BINNENLAND.
r e
liefst buiten
)F
LAAG,
t,
A-
WERK.
so en gratis.
INT."
elen van
Roman vttn
tóre.»
uur.
izen.
Woensdag 26 Januari.
N? 3500.
1887.
Nieuws- en
EX
Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
Bgen.”
irken aan
et maken
brug.
arken van
OUDA
De inzending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddag^" fAn den dag der uitgave
i
t A 89 alhier.
IA A JU- en
ITJEN er in.
lieringstraat.
sullen dage-
ss voormid-
s 1 nre ter
Stads- Tim-
ende teeke-
i 2.50 ter
orden.
op zegel ge-
jjne Borgen
i1Februari
op gezegde
UDER8 van
ÜSDAG den
sgs ten 1 ure
jving in twee
het doen
euwingen
bouw der
de IJsel
tabij Stol-
ra n t i p
K 227,
sche (Jou
en doorden
Gouda.
De uitgave dezer Courant geschiedt ZONDAG,
WOENSDAG en VRIJDAG. In ae Stad
geschiedt de uitgave in den avond van
DINSDAG, DONDERDAG en ZATER
DAG. De prjja per drie maanden is 1.25
franco per post 1.50.
goudsche courant.
1887.
il.
ADVERTENTIÊN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centeniedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
Bovendien worden alle Ad vertentien gratis
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD,
*t welk des Maandags verschijnt.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
I.HÜJ
gewest door eene menigte kanalen, vaarten en sloo- zijn gekomen. Deze praktijken, ten deele
ten is doorsneden, waardoor het schaatsenrijden niet 1
slechts een vermaak maar ook een middel van
verkeer is geworden. Het wordt in Friesland, zoo-
als men weet, door jong en oud, pn veel meer dan
in penige andere landstreek ook door vrouwen be
oefend.
Van nog grooter beteekenis is het schaatsenrijden
in het hooge Noorden, in Zweden, Noorwegen, Fin-
tauu üu4., toutitju u»uuocuo t>ja aalt waturuu. Daar
is de winter niet alleen van langeren duur, maar
er bestaan aldaar betrekkelijk weinig verkeermidde-
len, en wel in afnemende mate, hoe verder men
naar het Noorden doordringt. Daar komen den
bewoners de schaatsen, in den winter, bijna nooit
van de voeten. Iets geheel eigenaardigs is de Noor-
weegsche schaatsenrijder-soldaat (Skerlöker) wiens
wapenen uit eene lichte buks en een zeven voet
langen met ijzer beslagen stok bestaat.
Voor de groote waarde van het schaatsenrijden,
die men reeds in overouden tijd aan dit gebruik in
het Noorden hechtte, pleit d« omstandigheid, dat
in de Noordsche Mythologie een God voorkomt, die
als boogschutter en schaatsenrijder wordt vereerd.
Die God is Uller, tevens ook de Wintergod en
uitvinder der schaatsen, die hij uit de hardste merg
pijpen van het rendier zou vervaardigd hebben. Hij
wordt voorgesteld als in dierenhuiden gewikkeld en
draagt pijl en boogmet de snelheid van den visch
beweegt hij zich op den kristallen vloed en over
ijsvelden en gletschers heen.
Er is geen twijfel aan, of de schaatsen werden
oorspronkelijk werkelijk van beenderen gemaakt. Op
het platteland in de provincie Brandenburg, speci
aal in* de Züterbogker kreits, alsmede in het Salz
kammergut zijn nog tot in den jongs ten tijd zulke
beenen schaatsen in gebruik gefeest. Bij opgravin
gen zijn nog dikwijls dergelijke beenderen voor den
dag gekomen, o. a. in Skandinavië op het eiland
Ijsland, in Friesland, in Pommeren, en de Marke
in Moravië, ja zelfs in de Zwitsersche meren. Op
Ijsland waren beenen schaatsen nog voor 60 tot 70
jaren in gebruik, maar in ons vaderland zijn ze reeds
in de 13e eeuw verdwenen. Men vindt collectiën
van dergelijüe beenderen in het Museum te Kopen
hagen en, als wij ons niet vergissen, ook in het
Leidsche. Ook de oudste letterkunde bevat zinspe
lingen op deze soort van schaatsen.
