ETEH
door myne
«□.boek
98
BINNENLAND.
1883.
Vrijdag 16 November.
3001.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
I Pz,
roogmaking
6.
HE
«bakkers
len belasten
irant Ar-
itiën, adres
der Lett. L.
tdv.-Bureau,
KJMS.
Geavanceerde financieels politiek.
:hte publiek
DITMAH,
GODDSCHE COURANT.
tAT.
AN OOBDT,
'1 Februari
e KLOK
swoon fraai
aat en juist
jj den Heer
Gouwe, te
van hei
verstem
dat zy
bronnen van inkomsten te
noodig heeft
kerd. Ver-
an de ziekte
F
inppeljjke
EST van af
ig is, waarbjj
WSTE AR-
aan i
sag men daarop vragen, of
i liberaal ministerie thans
achtend,
'louttéler,
'armoe-
ir,
jaar op ge-
ngst hun-
i kan
erkiezend wordt
aaide prij», he
re ter beachik-
i eelmeeiter nn
«e Gouda.
Met leedwezen hebben wjj kennis genomen
van n°. 5 van Mr. van Houtens staatkundige
brieven, omdat daaruit bljjkt dat hjj en wellicht
eene fractie der zoogeuöemde geavanceerd-libera-
len met hem zich zullen verzetten tegen de inkom
stenbelasting, zooals die in het ontwerp Van
Delden c. s. is voorgedragen. Trouwens wjj
hadden zulks reeds opgemaakt uit een gezegde,
voorkomende in eene van des schrijvers rede
voeringen in de Kamer. Onze hoop, dat alle
liberalen zich zouden vereen igen met een voor
stel, hetwelk in hun geest is en blykens de
woorden van Mr. V. H. zelf van oudsher popu
lair geweest is by de meer geavanceerden, bljjkt
dus weder jjdel te zijn geweest. Een nieuw
bewys, onzes inziens, van den door en door be
dorven toestand der liberale partij in de Kamer.
Het schjjnt dezen leden volmaakt onmogelyk te
zyn geworden om een voorstel eenvoudig te
toetsen aan hunne beginselen, zonder daarbjj
politieke overwegingen en persoonlijke quaes-
tiën in aanmerking te laten komen. De heb
belijkheid om te vragen naar de personen der
voorstellers of de zyde van waar iets komt, de
lust om de andere fractie zjjner eigen party
eene vlieg af te vangen of een knauw te geven
is dezen heeren zoo tot in het bloed gedron
gen, dat de kwaal ongeneeslyk schjjnt en alle
hoop moet worden opgegeven om van het
tegenwoordige stel liberale Kamerleden daden
te zien in overeenstemming met de beginselen
hunner party. Wjj, eenvoudige liberale bur
gers en kiezers, vreemd aan parlementaire en
hofintriges, zyn dat geharrewar reeds lang
moede en kunnen een gevoel van zeeziekte
niet onderdrukken als dezelfde ontmoedigende
verschijnselen zich telkens herbalen. Waarlijk
het wordt tijd, dat de leden onzer party bui
ten de Kamer tusschenbeide komen op de een
of andere wyze om gericht te houden over hen,
die zich niet aan wrok en oude veeten kunnen
ontworstelen. Wie eene Unie tot stand kon
brengen van liberalen uit het gansche land,
voor wier vierschaar de verschillen konden
worden onderzocht en uitgevochten, met de
bedoeling om onvoorwaardelyk allen uit te
werpen, wier herkiezing niet in het belang
ware van de eenheid en de kracht onzer party,
zou een verdienstelijk werk verrichten. Het
meest zou ons toelachen eene algemeene ver
wijdering van allen, die betrokken geweest
zyn in de gebeurtenissen der laatste jaren. De
som van talent en parlementaire ervaring in
den boezem der linkerzijde van ons parle
ment zou dan misschien kleiner, maar de
vruchten barer werkzaamheid stellig grooter
zyn. En daarom is het ons toch te doen.
Maar misschien is de verdeeldheid onder de
liberalen buiten de Kamer ook te groot om
zooveel doortastendheid en krachtsbetoon van
hen te verwachten. Dan bljjft er weinig an
ders over dan wat velen de liberale party als
geneesmiddel toewenscheneenige jaren bittere
dienstbaarheid onder het juk der clericalen.
