[S, cten, Ij 11 3804. >9. DE, I I BINNENLAND. Donderdag 18 April. 1880. FEUILLETON. eever, rzitter. UIT VERRE GEWESTEN. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. te KNOX ix-w! c. offen, 9 1 ilpbank jchfeest avonds 11MG zal dingen. Jdeeltelijk ebrassluis 0.000.- i VAN [ËN. softe Cou- ff De inzending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. Aftreding 1891. 1895. G. Strayer. ■- A. A. A. J. VVVG‘VUI> ornuumg juju, ontstaat door het optreden van Mr. J. H. Van Mierop [AN Zoon. i jjgen tegen izichter van cretarie van nraden, Jjjkgraaf. Cretans. De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prjjs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Bovendien worden alle Ad vertentien gratie opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD, 't welk des Maandags verschijnt. EMRADEN tens in het SN op den C. Kooijman. Dr. D. Terpstra. A.T.vanderPooL C. van Veen. J. J. Braggaar. (Naar het Engehch.} LV. an Rijnland js van elke ir van Riju- ÜCHNEB, II eene goudsche courant. len door het KMAN en H. Jager. T.A. G. vanDeth. J.KortenoeverJr. W. Kromhout Jr. J. H. Boers. G. van der Garden. Kwinkelen- berg. T. M. Tein- minck. G. Langeraar. W. J. Fortuijn Droogleever. C. Knaap. C. Hoogenboom. herkozen en gesteld zijn als volgt: Kerkvoogden. 1893. G. A. Oudijk. J. M. Noothoven Van Goor. ADVERTENTIEN worde» geplaatst van 15 regels a 50 Centeniedere regel meer 10 Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. C. van Eijk. Mr. J. Fortuijn Droogleever. H. J. Nederhorst. T. J. Koobs. J. A. P. Montiju. Gisterennamiddag gingen te Zevenhuizen# paar den, gespannen voor een slede, hollende door de dorpsstraat juist toen die gevuld was met spelende schoolkinderen, die voor ’t meeendeol geen erg in het naderend gevaar hadden, zoodat een er van, een zoontje van 8 a 9 jaren van den landbouwer A. de V., Nu evenwel kon hij vijfhonderd dollars van het verschuldigde bedrag afdoen, en hoopte binnen het jaar de geheele schuld met de interest te vereffenen. De niets vermoedende dame nam het geld aan, en beschouwde het als eene bijzondere beschikking der Voorzienigheid tot verlichting van haar en hare dochter in deze treurige omstandigheden. LVL Mr. J. H. van Mierop. 79) Maar hij las onder de dooden dien van Charles Graves, van Nvroeger van New-York. Holt las, op een afstand van duizend mijlen, een gedrukt bericht van de treurige gebeurtenis, terwijl het lijk van den armen Charley nog warm was, en terwijl er op een afstand van slechts vijftien mijlen toebereidselen werden gemaakt om hem bij zijne tehuis komst met een smakelijk avondmaal te verwelkomen. Dit zijn de voorrechten der hoofdstad! Holt ver liet den omnibus en liep met langzame schreden naar huis. Hij at bijna niets. Terstond spoedde hij zich naar zijne kamer, die hij den geheelen avond op en neder stapte. Waar dacht hij aan? rige jaar «de Bijzondere school” aan kant gedaan eri leefden stil op een rustig plekje, hunne geboorte plaats, even buiten het aangename dorp A. in Connecticut. Zij werden oud, en besloten de zorg over jongens en meisjes aan anderen over te laten voordat zij hun roem overleefden. De tijd had de schoolmeesteres zacht behandeld. Hare lokken waren vergrijsd, dat is waar, maar het lichtbruine oog was hoog helder en hare gestalte rechtop en neer krachtig. Haar hart was nog jong en haar gevoel frisch. Terwijl zij daar in hare stille afzondering zat, •werd zij plotseling gestoord door het open en dicht doen van de voordeur. Bijna op hetzelfde oogenblik werd de deur van hare kamer geopend en Clara Digby kwam haastig binnen en sloeg hare armen om den hals harer oude vriendin. «Wel Clara, mijn kind! Ik had u nog in geene week verwacht; wat ben ik blijde u te zien!” Clara gaf geen antwoord. Zij drong zich slechts des te dichter tegen hare vriendin en verzorgster aan. «Wat deert u, lieve?” sprak de laatste, toen zij zag -dat Clara het stilzwijgen bleef bewaren. a Tante Mehitabel, ik ben hier gekomen om altijd bij u te blijven.” Als Clara opgewonden was, had zij altijd iets treffend eenvoudigs in haar toon en manieren. Ter- i wijl zij dit zeide, herinnerde juffrouw Pettengill zich het tooneel, toen Clara, als een klein kind, met haar vo- vingertje naar buiten wees, uitroepende: «Daar Twee weken later vroeg iemand van een deftig voorkomen mevrouw Randall te spreken, en deed haar de eenigzins zonderlinge mededeeling dat hij haar echtgenoot, den overleden spoorwegaannemer, de som van tweeduizend dollars schuldig was, die hij tot peins verzonken, dusverre nog niet had kunnen betalen. Tot leden van het bestuur der kiesvereeniging Burgerplicht zijn benoemd de heeren F. Herman Fz. en G. Prince, die deze benoeming hebben aangenomen. Mehitabel