
We rilden van ellende en wat
deden onze voeten zeer....*
Bevrijdingsdag
In het voorlaatste hoofdstuk
van het boek wordt door Al
bert de Vries de bevrijding in
Waddinxveen beschreven. Op
de avond van een warme 4e
mei 1945 hoorde hij het
nieuws van de Duitse overga
ve fietsend in de Dorpstraat.
Vreugdevuren van oude auto
banden werden daar gelijk
ontstoken. De volgende dag
was de meest glorieuze,
prachtigste, geweldigste en
waanzinnigste dag uit zijn
jongen leven. Overal wapper
den Nederlandse vlaggen. De
Kerkweg-West en -Oost (‘de
hoofdstraat*), waar Feldwe
bel Otto een auto inpakte,
was stampvol hossende men
sen die luidkeels ‘Oranje bo
ven, oranje boven, leve de
Willemien* juichten. Wad-
dinxveense mannen in blau
we kielen met witte ‘BS‘-arm-
banden om en met stenguns
in de hand waren druk bezig
NSB’ers en andere landverra
ders op te brengen. Midden in
de (ongedeelde) Kerkweg
stond er volgens Albert de
Vries een tafel met een stoel
erop, waarop een vrouw zat
die door een man met een
grasschaar werd kaalge
knipt. De toekijkende joodse
onderduiker kwam even klem
te zitten, omdat een hossende
menigte hem ten onrechte als
collaborateur aanzag. ‘Tegen
de avond zagen we onze eer
ste ‘bevrijder*: een Canadese
motorordonnans, die vastliep
in de feestende meute en ver
volgens onde luid hoerage
roep met moter en al hoog bo
ven de hoofden van de massa
werd gedragen', aldus een
schrijvende Albert de Vries,
die na een paar dagen van
eindeloos juichen en hossen
kans zag met zijn ouders in
een vrachtwagen mee te rij
den naar swingend Amster
dam.
Vaartocht
Voordat Albert de Vries, die
zich tot dan blijmoedig aan de
steeds wisselende omstandig
heden wist aan te passen,
eind 1944 naar Waddinxveen
kwam arriveerde hij eerst
met zijn vader en moeder na
een lange nachtelijke vaar
tocht over de Hollandsche
IJssel aan boord van een
klein binnenvaartschip uit
Utrecht in Gouda, waar voor
hen nergens plaats bleek te
zijn. ‘In de wachtkamer van
het Rode Kruis hoorden we
een verhaal over een groep
mannen die in Rotterdam bij
een razzia waren opgepakt en bevolking zo
door de moffen als slavenar
beiders naar Duitsland wer
den gedreven. Toen ze door
het vlak bij Gouda gelegen
Waddinxveen trokken, ris
keerde de bevolking de woede
van de Duitses en gaf de ge
vangenen royaal te eten en te
drinken. De leek een omen
wij besloten ons geluk in
Waddinxveen te beproeven*,
vertelt Albert de Vries. Vlak
voor het dorp werden we aan
gesproken door een boer die
ons vertelde dat Waddinx
veen ook vol zat. Hij gaf ons
WADDINXVEEN - Een drie jaar lange zwerftocht van het
ene naar het andere onderduikadres in ons land bracht de
nu 62-jarige Amsterdammer Albert A. de Vries eind 1944,
viel België en Frankrijk bin
nen en op 10 mei 1940 Neder
land*.
‘We zijn nu bij het kerkhof,
zegt de vrouw, ‘hier zouden
we toch even gaan kijken'?
De meneer praat echter maar
door en loopt verder; het lijkt
of hij eerst ergens anders
heen wil.
‘Wat hebben onze soldaten
gevochten om de vijand tegen
te houden, bij de Afsluitdijk,
op de Grebbeberg'.
‘Daar is toch Ouwehands Die
renpark*? denkt één van de
meisjes hardop. De meneer
lijkt het niet te horen en ver
volgt: ‘Er was geen houden
aan. De regering moest
vluchten, op 13 mei, naar En
geland. Ook onze koningin
ging naar Londen, dat was
Koningin Wilhelmina, de
grootmoeder van Beatrix*. De
meneer heeft ons inmiddels
de Kerkstraat ingeleid en
wijst naar de gebouwen links.
