e alleen?
itie dient ter
epsonderwijs
Van basisschool naar voortgezet onderwijs
Scholieren scoren
op Internet
Geschiedenis in
praktijk gebracht
Computergebruik doorgevoerd bij ’gewone’ schoolvakken
Coenecoop College is ‘ICT voorhoedeschool*
Solliciteren kun je leren
Gymnasium-afdeling op
het Coenecoop College
enecoop College
Een duidelijk zicht op later
Coenecoop College is school in beweging
E-mail van oud-leerling
Sfinxen
Gevaren
Kijkje
Gesprek
Gedachten
■I
Fietsenstalling
Ouderadviesraad
Zenuwachtig
Reacties
i
verdrietig als ik mijn
Hoe reageren de leerlingen zelf.
■ananaa
klassers ter afsluiting van dit on
derwerp naar het Rijksmuseum
van Oudheden in Leiden. Dit mu
seum heeft één van de beroemd
ste verzamelingen ter wereld van
voorwerpen uit het oude Egypte.
Deze knul doet met leren zijn
uiterste best
Maar wordt bijna dagelijks ge
kleineerd en gepest
Hij heeft geregeld een vriend of
vriendin
Maar die pikt een ander dan
weer in
Onder het motto: ‘Patrick is gek
en dom
Met zo’n kind spelen is wel
stom'.
Door S.J. Spoelstra
(docent informatiekunde)
Misschien heeft u in de af
gelopen periode iets gele
zen over een nieuw initia
tief van minister Ritzen,
het plan ‘Investeren in
Voorsprong'. Nederland zal
in de toekomst steeds
meer geld gaan verdienen
met ‘kennis'. De ene prach
tige term volgt de andere
op: ‘Van Mainport naar
Brainport*, de ‘Kennis
maatschappij...*, u heeft ze
vast al een keer gehoord.
Onderdeel van die plannen is dat
de Nederlanders vooral leren ge
bruik maken van ‘ICT. Deze af
korting staat voor: ‘Informatie en
Communicatie Technologie*. Alle
Nederlandse scholen zullen in de
komende jaren aan de slag moe
ten met ICT. Dat betekent com
putergebruik, niet alleen bij een
vak als Informatica, maar ook bij
de ‘gewone* schoolvakken zoals
Engels, Frans, Duits en Neder
lands. Omdat het Coenecoop
College, vooruitlopend op deze
plannen, al aardig wat ervaring
heeft opgedaan met deze nieuwe
technieken, stond de school
vooraan toen er vanuit het minis
terie werd gevraagd om ‘Voor
hoede Scholen*. Er waren bijzon
der goede ervaringen opgedaan
bij het inrichten van een ‘media
theek* in de school, en zowel do
centen als leerlingen waren in
toenemende mate enthousiast
over de mogelijkheden om infor
matie te zoeken en werkstukken
te maken op de computers in de
schoolbibliotheek. In november
zijn 105 scholen in Nederland
aangewezen om deze voortrek
kersrol te gaan spelen, en het
Coenecoop College hoort daar
bij. Dat betekent onder meer dat
een school van onze grootte een
aanzienlijk bedrag tegemoet kan
zien voor bijdrage in de bijscho
ling, aanleg van een intranet en
aanschaf van (multi-media) werk
stations en servers. Binnen twee
Binnen hun vakgebied zullen de
docenten meer aandacht moe
ten besteden aan het aanleren
van vaardigheden om zicht te
krijgen op de samenhang van
de vakken en daarnaast moet
de vakdocent ook aandacht
Enkele voorbeelden:
„Ik vind het erg leuk in deze klas.
Er zitten leuke en vooral slimme
kinderen in. Op de basisschool
had je altijd zoveel bekijks omdat
je zo slim was. Als je dan eens
een lager cijfer haalde, was de
rest van de klas erg verbaasd. In
deze klas heb je dat veel minder.
Je krijgt wel veel huiswerk, maar
het is een voordeel dat je je niet
meer hoeft te vervelen. Op de ba
sisschool werd alles altijd vijf keer
verteld, terwijl je het allang snap-
Door leerlingen van alle
onderwijssoorten vroeg
met computers te laten
werken, is er van een ach
terstand op het gebied van
informatica op het Coene
coop College geen sprake.
veranderingen.
