ADVERTENTIÊN.
POLITIE.
Burgerlijke Stand.
ECHTYEREEN1G1NG
ECHTVEREEHIGÏNG
SABA BOTH.
Hunne Dankbare Hinderen en
Kleinkinderen.
bgureu es van oruaiaeuteu zyu lervangeu door frag
menten, welke daaraan volkomen vreemd syn. Een
hoofd wordt somtyds vervangen door het hoofd van
een andere figuur. Men kladt vaak verf op stokken
wit glas, die de verloren fragmenten moeten vervan
gen. En toch ware niets gemakkelijker dau deze re-
stauratie. Volgens Van der Aa worden de teekenin-
gen van-deae meesterstukken nog in een van de
ïoldera der kerk bewaard.
«Men kan de Iiollandsche Regeering niet genoeg
de verplichting voorhouden oui, onverschillig op welke
wijze, bij een uo ongélukkige restauratie tuacheu-
beide te treden. Het ia haar plicht te handelen tegen
daden vhu vandalisme, waar die zicli ook mogen voor
doen. Een kunstgewrocht behoort aan een geheel
land, niet aan een kerkbestuur."
Tot zoover de heer Piot.
Ziedaar in enkele woorden de restauratie der glazen,
aooab die thans geschiedt, afgekeurd. Wij voor ons
rijo niet bevoegd om een beslist oordeel uit te spreken,
welke wijze van restaurecreu de beste is, die, welke
hh. kerkvoogden iu practyk brengen of die welke'de
ommisaiu vnn ryks-advisi urs weuscht. Maar dit is
zakcr, wanneer de heer Piot in bovengenoemd artikel
spreekt van vandalisme, van kladden van verf op
stukken u it glas, van het vervangen van fragmenten
door anderen, die daaraan geheel vreemd zijn, dan
overdraft hij de zaak schromelijk, echter niet vreemd
in iemand, die volgens zijn schrijven de zaak goed
onderzocht heeft in Gouda zelf en dan nog van
van der Aa moet hooren dat de teekeningen van de
meeste stukken op een der zolders worden bewaard
Had by werkelijk gedaan wat hij zegt, de zaak'
onderzocht, dan ware hem dadelyk gebleken, dat dje
teekeningen niet op den een of anderen zolder worden
weggestopt,maar met groote zorgvuldigheid worden be
waard in blikken doozen, daarvoor uitnemend geschikt.
Nog eens walreten niet of de restauratie geschiedt,
zooals 't behoort, maar dat zy niet zoo onziunig is,
als de heer Piot meent, blykt ook hieruit dat de
vroegere commissie der Kon. academie van wetenschap
pen n*. waarin de hh. Leemans, Moll en Rose zitting
baddeu, steeds met grooten lof gewaagden van de restau-
*<*ie, z-k) zelfs dat zy ondersteunden een verzoek tot
igkswbsidie.
Dat wy dit niet oit de lncht grijpen willen wy be
wijzen, door aan te halen het F»rslag (over 'tjaor 1871)
V0M de Commissie der Kon. Jkadeaue van ictltntchap-
j ft*, tol tut opsporen, hef behoud en het bekendmaken
van de Overblijfsels der Vaderlandsche Kunst uit
vroegere tijden.
