i
Nieuws- en Advertentieblad por Gouda en Omstreken.
1876.
BINNENLAND.
BUITENLAND.
iels
proefd.
raten
Tanden
Bultenlaiidsch Overzicht.
Zondag 4 Juni.
!»BN Q
asta.
ieder.
water
t<7
?IP
TURKIJE.
GOUDSCHE COURANT
i
H
aar besUnd-
elheid voor-
n. Van alia
likste. Eea
cent*.
aanwezigs
vertrouwen
mban
1 teSe"
turende het
den adem. e«
vitten gluna te
bet tenddeeedi
ecn dugelijkich
e tendtteen «er
in helderheid en
perpet
Iwiteencben
en ia aan
aangewend
genezend ea
it. De flesch
Gouda by
i; te Oude-
ire plaatsen
zeggen over-
vertraanbg-
t van de ge
ls het injjn
naak beeft,
«n. In elk
gzamerhaud
cents.
2u
;he tandpijn by
Irt-nch, Wl W
nieuwe vorming
door ver «ter king
■en reinigt,
terwyl bel dut
Hof-Tandarts Z.
Veenen
SO Cent».
Mondwater lijn
Publicum
olge gehad, of
daarom waar-
r uaukoop eau
n-Preparaten
enk, winkelier
terdam by F.
ppeieyu C*.
ykte Utrecht
F. wan W ind
eler by T. J.
I A. Wolff.
liet rapport der commissie uit de Tweede Kanjer
naar aanleiding van de inlichtingen op het adres van
het Nederlandsche zendelinggenootschap is in druk
rondgedeeld. In dat adres wordt, gelijk bekend is,
daarover geklhagd, dat onder den schijn van neu
traliteit op de scholen voor inlanders in Néd.-Iudid
met den Islam wordt gekoketteerd, het christendom
uitgeworpen, dat, terwyl in schoolboeken, ter wille
van dc neutraliteit, de imam van Jezus, ook waar
M. den Kdnr
c Ar 2.
Taudplouibcer*
1der piju ia de*
d<n Tand e*
erder bederf ba-
GOUDA, 3 Juni 1876.
In de Staatscourant van 23 Mei jl. werd mede
gedeeld, dat de militaire en civiele bevelhebber in
Atchin drie kolonnes had doen uitrukken om de IX
Moekim van vijanden te zuiveren en de XXV Moe
kim van de XXII Moekim af te sluiten.
Thans is by het Departement van Koloniën een
telegram van den Gouverneur-Generaal van Neder-
landsch Indië ontvangen, dd. 22 Mei, waarby bericht
wordt dat de bedoelde tocht is geslaagd en een punt
in Beloel-zuid is bezet, zonder dat onzerzijds verliezen
werden geleden of veel tegenstand ondervonden werd.
(St.-cl.)
Staten-Generaal Tweede Kamer. Zittingen
van 1 eh 2 Juni jl.
De beraadslaging over het wetsontwerp tot afschaffing
van de kerkfabrieken werd in de zitting van Donder
dag voortgezet. De Minister van Justitie, nogmaals
het ontwerp verdedigende, deed tegenover den heer
Haffmans opmerken, dat de brief van den bisschop
van Roermond was eene herinnering aan een vroegere
missive, waarbij verklaard was, dat geen bezwaar
bestond tegen de afschaffing van het dekreet. Dat
gemeentelijke subsidiëu mogen behouden blijven was
slechts een weusch van den bisschop. Door den
Minister Heemskerk werd daarna aan den heer van
der Loeff geantwoord dat de Regeering geen bepaald
voorstel wil doen tot herziening van dc gemeentewet
u daarvoor zelf in de bres gesprongen en heeft ineen
langdurige rede de vermindering van het effectief van
het leger beatreden.
Een later bericht meldt, dat de Oostenrijlnehe de
legatie heeft toegegeven en de begroeting vaatgesteid
ia, bijna geheel overeenkomstig die van hetloopende
jaar. Van de hervorming*- en bezuinigingsplannen
der commissie is dus niets gekomen.
Bij de Spaansche Kamer is aanhangig een voor
stel am uit de schatkist een schadevergoeding van
16 millioen realen toe te kennen aan de spoorweg
maatschappijen die gedurende den burgeroorlog nadeel
hebben geleden. In de zitting van eergisteren heeft
de Minister van openbare werken dat voorstel onder
steund, maar het denkbeeld bastreden om haar ook
schadeloosstelling te verleetleii eoor de nadeelen door
het verlies van materieel geleden.
De latere berichten over de omwenteling in Turkije
hebben doen zien, dat de plotselinge val van Abdul
Azis niet het gevolg is geweest van de wensch der
bevolking, of van eene paleisintrigue; ook niet direct
uitgelokt door de Sofia’s.
Uit Weenen wowdt althans gemeld, dat de Sultan
eigenlijk is afgezet door de tegenwoordige Ministers
en den Sjeik-el-Islam en wel toen hij Weigerde uit
zijn particuliere schatkist de ledige krijgska» ie vullen.
