STB BINNENLAND. FGEN de BROOD- i de Weduwe W8 neer!!! <1 Zaterdag 30 Maart. N9 38 Nieuws- en FEUILLETON. oa, rist 188». Advertentieblad voor Gouda en Omstreken* UIT VERRE GEWESTEN. ite £d ler-ËJ Hen, Co. ider De inzending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave. 1 den Uitgever EN geld daar, De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Oe prjjs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nonuners VIJF CENTEN. Bovendien worden alle Advertentien gratis opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD, 't welk des Maandags verschijnt. GOUDSCHECOURANT (Naar het Engelech.) LXI. P- l g it April weder et geven van flinke ZAAK uda. af van stand, H. aan het 'aardingen. Holt was zeer verwonderd toen hij bemerkte dat naar de preek had geluisterd en dat die reeds I uit was. Hij wachtte, uit nieuwsgierigheid om den predi- tverkoeht bij ïman, Fiendeweg. IN DON is istaande par- ;e haar binnen verdwijnen, srijk en zacht 85 cent per con. Alleen C. HUINCK GOUDA, 29 Maart 1889. Voor eenigen tijd is medegedeeld, dat de Kamer van Koophandel en Fabrieken alhier zich in zake de tarieven van ijl- en vrachtgoed had gewend tot de Directie van den Ned. Rijnspoorweg. Als gevolg der pogingen van de Kamer kunnen wjj thans tot ons genoegen mededeelen dat de ge noemde Directie eene niet onbelangrijke concessie heeft verleend. Sedert 15 Maart toch kunnen inhetjjl-envracht- goederenverkeer tusschen Gouda en de overige binnen- landache stations dier Maatschappij zendingen beneden 10 KGr. worden aangenomen, mits voor 50 KGr. berekend wordende. Dat dit een niet onbelangrijk voordeel is moge uit één voorbeeld bljjken. 60 KGr. wordt als vracht goed naar den Haag verzonden voor 30 ct., terwijl voor 30 KGr. als bestelgoed daarheen verzonden reeds 39 et. betaald wordt. Wij meenen dus dat de Goudsché handel floor dit besluit ten zeerste gebaat zal zijn en dat de Kamer van Koophandel een woord van lof voor hare activiteit in dit opzicht verdunt. In de zitting der Tweede Kamer van heden werd discussie gevoerd over art. 5 der arbeidswet (regeling arbeidstijd); verschillende amendementen werden voor gesteld. De Commissie van rapporteurs stelde voor om voor jeugdige personen van 1618 jaar den arbeidstijd niet te beperken. De heer Fabius stelde voor om dispensaties door Ged. Staten te doen ver- leenen. De heer de Geer om den maximum werk tijd van vrouwen en jeugdige personen te bepalen op 11 uur, maar de regeling, aanvang en einde over te laten aan fabrikanten; de heer Heldt om voor kinderen van 1214 jaar den maximum ar- maar de vraag is, welke vruchten zult gij er in do dagen van de week van plukken? Antwoordt mij daarop! Van de Zondagen spreek ik niet. Ik vraag u naar de zes dagen in de week en als die worden doorgebracht in gestadige zelfzuchtige bemoeiingen, zonder eene enkele gedachte aan goeddoen te wijden, zoudt gij denken dat het n dan iets baat of gij al op den Sabbath hier komt? Ik betwijfel het. Dat zou slechts uwe schijnheiligheid bewijzen. Het zou zooveel als te kennen geven: ik zal het goedmaken dat ik zes dagen den duivel dien, door mijn Zon dagschol! rok eenige uren aan te trekken en, Heere Heere", te roepen. Omtrent den Utrechtschen jonkman, die voorgaf eene erfenis van eenige millioenen te ontvangen te hebben deelt het L. D. de volgende bijzonderheden mede: Die „schatrijke* heer bestelde bij een handelaar in muziekinstrumenten twee piano’s .voor 1500, waarvan er ééne werd geleverd een bed Jan-hande laar leverde hem voor een bedrag van f 200, een meubelmaker, voor eene som van f 800, terwijl bij dezen in bewerking was voor 2500, een tapijt handelaar had voor hem in bewerking voor 3000, iemand leende hem eerst 6000, daarna f 4000, twee handelaars in wijnen leverden voor 300, waarvan de één de waarde terugkreeg. Eene firma in boek, plaat- en kunstwerken vertrouwde hem voor 2300. Een schilder verkocht eene schilderij aan hem, doch leverde ze gelukkig nog niet af, daar er hier en daar nog iets aan afgemaakt moest wor den. Ijiter, als de heer in Leiden woonde, had hij nog veel meer noodig. Een kleermaker, die hem de noodige kostuums leverde, had de behendigheid zijne leverantie weer in bezit te krijgen. Mijnheer dineerde te ’s-Hage voor 10 daags; zijne maandpaarden aldaar kostten hem 140 per maand, waarvan hij voor ééne maand betaalde. Eiken dag kwam een palfenier driemaal vragen of mynheer ook uit rijden wilde Enkele brieven, welke mijnheer ontving, waren ADVERTENTIEN worden geplaatst ran 15 regels a 50 Centeniedere regel meer 10 Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. vrouw zwaar lichamelijk letsel te hebben toegebracht, door haar met een mes in de zijde te steken, zoo- dat zij zeer kort daarop aan de gevolgen is over leden. De rechtbank, in aanmerking nemende het