Daar lezen wy op Pag. 44. Glazen met inge-
d icki/dertcerk in de Groote Kerk te Gouda. Om
trent de lofwaardige maatregelen door kerkvoogden
genomen, om de wereldberoemde kerkglazen, tegen meer
i n meer dreigende beschadiging, misschien voor vele
xcgrn volslagen vernietiging, te behoeden, en omtrent de
alleszins doelmatige wijze waarop zij dat oogmerk trach
ten te bereiken, werd in het Verslag van het vorige jaar,
blz 4951, bericht gegeven. Aan het voorstel, dat de
Commissie, op grond van het persoonlijk onderzoek van
twee barer leden, de vrijheid nam tot den Minister van
Biuneniandsche Zaken te richten, ten einde de kerk
voogden iu de voor hun beheer te zeer drukkende kosteu
ecuige ondersteuning van Regeeringswege mochten
erlangen, werd een gunstig gehoor vt.leend. Ook voor
ue vensters, die in het thans loopeude jaar in orde zijn
gebracht, heeft de R< geering, nadat de wijze van uit
voering op haar verlangen van wege de Commissie
onderzocht, en daarbij gebleken was, dat het werk met
even dengdelijken uilslag als vroeger was voortgezet,
eene gelijke geldelijke ondersteuning, waarbij wederom
de helft van het Genood igtle bedrag gedekt werd, be
schikbaar gesteld. Iu bet geheel moesten 44 vensters,
op de wyze zooals die in het vorige verslag werd opge
geven, gezuiverd en hersteld worden; van deze 44 be
vinden er zich 13 boveu in den lichtbeuk van het koor,
de overige in den dwarsbeuk en dp zijbeokec. Een negen
tal was reeds in orde gebracht, voor dat de ondersteu
ning der Regeering ingeroppen en verleend werd. sedert
zyn nog vier veusters -afgewerkt en was in de vorige
maand een vyfde voor de helft gereed gekomen. Lang*
saam,doch onverpoosd, met zorg, liefde eu geduld wordt
de taak voortgezet; onder het belangstellend beheer van
een verlicht kerkbestuur, dat in de behartiging dezer
laak de billijkste aanspraak hetfc op den dank, niet
alleen van de Goudasche hervormde gemeente, maar van
ieder landgenoot, die een warm hart heeft voor den
roem van het vaderland op het gebied der knust."
Voorts kzen wij nog in net Verslag van het Voor
zittend Ui, betast mei de afdoening der nog loopende
bemoeiingen van de opgeheven commissie der Kon. acad.
mm Wetenschappen tot het opsporen, het behond en
bekend mnken van de over hijfsets der vaderlandeche kunst
over 1871 tot 187?, 't volgende:
tieumaal werd nog van Regeringswege mijne bc-
mocing iu mijne betrekking tot de commissie mge-
ruepen, eu wtl ter beoordecling van de deugdelijkheid
der herstelling van twee rameu in de $t. Janskerk
te Gouda. Met betrekking tot de maatregelen door
kerkv oogden genomen cun du. hoogst belangrijke kunst
schatten tegen beschadiging en bederf te behoeden,
kan ik verwijzen op de laatste verslagen der commissie
iu het jaarboek 1870, blz. 4951 eu 1871 blz. 44
en 45. Van de vier eu veertig vensters wier zuive
ring eu hcrstalliug ondernomen worden, waren in het
vorige jaar reeds dertien: 1, 2, 3, 7, 8, 11, 12, 18,
22, 23, 26, 27 eu 28, geheel in orde gebracht.
Sedert was wederom aan twee ramen, 24 en 25, de
arbeid met dezelfde zorg en nauwkeurig volbracht.
Ik kon dus, op grond van mijne bevinding pa op
zettelijk onderzoek, een alleszins gunstig verslag aan
den Minister van Binuenlandsche Zaken uitbrengen,
en de inwilliging van den wensoh van kerkvoogden
om ook voor de kosten van het herstel van deze
twee vensters van Rijkswege wederom eene geldelijke
ondersteuning te erlangen, onvoorwaardelijk aanbe
velen. Die ondersteuning is dan ook, by kou. besluit
van 17 Januari ji. no. 13 verleend, en moge het
Kerkbestuur""*dat zulk een uitmunteud bewys geeft van
wanne liefde en verstandige zorg voor de uau zijn
beheer toevertrouwde kunstschatten, bemoedigen, om
op den zoo loffelijk ingeslagen weg voort te gaan.
Het verwerft zich in zijne bemoeiingen iu deze zaak,
eene duurzame aanspraak op den dank van allen,
wien de roem van het vaderland op het gebied der
kunst ter harte gaat." (Pag". 2536).
Wanneer zoo gesproken wordt door deskundigen,
dan gaat het wat ver, met een enkel woord de
handelwijze van kerkvoogden ten eenenmale te ver-
oordeeleu, zonder daarvoor gegronde bewijzen bij te
brengen.