Daar stonden de Duitse leger-
paarden, waar eens de bus-
sen van dienst Boskoop-Wad-
dinxveen-Rotterdam hadden
gestaan*.
We slaan de hoek om, de
Dorpstraat in, richting Pias
weg.
‘En op 14 mei...‘
De vrouw krimpt plotseling
ineen, ’t Is net of ze weer bang
wordt. “Weetje het ook nog zo
goed*?
In 4 van de 14 hoofdstukken
komt zijn Waddinxveense
oorlogstijd als 15- en 16-jari-
ge bij ‘een onderwijzer*, bij
‘een zadelmaker', bij ‘een
boer' en bij ‘een drogist* uitge
breid om de hoek kijken.
De auteur - een jood zonder
binding met het jodendom -
laat in zijn lezenswaardige
boek op bijna luchtige wijze
de ene bizarre en krankzinni
ge gebeurtenis de revue pas
seren, en onthoudt zich intus
sen van oordelen of conclu
sies. Daarvoor zijn de veel
kleurige gebeurtenissen soms
te ongelooflijk, te ongrijpbaar
en te absurd. ‘Laconieke ver
halen over verschrikkelijke
omstandigheden*, oordeelde
het weekblad Vrij Nederland
in een commentaar. ‘Steekt
wat wrang af tegen het decor
van de holocaust*, noteerde
een NRC handelsblad-recen-
sent. ‘Een orthodoxe joodse
vertelling', noemde de Volks
krant de toon en de inhoud
van het 140 pagina’s tellende
boek, dat geheel afwijkt van
de gangbare oorlogslitera
tuur.
van Indische afkomst te zijn gen*. Hij zou bekend staan als
en die als afleidingsmanoeu
vre de plaatselijke Ortskom-
mandantur bezocht om er
Duitse kranten te lezen, wat
te kletsen en om er een potje
te schaken. Op onbewaakte
ogenblikken kon er zelfs naar
en dan naar haar fiets: ‘Je
lantaarn moest naar beneden
gericht zijn. Later werden
ook de fietsen gevorderd*.
“We hadden een knijpkat in
die tijd, weetje nog wel? Een
soort zaklantaarn die precies
in je hand paste en licht gaf
als je een hendeltje op en
neerdrukte*.
‘De bezetters pikten ook onze
levensmiddelen in. Er kwam
aan alles gebrek. Alleen op
bonnen konden we eten krij
gen: eerst ging het om thee,
koffie, suiker, later om vlees
en aardappelen, zelfs boter,
brood en melk gingen op de
bon. En schoenen en rookarti
kelen. Voor textiel moest je
punten hebben. Dat alles
heette de distributie.
Al gauw kreeg je namaak-
spullen: surrogaat koekjes,
surrogaat koffie, surrogaat
zeep, surrogaat sigaren en
noem maar op*.
De meisjes schieten in de lach
We naderen de Piasweg.
‘Hier vandaan kon je het zien,
die dichte rookwolken.
’t Was om half twee in de mid
dag, dat ze Rotterdam bom
bardeerden. Als de Piasweg
afkeek, zag je de brand, die
dagenlang duurde. O, ’t was
verschrikkelijk. Overal dwar
relde verbrand papier, want
de wind kwam uit het zuid
westen. Je zag hier stukken
van brieven en rekeningen
uit Rotterdam neerkomen*.
‘En weer waren er vluchtelin
gen*, vertelt de mevrouw, ‘nu
uit Rotterdam. Hier aan de
Kleikade werden ze onderge
bracht in een paar leegstaan
de huizen. Sommigen zijn er
altijd blijven wonen*.
‘Een dag later gaf Nederland
zich over. De Duitse bezetting
was begonnen...*
En Hitler bedacht samen met
zijn minister, waarvan Josef
Goebbels één van de gevaar
lijkste was, dat er maar één
ras op de wereld bestond dat
echt in staat was over ande
ren te heersen, dat was het
Duitse of Arische ras. Wie
daar niet toe behoorde, was
gevaarlijk en moest worden
uitgeroeid: Joden en Zigeu
ners.
Maar ook homosexuelen en
Jehova Getuigen en gehandi
capten pasten niet in Hitlers
rijk.
