K
Nieuws en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
IER
vc.
1876.
N® 1870.
Zondag 20 Augustus.
AN.
RIW,
lanbe-
HllUNTIIBüPlE.
Kennisgeving.
i
4
I
GOUDSCHE COURANT
KHÜXB
id ran dm
inkman.
118" Augus-
den Heer
l
d ran dén of
OCTOBER
;D, gelegen
ite Reeuwgk,
B no. 1063
ire, 40 area
jDERS ran
iBDAG den
lags ten één
en We in-
ONEN zyn
AÜGÜ3-
i ure, in het
te Gouda
sn, Zjjlen en
i Koken en
en, roor den
JA.NUARD
oor den tijd
JANUARU
jks (de Zon-
rmiddags 10
atseljjke Se-
erwyl de in-
ehreven, fb-
■ge vóór vjjf
i, op gezegde
g, wel te
BARD.
zijn, mag men geen nattige zaken wegens geld
gebrek uitstellen.
Maar zonden die crêches waarlijk zoo nuttig
zijn, dat de bestrijders alleen op bijpaden succes
konden behalen
Zijn crèches een uitvloeisel van ware of
valeche liefdadigheid? De geachte spreker uit
n-uu=r. Deyenter beeft T“1 geZeKd- nlaM “iet “UeS-
st zijn nut hebben, dat UM heeft de voordeelen opgenoemd, maar de
op vele
school,
dooie» eu andere watert», die aan bijzondere perso
nen toebehooreu, vastgesteld den 14n Junij 1870.
Verordeuing ter voldoening aan art. 9 alinea 1
der wet tot voorziening tegeu beemettelijke ziekte, vast
gesteld den 49 Ootohér/18 November 1873.
Verordening op de beweegbare bruggen, vastgesteld
den 18u November 1873.
Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde Staten
ran Zuid-Holtand, volgens hun bcrigt van den 25/29
Julij 1876 in afschrift medegedeeld.
Eu is hiervan afkondiging geschied waar het be
hoort den lln Augustus 1876.
De Secretaris, De Burgemeester,
Dkooolebvbu Fortuijn. van Bzuokn Uzendoohn.
Nauwelijks zyn de berichten tot ons gekomen,
dat de oorlogsfakkel weder in Europa is ont
stoken. nauweljjks worden de kolommen der -
dagbladen gevuld met de berichten der gruwelen, grondwet verplicht is
waaraan beide partyen tich schuldig maken, of ^8®®»
ook de stem der liefdadigheid wordt gehoord, en U'*“”
het Ltoode Krui»” wordt te hulp geroepen, om -
de geslagen wonden is heelen, en de bedroefde gaven_ veroorlooft die niet meer noodzakeljjk
harten te vertroosten. En die roepstem is niet
vergeefs. Uit Oostenrijk, Duitschland en Rus-
land snelt men toe om te helpen, en duurt het
nog eenigen tjjd, dan zal ook West-Europaniet
achterblijven, om Turitep en Serviërs te steunen, i
Verre zjj het van ons af te keuren, watgedaan j
wordt om den lijdenden broeder te helpen; de
liefdadigheid is den Nederlander, God zij dank,
niet vreemd, toch kan het
er van tfld tot tjjd op g&mea wordt, dat naast verawegew. Hot mart ons stoers*
de ware liefdadigheid ook een valsche bestaat, zii° huiselijkheid te bevorderén; de moeder
is de eerste een der voornaamste deugden, L_
valsche daarentegen is zeer dikwijls schadelijk.
Zonder nu'te willen beoordeelen of het >Roode
Kruis” een uitvloeisel is der ware of der valsche
liefdadigheid, zonder te willen nagaan in hoe
verre de pogingen door het Roode Kruis aange
wend strekken om het oorlogvoeren voor krijgs
zuchtige vorsten geinakkeljjker te maken, is toch
de vraag geoorloofd of het wel de ware liefdadig
heid is om van hier gaven te zenden naar het
tooneel van den oorlog in Turkjje, terwijl hier
nog zooveel Ijjden te verzachten is, terwjjl in
Indië nog zooveel noodig is om in alle behoeften
van onze strijders te voorzien, die daar sedert
maanden hun leven in gevaar brengen tegen een
hardnekkigen vjjand en gevaarlijke ziekten moe
ten trotseeren
Zoude dit ook valsche liefdadigheid kunnen
zijn
Maar wij behoeven het oorlogsveld niet te be
zoeken om valsche philanthropie te zien. Ook in
ons midden is die waar te nemen Veel wat
onder den naani van weldoen en weldadigheid
doorgaaf, mag op dien naatn geen aanspi
maken. Dikwijls doet men op-dit gebied met
den besten wil verkeerd en hebben de beste voor
nemens ongunstige resulataten.
