I
H
BODE
IER,
aanbevolen-
I
BET GYMNASIUM.
RK
II a. s.,
1
N° 3!
I
a. s.
1
I
1889. Donderdag 7 Februari.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
FEUILLETON.
ERS
UIT VERRE GEWESTEN.
- ZEIST.
9
-
5S
<7
iiweg.
hat
I
A
3 J
'1
J
lolm’s
iCAO
beste.
?IËN.
^'1
■I i
Da inzending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddags van den, dag der uitgave.
igeeaigeuren
ndschen Bond
.7
IORST.
i
ft
Do uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prjjs per drie maanden is 1.25, franco
per pest 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Bovendien worden alle Advertentien gratis
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD,
't welk des Maandags verschijnt.
«lang hebben
■•3»
liddags 9—12
Srieven onder
J. tanBEN-
rBN8.
Az.
NDEN.
irs der Zelf-
me nitspat-
>oral voor
oedingstnid-
yt Koffie,
•dsche Cuu-
nden door het
INKMAN en
f I
1
-V
8
in ff.
7 afb. Prijs
b verschrik-
deugd lgdt,
leering, die
iden van een
lij het Ver-
umarkt 34,
het bedrag,
Iken boek-
EI een flinke
ING, beiden
der No. 1788,
T gebrouwen.
(Naar M Engeltch.)
IX.
1 ViKgr.
gr. f 0,50.
GOUDSCHE courant.
ADVERTENTIEN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
handelingen, maar dat er ééns in de week iets is, i zooals hij hem beschouwde, den Wel Eerwaarde Cro-
--i_ x-a-h:-i- ton Kils worth.
Na deze opwelling, en zeer tevreden dat er geen
getuige bij was geweest, stapte Bill met vluggen
.w.i en op den grooten weg gekomen, washy
weldra op marsch naar de hoofdstad.
De WelEerwaarde Croton Ellsworth had hem al
dien tijd gadegeslagenhij zag hem den weg af- o
komenhij zag hem stilhouden en voorzichtig rond
zien hij zag hem zijn tengere vuist ballen tegen het
heilige geboutf; hij zag dit alles met iets van die
zelfvoldoening, welke een politie-spion gevoelt, als hij
tot zijne vreugde ontdekt dat de verdachte persoon,
dien hij zoo lang bespied heeft, werkelijk de misda
diger blijkt te zijn, dien hij zoekt.
Den volgenden Zondag werd de geschiedenis van
Bill Holt aan de kinderen van de Zondagschool, met
de noodige opsieringen, vertelt. De predikant be
gon met een relaas over «de. moeder van den knaap"
en hare afvalligheid."
Het natuurlijk gevolg was, zeide zijne WelEerw.,
de schrikbare ongeloovigheid yan haar kind, die op
openlijke heiligschennis uitliep.
Den arm, die op zulke eene wijze tegen de kerk
werd opgeheven, kon het nimmer welgaan. Hij zou
verdorren en verschroeien ten teeken van God’s toorn.
Wat beefden de kinderen! Wat waren zij blijde
Bill Holt noch de moeder van Bill Holt te zijn!
Ik geloof wel dat er enkele gevoelige harten ge
weest zullen zijn, die medelijden met Bill hadden;
waar wij als tegenstelling op kunnen wijzen.
Op het land heeft de torenspits minder een der-
gelijke beteekenis. Op de grens heeft zij niets van getuige bi
dien aard. Daar spreekt zij slechts van afhankelyk- j tred voort
heid van God en de noodzakelijk om dit te er
kennen.
Maar overal, in de stad, op het land, in de wil
dernis, is de torenspits eene bekentenis van bezorgd
heid over hetgeen hiernamaals komen zal.
Hiervan sluit ik echter de nederigen uit; de armen
van geest, bedoel ik, voor wie de torenspits een be
vestigend teeken is van God en Zijne tegenwoor
digheid.
BiÜ Holt kwam tegenover de Episcopale kerk.
Toen stond hij stil.
Eerst nam hij den weg bedaard in oogenschouw.
Er was niemand in ’t gezicht.
Daar overtuigde hij zich van. Nu balde hij de
vuist en schudde die nijdig tegen het gebouw.
Wat bedoelde Bill Holt daarmede? Ik geloof dat
hij ”t zelf niet recht wist. Wat het ook wezen mocht,
ontbrak het hem, naar ’t scheen, aan den moed om
daarbij gezien te worden. Zooveel bleef er ten minste
van den ouden eerbied over.
Misschien wilde hij hierdoor lucht geven aan de
opgekropte bitterheid zijne vroegere jaren; maar
waarom dan zijne gramschap tegen het kerkgebouw
gericht? Waarschijnlijk bracht hij het in verband
met den ouden vijand en vervolger van zijne moeder,
^■•.gyjiiiiatwaïwiiw nww
Toen in het vorig jaar het gemeentebestuur
tot den minister van binnenlandsche zaken
het verzoek richtte om subsidie voor een vol
ledig gymnasium, was het als vrjj zeker aan
te nemen, dat de Regeering, indien zij daartoe
bereid werd bevonden, zou aandringen op een
nieuw gebonw. Dit was den Raad dan ook
bekend, toen hij het bekende besluit nam. B.
