v&i.
L
N° 3584.
BINNENLAND.
Woensdag 23 Maart.
1887,
1887
>ing
ling
1887,
EN
raad
iEN
M,
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
1887
EVER,
s morgens
is aan de
FT
bAF,
ap^g^
De Grondwet en de Kamer.
imbacht
t
I
«LIGE
is.
a), wjjk K
I
BIND»,
Zoo is in deze geheele
it der rechterzijde. Het belang
e groots
TERING
en Veen-
<c, binnen
13, in de
3EVELD
GOUDSCHE COURANT.
i
zuidzijde.
ris
379 in
in in bil-
rjjgen zjjn
1.
g
fa .,i«H IJ
C ran A.,
een zeer
en. Hoest
>os 40 ets.
gbaar by
iüEN,
t.
.rissen K.
en Mr. I.
GOUDA, 22 Maart 1887.
Door den Minister van Waterstaat enz. is bepaald,
dat de commies 2® kL bij de Posterijen T. J. Mon-
tijn, zijn functies zal uitoefenen ten postkantore te
Gouda.
Het hoofdbestuur der Ned. Vereeniging t. b. van
Zondagsrust heeft de handelingen der 5e alg. ver
gadering in het licht gegeven. Daarin komt o. a.
een uitvoerig en belangrijk rapport voor van den
heer H. P. Schim van der Loeff, over koop en ver
koop op Zondag.
In de zitting der Rotterdamsche Arr.-Rechtbank
van Zaterdag stond terecht C. P., oud 20 jaar,
dienstbode, geboren te Soest, wonende te Reeuwijk,
beklaagd van lo. in de maand October 1886 Gerrit
van Dam aldaar, bij wien zij als dienstbode werk
zaam was, te hebben bedreigd met het in brand
steken zijner woning en met moord, door brieven
te schrijven die het voornemen daartoe inhiolden
en die zij het voorkomen had gegeven als van
zekeren Arie Benschop afkomstig te zijn, en ten
huize van genoemden van Dam te doen bezorgen,
en 2o. op 28 October 1886, ’s namiddags omstreeks
moemde verschijnsel, het wan- j half acht ure, opzettelijk dat kenbaaar gemaakte
rechterzijde koestert ten opzichte I voornemen hebben ten uitvoer gebracht, en daartoe
h-t is een j op de hoeve van meergenoemden van Dam een paar
vërtooning'vööTde’ kiezers, mag met recht met petroleum begoten en voor een gedeelte buiten
j -l i ft- i__ti iI Ba stnnknlaats in hot boenhok neêrireleffdevtakke—
een groot werk als het onderhavige wordt
ondernomen, waarby toch al zoo veel uiteèn-
loopende zienswijzen onder één hoedje gevangen
moeten worden, zoodat elk voor zich niet
afkeerig behoort te zjjn van inschikkelijkheid
en gemeen overleg, moet men niet daarenboven
bjj de tegenpartij allerlei listetf-J—
onderstellen, als ware men in een u a
van beurzensnijders en valsche spelers, inplaats welke haar werden ton laste gelegd. Zij had ernstige
inzonderheid omdat duidelijk is gebleken, dat
de kieswet op verkeerden grondslag berust en I ee° 9taatsl‘chaam bestaande mt de meert
niet genoeg staatsburgers tot de verkiezing ge- 5- J:6 HpTni^Xrlrh T 6
roepen worden. Zy doet dit krachtens biar ^l^i'H PPl. het ;ermo^en, dat
beginselen en uit overtuiging, schoon wellicht T «T® 6 'on
politieke kansberekening I Pen’.floor wel 8rt- 80 maar met de add.tioneele
zoude voorschrijven. De rechterzijde daaren-
tegen plaatst zich op het bekrompen standpunt
van bet eigenbelang. Voor niets heeft zij oor
en oog dan voor hetgeen onmiddellyk bet par
tybelang raakt. Verheldering van den staat
kundigen horizon, wegruiming van geschilpun
ten, die de geregelde werking onzer instellin
gen belemmeren, beslissing van hangende poli
tieke vraagstukken, die jaren lang de beharti
ging der sociale quaertiën hebben belet, laten
haar koud. Waarmede is onmiddellyk voordeel te
behalen voor onze richting? datschyntde eenige
vraag te zijn. Dit is geen los neergeworpen
beschuldiging, maar de feiten bewijzen het
Waartoe anders die ellenlange redevoeringen
over ontwerpen, die men bjj voorbaat besloten
heeft af te stemmen? Het zijn manifesten tot
de kiezers, tot wie men eigenlijk het woord
richt over de hoofden der Kamerleden heen.
