i 50 JAAR BEVRIJDING WADDINXVEEN 1940-1945 De lichtbundel volgde ons tot ver op het Noordeinde4 WADDINXVEEN - Wij zwij gen allemaal en staren de Piasweg af. Daar ligt Rotter dam. Nu is alles zo vredig hier. De zon gaat heel lang zaam onder. De hemel wordt er een beetje oranje van. Vanaf de Piasweg waren er dikke rookwolken te zien I Pagina II stelde hij te boek. Amerika Vervolg van vorige pagina de raad een lokale graanhan- Albert de Vries - behoorden keerde hij met de nodige (thans openbare Theo Thijs- v. vaderland. Ook Waddinxveen heeft een BS. terd.... Albert de Vries had met dat alles vrede, want hij vond het in ieder geval een stuk veiliger als de Waddinx- veners hen een nazisympa- thieën zouden gaan verden ken dan dat ze hen ervan ver dachten joods te zijn. ‘De be- TTT 1 J-- 1- - stond uit een handjevol brave huisvaders in uniformen die Voedselschaarste Het ernstig gebrek aan voed sel deed Albert de Vries met een vrijgeleide - ‘een briefje beseft wat voor verradelijk gevaar er tussen onze benen school*. huis had doorgezet meteen kunnen constateren dat Al bert besneden was. Vreemd genoeg heeft mijn vader met onderduikers.... Langzamer hand werden we er ons van bewust dat oma en een twin- ver halen veilig en wel in Wad dinxveen - waar de Duitsers vogens hem een soort ver- keerscentrale hadden van voor hoe die barre tocht via Utrecht naar Doesburg ver- Reich, ein Führer', riep hij en het volk antwoordde: ‘Sieg Heil!' Wie zich tegen Hitler en zijn partij verzette, zoals commu nisten en socialisten, werden gevangen genomen en in con centratiekampen te werk ge steld of vermoord. land gingen - terug bij zijn ou ders. Maar ook terug bij de huis baas van zijn vader en moe der (de oudegemeenteambte- naar en Fries F. Kuiper, die overigens sinds 1920 in Wad dinxveen woonde en wellicht ouderling van de Gerefor meerde Kerk is geweest, re dactie). Het boek ‘Mazzel* een amu sante en spannende gebeur tenis. Verder verhaalt Albert de Vries van de in Den Haag afgevuurde Duitse V 2-raket- ten, waarvan het lawaai in Waddinxveen te horen was, de ‘voltreffers* van Engelse jachtbommenwerpers op de spoorbaan bij Waddinxveen, waardoor er ’s nachts een Duitse trein met tankwagens ontspoorde en zijn illegale ‘al- coholstokerij*. Groot is de 5e mei 1945 de vreugde om de bevrijding. Ook in Waddinxveen waar op de hoek van de Dorpstraat en de Kerkweg de broodmolen van bakker Verheul als vreugdevuur in vlammen op gaat. Op 8 mei 1945 trekken ‘Dat vergeet ik nooit....' ‘Op 14 mei, na vier dagen vechten, begonnen de Duit sers genoeg van de tegen stand te krijgen. Ze wilden dat Nederland capituleerde en een einde zou maken aan het verzet*. is Berlijn door de Russen in genomen. Adolf Hitler - de Führer aller Germanen - pleegt samen met zijn gelief de Eva Braun, ’s middags om half 3 zelfmoord. Aan zijn duivelse Derde Rijk is een einde gekomen. Prins Berna- hard is niet allen bevelhebber der Nederlandse Strijdkrach ten, maar ook bevelhebber kelijk voor de opbouw van ons van de Binnenlandse Strijd krachten. De BS is in septem ber 1944 gevormd uit de le den van de verzetsgroepen. Zij zijn herkenbaar aan hun blauwe overall met oranje band. Hun taak is de gealli eerde autoriteiten en het wet tig gezag bij te staan om de nood te lenigen, en om rust en orde te herstellen - zo noodza- de bevrijders van het 22e Ca nadese regiment in brengun- carriers - gepantserde ter reinwagens - en jeeps door Waddinxveen heen op weg naar Delft. Waddinxveen zal op 5 mei 1947 uit eerbied en dank baarheid voor hen die vielen - van hen die bleven - op het Stationsplein een oorlogmo- nument oprichten. Nog is de meneer niet uitver teld: ‘M’n zuster woonde in Rotter dam met haar kinderen. O, wat was ik ongerust. Zij zijn allemaal gespaard geble ven, maar ’t was op het nip pertje. Ze waren gevlucht in de schouwburg, even maar. En daar ook weer vandaan gegaan. Toen trof een bom het gebouw. Alle achterblijvers vonden de dood*. een meer permanent onder komen kunnen zoeken. En in derdaad vond mijn vader na een paar dagen een oud-ge- meenteambtenaar die, daar toe gedreven door de giganti sche prijzen die hij op de zwarte markt voor zijn eten moest betalen, bereid was te gen een fikse prijs zijn huis- C~ -J te verhuren. Zelf vond ik on derdak op zolder bij een za delmaker*. ven door. Met Kerstmis 1944 werd in Waddinxveen - ‘waar iedereen gereformeerd was* - niets feestelijks gedaan. Al leen in de Ortskommandan- begrijpe- tur stond een kerstboom. Bui- Kerstmis 1944 dan H.B. van der Oest (Kerk- In Waddinxveen ging het le- weg-West) worden bedoeld. In het boek hanteert Albert de Vries overigens wel een aantal duidelijke omschrij vingen van diverse Waddinx- veners, die zich om lijke redenen niet allemaal bij name laten noemen. Het is ons echter gebleken dat nu nog levende plaatsgenoten uit dit tijd precies weten om wie het in ‘Mazzel* gaat en welke activiteiten ze zoal in Waddinxveen van 1940-1945 hebben verricht. delaar om hulp te vragen. Die bleek weliswaar zelf geen plaats te hebben, maar kon ons wel zolang bij zijn over buurman onderdak brengen. Van daaruit zouden we dan ‘Mazzel. Hoe een joodse jon gen de oorlog door kwam*, luidt de titel van het door de Socialistische Uitgeverij Am sterdam (SUA) uitgegeven werkje met een afwijkend le vensverhaal over de Tweede Wereldoorlog. De burgers hoefden pas om tien uur ’s avonds thuis te zijn in Waddinxveen en in tegen- van al die surrogaten, maar de man en de vrouw vertellen ernstig verder: ‘En er was sperrtijd: tussen 12 uur ’s nachts en 4 uur ’s morgens mocht je niet op straat ko men. Later werd de avond klok zelfs ingesteld op 8 uur. Gelukkig waren hier in Wad dinxveen niet zulke strenge nazi’s en kon je tot 10 uur bui ten blijven. postkantoor (nu NMB-Bank). Bizar is het verhaal dat Al bert de Vries in zijn boek ver telt over zijn ‘knuffelervarin- en eetkamer aan mijn ouders gen* met de Feldwebel Otto in Waddinxveen. De Duitser deed hem aan zijn zoontje denken en meende in een ‘moffenauto* een vaderlijk be schermende arm om de schouders van de toen bijn 16-jarige Albert (die volgens zijn vervalst persoonsbewijs toen 17 jaar was) te moeten slaan. Er ontstond zowel cy dat moment als later de nodi- had gemonteerd. Laat het ding ’t nu vlak voor Boskoop begevenToen moesten we lopen in die stikdondere duis ternis. O, wat waren we bang. We wisten totaal niet meer hoe laat ’t was. Er was nie mand meer op straat. Vanaf de watertoren van Boskoop werden we door de Duitsers met een groot zoeklicht be schenen. Nee, we hadden ’t niet meer, want weet je, we deden mee een verzetsbewe ging en we dachten: nu zijn we er bijZe lieten ons ech ter met rust, al volgde de lichtbundel ons tot ver op het Noordeinde. Eindelijk, einde lijk bereikten we Waddinx veen. Hier in de Dorpstraat woonde m’n vriendin. ‘Waar blijven jullie*! riep haar moe der, toen we binnen kwamen. Op de schoorsteenmantel sloeg de klok precies 12 uur. We rilden van ellende en wat deden onze voeten zeer....