Den lOden Augustus 1876 heeft aan het Minis
terie van Buitenlaudsche Zaken de onderteekening
plaats gebad van eene c >n vent ie tusscheu Nederland
en Monaco, tot wederkeerige uiüeevering van mis
dadigers.
Tot de werkzaamheden, die op 's Rijks werf te Am
sterdam verricht worden, zal weldra ook behooren het
gieten van bronzen geschut. Een afzonderlijk gebouw
met smeltoven, gictput enz., wordt binnenkort voor dit
doel opgericht.
Het heeft Z. M. den Koning behaagd aan de ver-
eeniging: «Het Nedejrlaudsch Tooneel" voor het too-
neeljaar 1*76/77 een subsidie te verleenen van
ƒ5000, ten behoeve van den Stads-schonwburg te Am
sterdam en van/10,000, ten behoeve van het Holt.
tooneel te 's-Graveubage.
De nieuwe bepafti'gen omtrent (ie verapudi ig van
visitekaartjes worden veelal nog niet goed begftpen.
Men mag kaartjes van allerlei grootte ouder kruis
band verzenden, mits met 1 ets. postzegels gefran
keerd. Die kaartjes echter, welke de stevigheid van
eene briefkaart bezitten, minstens 9 cM. lang en 6
cM. breed zijn, kunnen op de achterzijde van adres
en postzegel voorzien en aldus zonder kruisband ver
zouden worden. Voor heu, die geen duimstok by
de hand hebben, kan de opmerking dienen, dat de
briefkaarten 12 cM. lang eö 9 cM. breed zijn, zoo
dat de bedoelde visitekaartjes minstens de helft der
grootte van eene briefkaart raoetën bezitten.
Zondag den 2/a Auvrstns e. k zal het zestig jaren
geleden zijn, dat de Nederlaudscbe vloot ouder bevel
van den admiraal baron Van de Cappelle, vereenigd
met de Engelsche zeemacht onder het bevel vau lord
Exmouth, de roemryke overwiuniug bevocht tegen
de Algerijnen voor Algiers en meer dau duizeud
Christenen uit de slaver..ij verloste. De état-niajors
van de schepen der Neder ancischo vloot telden geza
menlijk 122 personen en naar wij vernemen zijn van
dit getal ou na zestig jaren tijdsverloop nog slechts
vier in leven; de oudste dezer is de vice-admiraul
Bijl de Vroe, adjudant van Z. M. in buitenge women
dienstvoorts de sehoot-bij-nacht graaf van Limburg
Stiruiu, de kapitein-luit .-ter-zee van der Schaaf en
de oud-zte-officier P. Damast van Citters.
Aanst. Maandag zullen de werkzaamheden voor
het slaan van koperen munt aan 's Bijks Munt weder
een aanvang nemen. (V, D.)
Uit Helleroetsluis Wordt gemeld:
Ook hier ter plaatse weigert men vrij algemeen
de Belgische centen in betaling aan te nemen. Van
Rijkswege wordt echter voortgegaan met de uitbetaling
met Belgische ceuten, o. a. Dinsdag 11. aan een aantal
werklieden van 's Ryks Werf, hetgeen dan pok een
algemeen gemor veroorzaakte.
In ons bericht over de aumstie betreffende het
gyranastiek-onderwys aan de H. B. school te 's Hage
is medegedeeld, dat de Commissie van toezicht het
met den directeur eens was dat niet aan den wensch
van den Minister kan voldaan worden. Dit is eene
vergissing. De Commissie wenscht juist wat de'
Minister wil. Zij is het, die den wensoh het eerst
uitsprak om het gymnastisch onderwijs te doen geven
tusechen de anderen lesuren in. De Commissie, de
inspecteur dr. Steyu Farvó en Burgemeester en Wet
houders waren het daaromtrent eens. De direeteur
weigerde. Maar hij stond geheel alleen.