Mijn twee kinderen (brugklas
en 4 atheneum) staan ‘s och
tends vrij gemakkelijk op om
naar school te gaan. Verbazing
wekkend, want wij zijn geen
ochtendmensen. Vanuit Zeven
huizen fietsen zij een kleine ze
ven kilometer. Een beetje
sport en een frisse neus. In het
huidige drukke en vooral stres
svolle verkeer een betrekkelijk
veilige fietsweg. Naar andere
scholen leiden langere en/of
gevaarlijkere fietsroutes.
Elke locatie heeft een eigen ou-
deradviesraad. Het gevolg: veel
meedenkende ouders en een
nauw contact tussen school en
klant. Klant zijn immers de
leerling en de ouders. Op het
Coenecoop College luistert
soonlijk gesprek met een van de
toekomstige mentoren. Als er
redenen zijn waarom ouders
uitvoeriger over hun kind willen
praten, is daarvoor alle gelegen
heid. Dit geldt ook als het gaat
om de wens om met de school
de plaatsing van een kind in een
bepaalde niveaugroep te be
spreken. De verschillende ad
viezen die het kind gekregen
heeft, zijn uitgangspunt voor de
ze plaatsing. Het belangrijkste
advies is dat van de klassenle
raar van de basisschool. Daarbij
komt het resultaat van de Cito-
toets of van een andersoortige
toets.
„Ik kan je vertellen: het is best
leuk in deze klas want je wordt nu
echt aan het werk gezet” (Ralph
Verkleij)
ik altijd overal alles van wil weten.
En dan kunnen we daar weer lek
ker over discussiëren.” (Kimberley
Hagen)
In augustus 1997 zijn we nog
niet gestart met Latijn en
Grieks, de talen die van zo’n
atheneum-brugklas een gymna-
sium-brugklas zouden maken.
Maar om de leerlingen die
graag Latijn en Grieks willen
doen een dagelijkse fietstocht
naar Gouda te besparen, zullen
we vanaf het schooljaar 1998-
1999 ook deze talen aanbieden.
waarmee men zich in de vorm
van projecten jaren bezig
houdt.
Solliciteren, hoe doe je dat als
schoolverlater? je hebt geen
enkele ervaring met het be
drijfsleven en je weet dan ook
niet wat er van jou wordt ver
wacht. Om die reden is in het
laatste schooljaar van het
VBO, de mavo en de havo het
project solliciteren opgezet
Geprobeerd is om voor de
leerling een situatie te creren
die zoveel mogelijk de werke
lijkheid benadert
De leerlingen krijgen een
boekje met een groot aantal
geselecteerde advertenties. De
keuze is zodanig dat er voor
iedere opleiding een geva
rieerd pakket van banen
wordt aangeboden. Leerlingen
kunnen ook zelf een adverten
tie uit een tijdschrift of een
krant kiezen. Als criterium
geldt het gaat om een vaste
baan die aansluit bij de voor
opleiding.
In de lessen Nederlands be
handelt de docent de sollicita
tiebrief. De meeste leerlingen
hebben geen moeite met de
zakelijke gegevens die in de
brief moeten staan. Moeilijker
is het om aan te geven waar
om ze die baan willen. In ge
sprekken met de docent of
met de decaan van de school
wordt dat voor hen steeds
De meeste leerlingen zijn ze
nuwachtig op de avond dat het
sollicitatiegesprek wordt ge
houden. Twee ervaren men-
Door A.F.L Arts
(docent geschiedenis)
Met de komst van de basisvor
ming hebben de vakdocenten de
opdracht om dat wat de leerlin
gen in de les leren, ook in de
praktijk door de leerlingen te la
ten ervaren. Zo is één van de on
derwerpen, die in de geschiede
nislessen in het eerste leérjaar
aan bod komt, de manier van le
ven en werken in het Egypte van
de oudheid.