De vele werklozen moesten
naar de Arbeidsdienst. Vooral
de wapenindustrie werd
nieuw leven ingeblazen. En
met die wapens veroverde
Hitler de oude gebieden te
rug, maar ook de buurlanden
wilde hij bij Duitsland voegen
tot één groot rijk: Oostenrijk,
Polen.
Toen verklaarden Engeland
en Frankrijk Hitler de oorlog.
De Tweede Wereldoorlog was
begonnen
Maar Hitler ging door. Hij
Ook moest je een persoonsbe
wijs of Ausweis hebben, met
je naam erop, twee vingeraf
drukken en een duidelijke fo
to waaro zelfs je oor zichtbaar
moest zijn*.
‘De sperrtijd vond ik wel ang
stig', weet de vrouw. ‘Ik herin
ner me nog dat ik met een
vriendin ’s avonds naar Al-
phen aan den Rijn moest. Wij
met de trein erheen. Maar
hoe terug? Nou, een kennis
zou ons rijden met z’n auto,
waarop hij een gasgenerator
en zus in 1947 naar het Ame
rikaanse Carmel (Californië).
Hij verbleef er 16 jaar. Daar
brak een andere onderduik-
ook zijn broer uit Duitsland
en zijn zus uit Apeldoorn te
rug. ‘Wij hadden het over
leefd en met aanmerkelijk
WADDINXVEEN - ‘Ik kan
niet begrijpen dat de mensen
oorlog maken*, zegt één van
de kinderen. ‘En toch gebeurt
het steeds weer, ook nu‘, zegt
de ander ‘het komt door het
egoïsme geloof ik‘.
De meneer loopt rustig naast
hen. Z’n stok tikt telkens
even op het wegdek, ’t Is een
heerlijke avond en nog volop
licht.
‘De Eerste Wereldoorlog heeft
de Tweede als het ware uitge
lokt*, legt hij uit.
‘Kijk, in 1918 had Duitsland
de oorlog, die hetzelfde in
1914 begonnen was, verloren
en als straf moest hét aan de
geallieerden: Frankrijk, En
geland, Rusland en Amerika
heel veel geld betalen. Het
moest gebieden afstaan aan
de buren. Het mocht geen le
ger meer hebben en geen wa
penfabrieken.
Daardoor werd het er een
chaos. De mensen werden
arm, ze gingen plunderen en
moorden. Het land stond aan
de rand van de afgrond, het
volk was wanhopig.
En toen kwam Adolf Hitler in
de regering. Hij beloofde dat
het beter zou gaan, als zijn
partij aan de macht zou ko
men.
Dat gebeurde in 1932 en een
jaar later werd hij minister
president: rijkskanselier.
Weer een jaar later werd hij
zelfs staatshoofd. Hij kreeg
alle macht en noemde zich:
Führer, de leider van Duits
land. Maar hij was een dicta
tor, die alles alleen te zeggen
wilde hebben. ‘Ein Volk, ein
senschool) aan de Kerkweg-
Oost. De kantoren van de
Duitsers werden gevestigd in
begin 1945 ook in Waddinxveen. Zijn oorlogsherinneringen het notarishuis (nu een kale
plek aan de Kerkweg-Oost)
en in de villa Beukenhof
(naast het notarishuis en nu
een parkeerterrein bij de
Rabobank). De Ortskomman-
dant - overigens beslist geen
nazi - had zijn intrek geno
men in de villa tegenover het heeft over hem nog
Naar Waddinxveen
Albert (‘Bert*) de Vries, die al
snel leerde zelfstandig zijn
hachje te redden, zat tijdens
de laatste drie oorlogsjaren
niet alleen ondergedoken bij
een deftige familie in Den
Haag, maar onder andere ook
bij een zwaar gereformeerde
leraar in Ede. Eind 1944
kwam hij in Waddinxveen te
recht, waar zijn vader - die
zijn gezin dank zij grote vin
dingrijkheid en de nodige
bluf, brutaliteit en mazzel
van de vernietigingsdoor had
weten te redden - vaste
schaakpartner werd van de
plaatselijke
dant, terwijl Albert “bevriend*
raakte met de homosexuele
Feldwebel Otto. Op Bevrij
dingsdag hadden ze in het
Gouwedorp over hun Wad
dinxveense tijd natuurlijk stroompje met een naargees-
wel het één en ander uit te
leggen. ‘Wij zijn joden*, piepte
Albert de Vries, bang om met
een grasschaar te worden
kaalgeknipt. ‘We hebben hier
ondergedoken gezeten en de
enige reden waarom we met
de moffen omgingen was om
te voorkomen dat de NSB-ers
ons ervan zouden verdenken
joden te zijn*.