Zoo verdedigde de afgevaardigde vau Deventer
op de algemeene vergadering der Maatschappij
tot Nut van ’t Algemeen de oprichting van - -
crèches of kinderbewaarplaatsen. De welspre- he‘ kuiselnk leven nog zoo krachtig z^u, dat
1 v vl i a WAAn VC\(\ ëzATO mar nnnAOTT rn rtiinhron ah zin
kende inleider v»u dit vraagpunt wees op de 7“7
BURGEMEESTER eu WETHOUDERS ran
Gouda, doen te weten, dat door den Raad dier ge
meente in zijne vergadering van den 18n July 1876,
ia vaatgeateld de volgende verordening:
De Raad der Gemeente Gouda.
Overwegende dat bij de verordening op de brand
weer, 'vaatgesteld den 11 Norember/9 December 1864
7 Maart 1865 en gewijzigd den 26 Juuy 1871,
vooncbriften worden gegeven omtrent de inrigting
van bewaarplaatsen van petroleum, welk onderwerp
thans geregeld is bij de wet van 2 Junij 1875
(Staateblad of>. 95.)
Heeft bezloten
Art. 24 der bovenaangehaalde verordening in te
trekken.
Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde Staten
van Zuid-Holland, volgens huu bericht van den
24/29 July 1876 in afschrift medegedeeld.
En is hiervan afkondiging geschied waar het be
hoort, den 11 Augustus 1876.
De Secretaris, De Burgemeester,
DbOOOLSBVBH FoïTÜIJN. VAN BbrOEN IJzENDOOSN.
K ENNISQEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Gouda, doen te wetet, dat door den Raad dier ge
meente in zyue vergadering ran den 9 Junij/18 Julij
1876, is vastgesteld de volgende verordeuing.
De Raad der Gemeente Gouda,
Overwegende, dat art. 178 der wet van den 29n
Juny 1851 (Staateblad n°. 85) zooals die is gewijzigd
bij de wet van den 7n July 1865 (jüaateblad no. 79)
voorschrijft, dat de Raad ten minste eenmaal in de
vijf jaren verklaart, welke verordeningen, tegen wier
overtreding straf is bedreigd, nog gelden.
Heeft beeloten
Te verklaren, dat de verordeningen, tegen wier
overtreding straf is bedreigd en die nog gelden, zijn
de volgende:
Verordening van Politie op de markten, vastgesteld
den 18n December 1855, voor zooveel betreft de
art. 1 tot en met 10 en de art. 12 tot en met 14.
Verordening van Politie op de logementen, herber
gen, koffiehuizen en tapperijen, vastgesteld den 18 De
cember 1855/5 February 1856 en gewijzigd den
11 July 1866.
Verordeuing van Politie op het bevaren tan de wa
teren der gemeehte Gouda, vastgesteld den Hu, De
cember 1857.
Verordening van Politie op het elachten en ver-
koopen van vleeich of tpek, vastgesteld den 4 Juny/12
July 1861.
Verordening op de wijken en bet doen van aangifte
tot het byhouden der beoolkingwegietere, vastgesteld
den 27 Junij/15 Julij 1882 en gewijzigd den 23n
November 1870. - w
Verordening op de laad- en lospleateen voor de
itoombooten, die de Turfsingelgraoht bevaren, vastge
steld den 18n December 1863.
Verordening op het verkoopen vau vuch, vastge
steld den 26n February 1864.
Verordening op het bosswen, betrekken, ontruimen
en af breken van gebouwen alsmede op de verplich
tingen van eigenaren van huizen en nabnrige enen,
vastgesteld den 11 November/9 December 1864/31
Januari; 1866 gewijzigd den 29n December 1865
en den 13n December 1867.
Verordening op de brandweer, vastgesteld den 11
November/9 December 1864/7 Maart 1865 en ge
wijzigd den 26 Junij 1871 voor zooveel betreft de
artt. 1 tot en met 23 en de artt. 25 tot eu met‘78.
Verordening van Politie, vastgesteld den 16n Junij/
11 Augustus 1865 en pewyzigd den 8n October 1875.
Verordening van Politie, tastgesteld.den 18n Augus
tus 1869, betrekkelyk het openen en sluiten der
Khuiee», waarmede de kokert of duiken nader parti
culiere woningen en geztickle» op de Oost- en West-
haven\zyp voorzien.