Men schrijft uit den Haag
Na zijne terugkomst in de residentie heeft de heer
Kappeyue van de Ci.ppello een onderhoud met den
Directeur van het kabinet dee koning, gehad. Men
verwaeht, dat hij weldra door Z. M. tal worden ge
raadpleegd over de oploaaing der mini,terieele crisia.
De heeren De Jong, De Eniter Zylker, Wybenga
Gever, Devnoot en Schepel, leden van de Tweede
Kamer, hebben aan die vergadering voorgesteld ge
bruik,, te maken van het recht van enqnête en dat on
derzoek te doen honden omtrent de besmettelijke long-
ziekte onder het rundvee.
De voorstellers geven in overweging dat onderzoek
omtrent de volgende vraagpunten te doen ioopen.
1. Welke is de gezondheidstoestand van het rund
vee in Nederlaud, met betrekking tot de besmette
lijke longziekte?
2. Welken invloed hebben daarop gehad de wer
king en uitvoering der wet van 20 Juli 1870
(Stbl. no. 131) en der kon. besluiten dairop gt-
baseerd, in verband met de wetten van 8 Juli 1874
(Stbl. bo. 98 en 99)?
3. Welke zijn de oorzaken, dat de maatregelen
van overheidswege, sedert de invoering vau die
wetten en besluiteu genomen, in s xnmige gewesten
en gemeenten gunstige uitkomsten hebben opgeleverd
terwijl zy elden hunne werking in meerdtre of
mindere mate misten
4. Kuuneu er van overheidswege maatregelen wor
den genomeu om deze nationale rump met zoodanig
gevolg tr bestryden, dat zij wordr jvergeaomen of
all hans zoozeer gefnuikt dat de belemmerende be
palingen, die ook den veehandel en de scheepvaart
beuadeelen, kunnen worden opgeheven?
In de Memorié van Toelichting tot dit voorstel
spreken de heeren de Jong c. nn na eën gezet onder
zoek eu rijp beraad, de bcweriug uit, dat niet alleen
de nu est doelmatige middelen, om voorgoed rpet de
longziekte onder het rundvee af te rekenen, nog nirt
aan het licht zyn gekomen, maar ook dat iu
weerwil vau den ijver van het Staatstoezicht nog
geene gevestigde overtuiging bestaat omtrent de ver
schillende oorzaken die in verschillende gewesten en
geineeuten op het ontstaan, den aard, den loop, de
verbreiding en de beteugeling van de longziekte van
beslissenden invloed zyn of kunnen worden.
Het bestaan van de onzekerheid kan huns iericas
alleen worden opgelost door het onderling vergelijken
van de getuigenissen vau deskundige mannen uit
vele oorden des lands en het samenvatten der resul
taten van hunne ervaring tot een volledig en degelijk
verslag.
Door het hooren van getuigen en deskundigen oit
alle oorden des lands opgeroepen, om de resultaten
vau hunne waarneming en degelyk onderzoek aan
te brengen, wtusohen de voorstellers de noodige ken
nis omtrent deze. voor den veestapel eu vtehandel
zoo gewichtige zaak te verkrygen.
De Staatscourant vau 10 Augustus behelst de janr-
lijksche opgave omtrent de sterkte van den 1 sten ban
der schuilenden. Blijkens dezen staat was de sterkte
van den eersten ban der dicustdoeude schutleryiu
met inbegrip vau de* reserve, op 1 Januari j.l.? die
der eerste categorie 26,722 man, die der tweede
categorie 14,967 man, te zameii 41,696 man. Van
dit getal manschappen hebben 10,174 derhalve ua-
genoeg l/4 vnn het geheel, vroeger, hetzij als onder
officier j)f korporaal, hetzij als gewoon soldaat of
milicien, bij het leger gediend.
Qp 1 Januari 187o bedroeg de sterkte vau den
eersten ban der dienstdoende schutteryendie der
eerste categorie 25,921 man, die der tweede cate
gorie 16,198 man, te zamen 42,119 man.