De Dorpstraat in Waddinxveen uit ’Toen Waddinxveen nog een dorp was
.--JOAlbert de Vries emigreerde
stelling tot het nabijgelegen vol met hakenkruisstempels* met zijn v^er, moeder^ broer
Gouda en andere plaatsen
werden hier geen razzia’s ge
houden'.
boek herkenbaar over zijn
onderduikadres
‘Waddinxveen was een klein
dorpje, dat er niet bepaald bert de Vries de ‘politiecom-
lieflijk uitzag. Het was gele
gen aan beide kanten van de
Gouwe, een onaantrekkelijk
stroompje met een naargees
tige hefbrug die er uitzag als
een grote, dreigende geschut
storen. Iedereen kende ieder
een en iedereen lette op el
kaar en speciaal op ons*. On
derhoudend vertelt de joodse
Amsterdammer over de aan-
- van de Ortskammandant
naar de Achterhoek fietsen
om te proberen bij de boer bij
wie hij op vakantie was ge
weest, wat voedsel los te krij- tijd aan. Om te voorkomen
gen. In zijn boek beschrijft hij dat ze met de nek werden
barre tocht via aangekeken verzwegen ze als
Lo niet nietpraktizerende Dutch
liep. Met een volbeladen fiets Reformed hun joodse achter
grond. Pas toen Albert de
Vries weer in Amsterdam
woonde durfde de auteur van
‘Mazzel. Hoe een joodse jon
gen de oorlog doorkwam* voor
het eerst en volmondig toe te
allerlei klusjes door het hele gevenjoodstezijn.
Weekblad voor Waddinxveen - WOENSDAG 3 MEI 1995
Geen namen
Namen van Waddinxveners
noemt Albert de Vries in zijn
boek niet. Maar ingewijden
vermoeden dat met de ‘lokale slaan. Er ontstond zowel op
graanhandelaar* J.C.P. Jan- dat moment als later de nodi-
maat (Oranjelaan) wordt be- ge commotie. In zijn boek zegt
doeld, die onder andere met Albert de Vries zich pas veer-
zijn ‘overbuurman* A. van der tig jaar later te hebben gerea-
Vussen (hoofd van de lagere liseerd in wat voor een ver
school aan de Oranjelaan) schrikkelijke situatie hij had
deel uitmaakte van het plaat- kunnen komen te verkeren,
selijk ‘voedselcomité*, een De Duitser had immers als
clubje inwoners dat zich be- hij later bij een etentje in zijn
lastte met het verstrekken
van voedsel (granen, brood)
aan Waddinxveense ingezete
nen, in het bijzonder de on
derduikadressen. De ‘oud-ge- al zijn inzicht nooit ten volle
meenteambtenaar* moet
F.Kuiper (Julianastraat) zijn
geweest, de in 1943 op non-
actief gestelde ambtenaar
van sociale zaken. Met de ‘za
delmaker* kan niet anders
‘Daar aan de Sniepweg had
een huis het opschrift: Won
derlijk gespaard*, wijst de
man, terwijl hij zich om
draait. “Voor de woning lag
een tankgracht gegraven, die
meermalen werd gebombar
deerd. Zo’n gracht diende als
verdediging tegen tanks*.
*’t Komt allemaal weer boven*,
zucht de mevrouw, *’t gaat
nooit meer weg uitje hoofd, ’t
Lijkt wel of het erger wordt,
al die herinneringen, hoe ou
der je wordt*.
‘Dit is nu echt 4 mei‘, zegt een
kind.
We lopen de Dorpstraat te
rug.
‘Eerst merkte je van de bezet
ting nog niet zoveel. Het le
ven ging z’n gewone gang.