Waartoe die spitsvondige redeneeriugen en voor
stellen van den heer Lohman over de macht
des Konings? zjj strekken alleen om den anti
revolutionairen kiezers te betoogen, dat de libe
ralen vyanden zyn van den Koning en het
vorstenhuis. Vandaar ook het voorstelDe
,Geer om de formule «Koning bjj de gratie
Gods» in de grondwet te doen opnemen. Men
lokte eenvoudig eene stemming uit over Gods
naam, om den geestverwanten te kunnen wjjzen
op de snoodheid der liberalen, schoon men wel
wist dat niemand er aan dacht deze door
den tjjd gejjkte woorden uit den aanhef onzer
wetten en Koninklijke Besluiten te laten ver
vallen. Thans is weder een voorstel hangende
van onze Goudocben afgevaardigden Godin de
Beaufort om hetkiterechtartikef en de additio
neels bepalingen op dat stuk in één ontwerp
te «reinigen. Het motief dayrvoo» is wan
trouwen in de liberalen, die ede rechterzijde
verdenkt van bet streven om wel,het systeem
der grondwet ti veranderen, maar de Voorlöo-
ui w va r-ai fal 9 nieuwe beginselen in de
veranderingen zullen hebben op de samenstel- additioneels bepalingen te beletten, opdat zy
ling der Kamer. Het is eenvoudig een sprong zy dan met de tegenwoordige meerderheid de
ia het donker, waartoe men zou overgaan, omdat regeling der zaak bjj de gewone wet iu de
«meurende politieke noodzakelijkheid overtuigd band zouden hebben. Geenerlei grond is er
is. maar die aan alle kansberekening bntsnapt. 1 voor dit vermoeden, maar het kan dienstdoen
Waarschijnlijk redeneert de rechterzijde aldus: om bjj de vrome lieden de overtuiging te ves-
«Met de bepalingen der tegenwoordige kieswet tigen, dat liberalen niet te vertrouwen zjjn en
zjjn wjj thans iu de minderheid, zonder veel uit- steeds alle middelen te baat nemen om de tegen-
zicht om vooreerst meerderheid te worden; wjj party te.,onderdrukken,
kunnnen dus licht eene ingrjjpende hervorming J;--—-■* •*--J— -
aanvaarden, die wellicht tot een voor ons gun
stiger resultaat leidt. Wy hebben niets te ver
liezen en kpnnen dus die kans wel wagen.»
Een feit is het, dat de anti-liberalen, althans
een goed deel onder hen, de wjjziging dor
grondwet op het stuk van het kiesrecht willen
aannemen, vooral om dadelyk tot den nieuwen
toestand te geraken, die bjj de additioneele be
palingen is voorgedragen. Vandaar by den
aanvang der discussien over de grondwet de
motie-De Geer, om zich enkel tot het kiesrecht
te beperken en zich overigens onbevoegd te ver
klaren. Vandaar de stemmingen, waarby ge
regeld de gebeele rechterzijde zich tegen de
aangebrachte wijzigingen verzet. Er is dus een
merkwaardig verschil tusscheu de linker- en de
rechterzijde. De eerste, schoon meerderheid
zynde onder de vigeerende wet, plaatst zich op
een echt vrijzinnig standpunt; zy wilde grond
wet herzien, omdat de politieke omstandighe
den de afdoening van deze taak vereischen en
De Jweede Kamer is met de behandeling
der grondwetsherziening genaderd tot het ont
werp der kiesrechthervorming, dat de hoofd
schotel is van het geheele menu. De beide
vorige ontwerpen, hoofdzakelijk redactiever-
beteringen en algemeen gewenschte aanvullin
gen bevattende hebben betrekkeljjk veel tjjd
gekost. Voor ons, oppervlakkige beoordeelaars
uit de verte, was de woordenvloed, dien de ge
opende sluizen der parlementaire welsprekend
heid over ons uitstortten wel wat overstelpend.