Zoo beroemt zich in Snorre Sturleson’s sage van
de koningen Sigurd, Egstein en Olof, de koning
Egstein tegenover Sigurd, dat, al is hij ook minder,
geoefend in het kantoeren der wapenen, hij daar
entegen hem iu het nuttiger gebruik der Isleggiar
(ijsbeenderen, schaatsen van been) overtreft. In Mid-
deleeuwsche Duitsche gedichten vindt men ook van
dit soort van schaatsen gewag gemaakt.
Het gebruik daarvan in Engeland bestond nog in
de 16e eëuW, zooals blijkt uit een in 1598 door
John Sten uitgegeven werk, getiteld Survey of Lon
don. Daarin wordt beschreven, hoe de goede Lon
doners zich op het bevroren weiland van Moorfield
verlustigden, en hoe zij, die reeds met het ijs vertrouwd
zijn, aan de schoenen beenderen van dieren bevestig
den en met ijzer beslagen stokken tot steun in de
hand houden.
Het Belgische wetsontwerp betreffende de uitbe
taling dei; loonen aan werklieden heeft ten doel een
o- einde te maken aan sommige kwade praktijken,
de omstandigheid, dat laatstgenoemd I die bij de laatste arbeiders-enquête aan het licht
overeen
komende met het Engelsche truck-system,, ontnemen
allen in meerdere of mindere mate aan den arbei
der de vrije beschikking over het hem toekomende
loon.
De nieuwe wet onthoudt zich van alle bemoeiing
met de onderhandelingen tusschen patroons en werk
lieden, voor zoover deze op de hoeveelheid van het
loon betrekking hebben. Zij verbiedt ook den pa
troon niet een kleinhandel te drijven en aan den
werkman te verkoopen, mits dit van de zijde van
den laatsten geheel vrijwillig geschiede.
Artikel 1 verbiedt uitdrukkelijk de uitbetaling van
het loon in nature of in waren. Uitzondering wordt
verleend voor het verleenen van huisvesting, waar
voor een zekere som van het loon mag worden af
getrokken. Die uitzondering is gemaakt in het be
lang van den arbeider en met het oog op den slechten
toestand der meeste Arbeiderswoningen.
Art. 2. verbiedt voorschotten te geven op het
loon, behalve wanneer het werk stil staat of de ar
beider ziek is.
Art. 3. verbiedt het uitbetalen van loon in plaatsen
waar sterke drank wordt verkocht of in daaraan gren
zende lokalen.
Art. 4 bepaalt, dat loonen, die niet hooger zijn
dan 7 francs per dag minstens eens om de veertien
dagen moeten worden uitbetaald. Voor stukwerk of
aangenomen werk zal de aftekening minstens eens
per maand moeten plaats hebben.
Art. 5. verbiedt aan patroons, aan directeuren,
meesterknechts, ploegbazen, geëmployeerden, aanne-
meflB of onder-aannemers, den onder hunne bevelen
arbeidenden werkman voorwaarden voor te schrijven,
waardoor hem de vrije beschikking over zijn loon
wordt ontnomen.
Art. 6 maakt op dit verbod eene uitzondering voor
boeten mits bij reglement vastgesteld, voor
bijdragen aau hulp- en voorzorgskassen, en voor
verschotten in geval van werkeloosheid of ziekte,
welke verschotten echter niet meer dan een vijfde
van het loon mogen bedragen.
Art. 7. Patroons, directeuren enz. zullen tegen
hunne arbeiders geen actie kunnen instellen wegens
schulden voor door hem geleverde waren of gedane
voorschotten (behoudens de bovengenoemde uitzon-
dering.)
Art. 8. stelt eene wettelijke presumptie vast, zon
der welke ontduiking der bovengenoemde bepalingen
gemakkelijk zou zijn. Zoolang het tegendeel niet
bewezen is, zal levering van goedereh door de vrouw
of kinderen van den patroon enz. worden beschouwd
als aan den arbeider zelf verstrekt.