Pettengill was bedaard bezig niet den inhoud na te zien van een ouden schrijflessenaar, waarin zij hare papieren van vroeger dagen bewaarde. Zij hadden (|aar vele jaren onaangeroerd gelegen. Nu zag zij ze zorgvuldig na, met voornemen om er het grootste gedeelte van te verscheuren. Als wij ons in het onveranderlijk verledene ver diepen, is het eene treurige herinnering. ’t Is eene weemoedige bezigheid, die of met ons zelve in verband staat of met andere personen, zoo- als zij eenmaal waren. Weemoedig in alle opzichten, hetzij wij de veranderingen, die wij bespeuren, als onvermijdelijk beschouwen, of veroorzaakt door grillen of verraad. Vooral kwam het Mehitabel zoo voor, toen zij een pakje met dichtgevouwen brieven opnam, die met een verschoten blauw lint bijeen waren gebonden. Zij aarzelde om het te openen, en zat in diep ge- «De heer en juffrouw Pettengill” hadden .het Notabelen. A. van Veen., C. C. Knaap. van Reedt Dortland. K. van der Garden. H. Straver. Commissie van Oppertoezicht. J.W. Haverkamp Begemann. A. Dortland. A. Kok. W. Kromhout Sr. P. HooftmanJr. GOUDA, 17 April 1889. Gisterenavond had in de zaal Kunstmin der sociëteit Ons Genoegen eene vergadering plaats der kiesvereeniging Burgerplicht, tot het stellen van drie candidaten voor de Provinciale Staten. Voorgedragen waren de heer Mr. A. A. van Ber gen Uzendoorn door de heeren H. Jager, K. Jonker en H. J. Nederhorst en de heeren Mr. A. A. van Bergen Uzendoorn, G. A. van Houweninge Gz., R. Blok, allen aftredende leden, door de heeren Mr. J. Fortuijn Droogleever, Dr. W. Julius en J. M. Noot hoven van Goor. De heer H. Jager, het woord voerende ter aanbe veling der door hem mede voorgedragen candidatuur, stelde op den voorgrond dat hij en zijne medevoor- stellers slechts één naam genoemd hadden, niet om dat de beide andere leden niet hun sympathie hadden, maar uit bescheidenheid ten einde ook andere leden der vereeniging in staat te stellen candidaten te noe men. Zij voelden zich geroepen in de eerste plaats den naam van onzen Burgemeester op de lijst te brengen. Zegt men als spreekwoord «onbekend maakt onbemind” ten opzichte van dezen candidaat mocht bij dit gezegde zeker omkeeren en zeggen’, «bekend maakt bemind.” Want wij allen kennen hem en achten hem hoog. Onder zy’ne vele goede hoedanig heden wil spreker alleen enkele opnoemenzijn eer lijkheid en bescheidenheid, zijne humaniteit en min zaamheid voor iedereen, zijne groote begaafdheden en grondige kennis van de zaken die het meest in de Staten voorkomen, als waterschapsbelangen, wegen, enz. Hij herinnert aan de groote diensten, die de heer Uzendoorn het district en de provincie heeft bewezen, zoodat de Staten hem eens de eer aandeden hem tot lid van Gedeputeerden te benoemen; heeft de burgemeester toen bedankt uit liefde voor zijne Hervormde Kerk zullen met het zitting nemen der Juli a.s. samen- betrekking in de stad, de kiezers kunnen niet beter toonen dit besluit te waardeeren dan door hem opnieuw af te vaardigen. Aan geen ander zijn onze belangen beter toevertrouwd dan aan hem. Spreker durft dit met een gerust geweten te zeggen, afge scheiden van alle staatkundige overwegingen. De heer Mr. J. Fortuijn Droogleever, namens het andere drietal voorstellers het woord voerende, zegt dat hij aan hetgeen door den vorigen spreker gezegd is betreffende den heer Van Bergen Uzendoorn niets heeft toe te voegen. Ten opzichte van de beide andere candidaten kan hij zeggen, dat het insgelijks bekwame en eerlijke mannen rijn, die als leden der Staten groote verdiensten hebben en grondig bekend zijn met de hun toevertroawde belangen. In de eerste plaats toch komt het by leden der Prov. Sta ten aan op bekendheid met het district, met locale toestanden en belangen. Uit dit oogpunt kunnen zij gerust naast den heer Uzendoorn gesteld worden. Daarenboven geldt nog de overweging, dat de groote afdeeiingen van het district recht hebben op verte genwoordiging. De Krimpenerwaard behoort zijn lid (den heer Blok) te behouden, Vferwijl zeker eene groote gemeente als Gouda aanspraak mag maken op een zetel voor eeh zijner burgers. Om deze redenen be veelt hij dringend de herkiezing aan der drie af tredende heeren. Daar niemand meer het woord verlangde, ging de vergadering tot stemming over. De uitslag was dat de genoemde heeren met algemeene (38) stemmen tot candidaten der vereeniging werden geproclameerd. Na opwekking van den voorzitter tot ijver bij de verkiezing, waar de strijd zeker warm zal zijn, ging de vergadering tot huishoudelyke zaken over. De verschillende Colleges van Beheer der Nederl. gekozen heeren op 1 De vacature in Oppertoezicht, aftreding 1893 als kerkvoogd.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 1