De leerlingen maken kennis met
boeiende zaken als piramiden, sf
inxen, góden en mummies. Om
dat de kennis uit het leerboek en
de spannende verhalen van de
docent nu eenmaal beter tot zijn
recht komen als je deze ook ‘in
het echt' beleeft, gaan alle eerste-
Bij binnenkomst krijg je als ‘war
ming up‘ een film te zien. Hierin
vertelt een tot leven gewekte
mummie van een heilige kat over
het dagelijkse leven van zo’n 4000
jaar geleden. Daarna krijg je een
echte tempel, een rij indrukwek
kende beelden en grafkisten te
zien. En dan griezelen!!! Via een
nauwe gang betreed je het do
denrijk Mummies, al of niet ‘ont
wikkeld*, staren je aan, terwijl je
naar een ‘kapel* van Osiris gaat. In
het schemerlicht zegt een pries
ter gebeden om een goede reis
voor je af te smeken van deze
heer van het dodenrijk.
Nu durf je wel de poort binnen
te gaan. Je krijgt te maken met
veel gevaren (krokodillen bij
voorbeeld), maar gelukkig is er
ook een dodenboek, waarin
staat hoe je deze gevaren kunt
overwinnen. Daarna wordt je
hart gewogen om te zien of je
goed geleefd hebt Zoniet dan
is er de zielenverslinderü Een
afschuwelijk monster, je boft
dat je de trucs kent om de gó
den om de tuin te leiden. Nu
mag je zelf een mummie loswik
kelen (met de computer).
Ook neem je een kijkje in een
werkplaats waar mummies ge
maakt worden. Aan het einde
van de tocht mag je over wat je
gezien hebt in het Egyptisch een
brief aan farao Toetankamon
schrijven. Ook weer met een
computer. Dan mag je het do
denrijk verlaten en zal je het le
ven op het Coenecoop College
des te meer waarderen.
met een paar reclamefolders
van vervolgopleidingen komt de
leerling ook niet tot een be
wuste keuze. Keuzebegeleiding
is een proces van geleidelijke
bewustmaking van de eigen
wensen en mogelijkheden: wat
wil ik en wat kan ik?
Sinds de komst van de basis
vorming wordt bewuster ge
werkt aan het aan leren van
vaardigheden: de leerling moet
zelf gaan nadenken over zijn
toekomst, zelfstandig keuzes le
ren maken. De decaan is nu
niet meer de persoon die alle
leerlingen van dichtbij bege
leidt. Dat is de taak van de
mentor. Op elk gebied is de
mentor de centrale figuur tus
sen de leerling, de ouders en
DoorM.P. Hommes-Volker
(ouder uit Zevenhuizen)
Een opwaartse beweging, zo
ervaar ik dat als ‘moeder', te
vens lid van de Ouderadvies-
raad van locatie Dreef 2. Mijn
twee kinderen kozen voor de
ze school, de oudste al weer
vier jaar geleden voor de Sa
menwerkingsschool. Koos ik
ervoor? Nou ja, waar koos ik
wel voor in deze tijd van on
derwijskundige onrust en
schaalvergroting?
Ik heb de school leren kennen
zoals hij was, en zoals hij zich
aan het veranderen is. De posi
tieve zaken uit het verleden
van de Samenwerkingsschool:
de sociale opstelling, de sfeer,
het luisterend oor, het gevoel
voor culturele waarden, de de
mocratische gedachten: soms
leidend tot enige rommeligheid
en onhanteerbaarheid. De ver
anderingen: aanscherpen van
orde en discipline, streven naar
hogere kwaliteit van onderwijs,
duidelijkere structuren. Een
positieve spiraal in het oer
woud van door de regering op
gelegde ingewikkeldheden en
In de, tegenwoordig met vi
deocamera plus videotape be
veiligde, fietsenstalling stallen
zij hun fiets voldoende veilig.
Bij de schoolingang wacht hen
een ‘goede morgen* door de
schoolleiding, die tegelijkertijd
controleert op te-laat-komen.
Rond de schoolgebouwen
houdt de politie een oogje in
het zeil. Sinds het afsluiten van
,Je verveelt je nooit en het is pre
cies m’n niveau!” (Marie-Claire
Aerts)
„De leraren verzinnen leuke extra
dingen. Dat is interessant omdat
C.J. van Veen
(docent Nederlands)
Voor leerlingen worden de
lessen extra boeiend als ze
merken dat de inhoud ervan
met hun eigen toekomst te
maken heeft. Het is vaak niet
mogelijk om dat verband uit
drukkelijk te leggen, omdat de
lesstof zich daartoe niet leent.
Is dat wel het geval, dan wordt
daarvan gebruik gemaakt zoals
bij het lesproject solliciteren.