* Bevrijdingsdag In het voorlaatste hoofdstuk van het boek wordt door Al bert de Vries de bevrijding in Waddinxveen beschreven. Op de avond van een warme 4e mei 1945 hoorde hij het nieuws van de Duitse overga ve fietsend in de Dorpstraat. Vreugdevuren van oude auto banden werden daar gelijk ontstoken. De volgende dag was de meest glorieuze, prachtigste, geweldigste en waanzinnigste dag uit zijn jongen leven. Overal wapper den Nederlandse vlaggen. De Kerkweg-West en -Oost (‘de hoofdstraat*), waar Feldwe bel Otto een auto inpakte, was stampvol hossende men sen die luidkeels ‘Oranje bo ven, oranje boven, leve de Willemien* juichten. Wad- dinxveense mannen in blau we kielen met witte ‘BS‘-arm- banden om en met stenguns in de hand waren druk bezig NSB’ers en andere landverra ders op te brengen. Midden in de (ongedeelde) Kerkweg stond er volgens Albert de Vries een tafel met een stoel erop, waarop een vrouw zat die door een man met een grasschaar werd kaalge knipt. De toekijkende joodse onderduiker kwam even klem te zitten, omdat een hossende menigte hem ten onrechte als collaborateur aanzag. ‘Tegen de avond zagen we onze eer ste ‘bevrijder*: een Canadese motorordonnans, die vastliep in de feestende meute en ver volgens onde luid hoerage roep met moter en al hoog bo ven de hoofden van de massa werd gedragen', aldus een schrijvende Albert de Vries, die na een paar dagen van eindeloos juichen en hossen kans zag met zijn ouders in een vrachtwagen mee te rij den naar swingend Amster dam. Vaartocht Voordat Albert de Vries, die zich tot dan blijmoedig aan de steeds wisselende omstandig heden wist aan te passen, eind 1944 naar Waddinxveen kwam arriveerde hij eerst met zijn vader en moeder na een lange nachtelijke vaar tocht over de Hollandsche IJssel aan boord van een klein binnenvaartschip uit Utrecht in Gouda, waar voor hen nergens plaats bleek te zijn. ‘In de wachtkamer van het Rode Kruis hoorden we een verhaal over een groep mannen die in Rotterdam bij een razzia waren opgepakt en bevolking zo door de moffen als slavenar beiders naar Duitsland wer den gedreven. Toen ze door het vlak bij Gouda gelegen Waddinxveen trokken, ris keerde de bevolking de woede van de Duitses en gaf de ge vangenen royaal te eten en te drinken. De leek een omen wij besloten ons geluk in Waddinxveen te beproeven*, vertelt Albert de Vries. Vlak voor het dorp werden we aan gesproken door een boer die ons vertelde dat Waddinx veen ook vol zat. Hij gaf ons WADDINXVEEN - Een drie jaar lange zwerftocht van het ene naar het andere onderduikadres in ons land bracht de nu 62-jarige Amsterdammer Albert A. de Vries eind 1944, viel België en Frankrijk bin nen en op 10 mei 1940 Neder land*. ‘We zijn nu bij het kerkhof, zegt de vrouw, ‘hier zouden we toch even gaan kijken'? De meneer praat echter maar door en loopt verder; het lijkt of hij eerst ergens anders heen wil. ‘Wat hebben onze soldaten gevochten om de vijand tegen te houden, bij de Afsluitdijk, op de Grebbeberg'. ‘Daar is toch Ouwehands Die renpark*? denkt één van de meisjes hardop. De meneer lijkt het niet te horen en ver volgt: ‘Er was geen houden aan. De regering moest vluchten, op 13 mei, naar En geland. Ook onze koningin ging naar Londen, dat was Koningin Wilhelmina, de grootmoeder van Beatrix*. De meneer heeft ons inmiddels de Kerkstraat ingeleid en wijst naar de gebouwen links. Daar stonden de Duitse leger- paarden, waar eens de bus- sen van dienst Boskoop-Wad- dinxveen-Rotterdam hadden gestaan*. We slaan de hoek om, de Dorpstraat in, richting Pias weg. ‘En op 14 mei...