Dit strookt met de inceuing, dat de geheele bewe
ging der Sofia’s eigenlijk door de tegenwoordige
Ministers werd aangestookt. De schat van den Sultan
speelt bij deze geheele lieweging een groote rol. De
bovendry veilde partij schijnt niets zoozeer te hebben
gevreesd, dan dat de Sultan en zyn raadslieden dien
zouden wegvoeren. Als nu maar de hooggespannen
verwachting aangaande dien schat niet tegenvalt.
Omtrent het tegenwoordig verblijf van den ex-Sultan
loopen allerlei tegenstrijdige geruchten. Sommigen
beweerden zelfs dat hij dood was en anderen, dat
hij gevlucht is aan boord van een Engelsch oorlog
schip. Uit Weenen wordt echter als zeker bericht,
dat hij zich in een zijner paleizen in verzekerde be
waring bevindt. Volgens de Times, is dit het oude
paleis, wat reeds sedert lang niet meer door de Sul
tans werd bewoond en thans gebezigd werd voor
een of anderen tak van bestuur.
Omtrent den opstand in Bulgarye meldt een officieel
telegram van den generalis'dmus^ dat in het district
Philippopcl de beweging geheel onderdrukt is en de
opstandelingen zich bij massa’s onderwerpen, terwyl de
gevluchte dorpelingen hnnne haardsteden weder op
zoeken. De gearresteerde hoofden zijn aan de bur
gerlijke autoriteiten uitgeleverd om door de justitie
te worden vervolgd. Mouktar pacha onderneemt weder
eene poging tot proviandeering van Niksicg, waar
heen hij met 30,000 man uit Mostar is vertrokken.
Donderdag zijn in dc Fransche kamer de discussion
geipend over de wyziging der wet op het hooger
on lerwys, welke Waddington, de minister, heeft voor-
gesttld en die zoozeer den toorn der clericalen hebben
opgewekt. Cassagnac heeft de bestaande bepalingen
verdedigd. De beraadslaging zou gisteren worden
voortgezet.
De verkiezing van Casabianca en prins Napoleon
op Corsikazijn goedgekeurd. De minister van oorlog
heeft een crediet van 260 millioen aangevraagd voor
herstel der grensversterkiugen en materieel.
De Duitsche Regeering heeft kennis gegeven, dat
zij aan de internationale technische Gotthard-spoorweg-
conferentie geen deel zal nemen en langs den gewonen
diplomatieken weg voorstellen in deze zaak verwacht.
De nieuwe president der Rijkskanselarij Hofmann
heeft zyn betrekking aanvaard.
De Pruisische Landdag bracht Dinsdag de tweede
lezing van de wet op de sladsgemeentebesturen ten
einde. Woensdag werd een aanvang gemaakt met de
derde lezingvoor het begin der beraadslaging
deelde de afgevaardigde Bethusy-Huc namens de vry-
conservatieven mede, dat de wijzigingen, bij de tweede
lezing aangebraeht, de wet voor hem onaannemelijk
maaktenook meende hy dat ’t den Landdag te
druk werd gemaakt door de Regeering. De minister
vim binnenlandsche zaken antwoordde, dat het minis
terie zelf zyn uiterste kracht inspande; wat de stads
gemeentewet betrof, had ook de Regeering verschil
lende bezwaren, daargelaten nog de vraag of het
Heerenhuis de zoo gewijzigde wet zou aannemen; hem
was echter medegedeeld, dat er bemiddelende amen
dementen in aantocht waren, waarmee de Regeering
zich wellicht kon vereenigen. De meerderheid scheen
ar echter anders over te denken, want bij de derde
lezing werden de besluiten, bij de tweede genomen,
grootendeels gehandhaafd.
De Oostenrijksche delegatie heeft de behandeling
van het budget van oorlog hervat. Zooals men weet,
is het er om te doen haar te bewegen terug te ko
men op haar votum, waarbij het amendement Sturm
werd aangenomen tot vermindering van dat budget, en
de voorstellen der Regeering aan te nemen. Andrassy
Abdoel Azis, de thans af gezette Sultan, kwam 25 Juni
1861 op den troon, als opvolger van zijn broeder, wiens
zoon bem nu vervangt. Hij regeerde dus nog geen 15
jaar. Lang genoeg iutusscheu om het Rijk op deu ratid
van het verderf te brengen, terwyl toch zijne komst
op den troon beschouwd werd als het redmiddel voor
Turkye. Men dacht toen, dat het land reeds zoo
diep mogelijk gezonken was au verwachtte alles van
den nieuwen Sultan. Intusschen heeft zijne regeerig
getoond, dat er nog grootera ellende mogelijk was.
