N Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. ffi, I, IDAM. 'I 1876. N 1853. BUITENLAND. Woensdag 12-Juli. SS. nerlcaln, 1 Buitenlandse!! Overzicht- to De üuenrting van advertenttön kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave. ing ?en e aken recht, indelaar e> ^0 ichten GOUDSCHE COURANT bruiker over- e- r wereldlijk gézag aflevering tuaschen i is nog worden berekend naar plaatsruimte. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. ADVKBTENTIÊN worden geplaatst van 1—5 regels a 50 Centeniedere regel meer 10 Centen. GROOTE LETTERS nets ten VAN Dl i morgen» icbmarkt, te Parjjs bij Ch'. 'oiffeurs. a Zwart, men de alt niet, e 1.50 «luw staan ter mocht inlg over- eeat."/ied. idstrjjd te ncurrentie «houden te de prjjzen Adriancb dewerkten, ie: i grasmaai- iprake ge- ezeten, en •oeving en De uitgave dezer Courant geschiedt ZONDAG, WOENSDAG en VRIJDAG. In de Stad geschiedt de uitgave in den avond van DINSDAG, DONDERDAG en ZATER DAG. De prgs per driemaanden is f 1.75, franco per post 2. omstig ia DNG Az. I nre te spre- A. W. VAN MONTENBQBO Montenegro ia niet liet kleinste landje in ons we relddeel, maar stellig het Icleinste landje iu Europa, dat in staat is den oorlog te verklaren. Bij de laatste volkstelling (1864) bedroeg het cijfer der be volking 196,000 zie’eu. Niet veel dus, en toch te veel wanneer men let op hetgeen een landje vóórt brengen kan, dat bij een lengte van ongeveer 60 Engelsche mijlen (een. Engelsche mijl heeft 1660 meter en is dus ongeveer een kwartier lang) een breedte van 35 Engelsche mijlen heeft. Het is doorsneden door de kalksteenen ruggen der Dinarische Alpen en een waar doolhof van nauwe valleien. De Montene- grijnen zeggen; toen de aarde werd geschapen en steenen over de aarde werden uitgestrooid, barstte de zak, waarin de steenen geborgen waren, en alle vielen op Montenegro. Montenegro is de naam door de Venetianen aan deze landstreek gegeven en een vertaling van „Czernagora," dat in de taal des lands het zwarte gebergte beteekent. Zeer juist is op dit oogenblik die naam niet. Althans niet voor wie van den kant der Adriatische zee zijn oog op de grijs- gekleurde heuvelen laat rusten. Doch waarschijnlijk heeft de sombere tint der pijnboomwouden, die vroe ger deze heuvelen bedekten, tot den somberen naam aanleiding gegeven. Het uitsluitend bergachtig karakter van het Land heeft de Montenegrijnen arm doen blyven, maar vrij tevens. Zonder de vlakten kunnen zij niet leven; en juist uit het liezit der vlakten dreigt hun, in de tegenwoordige politieke omstandigheden, het verlies der vrijheid. Hoofdzukelijk houden de inwoners zich op zeer primitieve manier met landbouw, wijnbouw eu visch- vangst bezig. Huiden, wol, wildbraad, gedroogde en gerookte visschen, gedroogd vleesch, geel verf hemt zijn de voornaamste uitvoerartikelen. De Montenegrijnen behooren tot den Servischen stam, maar het onrustig leven in het hooge gebergte drukt een eigenaardigen stempel op dit volk. Ze zijn woest, strijdlustig en steeds gewapend. De gördel van den herder is vol pistolen en dolken, eu de landbouwer spit zijn akker, met een geweer op den rug hangend. Oog om oog en tand om tand is de spreuk, die voor hen het begrip van alle rechtvaardigheid omvat. De voornaamste sieraden in dc woningen zijn wapenen en de schedels van verslagen vijanden. De rykdom bestaat meest in schapen en geiten, die zij ’s winter», bij geb'rek aan voedsel, in de Oostenrijksche stad Cattaro verkoopen, terwijl ze in het voorjaar ze weer aan hun buren ontrooven. Er is geen enkele ommuurde stad, maar ongeveer driehonderd dorpen, die elk onder een hoofdman staan, en zoodra het gansche land moet worden