Iu de groote kruidenierswinkels te Amsterdam
loopt het storrii, om van de Belgische centen af te
komen. Andere winkeliers wisselen ze op: 100 Bra-
banters voor 80 Nederlanders; aan kruiwagens is de
verhouding nog sterker: 3 Brabanters voor 2 Neder
landen. En dit alles terwijl honderd Brabanters toch
altyd vyf-en-negentig cent waard zijn, ook al bleef
meu er eens mede zitten, wat nog twijfelachtig is.
(Handelsbl.)
By gelegenheid van de opstyging van den ballon
«De Nederlanden" bestuurd door den aeronaut de
Pauw, op Zondag 6 dezer te Nymegen, werden proef
nemingen gedaan met den mist- of zeehoorn volgens
het Systeem van den heer Lefébre van 's Gravenhage,
welke proefnemingen in hooge mate hebben voldaan.
Het geluid of wel de toon door dezen misthoorn
voortgebracht, werd door de luchtreizigers," voor wie
reeds alle geluid of geraas van het benedenaardsohe
had opgehouden te bestaan, nog duidelyk waarge
nomen op den hoogen afstand van 1316 meter,
ongerekend den afstand dien de ballon, reeds voor
den wind afgedreven, had afgelegd en dat de boven*
aardsche reizigers op dat oogenblik een wolkenlaag
doorkliefden.
Dit resultaat ten behoeve van zeevarenden en tot
het verleenen van hoorbare signalen moge belangrijk
genoemd worden, te meer wanneer iu aanmerking
genomen wordt dat de tot hiertoe gebezigde portu-
tieve misthoorn onder dezelfde natuurtoestanden het
geluid slechts 150 k 60 meter doet voortplanten,
terwijl ook deze misthoorn evenzoo, door een koord
over de schouders gedragen, met den mond aange
blazen kan worden eu noch stoom noch eenig wind-
persingsappa raat noodig heeft.
In weerwil van de langdurige droogte zoo
schrijft men ous kan men over het algemeen
den toestand der veldgewassen en weiden in de
Krimpeuerwaard gunstig noemen,
De vroege aardappelen gaven wel geen rnim be
schot, maar de qualiteit was uitstekendde late
soorten staan nog vrij krachtig te veld en van de
ziekte wordt tot heden uiets bespeurd.
De hooibouw is geëindigd en heeft onder gunstige
omstandigheden plaats gehad. Opbrengst en qualiteit
wp/den geroemd. Het vee heeft op lage weiden in
deze waard nog overvloedig gros eu geeft meer dau
inatig zuivel.
De hennep is dit jaar flink gegroj id en valt mede"
Boomvruchten zijn er minder dau men wuchtte
Vooral geldt dit van de peren. Over het algemeen
bluft dit jaar tot heden voor den landman, deu dag
gelden en den ambachtsman een zeer gelukkig jaar
Uit Aalsuheer schrijft men het volgende:
De aardbeziënteelt heeft aan onze gemeente vrij
Wat voordeel aangebracht. Alleen naar Amsterdam
zyn verzouden 30,106 bakken of 602,120 koppen
deze hebben gemiddeld opgebracht 5 de 100 kop,
dus ruim J 30,000. Hierbij komt nog het verzon-
deue naar 's Hage en Rotterdam, dat we veilig op
15,000 inogen schatten, das een aanzienlek kapitaal
is in deze gemeente ingekomen.
Men had den heer van (rorkum, inspecteur van
liet onderwijs in Transvaal gevraagd of het artikel
v;iu deu beur van Reis over dat huid, in de Gutst
waarheid bevatte. Ziehier zijn antwoord iu den laatsten
belaugwekkt uden brief uit Pretoria in de Gron. Ct.
«Myu antwoord daarop kan en moet kort zijn,
omdat ik het artikel, dat bedoeld wordt, niet gelezen
heb Man heeft uiy gezegd, dat het dë zaken over
ha algemeen zeer rooskleurig voorstelt. Ben onzer
uiisti koudste, hoofd-ambtenaren, die sinds jaren in
«lit laud gewoond en er vele en velerlei relation
aangeknoopt heeft, zeide van dit Girfs-artikcl: «Wat
er iu staat is over het geheel waarmaar het is
niet de geheele waarheid." Zoo is het in het
kort - met veel, dat over de Zuid-Afrikaansche
Republiek In Nederland gesproken en geschreven
wordt. Ik beu nog maar weinige maanden hier en
yeuk dus uiet aan de pretentie, mij als autoriteit in
d< ze op te wtrpeu. Maar ik meen er al geuoeg van
te weten om ernstig te mogen waarschuwen tegen
overdryviug en eenzijdigheid.