Het project solliciteren is op
gezet in samenwerking met
een zevental serviceclubs uit
Boskoop, Gouda en Waddinx-
veen. In deze clubs zitten man
nen en vrouwen die dienstbaar
willen zijn aan mensen dichtbij
of veraf. Deze hulpvaardigheid
kan betrekking hebben op een
probleem dat plotseling is ont
staan, maar ook op een zaak
kingsprincipe*. Drie gezindten:
openbaar, katholiek en prote
stant onder één bestuur. ‘Sa
menwerking* is meer dan de
‘algemene toegankelijkheid* in
het openbaar onderwijs, en dat
komt in de lessen levensbe
schouwelijke vorming tot ui
ting. Een heikel punt in Ne
derland is lesuitval. Dit was
mijns inziens veel te hoog.
Soms zijn in een klas meerdere
zieke leraren. Een ramp! Dit
schooljaar is bij mijn twee kin
deren weinig tot zeer weinig
lesuitval. De schoolleiding
turft, maar via de ouderadvies-
raad houden de ouders de vin
ger aan de pols.
men naar de klant en krijgt de
klant informatie, andere en be
tere informatie dan de algeme
ne tam-tam. De ouderadvies
raad is geen formaliteit. Je
hoort er de goede en de min
der goede dingen. Je denkt
mee en geeft advies. Je ziet
daar positieve dingen van terug
en dat is hoopgevend.
Vijf rapporten per jaar. Heel
gemakkelijk contact met lera
ren, liefst in de avonduren,
want dan hebben ze meer tijd
voor je. En... gewoon huiswerk
maken. Tot mijn verbazing in
de eerste klas: ’t bleek hele
maal niet zo stoer om geen
huiswerk te maken. En als de
cijfers teleurstellen: bellen!
Maar vaak heeft de mentor je
al gebeld, voordat jij naar de
telefoon grijpt. Men werkt
graag met de ouders samen.
De privé-situatie van het kind
doet mee, en dat is niet overal
zo. Verder is er nog de huis
werkklas en de extra begelei
ding bij dyslexie of andere indi
viduele problematiek. Je kind is
geen nummer, want het gaat
om zijn cijfers.
ting of duurt het even voor het
zich in de groep thuis voelt? Zal
de overstap naar de nieuwe
school gemakkelijk gaan of ziet
het ertegen op en heeft het ex
tra aandacht nodig?
De twee eerste schooldagen na
de zomervakantie staan voor de
eersteklassers in het teken van
nadere kennismaking met de
mentor en de klasgenoten.
Voorts worden allerlei zaken
onder leiding van de mentor in
de klas besproken. De leerlin
gen verkennen het gebouw, le
ren hoe ze een rooster moeten
lezen, maken kennis met de
schoolregels, krijgen hun boe
ken en al hun vragen worden
beantwoord. Ze zijn startklaar
voor de eerste lessen. Hoewel
ze nog een beetje zenuwachtig
zijn, blijkt na zo’n eerste lesdag
alles toch mee te vallen. Als er
nog vragen zijn, dan worden die
besproken in de wekelijkse stu
dieles. Daarin wordt ook be
handeld hoe een leerling het
beste zijn huiswerk kan maken
en hoe je leert leren.
In een van de eerste schoolwe
ken maken de ouders op een
ouderavond kennis met de
mentor. Zo’n contactavond
voor ouders en mentor staat
ook gepland kort na de herfst
vakantie. Op deze avond wordt
het reilen en zeilen van de klas
besproken. Hoe is de sfeer in
de groep en hoe goed werken
de kinderen? Daarnaast is er al
tijd de gelegenheid voor een ge
sprek met de mentor over een
individuele leerling. Die moge
lijkheid is er uiteraard ook met
de vakdocenten. Na het eerste
rapport zijn er zogenaamde
spreekuuravonden, waarop ou
ders met de vakdocenten en
met de mentor kunnen praten
over de resultaten die hun kind
behaalt.
sen van de serviceclubs voeren
met de ‘sollicitant* het ge
sprek. Daar is geen leraar bij,
want de afspraak is dat de ge
sprekken vertrouwelijk zijn.
Als het gesprek is afgelopen,
vindt er met de sollicitant een
nabespreking plaats. Waarom
was het een goede sollicitatie
brief? Welk gedeelte van het
gesprek verliep voortreffelijk?