geraadpleegd, komen die hoofdlieden bijeen op eene weide bij Cettinje, de hoofd plaats. De regeering is zoo goed als republikeinsch- monarchaal. Het wereldlik en geestelijk bestuur be rustte tot voor korten tijd bij een prins-bisschop, die den titel van „Vladika* droeg, en die een dertig’ jaar geleden in prent werd voorgesteld iu geestelijk gewaad en met een geweer op den schouder. De laatste dezer prins-bisschoppen amuseerde zijn gees telijke kudde met een appel in de lucht te werpen en dien in zijn val te schieten. In 1851 werd het geestelijk en wereldlijk gézag gescheiden, het hoofd van dit laatste „Vorst* ge noemd, wetten in het leven geroepen doch niet zonder dut deze nieuwigheden op verzet stuitten. Nog in 1836 werden de misdadigers op de volgende eigen aardige wijs ter dood gebrachteen honderdtal Montenegrijnen, tot verschillende districten behooreud, gingen om de veroordeelden staan en losten tegelijk hunne geweren op hem, opdat de betrekkingen van den ter -dood gebrachte niet zouden kunnen zeggen, deze;of die heeft onzen bloedverwant gedood. In 1855 kreeg het land een burgerlijk- en straf wetboek. De inkomsten en uitgaven bedroegen on geveer 120,0 00 gulden. De vorst ontvangt jaarlijks van Rusland een jaargeld van 8000 dukaten en vftn Erankrijk een van 50,000 fr. Behalve de lijfwacht van den vorst bezit het land van de zwarte bergen geen staand leger. De verdediging des lands is aan allen opgedragen, die de wapenen kunnen voeren en wier aantal op 20 tot 25,000 wordt geschat. Toen -de Turken in 1389 het grootste deel van Servië veroverden, stietten zij het hoofd voor Monte negro, waarover de nakomelingen van een schoonzoon van den Servischen monarch Lascarus bleven heerschen. Sinds zijn de Montenegrijnen altoos in oorlog met de Turken geweest, overal waar zij maar konden bondgenooten zoekende. Zij plaatsten zich in 1710 onder de bescherming van den Russischen keizer. Peter de Groote nam dit beschermheerschap aan, dat zich voornamelijk hiertoe bepaald heeft, dat de Rus sische keizers den vorst-bisschop inzittenden, geld, godsdienstige boeken en bisschoppelijke kleederen zonden. Toen iu 1852 Daniëlo Petrowitch tot vorst benoemd was en Montenegro door Rusland als een onafhankelijke Staat was erkend, trachtte Turkije zijn vermeende rechten te laten gelden. Er ontbrandde een bloedige oorlog eu Omar-Pacha, die met 30,000 man het land wilde binnenrukken, ontmoette een zoo wakkeren tegenstand, dat de Porte bevel gaf tot den terugtocht en Montenegro’s onafhankelijkheid erkende. In 1862 kwam het weer tot een oorlog, toen de Montenegrijnen den opstand in de Herzegowina on dersteunden. De Turken drongen toen het land binnen, bezetten Cettinje en legden den Vorst vrij gunstige vredesvoorwaarden op. Sinds 1860 staat Vorst Nicolaas I, die iu 1841 geboren werd, aan het hoofd van dit oorlogzuchtige landje. De manier, waarop de Montegrijnen oorlog voeren, j zeer oorspronkelijk. Eu M ontenegrijn vraagt nooit om genade. Wordt iemand zwaar gewond en kan uien hem niet uit ‘s vij.mds handen redden, dan snijden zijn makkers he n het hoofd af. Wie i’t ’s vijands handen v alt, be ch itiwen zij als dood. Hun gevonden dragdu zij op d. schouders uit het gevecht. Wapenen, een weinig brood en kaas, een beetje knoflook, brandewijn, een oi*d kleediugstuk, een paar schoenzolen van ruwe huideu vervaardigd ziedaar Weder is de Fransehe Kamer het tooueel geweest van onstuimige debatten. Het gold nu de verkiezing run den heer Peyrusse, den Bonapartistischen candi- daat iu het dep. Oer». Hevig roer de Casaagnao uit tegen de republiek en den republikeinschen candidaat. zoodat de voorzitter genoodzaakt was hem tot de orde te roepen. In het