en W. hadden in hun plan gerekend op een
spm van 25,000 voor stichting van nieuwe
lokalen. Het schrijven van den minister,
-waarin deze zich bereid Verklaarde het verleenen
van een rjjkssubsidie te bevorderen zooals aan an
dere dergeljjke inrichtingen wordt gegeven
d. i. ten bedrage van de helft der werkelijke
kosten, stelde dan ook, gelijk overal elders,
de bepaalde voorwaarde, dat de Gemeente zich
■zon verbinden tot het stichten van een nieuw
schoolgebouw. Dit is geen wonder. Als het
Rijk zich een belangrijke uitgave getroost ten
behoeve van het hooger onderwjjs, heeft het
recht te vorderen, dat de te stichten inrich
ting voldoet aan alle billijke eischen en daar
onder behoort in de eerste plaats een eigen
gebonw. Dit spreekt zoo vanzelf, dnt pogin
gen om in die voorwaarde verandering te bren
gen onbegonnen werk zonden zjjn. Tot dus
ver heeft then zich voor het progymnasium
beholpen met het gebouw der burgeravondschool,
natuurlijk met toestemming der Regeering, die
ook thans reeds de helft der werkeljjke kosten van
bet onderwjjs bijdraagt. Eeuderredenendaarvoor
is zeker geweest, dat het gegronde vooruitzicht
bestond, dat de inrichting binnen een niet te
lang tijdsverloop op grond der bepalingen van
de wet zou moeten worden uitgebreid tot een
volledig gymnasium en dat dan onmiddelijk zich
de noodzakelijkheid van een ander gebouw
zou doen gevoelen. In het gebonw der
burgeravondschool toch zijn niet de in het ver
volg vereischte zeven lokalen disponibel, terwijl
daarenboven de thans in het gebrnik zijnde
vier schoollokalen voor het doel weinig ge
schikt zjjn. Zij zijn voor een veel grooter
aantal leerlingen ingericht en worden gedurende
den winter des avonds gebruikt voor groote, uit
ambachtsjongens bestaande klassen, hetgeen
ten gevolge heeft dat het er ’s morgens alles
behalve frisch ie. Ook is er geen docenten
kamer, welke voortaan, als het leeraars-
personeel talrijker is, niet kan gemist worden.
Een afzonderlijke concierge is ér niet; de
dienst wordt waargenomen door den bediende
van de rijks hoogere burgerschool, die wel dé
lokalen opent en sluit, 's morgens de kachels
aanlegt, maar overigens den geheelen dag aan
den Tiemieweg op zijn post moet zijn.
Leeraars en leerlingen moeten gedurende de
schooltijden in zjjn dienst voorzien, naar de
bel luistereh, boodschappen aannemen, enz.
Het is dus geen wonder, dat de Regeering,
als zjj eene goede regeling van het gymnasi
aal onderwjjs wenscht, geen gedegen nemen kan
met den tegenwoordigen primitieven toestand.
In de zitting van den gemeenteraad van 22
Januari jl. hebben B. ep W. een voorstel in
gediend om aan de gestelde voorwaarde te
voldoen. Zij stellen voor de voormalige Gasthnis-
kerk af te breken en op de vrijkomende ruimte een
gebouw te stichten met de vereischte zeven
schoollokalen, een rectors- en een docenten
kamer en een woning voor den coucierge of
althans een vertrekje voor dezen, als hij niet
in het gebouw woont. De kosten van het
gebouw zijn geraamd op 14,000, die van
den woning voor den concierge op 1200 en
van het ameublement op 800, dus een ge
zamenlijk bedrag van 16,000.
Wjj moeten zeggen, dat de som ons zeer
meevalt, als men in aanmerking neemt, dat
de eerste raming, die berekend was naar het
geen elders was uitgegeven, 25,000 bedroeg.
Dit geringer bedrag is zeker voor een deel
het gevolg van de omstandigheid, dat er op
geen lokalen voor onderwijs in natuurweten
schappen gerékend is. Deze vakken zdtlen
kunnen worden gegeven in het lokaal der
rijks hoogere burgerschool. B. en Whebben
zich zeker overtuigd, dat bjj het Rijk daartegen
geen bezwéar bestaat. Bij eenigen goeden wil
van weerszijden is dat ook wel te vinden, daar
zoowel het aantal lesuren in die vakken als het
vermoedeljjk aantal leerlingen niet groot is en het
daarenboven niet zeker is in eene gemeente
als. de onze, dat de splitsing van de hoogere
klassen telken jare noodig zal zjjn. Indien
reeds voorloopige besprekingen in dien zin heb
ben plaats gehad, verdienen B. en W. in dubbele
mate waardeering voor hun streven om de te
stichten inrichting zoo weinig kostbaar te
19)
Hij had gemakkelijk met den spoortrein kunnen
gaandan zou hij in drie kwartier in de stad zijn
geweest.
Dit lag echter niet in zijn plan; lijj had zich voor
genomen te loepen. Hij had behoefte aan eene flinke
beweging van vier of vijf uur om tot kalmte te
komen en zijne gedachten eene andere richting te
geven.
Hij liep langzaam voort naar den grooten weg.
Voordat hij dien bereikte, sloeg hij eene straat in,
die er parallel moe liep, on stapte voort totdat hij
tegenover de Episcopale kerk kwam.
De torenspits van eene kerk heeft veel te betee-
kenen. Dat zeg ik altijd bij mij zelf als ik er eene
zie. In de stad spreekt zij van zwier, wedijver, ge
zellige bijeenkomsten, wuftheid, huwelijken, bruilof
ten, dood en begrafenissen. Zij spreekt van zucht
naar onderscheiding wegens meerdere vroomheid, van
het streven naar kerkdijk gezag, naar bewondering
en toejuiching. Zij spreekt er bovendien van dat wij
olfzuohtig en bedorven zijn in onze dageljjksohe