‘ De vrouw krimpt plotseling ineen, ’t Is net of ze weer bang wordt. “Weetje het ook nog zo goed*? In 4 van de 14 hoofdstukken komt zijn Waddinxveense oorlogstijd als 15- en 16-jari- ge bij ‘een onderwijzer*, bij ‘een zadelmaker', bij ‘een boer' en bij ‘een drogist* uitge breid om de hoek kijken. De auteur - een jood zonder binding met het jodendom - laat in zijn lezenswaardige boek op bijna luchtige wijze de ene bizarre en krankzinni ge gebeurtenis de revue pas seren, en onthoudt zich intus sen van oordelen of conclu sies. Daarvoor zijn de veel kleurige gebeurtenissen soms te ongelooflijk, te ongrijpbaar en te absurd. ‘Laconieke ver halen over verschrikkelijke omstandigheden*, oordeelde het weekblad Vrij Nederland in een commentaar. ‘Steekt wat wrang af tegen het decor van de holocaust*, noteerde een NRC handelsblad-recen- sent. ‘Een orthodoxe joodse vertelling', noemde de Volks krant de toon en de inhoud van het 140 pagina’s tellende boek, dat geheel afwijkt van de gangbare oorlogslitera tuur. van Indische afkomst te zijn gen*. Hij zou bekend staan als en die als afleidingsmanoeu vre de plaatselijke Ortskom- mandantur bezocht om er Duitse kranten te lezen, wat te kletsen en om er een potje te schaken. Op onbewaakte ogenblikken kon er zelfs naar en dan naar haar fiets: ‘Je lantaarn moest naar beneden gericht zijn. Later werden ook de fietsen gevorderd*. “We hadden een knijpkat in die tijd, weetje nog wel? Een soort zaklantaarn die precies in je hand paste en licht gaf als je een hendeltje op en neerdrukte*. ‘De bezetters pikten ook onze levensmiddelen in. Er kwam aan alles gebrek. Alleen op bonnen konden we eten krij gen: eerst ging het om thee, koffie, suiker, later om vlees en aardappelen, zelfs boter, brood en melk gingen op de bon. En schoenen en rookarti kelen. Voor textiel moest je punten hebben. Dat alles heette de distributie. Al gauw kreeg je namaak- spullen: surrogaat koekjes, surrogaat koffie, surrogaat zeep, surrogaat sigaren en noem maar op*. De meisjes schieten in de lach We naderen de Piasweg. ‘Hier vandaan kon je het zien, die dichte rookwolken. ’t Was om half twee in de mid dag, dat ze Rotterdam bom bardeerden. Als de Piasweg afkeek, zag je de brand, die dagenlang duurde. O, ’t was verschrikkelijk. Overal dwar relde verbrand papier, want de wind kwam uit het zuid westen. Je zag hier stukken van brieven en rekeningen uit Rotterdam neerkomen*. ‘En weer waren er vluchtelin gen*, vertelt de mevrouw, ‘nu uit Rotterdam. Hier aan de Kleikade werden ze onderge bracht in een paar leegstaan de huizen. Sommigen zijn er altijd blijven wonen*. ‘Een dag later gaf Nederland zich over. De Duitse bezetting was begonnen...