belang des lauds zouden de par tijen wel doen deze kloppartijen te staken. De verkiezing werd door de kamer met 334 tegen 139 stemmen onwettig verklaard. Daargelaten of de republikeinsche linkerzijde, in bet bewustzijn harer groote meerderheid, niet beter deed dit vernietigen vim verkiezingen eindelek eeiu te staken, is het dui delijk dat zij daardoor de Boiuipartisten tot nieuwe heftigheden uitlokt. De uederhuig, welke de Bouapartisteu dezer dagen herluuldelyk in de Kamer hebben geleden, is niet het eenige, waarover de n publikeiueu zich hebben te verheugen. Behalve eukele ouverzoeidijkeu, hebben alle fraotiën der linkerzijde de noodzakelijkheid iuge- zien om, in zake de gemeentewet, met het Kabinet te stemmen. Ten einde dc overeenstemming op dit punt nog meer volkomen te maken en een plan voor den veldtocht vast te stellen, zou de republikeinsche linkerzijde eergisteren eene bijeenkomst houden. Dc keizer van Rusland hieft den keizer van Oos tenrijk te Reichstadt bezocht. Volgens de telegraphische berichten was de ontmoeting allerhartelijkst. Natuur- lijk geldt de warmte der keizerlijke vrieudsohapsbetuigiu- gen al» eea weerglas voor de politiek. De weerprofeten verzekeren, dat nu de politieke barometer bepaald vrede aanwijst. Uit Engeland meldt men alleen dat de regeering, blijkens haar antwoord op eene vraag van deu heer Wolff, zich niet iu staat ziet om den slavenhandel in de havens der Roode zee te beletten, al zij u dan ook de slavenmarkten op haar aandringen opgeheveu. Zij zal echter opnieuw, ook bij de Oostenrijksche eu andere stoombootmaatschappijen, die er naar het schijnt geen bezwaar in zien om zich met dien onmen- schelijken handel te verrijken, pogingen aanwenden om het doel dat Engeland reeds sedert bijna eene eeuw nastreeft, uitroeiing van allen meusoheu- handel, ook iu de Roode zee te bereiken. Iu Oostenrijk geven de Hongaren steeds lucht aan hun haat tegen de Serveu, iugegeven door de vrees voor de oprichting van een groot Servisch Rijk. De afgevaardigde Miletics is onder militair geleide overgebraobt uaar Pesth; volgens latere be richten is zijn arrestatie niet geschied op grond van een krantartikel, maar op de beschuldiging van hoog verraad. De Servische officiééls berichten blijven van over winningen spreken, terwijl van andere zijde juist het tegendeel verzekerd wordt. Vooralsnog is niet uit te maken, wie gelijk heeft. De Spaansche couranten geven bijna zonder uit zondering artikelen over de nieuwe grondwet die, door den Kotring bekrachtigd, reeds is uitgevaar digd. De „Impdrcial’* is over *t geheel met de nieuwe constitutie ingenomen, maar beklaagt zich tan den anderen kant, dat er zooveel achterdeuren «ju, waardoor de Régëeririg de vrijheid der burgers tot een illusie kan maken. De ultramöntaansuhe „Espauol* constateert met genoegen, dat de nieuwe grondwet evenals de Syllabus 89 artikels telt. In een brief, waarin de heer Hayes verklaart, de candidatuur voor het presidentschap der Amerikaan- sche Unie te aanvaarden, zegt hij tevens zich volko men met de resolutiën, te Cincinnati genomen, te vereenigen. Hij belooft eene radicale hervorming van het burgerlijk bestuurverklaart zich voor een enkeleu tennyn van het presidentschap, en dringt aan op de hervatting der betaling in specie, hetgeen noodzakelijk is voor de welvaart des lands. Het Zuiden heeft behoefte aan vrede. Hij zal trachten, krachtig bij te dragen tot de suprematie der wet, tot de erkenuiug der rechten, van allen door allen, tot gelijke be scherming van de belangen der blanken en zwarten en de wegneming van elk onderscheid tuaschen Noord en Zuid.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1876 | | pagina 1