Uiteraard wordt er ook inge
gaan op de onderdelen die
voor verbetering vatbaar zijn.
Enigszins opgelucht verlaat de
leerling het ’zweetkamertje’
om even later met anderen
zijn belevenissen uit te wisse
len. „Ik heb wel geen baan,
maar ik ben een ervaring rij
ker”, is het eindoordeel van
de meeste leerlingen. En om
dat laatste ging het bij het pro
ject solliciteren.
acht over een kind van gedach
ten te wisselen. Vanuit het Coe
necoop College worden de ba
sisscholen op de hoogte
gehouden van de vorderingen
van hun voormalige leerlingen,
ook als ze in hogere leerjaren
zitten. De klassengroepleider
beschikt via de mentoren over
de belangrijkste informatie en
brengt deze over naar de basis
scholen. Zowel voor ons als
voor de basisscholen is die uit
wisseling van groot belang om
dat beide willen dat de leerlin
gen in hun nieuwe situatie
optimaal functioneren.
gevolgen van niet-er-
ixie?
Drie VWO-leerlingen van het Coenecoop College
hebben de halve finale gehaald van een internationale
Intemet-wedstrijd. De scholieren Angelique Aerts,
Karin van de Werf en Karlo Wessels deden mee met
een werkstuk over de Zuidplaspolder. Aan de wed
strijd namen duizenden teams uit heel de wereld
deel. De drie scholieren zijn beloond met een op
naam gesteld certificaat. Het doel van de wedstrijd
was het onderwijskundig gehalte van Internet te ver
hogen. De deelnemende scholieren moesten teams
vormen en met dat team een werkstuk maken. Dat
werkstuk moest in de vorm van ‘web-pages’ worden
gegoten. Belangstellenden kunnen het werkstuk van
Angelique, Karin en Karlo lezen via Internet, op
http://www.wirehub.nl/~coenecol.
dlard-Dost (docen-
n Nederlands)
erlingen die van de
I een VWO-advies
dat ze altijd hun op-
nel en goed maken
<eer iets uitgelegd te
cregen een probleem
ben. starten we per
1998 met een gym-
eling.
iten alle leerlingen
WO-advies in een
^-combinatieklas,
lesstof in zo’n klas
nige leerlingen toch
simpel was of in een
ipo werd behandeld,
iet schooljaar 1997-
,rt met een athe-
brugklas. In deze
de school, dus ook wat het kie
zen van vakken betreft. Loop-
baanoriëntatie en -begeleiding
zullen een steeds belangrijker
plaats gaan innemen in de men
tor- en vaklessen. De decaan is
wel de persoon die veel kennis
heeft van vervolgopleidingen en
de arbeidsmarkt, maar de ver
antwoordelijkheid voor het
proces van leren kiezen ver
schuift in de richting van de
mentor en de vakdocent.
gaan besteden aan loopbaan-
oriëntatie en begeleiding van
keuzes. Dat gaat niet van de
ene op de andere dag. De do
centen zijn hierop vanuit hun
opleiding niet getraind.
Het Coenecoop College heeft
daarom besloten meer aan
dacht te besteden aan de na-
en bijscholing van docenten op
dit gebied. Alleen al in het na
jaar van 1997 zijn er drie cur
sussen voor docenten georga
niseerd, gericht op de
begeleiding van de leerling. Do
centen van de brugklassen, van
2 en 3 mavo/VBO en van 3 ha
vo hebben in de afgelopen pe
riode kennis genomen van de
veranderde begeleiding van de
leerlingen met als doel leerlin
gen, die aan hen toevertrouwd
zijn, bewuster een keuze voor
de toekomst te laten maken.
te. In deze klas zitten
kinderen die zowat al
lemaal hobby’s heb
ben. Ook word je niet
gepest als je eens een
andere mening over
iets hebt” (Barbara
Hommes) „We doen veel extra
dingen, zoals werken met de com
puter. Dat is echt tof! We gaan
vaak dieper op dingen in. Bij biolo
gie bijvoorbeeld hebben we een
extra boekje gekregen en dat
boekje was veel leuker dan het
echte bio-boek.” (Mieke Pennings)
Voor de kinderen die bij ons op
het Coenecoop College komen,
hebben we ook een gesprek
met de klalssenleraar van de ba
sisschool. Eén van de klassen
groepleiders bezoekt de basis
school en bespreekt met de
leraar of lerares van groep acht
alle leerlingen die zich voor het
nieuwe schooljaar hebben aan
gemeld. fn dat gesprek komt
niet alleen aan de orde wat de
kinderen kunnen, maar ook wie
ze zijn en hoe ze functioneren
in de groep. Is het kind spon
taan of wat terughoudend?