reeds sedert langen tijd zeer slechte gedrag dier vrouw, veroordeelde den beklaagde slechts tot eene gevan genisstraf van zes maanden, ingaande op den dag zyner inhechtenisneming. beidstijd op 9 uur te stellen. Velen waren voor het amendement De Geer, dat echter sterk bestreden werd door de hh. Borgesius en Rocll. De discussie liep niet af. De Staatcourant bevat het navolgende besluit: De Baad van Ministers, samengesteld uit de hoof den der ministerieele departemènten, Van oordeel, dat Zijne Mgjéateit de Koning buiten staat geraakt is de rogeering Waar te nemen, Gezien het adries van den Raad van State van den 27sten Maart 1889, Gelet op do artikelen 38 ea 39 van de Grondwet, Heeft goedgevonden en verstaan: De Staten-Generaal in Vereemgde Vergadering bijeen te roepen op Dinsdag Sen ïden April 1889, des namiddags ten twee ure, met uitnoodigiug aan de leden der beide Kamera, rich op dat tijdstip in de Vergaderzaal van de Tweede Kamer der Staten- Generaal te rereenigen. Afschrift van dit besluit zal worden gezonden aan de beide Kamers der Staten-Generaal. 't~Gramhage, 28 Maart Naar wij vernemen, zal het bestuur van den cil- gmeenen Nederlandechen tfielrijdcrtbonit, op verzoek van Z Exc. don minister van Oorlog, weder zijn tussebonkomst vorleenon bij het oproepen van vrij willige militair-wielryders. De regeling zal nu een geheel definitief karakter dragen. De voorwaarden, waaronder de deelname zal geschieden, zyn in hoofd zaak geregeld en zullen met de oproeping opgenomen worden in het eerstvolgend nummer van het Bonds orgaan, dat in verband daarmede misschien eenige dagen na den In April zal moeten verschijnen. Gisteren werd te ’s-Hertogenbosch door de arron dissementsrechtbank uitspraak gedaan in de zaak van F. v. d. B., agent van politie le kl. te "s-Bosch, beschuldigd van op den 6den Maart jl. zijne huis- 63) „Is er een goed predikant?" „Een beste. Hij ontziet niemand en niets't is geen femelaar. Wilt gij hem eene gaan hooren?" „Ik denk het wel.» En Holt ging er heen. Hij zag een klein man van middelbaren leeftyd, die niets bijzonders in zijn voorkomen had, den kansel betre den. Na de gebruikelijke plechtigheden, waaraan Holt niét de minste aandacht wijdde, gaf de predi kant den tekst op. Mattheus VII vers 20: „Want aan hunne vruchten zult gij hen kennen." Dit onderwerp had voor Holt juist iets aantrek kelijks. De preek was kort en praktisch. Ik zal er eenige uittreksels van geven. „Mijne vrienden," sprak de predikant, „de men- schen zijn altijd geneigd om geloof en vormen als goede daden aan te merken. Zooals ik u meer dan eens heb gezegd, ligt er in geen van beiden eenige deugd, evenmin als vroomheid bestaat in enkel naar de kerk gaan. Ik ken de verschillende beweegre denen niet, die u 1 „En wat zou onze Heer tot zulk een mensch zog gen? Hij zou zeggen: „Vriend, gij had geen recht u al die rijkdommen te vergaderen. Gij zijt nu zeventig jaar en gedurende de vijftig jaar, dat gij ze hebt bijeengegaard, hebt gij mijn werk veronacht zaamd, hebt gij al die vijftig jaar veel kwaad ge daan en toegelaten, en zijt op uw aanzienlijk ver mogen trotsch geworden, ijdel en zelfzucKtig; en thans, nu gij uw stervensuur voelt naderen, tracht gij u zelf te verheerlijken door weg te geven wat u niet langer toebehoort." „O, broeders, stel uwe goede daden niet uit tot dat de vrees voor het oordeel u dringt. Laat uw dagolijkschen wandel overvloeien van goedheid en liefde tob elkander. Dan zullen wij een hemel op aarde hebben. Jaag niet naar groote rijkdommen. Ah voorspoed uw deel is, gaat dan goeddoende rond. Door het persoonlijk streven van ieder levend schepsel om goed te zijn, en niet door preken, moet de wereld hervormd worden. Een groot leeraar, of een groot redenaar, of een groot zedepreker, kan niet half zooveel goed doen als een oprecht diséipel van Christus, die leeft overeenkomstig de beginselen van de wet der liefde." geeft geld hier, en philanthroop denkteekens worden voor hem opgericht en „Zie rondom u in de wereld en pas de woorden toe: „Aan hunne vruchten zult gij hen kennen," vruchten, die van dag tot dag en van jaar tot jjar geen enkelen goeden oogst oplereren. Zoo gaat het veelal in de wereld. Als iemand, die jaren lang zelfzuchtig geleefd heeft, zonder eene enkele edel moedige opwelling, maar altijd met hetzelfde doel voor oogen, namelijk: hoe den voordeeligsten koop te sluiten of bij eene onderneming te winnen, als zoo iemand, zeg ik, zijn einde voelt naderen, wetende dat zijn kapitaal hem in de toekomende I wereld van geen nut kan zijn, dan wordt hij een I philanthroop en geeft geld hier, en geld daar, en i zijn naara wordt in de nieuwsbladen vermeld en ge- i hij hij daalt uit heden hier doen samenkomen: met groote eer ten grave.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 1