* En Hitler bedacht samen met zijn minister, waarvan Josef Goebbels één van de gevaar lijkste was, dat er maar één ras op de wereld bestond dat echt in staat was over ande ren te heersen, dat was het Duitse of Arische ras. Wie daar niet toe behoorde, was gevaarlijk en moest worden uitgeroeid: Joden en Zigeu ners. Maar ook homosexuelen en Jehova Getuigen en gehandi capten pasten niet in Hitlers rijk. De vele werklozen moesten naar de Arbeidsdienst. Vooral de wapenindustrie werd nieuw leven ingeblazen. En met die wapens veroverde Hitler de oude gebieden te rug, maar ook de buurlanden wilde hij bij Duitsland voegen tot één groot rijk: Oostenrijk, Polen. Toen verklaarden Engeland en Frankrijk Hitler de oorlog. De Tweede Wereldoorlog was begonnen Maar Hitler ging door. Hij Ook moest je een persoonsbe wijs of Ausweis hebben, met je naam erop, twee vingeraf drukken en een duidelijke fo to waaro zelfs je oor zichtbaar moest zijn*. ‘De sperrtijd vond ik wel ang stig', weet de vrouw. ‘Ik herin ner me nog dat ik met een vriendin ’s avonds naar Al- phen aan den Rijn moest. Wij met de trein erheen. Maar hoe terug? Nou, een kennis zou ons rijden met z’n auto, waarop hij een gasgenerator en zus in 1947 naar het Ame rikaanse Carmel (Californië). Hij verbleef er 16 jaar. Daar brak een andere onderduik- ook zijn broer uit Duitsland en zijn zus uit Apeldoorn te rug. ‘Wij hadden het over leefd en met aanmerkelijk WADDINXVEEN - ‘Ik kan niet begrijpen dat de mensen oorlog maken*, zegt één van de kinderen. ‘En toch gebeurt het steeds weer, ook nu‘, zegt de ander ‘het komt door het egoïsme geloof ik‘. De meneer loopt rustig naast hen. Z’n stok tikt telkens even op het wegdek, ’t Is een heerlijke avond en nog volop licht. ‘De Eerste Wereldoorlog heeft de Tweede als het ware uitge lokt*, legt hij uit. ‘Kijk, in 1918 had Duitsland de oorlog, die hetzelfde in 1914 begonnen was, verloren en als straf moest hét aan de geallieerden: Frankrijk, En geland, Rusland en Amerika heel veel geld betalen. Het moest gebieden afstaan aan de buren. Het mocht geen le ger meer hebben en geen wa penfabrieken. Daardoor werd het er een chaos. De mensen werden arm, ze gingen plunderen en moorden. Het land stond aan de rand van de afgrond, het volk was wanhopig. En toen kwam Adolf Hitler in de regering. Hij beloofde dat het beter zou gaan, als zijn partij aan de macht zou ko men. Dat gebeurde in 1932 en een jaar later werd hij minister president: rijkskanselier. Weer een jaar later werd hij zelfs staatshoofd. Hij kreeg alle macht en noemde zich: Führer, de leider van Duits land. Maar hij was een dicta tor, die alles alleen te zeggen wilde hebben. ‘Ein Volk, ein senschool) aan de Kerkweg- Oost. De kantoren van de Duitsers werden gevestigd in begin 1945 ook in Waddinxveen. Zijn oorlogsherinneringen het notarishuis (nu een kale plek aan de Kerkweg-Oost) en in de villa Beukenhof (naast het notarishuis en nu een parkeerterrein bij de Rabobank). De Ortskomman- dant - overigens beslist geen nazi - had zijn intrek geno men in de villa tegenover het heeft over hem nog Naar Waddinxveen Albert (‘Bert*) de Vries, die al snel leerde zelfstandig zijn hachje te redden, zat tijdens de laatste drie oorlogsjaren niet alleen ondergedoken bij een deftige familie in Den Haag, maar onder andere ook bij een zwaar gereformeerde leraar in Ede. Eind 1944 kwam hij in Waddinxveen te recht, waar zijn vader - die zijn gezin dank zij grote vin dingrijkheid en de nodige bluf, brutaliteit en mazzel van de vernietigingsdoor had weten te redden - vaste schaakpartner werd van de plaatselijke dant, terwijl Albert “bevriend* raakte met de homosexuele Feldwebel Otto. Op Bevrij dingsdag hadden ze in het Gouwedorp over hun Wad dinxveense tijd natuurlijk stroompje met een naargees- wel het één en ander uit te leggen. ‘Wij zijn joden*, piepte Albert de Vries, bang om met een grasschaar te worden kaalgeknipt. ‘We hebben hier ondergedoken gezeten en de enige reden waarom we met de moffen omgingen was om te voorkomen dat de NSB-ers ons ervan zouden verdenken joden te zijn*. De Dorpstraat in Waddinxveen uit ’Toen Waddinxveen nog een dorp was .