Ik heb hier jongelieden zieu aankomen, die weiuige
dagen na hun aankomst reeds klaagden over «schan
delijke misleiding." Van die klagers zijn de meesten
nu reeds geplaatst, zoo geplaatst dat zij fatsoenlijk
loven kunnen. Mij dunkt, dat is wel. Maar het is
niet goed, dat zij, die iu Nederland de publieke
meening voorlichten, over dit goede land schryveu
en spreken als over eeu laud van melk en honing,
een land van belofte, een luilekkerland in de werke
lijkheid. Waarlyk, ook hier, als overal elders, geldt
de regel, dat «wie niet werkt ook niet eten zal." De
«gebraden vogels" vliegen ons hier niet in den mond.
au «gouden regen" is hier alleen sprake in het
plantenrijk, lout commt ches nous.
Ik hoop hitr nog vele knappe, ftrtsoeölijke, degelijke
Nederlanders te zien aankomen. Er is nog plaats
voor zeer velen. Maarniemand kouie bier
met de illussie dat hy hier terstond van alle zijden
zul worden begroet, als «de onmisbare," naar wiens
komst inet smachtend verlangen werd uitgezien.
E enmiu met de illusie, na weinige maauden of jaren
als een ware Nabob te zullen repatrieerenBen ik
eeu pessimist?Pardon, eu ik hoop het nimmer
te worden. Maar er is een onafzienbare ruimte tus-
eohen een pessimisme, dat het goede negeert, miskent
of verkleint, en een optimisme, dat geen rekening
houdt met werkelijkheid en dat door negatie van het
gebrekkige of verkeerde inderdaad op den duur de
ontwikkeling van het goede meer belemmert dan
bevordert.
Myn zegsman betreffende het Gidb-artikel van den
heer van Rees vertelde me o. a., dat volgens dien
schryver een vracht brandhout hier ongeveer 1 p.st.
kost, eu dat men het met zulk eeu vracht ongeveer
4 maanden doen kan. Ik heb voor eenige dagen
mijn 3e vraoht brandhout ontvangen.. De 2 eerste
vrachten, die me gezamenlyk p.st. 4.10 kosten wfiren
binnen de 4 maanden verbruikt."
Iet» verder heet het;
«De volksraad gaat deze week naar huis. Wat
zal ik van dien volksraad zeggen?Ik zal er
alleen dit van zeggen Veel breedsprakigheid bij veel
gezonden en logischen zin, veel kinderpraat bij veel
mannentaal, veel uapleiten bij veel afdoeu, veel zweren
bij het volken de «kiesters" (le s «kiezers!") bij veel
volgen van en stemmen naar eigen overtuiging, met
één woordveel ballast by veel goede, kostbare
ladiugMenige zitting heb ik met onverdeeld
genoegen bijgewoondsoms heb ik me geërgerd,
niet zelden me vermaakt. Het is opmerkelijk,
zooveel familiegelijkenis, als ine telkens trof in die
zittingen, wanneer ik me in den geest verplaat t i i
zekere vergaderzaal in het «vorstelijk 's Gravenhage."
By mindere geleerdheid of wetenschap dezelfde
onbeduidendheid, bij minder vertoon of pretensie
dezelfde onbeduidendheid. Menigmaal kwam ik in
verzoeking, eeu der woordvoerende leden een der
vier volgende theses toe te werpen
I. I>e tijd eetcr volksmadzitting is nationale tyd.
II. Ei ii volksvertegenwoordiger is vertegenwoordiger
vau «hui volk," niet van «een deel van het volk."
III. Eeu volksvertegenwoordiger, die eerbied voor
zich zelf heefi en eerbied van «het volk" eischt,
neemt geen nniud.it iutpéralif aan.