Vindt het gemakkelijk aanslui-
Door A. Zwaan (locatieleider)
en C.J. van Veen
(docent Nederlands)
Na acht jaar op de basisschool
gezeten te hebben doet een
kind de overstap naar het
voortgezet onderwijs. Scholen
zijn zich ervan bewust dat zo’n
overstap een heel belangrijk
moment in het leven van een
kind is en daarom zo zorgvuldig
mogelijk moet gebeuren. Hier
voor is een ’stappenplan’ ont
wikkeld.
Alle aanstaande eersteklassers
krijgen een uitnodiging om op
een woensdagmiddag voor de
zomervakantie naar onze school
te komen. Op die middag raken
ze niet alleen vertrouwd met
het schoolgebouw, maar ook
maken ze kennis met hun men
tor en hun klasgenoten van het
komende schooljaar.
Bij de indeling van de klassen
wordt rekening gehouden met
de basisschool waar de kinde
ren vandaan komen: in een klas
van een bepaald niveau komen
kinderen van eenzelfde basis
school bij elkaar. Voor die tijd
hebben de ouders echter al de
gelegenheid gehad om hun
wensen voor plaatsing van hun
kind in het eerste leerjaar ken
baar te maken via een ant
woordbrief die ze toegestuurd
hebben gekregen of in een per-
Met de basisscholen houden we
contact. Soms, meestal in het
begin van het jaar, kan er voor
de mentor aanleiding zijn om
met de klassenleraar van groep
klas zitten 24 leerlin
gen, die van de basis
school een VWO-ad-
vies kregen en een
zeer goede Cito-score
hadden. Wat maakt
het onderwijs in deze
klas nu zo bijzonder? Eigenlijk
heeft ieder vak z’n eigen ‘plus*.
Bij de vreemde talen (Engels en
Frans) bijvoorbeeld wordt er
nauwelijks Nederlands gespro
ken. Wanneer ‘Ie professeur
entre' zeg je ‘Bonjour madame,
?a va?‘. En in het Engelse boek
is zelfs geen Nederlands woord
te bekennen! Ook de vakken
geschiedenis en Nederlands
hebben een extra spannend
boek, speciaal voor deze klas.
Bij andere vakken worden wel
ebben. Er wordt dan
esproken van dys-
iwel deze term lang
eetproblemen dekt),
ig wordt dan (als de
arvoor kiest) extra
Helaas bestaat dan
idrng soms alleen uit
van extra huis-
’eleiding), soms ook
een docent aange-
s op het Coene-
ege, die zich gespe-
heeft in remedial
ig die gemakkelijk
•e leerlingen om-
oor zijn medeleer-
gepest worden
lalprobleem. Een
leerling, een leer-
st makkelijk contac-
kwetsbaar. Zijn
em kan er toe lei-
j het mikpunt
i pesterijen en al-
te staan. Als ouder
dan wanhopig, want
kind zoveel en je
ngelukkig het is, dat
eer met plezier
al gaat en er geen
overblijven.
nlangs een nood-
ichtvorm van een
een basisschool-
threef:
Op het Coenecoop Colle
ge is een speciale studie
ruimte ingericht waar
leerlingen in alle rust kun
nen studeren.
De studieruimte beschikt
over vele naslagwerken,
die gebruikt kunnen wor
den bij de diverse studies.
De leerlingen varen er
wel bij.
-. van Alphen en
in der Straaten
I
ik weet echt niet wat
gaan doen, mis
met dieren of zo.”
de noodkreet van
in de decanenkamer,
th hartstikke leuk,
ieren doen”, reageer-
<ele decaan van vroe-
heb ik een folder van
I waar ze dierverzor-
:n. Lees die maar
De leerling op het
or? Niet dus.
lebben de meeste de-
;r zicht op keuzebe-
lan in het geval van
in bovengenoemde
e leerling kan niet
en enkel gesprek met
decaan beslissen over
n zijn leven. En alleen
jaar zal er per tien leerlingen een
(multi-media) computer beschik
baar zijn. Ook zal er jaarlijks een
bedrag worden gegeven voor on
derhoud en afschrijving van de
apparatuur, systeembeheer en
een ‘ICT-specialist‘.