Gaarne hadden wij gezien, dat aan onderge
schikte dingen minder aandacht gewjjd ware,
dan zou er voor de werkelijk belangrijke meer
tjjd oversohieten. Thans bestaat het gevaar,
dat de Kamer na eenige weken debat uit ver
moeienis en oververzadiging zich van de laatste
hoofdstukken met den zoogenaamden frauschen
slag zal afmaken. Tot dus ver hebben wjj de
debatten in onze kolommen niet besproken,
eensdeels omdat het ondoenlyk ia in een klein
blad ook maar een geregeld overzicht te geven
van zulk eene uitgebreide discussie, anderdeels
omdat het ons voorkwam dat de behandelde
onderwerpen voor den gewonen dagbladlezer
weinig aanlokkelijks hadden. Het thans in
discussie zjjnde ontwerp is echter voor alle
burgers van het hoogste gewicht en verdient
daarom alle aandacht; te zyner tjjd hopen wjj
er dan ook op terug te komen. Thans slechts
eenige algemeene opmerkingen naar aanleiding
der gevoerde debatten.
In de eerste plaats de houding der rechter
zijde. Het bljjkt steeds meer, dat deze, behou
dens enkele uitzonderingen, in den grond af
keerig is ran de grondwetsherziening. Het
eenige, waarvoor zij iets schynt te gevoelen,
zyn de additioneele artikelen, die op de vtfr-
kieziugen betrekking hebben. Terecht of ten
onrechte verbeeldt zy zich, dat deze uitbreiding
van den kring der kiesbevoegden, gepaard aan
de waarschjjnljjke invoering van enkele kies
districten, in het voordeel zal zjjn van haar
part}). Hoe zjj aan dat denkbeeld gekomen is,
weten wjj niet. Niemand kan vooruit met
eenige zekerheid bepalen, welken invloed deze 1 pige toepassing der
ling der Kamer. Het is eenvoudig
ia net donker, waartoe men zou over
lutionairen leiders niet tot eey. Men denkt
dadelyk aan het bekende spreekwoord van den
waard en zyne gasten. Het is voor ons een
nieuw bewjjs, dat men allerlei middelen zoekt
om remmend te werken. Indien men zich
herinnert, dat èn het nieuwe regeeringsartikel
80 èn de additioneele bepalingen bet gevolg
zyn van den aandrang, door de liberalen op
den minister uitgeoefend, dan springt het on
gerijmde der verdenking dadelijk in het oog.
Het heeft er veel van of de rechterzijde met
alle geweld alles omtrent het kiesrecht in één
ontwerp wil samenpersen, ten einde al het
overige te kunnen afstemmen, gelijk haar oor
spronkelijk plan was, in welks uitvoering zjj
echter beletselen ontmoet, doordien de addi
tioneele bepalingen allerlei onderwerpen regelen.
Nog trof ons bjj deze discussie de uitnemende
wijze, waarop de heer Heemskerk zjjne gansch
niet gemakkeljjke taak vervult. Steeds slag
vaardig, altijd op de hoogte van het onderwerp
en meestal zeer op dreef als hij het woord
voert, volgt hij dag aan dag deze eindelooze
beraadslaging, terwjgl anderen nog eens een
kleine absentie maken of zich in de koffiekamer
gaan verpoozen. Wjj gelooven niet dat een
onzer overige, zelfs veel jongere staatslieden
hem dit zouden nadoen. Indien het werk
slaagt, dan komt hem zeker, het grootste deel
der behaalde eere toe. In alle gevallen is dit
debat een waardig slot van zjjn langdurige
parlementaire loopbaan.
discussie da
der partjj schjjnt daar te gaan boven dat des
vaderlandsvan hooger gemeenschapsgevoel,
een ruimer inzicht in de ware belangen des
volks geen spoor, tenzjj in enkele welspreken?
de ontboezemingen van den heer Schaepman,
die evenwel alleen blyft staan te midden zyner
partjjgenooten.
Dat laatstgenoemde verschjjnsel, het wan- j huif acht ure,
trouwen dat de rechterzijde koestert ten opzichte I voornemen
harer tegenstanders, indien het niet is een op de hoeve
bedenkelijk teeken genoemd wprden. Indien j stookplaats in het boenhok neergelegde-^takke-
bossen, wederrechtelijk te hebben m brand gestoken,
1 waarvan de vlam, indien zulks niet door spoedige
ontdekking en bhissching van anderen ware voor-
1 komen, zich zou hebben kunnen mededeelen aan den
paardenstal, hooiberg en het woonhuis, waarin de
vrouw des huizes ongesteld te bed lag, zoodat alge
meen gevaar voor personen en goederen was te
en vonden duchten.
gezelschap i De beklaagde ontkent de feiten gepleegd te hebben