IV. Een volksvertegenwoordiging is een wetgevend
en controleerend, geen administratief of regeerend
lichaam."
Ous dunkt, dat die stellingen ook wtl door som
migen ouder onze volksvertegenwoordigers mogen
worden behartigd.
Het is thans niet ■cfiyjofste keer, dot pogingen
worden in het werk fFsield, om vreemde munt
speciën te weren. Eu terechthet groote nadeel
van den omloop der muntstukken is niet zoozeer ge
legen in de verwarring, welke z|j iu de muntstelsels
van naburige ryken veroorzaken, maar het misbruik,
dat van de verspreiding gemaakt wordt. Vooral in
de grensprovinciën wordt grove winst gemaakt door
fabrikanten eu anderen, die hun werklieden betalen
met vreemde kopermunt, welke zij voor minder dan
die iu vergelijking met de Nedcrlaudsche waard is,
koopen, maar aan hun werklieden iu betaliug geven
alsof het Nedeii.iudschu specie ware.
Reeds in 1855, das meer dau twintig jaar gele
den, is een staatscommissie benoemd om voorstellen
te doen tot zuiverhouding van onze pasmuut. Een
j.iar daarna bracht de oommissie verslag nit en stelde
onderscheidene maatregelen voor, die echter uiel
werden ingevoerd. Maar iu «M4 18 50 werd «li. com
missie nogmaals geraadpleegd* en inoest toen tot haar
leedwezen getuig» u, dut de viucgerc voorstellen groo-
teudeels ill den wiud waren. Alleen was een uiauud
le voren, in April 1860, iets gebeurd, dat sprekend
gelykt op hetgeen de minister van financiën deze
week heeft geduau. Toen gingen namelijk vau het
departement van financiën uit:
lo. een wa.irsohuwing in de Staats-Ot. aan de
ingezetenen, «om zich in hun belang vau het aannemen
vau elke Belgische kopermunt te onthouden, en wel
ouder verwijziug nnnr de schade, waaraan de houders
van Belgische kopermunt zich bij de «aanstaande"
herrauuting en daaraan verhouden inwisseling van
IStderlaudsebe kopermunt zouden blootstellen;
2o. een circulaire aan alle ambtenaren, die voor
het Rijk gelden innen, waarbij het aannemen van
vreemde munt werd verboden.
Bovendien werden de Kamers van Koophandel tot
medewerking uitgenoodigd. en de andere ministers
verzocht het hunne te doen, door vreemde specie
te weren bij betaling vuu werkvolk, bij aanbeste
dingen, enz.
Meij ziet: iu hoofdzaak dezelfde maatregelen, die
thans genomen zyn, behalve de bedreiging van straf,
die nu iu aantocht is. De ministerieele aanschrij
vingen hebben toen echter niets uitgewerkt. In het
tweede verslag der Staatseonimisie vau 1855, dat
iu Augustus 1860 werd uitgebracht, maar eerst in
de zitting van 18711872 openbaar is gemaakt,
vindt meu daaromtrent verrassende mededeelingen.
Uit de noordtlyke proviuoiën verdwenen de twee-
oentimesstukken (om er niet veel later weder hun
intocht te houden), zy trokken echter niet over de
grenzen, maar naar Noord-Brabant en Limburg.
Toen de commissie, slechts twee maanden ongeveer
na de waarschuwing" van 16 April, byeenkwam,
werden, gelijk zij verhaalt, "de Belgische stukken
weder even als vroeger in winkel- en kleinhandel,
en zelfs door enkele meer beduidende handelaars
aangenomen; de tolgaarders op de openbare wegen,
zoo ryks- al provinciale, schoten de Belgische twee
centimes8tukkeu niet meer uit, en door de brieven
bestellers te 's-Bosch werden zij weder van parti
culieren, even ah gewone pasmunt, aangenomen,
"ie '8Bosch, Tilburg, Eindhoven en Helmoud waren
beduidende hoeveelheden van die stukken meer in
omloop dan vroeger. Winkeliers aldaar verklaarden
en een van de leden der oommissie was er getuige
vnn dat zy bjjna niets anders ontvingen dau
koperen munt, waaronder in den regel ruim twee
derden aan twee eentiraesstukkeu. Aan eeb der ieib tl
was het bekend, dat sommige personen te Eindhoven
eu omstreken, voor beduidende sommen aan Belgische
twee centimes met groot verlies voor den afgever
hebben opgekocht, welke stukken dan weder elders
tegen volle Vafirde in omloop werden gebracht....