Verordening op het begraven van Igke», vastgesteld
den 26n tlotober J869.
Verordeuing op het zuiver houden van wateringen
jg als middelpunt van het gezin, zien wij
schilderijen uit de oude Hollandsche T
en die beelden, die ons zulk een gunstigen
indruk geven van ons vroeger volksleven, zij
moeten voor ons niet vergeeft geschilderd zjjn.
In Belgie en Frankrjjk mogen eigen huis en
eigen haard niet die aantrekkingskracht hebben
die zy vroeger hier hadden en in Ond-Engeland
nog hebben, wij moeten in het belang van ons
waarachtig volksgeluk het oog niet richten naar
het Zuiden om de daar bestaande toestanden
hier over te brengen. De banden, die het
huisgezin vereenigen, moeten wij niet verslappen
maar zooveel mogelyk trachten te versterken,
het huiselyk leven moet meer en meer de
grondslag worden, waarop ons volksgeluk rust;
en juist door de oprichting der crèches wordt
het tegendeel bewerkt.
De vrouw, bevrijd van de zorg van hare
kleine kinderen door de crèche, van de zorg
der grooten door de lagere school, kan zich in
fabrieken en werkplaatsen gaan afmatten of ziek
aan een zalig nietsdoen overgeven, de uithuizig-
is, kan dan regel wo>den en de man zal meer
eu meer de ledige wanden van zijn eigen
woning schuwen om zyn vrye uren in. het
ettaminet door te brengen.
Overdrijf ik? Misschien dat de steeds ge
roemde Hollandsche degelijkheid en zin voor
lijk leven nog zoo krachtig zjjn, dat
men 100 i®*® n’e* behoeft te duchten en de
groote kindersterfte, die veru^reaakt wnldoOT crêches lediK blÖTen' dan ook is de oprichting
de ongeschiktheid van vele moeders om haar nutteloos geweest, en het volk, beeft getuigd
kroost op jeugdigen leeftijd te verzorgen; hy de maatschappy Verkeeren de crêches
wees er op, dat vele moeders door haar bezighe- l daarentegen in bloeienden toestand, dan gelui
den verhinderd waren de vereischte zorg aan haar J Ke“ ZU tegen het volk, en de maatschappy zal
kinderen te wjjden en deze moesten toevertrou- zich “00F..dl® oprichting te veïwyten hebbèn,
wen aan budere kinderen, die zich daardoor aan dat z0 schijnbaar met een goed doel medegewerkt
schoolverzuim moesten schuldig maken. Crêches de huiselijkheid by ons volk te ver-
dus in het belang der zuigelingen, crêches ook Blinderen. -
in het belang der oudere kinderen, een zaak dus D® departementen der Maatschappy kunnen
van algemeen belang, die geheel tot de roeping nu beoordeelen wat hun belander voorkom^
der Mwtschappij belooft. De meeste motieyen 1 bek bevorderen van den huwelijken zm vanens
die aangevoerd werden om dit voorstel te be
strijden, konden tegenover de verdediging weinig
indruk maken, omdat zjj minder de zaak, meer
een bijzaak behandelden.
Het platteland kan van crêches niet profiteeren,
naar miju bescheiden meeningeen tegenwerping
die van weinig inzicht getuigt in hetgeen kleine
kinderen behoeven waarom zou men in iedere
plattelands gemeente geen crèche kunnen oprich
ten? Komen er zes kinderen, dan heeft de
verzorgster overvloedig werk, althans zoo men
de crèche niet eenvoudig tot bewaarplaats ver
lagen wil. Maar het zal geld kosten, werd ver
der gezegd, en de maatschappij heeft het niet.
Is de instelling noodzakeljjk en in het algemeen
belang, dan ligt het op den weg der maat
schappij om daaraan den eersten stoot te ge
ven. Het lager onderwjjs dan geheel overge
laten aan de zorg der regeering, die door de
1 ‘1 voor voldoend lager
en de gelden die dan
i beschikbaar zouden komen, aaq^de crêches en
andere zaken besteed. Zoolang men zich uit-
valsche philanthropie te zien. Ook in
- 1- -1--u nemen
doorgaat, mag op dien naam geen aanspraak beid der vrouw, die nu gelukkig uitzondering
meer de ledige wanden
ming schuwen om zyn vrye uren in.