--JOAlbert de Vries emigreerde stelling tot het nabijgelegen vol met hakenkruisstempels* met zijn v^er, moeder^ broer Gouda en andere plaatsen werden hier geen razzia’s ge houden'. boek herkenbaar over zijn onderduikadres ‘Waddinxveen was een klein dorpje, dat er niet bepaald bert de Vries de ‘politiecom- lieflijk uitzag. Het was gele gen aan beide kanten van de Gouwe, een onaantrekkelijk stroompje met een naargees tige hefbrug die er uitzag als een grote, dreigende geschut storen. Iedereen kende ieder een en iedereen lette op el kaar en speciaal op ons*. On derhoudend vertelt de joodse Amsterdammer over de aan- - van de Ortskammandant naar de Achterhoek fietsen om te proberen bij de boer bij wie hij op vakantie was ge weest, wat voedsel los te krij- tijd aan. Om te voorkomen gen. In zijn boek beschrijft hij dat ze met de nek werden barre tocht via aangekeken verzwegen ze als Lo niet nietpraktizerende Dutch liep. Met een volbeladen fiets Reformed hun joodse achter grond. Pas toen Albert de Vries weer in Amsterdam woonde durfde de auteur van ‘Mazzel. Hoe een joodse jon gen de oorlog doorkwam* voor het eerst en volmondig toe te allerlei klusjes door het hele gevenjoodstezijn. Weekblad voor Waddinxveen - WOENSDAG 3 MEI 1995 Geen namen Namen van Waddinxveners noemt Albert de Vries in zijn boek niet. Maar ingewijden vermoeden dat met de ‘lokale slaan. Er ontstond zowel op graanhandelaar* J.C.P. Jan- dat moment als later de nodi- maat (Oranjelaan) wordt be- ge commotie. In zijn boek zegt doeld, die onder andere met Albert de Vries zich pas veer- zijn ‘overbuurman* A. van der tig jaar later te hebben gerea- Vussen (hoofd van de lagere liseerd in wat voor een ver school aan de Oranjelaan) schrikkelijke situatie hij had deel uitmaakte van het plaat- kunnen komen te verkeren, selijk ‘voedselcomité*, een De Duitser had immers als clubje inwoners dat zich be- hij later bij een etentje in zijn lastte met het verstrekken van voedsel (granen, brood) aan Waddinxveense ingezete nen, in het bijzonder de on derduikadressen. De ‘oud-ge- al zijn inzicht nooit ten volle meenteambtenaar* moet F.Kuiper (Julianastraat) zijn geweest, de in 1943 op non- actief gestelde ambtenaar van sociale zaken. Met de ‘za delmaker* kan niet anders ‘Daar aan de Sniepweg had een huis het opschrift: Won derlijk gespaard*, wijst de man, terwijl hij zich om draait. “Voor de woning lag een tankgracht gegraven, die meermalen werd gebombar deerd. Zo’n gracht diende als verdediging tegen tanks*. *’t Komt allemaal weer boven*, zucht de mevrouw, *’t gaat nooit meer weg uitje hoofd, ’t Lijkt wel of het erger wordt, al die herinneringen, hoe ou der je wordt*. ‘Dit is nu echt 4 mei‘, zegt een kind. We lopen de Dorpstraat te rug. ‘Eerst merkte je van de bezet ting nog niet zoveel. Het le ven ging z’n gewone gang. In Den Haag kreeg Seys In- quart de leiding over ons land als Rijkscommissaris. Wij waren een soort