Art. 9. bevat strafbepalingen tegen de overtre
ding der wet; de boeten verschillen van 50 tot
2000 francs. Art. 10 regelt het verband tusschen
deze bepalingen en de algemeene bepalingen der
strafwet. Art. 11 eindelijk zegt, dat de wet niet
toepasselijk is op boerenarbeiders en op dienstboden,
omdat hier koet, inwoning en verpleging boven het
gewone loon worden verstrekt, en in dit opzicht
geen klachten over misbruiken zijn gerezen.
Uit Peize wordt gemeld:
Sinds meer dan eene eeuw maakt men in onze
omstreken gebruik van een middel tegen honds
dolheid, het eigendom van eene familie, en ge
durende al dien tijd heeft hier nimmer een geval
bij menschen plaats gehad. Én toch deden zich
in onze omstreken yele gevallen van die ziekte voor
GOUDA, 25 Januari 1887.
Nadat de heer Gericke bij zijn aanvraag om ont
slag, ook na de weigering des Konings om dit te
verleenen, bleef volharden, is Zondag een buitenge
wone Ministerraad bijeengeroepen. Tot Minister van
Marine is thans benoemd de heer F. C. Tromp te land enz., landen eveneens rqkaan wateren,
s Hage, oud-wethouder van Amsterdam en oud-zee-
officier.
Men herinnert zich dat onder, het beheer van
den heer Tromp als Wethouder van Publieke Wer
ken in Amsterdam de Handelskade en vele andere
groote werken zijn tot stand gebracht. Hij heeft in
die qnaliteit de beste herinneringen als bekwaam
technicus en als voortvarend man van zaken nage
laten.
De Algemeene Kerkeraad heeft heden het navol-
gende drietal predikanten in alphab. orde opgemaakt.
C. Beets te Rijswijk a/d. Lek, L. Heldring te
Zandvoort, A. I. Kan te Velp.
Men verzoekt ons de aandacht te vestigen op de
in dit nummer geplaatste advertentie, waarbij de
opening wordt aangekondigd der broodbakkerij „de
Korenbloem" tegen Zaterdag a. s.
Hedenmorgen zijn een paar schoolknapen, die zich
aan den Bleekerssingel op het ijs gewaagd hadden door
het ijs gezakt, tegenover de brug van deKamemelksloot.
Een daarvan was spoedig op het droge; de ander
werd met moeite door kameraads en anderen met be
hulp van stokken enz. gered.
Dit ter waarschuwing van andere waaghalzen.
In de Kunttkroniek leest men het volgende:
Alle vrienden onzer Duitsche opera zullen zeker
met groot leedwezen het bericht vernemen, dat mej.
Kathi Bettaque, sinds ongeveer vier jaren aan onze
opera verbonden en de lieveling van het publiek,
besloteiu heeft Rotterdam te verlaten. Woensdag jl.
debuteerde zij te Bramen als Elsa en wel met zoo
groot succes, dat zij, hoewel zij donderdagavond
ook nog de Agathe had te zingen, reeds donderdag
morgen werd geëngageerd. Labatt zong; de Lohen
grin. Ook als Agathe verwierf zij een enorm succes.
Het ijs in de rivier den Hóllandschen IJsel is gis
teren door do eleepbooten van de reederij Van der
Garden Co. losgebroken. Voor ijzeren schepen
is de vaart open. Voor houten schepen is het
vele losse ijs nog gevaarlijk.
Hoewel de Lek nog tamelijk veel trijfijs roomijs,
afvoert, is de overtocht, in de Krimpenerwaard
overal met roeiboot en veerpont,1 weder geregeld.
De zegenzalmvisscherjj is nog niet hervat. De stoom-
bootdienst langs de Lek is op Maandag 24 Jan.
jl. weder aangevangen.
Het rijden op schaatsenis al zeer oud, en was
reeds bij onze Germaansche voorouders in gebruik,
die zich van lange, aan beide zijden eenigszins om-
gobogen plankjes bedienden. De reden, waarom
zich die kunst in ons vaderland, vooral in Fries
land zoozeer heeft ontwikkeld, moet toegeschreven
worden aan