In Den Haag kreeg Seys In-
quart de leiding over ons land
als Rijkscommissaris. Wij
waren een soort provincie van
Duitsland geworden. Ze
noemden hem spottend: zes-
en-een-kwart; hij had een
mank been.
Hij verbood het luisteren
naar zenders uit de vrije we
reld, zoals naar Radio Oranje
uit Londen, die ons opriep tot
verzet. Stilletjes luisterden
de mensen toch, totdat de ra
dio’s moesten worden ingele
verd.
Ook koper, tin en lood moes
ten de mensen afgeven, de
metalen waren bestemd voor
de oorlogsindustrie.
Al van het begin van de oorlog
af mocht er ’s avonds en ’s
nachts geen licht buiten schij
nen. De huizen werden ver
duisterd en de straatverlich
ting ging uit*.
De mevrouw kijkt naar de
huizen langs de Dorpstraat
Villa s
De Duitsers die in waddinx
veen gelegerd waren - dit ter
aanvulling op het relaas van
tot een onderdeel dat uit
Frankrijk was teruggetrok- -
ken. Na D-day - 6 juni 1944 -
waten ze onder meer onder- keerscentrale hadden
gebracht in de lagere school waaruit dagelijks auto’s
nichten in concentratiekam
pen waren vermoord*, schrijft
de zo goed als ongeschonden
- ondanks" alles - zijn zijnde Albert de Vries. De
A joodse Amsterdammer zou in
zetting van Waddinxveen be- hij onder andere Waddinxve- het bevrijdingsjaar 1945 met
een dagje in Waddinxveen te
rugkeren om voor zijn ‘han
deltje* 160 liter alcohol te be
machtigen. Enkele dagen la
ter zou een vrachtwagen uit
Waddinxveen hem nog eens
200 liter alcohol bezorgen.
ten was het ijskoud. Aan de
overkant van de straat was
een blindganger geëxplo
deerd.
Bij een drogist (dat zou wel
eens N.L. Overvliet, de buur
man van zadelmaker H.B.
van der Oest geweest kunnen
zijn, redactie) werden door
Albert de Vries een stuk of
Geschutstoren wa^ cacaoboterstiften ge
kocht tegen gesprongen lip-
Albert de Vries schrijft in zijn pen. Even verder in het boek
boek herkenbaar over zijn komt de ‘plaatselijke verval-
Ortskomman- nieuwe onderduikadres: singsspecialist' om de hoek
kijken en dat was volgens Al-
missaris van Waddinxveen'.
Passages in het boek daar
over slaan waarschijnlijk op
de hier gedetacheerde rijks-
veldwachter Jan Roobol, die
ook aanvoerder was van de
plaatselijke BS (Binnenland
se Strijdkrachten). Volgens
Albert de Vries was de burge
meester van Waddinxveen
‘een Nederlandse SS’er die in
schaf van een oude schrijfma- Rusland gewond was geraakt
chine in Waddinxveen door en als compensatie daarvoor
zijn vader, die voorwendde een lekker baantje had gekre-
v za t nr *1 1 Ti "1
“een fanatieke nazi*. Het staatIn Amsterdam zag_hij later
niet in het boek, maar per 1
november 1944 werd tot bur
gemeester van Waddinxveen
aangesteld C.J.W.H. Staken
borg, voordien eerste burger minder ongemak dan andere
van Cuyk en Haps. Hij was
Radio Oranje worden geluis- bij de nadering van de gealli
eerden naar het noorden ge
vlucht en benoemd tot bur- tigtal ooms, tantes, neven en
germeester van dit 8.000 in
woners tellende Gouwedorp.
Volgens de Waddinxveners
van toen zette hij in Waddinx- uit de bezettingstijd gekomen
veen 1
“beste beentje voor*. Zo wist joodse Amsterdammer z_ou in
ners los te praten uit de poli- de trekschuit nog één keer
tiecellen aan het Haagse
probeerden de plaatselijke Veer. Hij gaf voor een ‘dubbel-
1 min mogelijk rol* te spelen,
last te bezorgen en zelf de oor
log daar rustig uit te zitten.
Waddinxveen
7
'J
Joodse jongen
dook onder in
•j 1 1 U' _1 _1