Zeer oulangs wa9 een bezending van niet minder
dan ƒ2500 aan Belgische twee centimes uit Amster
dam in Rotterdam naar Eindhoven en Hilmond
opgezonden. Deze stukken, welke in kisten waren
§epakt, waren afkomstig van groote winkeliers, welke
ie, met Jeirca 13 pCt. verlies voor de houders, had
den ingewisseld. In Gorinchem, van waar insge
lijks dagelijks verzendingen geschiedden, had die op-
wisseliug met circa 10 pCt. verlies plaats gehad."
Zoo was de toestand twee maanden na de waar
schuwing en na de rondzending der circulaires! De
toenmalige Minister stelde blijkbaar zelf niet veel
vertrouwen in de krachtige werking dezer middelen
want hij riep tevens de Staatscommissie bijeen om
de vraag te beantwoorden, of het al dan niet wen-
schelijk geacht kon worden de toenemenden,omloop
van vreemde muntspeciën door strafbepalingen te
bestrijden? (Handelsbl.)
Bij het leggen van trottoirs doet zich de vraag
voor, of de grond waarop de stoepen liggen het
eigendom van de eigeuaars der huizen zijn. Ter
voorkoming van lastige prooesseu wordt in den regel
die kwestie in der minne geschikt. Te Ravensteiu
bekommert zich de kantonrechter over die vraag uiet
Hij kent het eigendom van de stoep aan den eigenaar
vau de sociëteit toe, en beboet de heeren die na
eeu bepaald nur daarop gezeten waren. Of nu door
dit vouuis van den kantonrechter de stoep, zoo die
niet aan de sociëteit behoorde, tot haar eigendom is
geyrerden, durven wy niet beslissen.
het wel te verwonderen dat op het stille dorp
Stolwijk dagelyks dronkemausschaudalen plaats heb
ben, als men weet dat op eene 'bevolking rat 2000
zielen 15 tapperijen eu 2 slijterijeu z|ju?
(Volksvriend)
Gevondenen aan het Bureaa van Politie Gedepo
neerd: Een Zilveren HOROLOGIE KETTING. Een
3CHIPPEESBOOM.
GBHOllEN 5 Augustus. Dikje, oufcrs J. H. Vetter ra D.
V. vnu Herwaarden. 10. Hendrik Piefrr, ouders M. ns
Wingerden eu A. P. Schout eu. Jubauura, ouders, P. ós
Mol eu broer. Jacob Vtillew U.i.dcrik Ckrisliua,
ouders H. C. 1*11 Staveren en A. M Buaink. Fijgjc. ouders
U van L'iuncp en E. Blonk
OVEKLEDEV; 10 Aug. W L. Blo.*, 8w. 11 A.Bo*
wed. J M. btsin, H4 i.
ONDERTROUWD, 13 Aag. J. H. Jacobs U's Gttveotoge,
Söj. eu M. Lafebcr, 31 j. A. A. rén Leeuwea, 19 j. ra
D Tijbout, 29 j. i 6 f ,T Q
50-JAÜIGK
VAN
ANTONIE PBAGT
IN
GEKRTBÜIDA van bib PALM.
QotuJa, 16 Augnstns 1876.
Nieuwe Haven, wjjk N. n". 174.
25-JARIGE
VAM i
JAN VAN HAM
IN
Gouda, 13 Augustus 1876.
Voorspoedig bevsllen van een Zoon J.
van' bei SCHELDEN, geliefde echtgenoote van
X G. van bek LAAK.
Gouda, 11 Ang. 1876.