Maar voor wy zoover komen, zal er nog ge
legenheid genoeg zyn om ons aan de hande
lingen onzer partygenooten in de Kamer te
ergeren.
Of is ons oordeel onjuist, als wjj beweren
dat Mr. van Bouten uit zucht tot tegenspraak
en antipathie tegen de voorstellers niet mede
gast met het bekende ontwerp. De lezer oor
deels. De sohryver wil niet, dat de liberalen
de rol vervullen van tollenaren van Waanders
en Grobbee; met andere woorden: aan het tegen
woordige ministerie moeten niet de middelen
verschaft worden om te regeeren. Het minis-
de jongste
onderzoe-
mpigste ge-
toring te
rrichtingen.
Ie noodlot-
ige buiten
nekten en
Juiat gisteren vóór twee jaren diende in hon
ger beroep, voor het Gerechtshof, Kamer van Burg.
Zaken te ’s Gravenhage, een qnaestie betreffende het
recht van overgang op de kade, loopende van de
Kattenaingel tot aan de Jan Verwelle Wetering, onder
Gouda. Het Hof vernietigde kort daarop het in
deze gewezen vonnis, beval een getuigenverhoor voor
de Rotterdamscbe Rechtbank en verwees de verdere
behandeling der zaak naar gemelde Rechtbank, die
den eisch tot openstelling van gemelde kade alsnu
toewees.
Dezelfde qnaestie werd gisteren nog eens voor het
Hof bepleit.
Mr. Bergsma, die namens den tegenwoordigen app.
van der K. optrad, wraakte bet in deze gehouden
getuigenverhoor en betoogde dat daardoor het voort
durend en ongesytord gebruikmaken van bedoelden
weg door de belendende buren niet bewezen was.
Mr. G. M. van der Linden, Lands-advocaat en
verweerder voor den thans geïnt., meende dat de
punten waarover het getuigenverhoor bad geloopen
en welke tot openstelling van de kade leiden moesten,
daarbjj luce claro waren bewezen.
Het Hof zal op 24 Dec. a. s. in deze zaak arrest
wjjzen.
Het weekblad de Hollander bevat naar aanleiding
van ons hoofdartikel over den afloop der verkiezing
toch achten wjj ons gerechtigd de meening te
uiten, dat de regeering geroepen is elke uitgave
te toetsen aan het nut en de noodzakelijkheid
stgeen er voor verkregen wordt, dus eene
tdige zuinigheid in acht te nemen, maar
er ook niet tegen op moet zien nieuwe
--Lj scheppen, als zy die
om haar taak op beboorlyke wyze
te vervullen. Men kan de tering naar de ne
ring zetten op tweederlei wyze: als de rente
nierende oude heer, die een vast inkomen heeft
en daarnaar zyne uitgaven regelt en dus nooit
het bekrompen cirkeltje zjjner genietingen uit-
breidt; of wel als een krachtig, kloek jong man,
die steeds er op bedacht is grooter mdterieële en
intellectneele genietingen deelachtig tg worden,
door met helder verstand en rappe hand zich
telkens ruimer inkomsten te verzekeren, die hem
in staat stellen zyn horizon te verruimen en
kracht geven tot nieuwe veroveringen. Onder
welk beeld wy ons den Nederlandschen Staat
het liefst voorstellen, zullen wy niet behoeven
te zeggen.
terie-Heemskerk is per te geen zuinig ministe
rie en moet dus eerst worden afgemaakt, eer
èr gedacht kan worden aan nieuwe belasting
wetten. Vooreerst mag men daarop vragen, of
de optreding van een liberaal ministerie thans
meer kans van slagen heeft dan eenige maan
den geleden, en een ander conservatief of cle-
ricaal kabinet zou volgens den heer V. H. weder
lyden aan dezelfde kwaal van niet-zuinigheid
als het tegenwoordige. Ten andere is de heer
V. H. scherpzinnig genoeg om te begrijpen,
dat elk ander ministerie, ook een liberaal kabi
net, zyn toevlucht zal moeten nemen tot nieuwe
lasten, want het is niet denkbaar, dat er 7
millioen zou knnnen worden bezuinigd op de
begroeting, zonder de landsbelangen te schaden.