De school heeft toegezegd om al
le docenten nog in 1998 een bij
scholing te willen laten volgen in
ICT vaardigheden. De docenten
krijgen cursussen in onder andere
'Internet' en ‘didactisch gebruik
van Multi-media'. Bij de introduc
tie van ICT in de lessen zullen de
‘speerpuntvakken* de talen en de
praktijkgerichte vakken in het
VBO zijn. Hierdoor wordt het
mogelijk dat, als in 1999 in de
schooi de ‘tweede fase* ingevoerd
gaat worden, de leerlingen daarbij
al direct volop gebruik kunnen
maken van de mogelijkheden die
geboden worden door computer
met CD-ROM, geluid en internet
aansluitingen.
Aan: coenecol@wirehub.nl Onderwerp: Guestbook.signed
Van: Gert-Wim van der Linden Toevallige voorbijganger
Wat een toeval. Dankzij de Yahoo WEB-search kwam ik plots bij m’n oude
school uit Ik ben in 1986 voor het VWO geslaagd en na wat studeren en zo ben
ik uiteindelijk in Califomië terecht gekomen. Een balletje kan raar rollen... De
web-pagina's zien er te gek uit en zijn zoals het hoort ook aan de andere kant
van de grote plas prima te lezen, en best wel snel zelfs.
Maar Patrick beschikt over een
goed verstand en heeft hiervan
verdriet
Hij weet zich geen raad maar
niemand die het ziet1
Als de kinderen van zijn dyslexie
zouden weten
Werd hij dan nog steeds voor
gek versleten?
Hoe bereik je klasgenoten en
ouders, hoe zegje pp school:
Op deze manier houdt Patrick
het niet vol!
Patrick en wij hebben moeten
leren
Zijn problematiek te accepteren
Wij gaan er keihard tegenaan
Op weg naar een zinvol be
staan!
Wij hopen dat als u het moeilijk
vindt,
Denkt ,,’t is mijn werk, maar
het gaat om zijn leven en hun
kind!”
Hoe kunt u en kunnen wij ons
kind terzijde staan?
Ons kind heeft RECHT op zijn
BESTAAN!
duidelijker en zo draagt het
schrijven van de brief bij tot
een scherper beeld van wat de
leerling in de toekomst wil.
Enkele weken nadat de brief
verzonden is, krijgt de leerling
een uitnodiging voor een solli
citatiegesprek. De leraar be
spreekt in de klas wat er bij
zo’n gesprek van een sollici
tant wordt verwacht. De ko
pie van de sollicitatiebrief is
daarbij het uitgangspunt.
dezelfde boeken gebruikt maar
ligt het tempo wat hoger, zodat
er tijd is voor allerlei extra op
drachten. Na een half school
jaar kunnen we gerust zeggen
dat zoals uit onderstaande
reacties blijkt de leerlingen
in klas 16A (want zo hebben
we de atheneum-plus klas ge
noemd) dik tevreden zijn.
het convenant ‘de Veilige
School* tussen de gemeenten
Waddinxveen en Boskoop, de
politie Holland-Midden en on
ze school is er veel rust in en
rond de school gekomen. Dan
begint de les. Wat er precies in
de klas gebeurt? De ene leraar
krijgt zijn verhaal beter over
het voetlicht dan de andere. Ik
beluister aan mijn kinderen dat
de sfeer in de klas in het alge
meen goed is. Met name in de
onderbouw bewaakt de men
tor deze nadrukkelijk. In ons
geval: minder ‘pest-ervaringen*
dan op de basisschool. De lera
ren kennen je kinderen. De
klassengroepstructuur biedt
een vorm van kleinschaligheid,
waarbij een vaste groep docen
ten samenwerkt in het belang
van een klein aantal klassen.
Het merendeel van deze do
centen volgt de kinderen door
de hele onderbouw heen. Ook
de sfeer lijkt zo een beetje op
die van een kleine school.
En dan is er het ‘samenwer-
t
f
4