In 1861 had Turkije eene betrekkelijk kleine schuld
en namen zijne inkomsten geregeld toe. Onder de
Regeering van Abdoel Azis is leening op leening
gevolgd, en wat het ergste de opbrengst is groo-
tendeeh veitwhr Berst in eren laatsten tijd werd
dit van algemeene bekendheid en let Turksche bankroet
is wel de hoofdoorzaak vnn des Sultans val. Een
aanzienlijk gedeelte van de schuld is in Turksche
handen en toen de renten niet meer werden betaald,
gingen ook den versteksten Mohammedaan de oogen
open. De algemeene verontwaardiging over dit wan
beheer gaf den vreesachtigsten moed en leidde tot de
bekende vergaderingen der Softa’s. Toen de Sultan
aan hunne eischen geen den minsten wederstand bood
en dus duidelijk zijne onmacht was gebleken, waren
ook de dagen zijner heerschappij geteld.
Maar nu onder algemeene toejuiching der bevol
king een nieuwe Sultan werd gekozen, mag wel eens
worden herinnerd, dat 15 jaren geleden de naam
van Abdoel Azis Effendi met dezelfde blijdschap werd
begroet, als nu de naam van Moerad Effendi, die
als Sultan Moerad V. de troon beklimt.
tot aanvulling van leemten in die wet of tot het
verleenen van subsidiën aan kerkelijke gemeenten,
zijnde dit eene zaak die nauwgezette overweging
verdient, terwijl daarenboven nog veel omvattende
onderwerpen bij de Kamer aanhangig zyn. Voorts
verdedigde hij het ontwerp uitvoerig.
De algemeene beraadslagingen werden gesloten door
de aanneming met 37 tegen 26 stemmen van een
motie van den heer Schimmelpenninck van der Oye.
Ari. 1 (beginsel der afschaffing van het decreet) werd
aangenomen met 41 tegen 21 stemmen. Artt. 2 en 3
werden goedgekeurd. Op art. 4 is voorgesteld een
amendement van den heer Bergmann, strekkende om
het gebruik van de pastorijen of woningen, die de
burgerlijke gemeenten verstrekken of de daarvoor in
de plaats tredende gemeentelijke subsidie te bestendigen,
rtuecl, niet voor tien jaar.
heer Godefroi en de minister van binnenlandsche
zaken hebben dit amendement als ongrondwettig en in
strijd met de autonomie der gemeenten beatreden.
Het amendement-Zinnicq Bergman op art. 4 is toen
verworpen met 42 tegen 15 stemmen.
Art. 6 bepaalt, dat gedurende 10 jaren door den
Staat aan kerkgemeenten of bedienaren der
godsdienst voor te lijden verlies een afloopei
moetkoming zal verleend worden, die
eerste jaar 14,000 zal bedragen.
Door de heeren Bieberstein en Arnoldts is als
amendement voorgesteld’ om die som op f 28,000
te brengen.
De heer van der Kaay heeft een amendement voor
gesteld dat niet de Staat, maar de gemeenten, thans
daartoe verplicht, het eerste jaar een som zullen be
talen gelijkstaande met het gemiddelde bedrag van
het in de 5 laatste jaren tot dat doel uitgekeerde,
en verder afloopende in 10 jaren.*
Het laatste amendement, sterk ondersteund door
deu heer van der Loeff, werd door de Regeering sterk
bestreden, als zijnde het juiste gemiddelde der nn
verstrekte subsidiën door de gemeenten.
Het amendement-van der Kaay is verworpen met
41 tegen 23 stemmen; het amendement-Bieberstein*
Arnolds met 44 tegen 21 stemmen.
Art. 6 van het ontwerp is onveranderd aangenomen
met 40 tegen 25 stemmen. De gehëele wetsvoordracht
aangenomen met 36 tegen 29 stemmen.
In de zitting van gisteren is ingekomen een wets
ontwerp houdende nadere bepalingen omtrent het
muntwezen in NederL-Indie (invoering van het goud
met geschorste zilveraanmunting).
De algemeene beraadslaging over het ontwerp tot
wyziging van het cassatie-prooes is geëindigd na
discussie, waarin de minister van justitie het hoofd
beginsel van het ontwerp: afschaffing van den pro-
curant in cassatie en wijziging der procedure in
cassatie, had verdedigd. Dinsdag voortzetting.
Het bovenvermelde Wets-ontwerp, houdende naders
bepalingen omtrent het muntwezen in NederL-Indis
bevat o. a. het volgende:
’s Rijks muntspeciën in N.-Indië zijn gouden en
zilveren standpenningen, zilveren en koperen pasmunt
en gouden negotiepënningun.
De gouden standpenningen zijn het tien- en vyf-
guldenstuk, zoo als die zyn voorgesteld in het ont
werp der muntwet voor Nederland. De zilveren
standpenningen zyn de gulden, de rijksdaalder en do
halve gulden, zooals zy volgens de wet van 1847
in omloop zyn. De bevoegdheid tot aanmunting van
zilveren standpenningen, ook voor rekening van den
staat, wordt geschorst. De gouverneur-generaal is
bevoegd, in overeenstemming met voorschriften door
den koning te geven, zilveren standpenningen, na
outmunting, te verkoopen. De gouden negotiepen-
ningeu zijn de gouden dukaat en de dubbele dukaat.
De wet treedt in werking 1 Januari 1877.