Zulks gelooft ook de schrjjver niet. Indien
het hem dus ernst ware met zyne sympathie
voor de inkomstenbelasting, zyn ideaal eener
billjjke heffing, dan zou hy wel zich nederge-
legd hebben by het gronddenkbeeld der heeren
Gleichman c. s. en hun ontwerp helpen ver
beteren tot een aannemelijke wet. Niets belet
toch dat het ministerie worde gedwongen tot
de grootst mogelyke zuinigheid, of zelfs dat
men tegen de begrooting van dit ministerie
stemt en tegelyk middelen beraamt om het
tekort te dekken, dat in alle gevallen bljjft be
staan. Bleek later, dat er door bezuiniging of
ruime opbrengst der belastingen te veel geld
in kas kwam, men zou de belastingen op zout
of zeep, op suiker of vleesch kunnen laten
vervallen, die Mr. van Houten zoo gaarne zou
zien verdwynen. Dat fe. schrijver, met de
wetenschap dat het ontwerp door de liberalen
over het algemeen met ingenomenheid is be
groet, zich weder van hen afscheidt en zich
gereedmaakt een spaak in ’twiel te steken en
daarbjj zyne oude grieven tegen Gleichman,
van Delden c. s. weder ophaalt, dat zij nl. <in
het algemeen staatkundig beleid naar vermo
gen verwarring hebben gesticht door hunne
oppositie tegen de beperkte grondwetsherzie
ning en daardoor aan de conservatieven het
roer in handen hebben gespeeld» komt ons
verdacht voor en geeft ons aanleiding tot het
vermoeden, dat hoogere politiek en rancune
over vroegere gebeurtenissen zyne houding
hebben bepaald W aartoe anders de bewering,
dat dezelfde stichters van verwarring het er op
toeleggen aan de conservatieven een onverdiend
overwicht in de administratie te verzekeren en
dat de vlag der inkomstenbelasting dienst moet
doen om de anti-liberale manoeuvre te dekken?
Wij zyn ook geen bewonderaars der houding
van de heeren Gleichman c. s. tegen Kappeyne,
maar dat belet ons niet den goeden wil en het
juiste inzicht te waardeeren, waarvan hun te
genwoordig voorstel bljjken geeft.
Dat er eenige waarheid schuilt in des schry
vers schets in het eerste gedeelte van dezen
brief, waar hij spreekt over de uitzetting der
uitgaven, toen de Indische baten ruim vloeiden,
ontkennen wjj niet. Dit is reeds meermalen
aangetoond. Het is ook wel mogelyk, dat er
enkele ambtenaren te veel zyn en dat er in die
richting eenige inkrimping mogelyk is. Maar
eene schildering van onze bureaucratie alsof de
ambtenaren zich vetmesten met het geld der
burgers is eene al te overdreven voorstelling,
wier onjuistheid door ieder blykens zyne eigen
ervaring kan worden tegengesproken en die den
schyn heeft alleen te zyn in de pen gegeven
om toch door iets byzonders zyne geavanceerd
heid te kenmerken of door de zucht zich aan
genaam te maken bij de voorstanders van al
gemeen stemrecht, die met dergeljjke groote
woorden plegen te schermen.
Wjj zyn geen financieele specialiteiten, maar voor de 2e Kamer een artikeltje, waarin het ons het
GOUDA, 15 November 1883.
VERGADERING van dzn GEMEENTERAAD.
Vrjjdag den 18 November 1883, des namiddags
ten 1 ure, ten einde te behandelen:
Een adres van C. Stigter alhier, betreffende open-
baie verpachting van het grasgewaa op het Exercitie-
terrein.
Het adres van A. Groenendaal betreffende den
verkoop van het stuk weiland aan het einde der
Lazaruskade.
De Waterleiding te dezer stede zal Maandag 3
December e. k. in werking worden gebracht.
Tegen I. A. van Leeuwen en B. van Vlaardingen
is proces verbaal opgemaakt als verdachtde eerste
terzake van het verkoopen van sterken drank zon
der vergunning, en de tweede wegens het toedienen
van sterken drank aan kinderen beneden den leeftyd
van 16 jaren. Beide verbalen zyn ter vervolging
gesteld in handen van den heer Officier vau Jus
titie te Rotterdam.
Op de verbeterde bekroningslyst van de Amster-
damsche Tentoonstelling komt behalve den heer
Samsom ook nog voor de heer A. W. Diestelhorst
alhier met een bronzen medaille.