provincie van Duitsland geworden. Ze noemden hem spottend: zes- en-een-kwart; hij had een mank been. Hij verbood het luisteren naar zenders uit de vrije we reld, zoals naar Radio Oranje uit Londen, die ons opriep tot verzet. Stilletjes luisterden de mensen toch, totdat de ra dio’s moesten worden ingele verd. Ook koper, tin en lood moes ten de mensen afgeven, de metalen waren bestemd voor de oorlogsindustrie. Al van het begin van de oorlog af mocht er ’s avonds en ’s nachts geen licht buiten schij nen. De huizen werden ver duisterd en de straatverlich ting ging uit*. De mevrouw kijkt naar de huizen langs de Dorpstraat Villa s De Duitsers die in waddinx veen gelegerd waren - dit ter aanvulling op het relaas van tot een onderdeel dat uit Frankrijk was teruggetrok- - ken. Na D-day - 6 juni 1944 - waten ze onder meer onder- keerscentrale hadden gebracht in de lagere school waaruit dagelijks auto’s nichten in concentratiekam pen waren vermoord*, schrijft de zo goed als ongeschonden - ondanks" alles - zijn zijnde Albert de Vries. De A joodse Amsterdammer zou in zetting van Waddinxveen be- hij onder andere Waddinxve- het bevrijdingsjaar 1945 met een dagje in Waddinxveen te rugkeren om voor zijn ‘han deltje* 160 liter alcohol te be machtigen. Enkele dagen la ter zou een vrachtwagen uit Waddinxveen hem nog eens 200 liter alcohol bezorgen. ten was het ijskoud. Aan de overkant van de straat was een blindganger geëxplo deerd. Bij een drogist (dat zou wel eens N.L. Overvliet, de buur man van zadelmaker H.B. van der Oest geweest kunnen zijn, redactie) werden door Albert de Vries een stuk of Geschutstoren wa^ cacaoboterstiften ge kocht tegen gesprongen lip- Albert de Vries schrijft in zijn pen. Even verder in het boek boek herkenbaar over zijn komt de ‘plaatselijke verval- Ortskomman- nieuwe onderduikadres: singsspecialist' om de hoek kijken en dat was volgens Al- missaris van Waddinxveen'. Passages in het boek daar over slaan waarschijnlijk op de hier gedetacheerde rijks- veldwachter Jan Roobol, die ook aanvoerder was van de plaatselijke BS (Binnenland se Strijdkrachten). Volgens Albert de Vries was de burge meester van Waddinxveen ‘een Nederlandse SS’er die in schaf van een oude schrijfma- Rusland gewond was geraakt chine in Waddinxveen door en als compensatie daarvoor zijn vader, die voorwendde een lekker baantje had gekre- v za t nr *1 1 Ti "1 “een fanatieke nazi*. Het staatIn Amsterdam zag_hij later niet in het boek, maar per 1 november 1944 werd tot bur gemeester van Waddinxveen aangesteld C.J.W.H. Staken borg, voordien eerste burger minder ongemak dan andere van Cuyk en Haps. Hij was Radio Oranje worden geluis- bij de nadering van de gealli eerden naar het noorden ge vlucht en benoemd tot bur- tigtal ooms, tantes, neven en germeester van dit 8.000 in woners tellende Gouwedorp. Volgens de Waddinxveners van toen zette hij in Waddinx- uit de bezettingstijd gekomen veen 1 “beste beentje voor*. Zo wist joodse Amsterdammer z_ou in ners los te praten uit de poli- de trekschuit nog één keer tiecellen aan het Haagse probeerden de plaatselijke Veer. Hij gaf voor een ‘dubbel- 1 min mogelijk rol* te spelen, last te bezorgen en zelf de oor log daar rustig uit te zitten. Waddinxveen 7 'J Joodse jongen dook onder in •j 1 1 U' _1 _1

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Weekblad voor Waddinxveen | 1995 | | pagina 24