BINNENLAND.
EN
k®.
JTG.
eer II!
IN- 3901.
Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Nieuws- en
omen
DON.
jnt de
'aagd:
Drys-
port
xem-
Tolx.!
f
1889.
EN.
Gobelin,
itte
IM.
FEUILLETON.
Zaterdag 27 April.
i
De inzending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave.
d kan GE-
I
<k
Ik
IN Zoon.
f
ÏT
vena onder
□rant.
De uitgave dezer Courant geschiedt dageljjks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco
per post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Bovendien worden alle Advertentien gratis
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD,
*t welk des Maandags verschijnt.
«Gouda.»
SUR.
•Aa
1
Vinkelhuis)
tegen eene
che Cou
th door het
.MAN en
;d een ge-
aar te be-
1836 aan
deze zjjnen
eergel. Heer
ir, voor de
ijjne vrouw
mken heeft.
HJWER.
prjjzen.
z«.
VDOJ7 is
aande par-
laar binnen
rerdwjjnen.
gk en zacht
5 cent per
n. Alleen
HUINCK
(Naar het Duitseh.)
goudsche courant.
ADVERTENTIEN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centeniedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
Ministerie in de vergadering der Kamers worden
aangeboden.
Op de door het hoofdbestuur van den Nederiand-
schen Schutterijkader-bond uitgeschreven prijsvragen
zijn de navolgende antwoorden ingezonden
Prijsvraag A: nWelke zijn de verplichtingen tij
dens eene mobilisatie yoor den adjudant-onderofficier
en den sergeant-majoor der schutterij?» Ingekomen
vier antwoorden, als motto Mobiel, te Amsterdam;
Liberia» vita carior, te Amsterdam; Indië'te Arnhem,
en En rekent d’ uitslag niet, enz. te Gravenhage.
Prijsvraag B: .Schets de gedragslijn, welke een
kaderlid der schutterij in de onderstaande gevallen
moet volgen, opdat hij zijn uniform met eere drage.»
Ingekomen vier antwoorden, als: motto Aanhouden
doet winnen, te ’s-GravenhageL’ame du service, te
Hoorn; Met eere, te Utrecht, en Schutterijkaderplichi,
te Amersfoort.
Gisteren avond is er een buitengewoon nommer
van de Staatscourant uitgegeven met het volgende
bericht omtrent den toestand van Z. M. den Koning.
Volgens verklaring ren prof. Bosenstein en de
geneesheeron des Konings is de toestand van Zijne
Majesteit op dit oogenblik naar omstandigheden zeer
gunstig. De ernstige stoornissen van het Zenuw
leven zijn geheel gewekende slaap is rustig en
verkwikkend; de voeding is voldoende, en de krach
ten des Konings ^emen zichtbaar toe.
De vereenigde vergadering der Staten-Generaal’tot
ontvangst van de wetsroordracht tot benoeming van
een Regent of Regentes, is thans bepaald op 30
April a. s.
Nagr wij vernemen ral het ontwerp door het
begin. Dat merkte ik aan het stof op mijn schrijf
lessenaar, en aan de aardappelen, waarin het zout
vergeten was.* Toch nam ik de zaak in den beginne
niet al te zwartgallig op. Ik bleef vriendelijk, stelde
me tevreden met de ongezouten aardappelen, stofte
zelf mijp schrijftafel af en deed al mjjn best om den
vrede te bewaren.
Y Vreemd was het, dat mijn oude, gezellige vriend
Salomon 'Rasmus thans hoogst zelden ‘bij ons kwam.
Eenige malenbad hij laten afzeggen, dringende üit-
noodigingen zelfs. Zou hij soms Wel, waarom
niet? Als hij maar geen dichterlijke vrouiv neemt
of een, die zich met wijsbegeerte afgeeft. Daarvoor
moest ik hem toch waarschuwen.
Hij lachte mij in mijn gezicht uit. Daarop echter
nam hij me ter zijde en begon hoogst ernstig tot
me te spreken. ’tWas verschrikkelijk! Eens had
hij bij ons een paarlmoeren knoopje in de spinazie
gevonden, en een anderen keer een klein borstetrikje
in de ragout. Ik herinnerde mij dat Joh. zoo’n ding ge
mist had. Rasmus had het behendig verdonkeremaand,
om mijn vrouw niet in verlegenheid te brengen.m
Woedend kwam ik thuis. Joh. was uitgegaAn. Wp
haar werktafeltje lag een boek, half onder eenig
naaiwerk verscholen. Ik las op den titel: uKant.
Critiek van het zuivere verstand." Ik was juist in
eene goede stemming. Het boek opgrijpen en uit het
raam smijten, was het werk van een oogenblik.
Een klets, gevloek en schaterend gelach drong van.
de straat tot mij door. Ik keek het raam uit. Daar
(Vervolg en slot.)
Ken ander echtgenoot vond hei pleizierig als
zijn vrouw haar kennis trachtte uit te breiden, maar
ik had me nooit om hare vorming bekommerd; wat
mij Betrof, mocht zij iltijd een domme gans blijven!
Lieve hemel, wat een stortvloed van woorden!
Terstond maakte ik mij uit de voeten. Was dat
mjjn .Joh? Wat moet daarvan worden! Wat al
schrikkelijks kon 'mij te wachten staan, als reeds het
eenvoudige plan om zich op de wijsbegeerte toe re
leggen zooveel beroering in een argloos vrouwenge-
i moed teweeg bracht.
Ik had een ernstig onderhoud met Sophus; hij
moest haar die zotheid uit het hoofd praten en haar
nooit weer op zulke gedachten brengen.
Hjj lachte mij uit; zij zou ’tspoedig genoeg op
geven. Hij kende echter mijn vrouw niet!
«Ons blad" bestelde ik onmiddelijk af. Mjjn
vrou* mocht niet heelemaal gek worden.
Jon. schreide en klaagde orer dwingelandij.
een dwingeland! Ik sloeg enkel een verwij
tenden blik op haar.
Met de wijsbegeerte maakte zij al spoedig een
Boot, van Berkel, van der landen, van Straaten en
J. Üpelaar Jzn. Ter visie.
3. Het verslag van den toestand der gemeente
Gouda, over 1888.
Dit wordt gedrukt en vervolgens den raads
leden een ez. daarvan bezorgd.
De Voorzitter deelde mede dat de boeken en de
kas van den gemeente-ontvanger door B-. on W.
waren nagezien en in orde bevonden.
Tot lid der commissie vin beheer der stedelijko
gasfabriek werd met algemeens «temmen herbenoemd
de heer G. A. Oudijk.
-
De Eerste Kamer heeft heden aangenomen o. a.
de ontwerpen tot wjjziging der accijnsen op bieren
en azjjnen, de wjjziging der gestichtenwet, bekrach
tiging tot heffing in Zeeland én de overeenkomst met
’e Bosch. De heer Kappevne hield tegenover den
Minister Mackay vol, dat de fcrmulierwetten onge
wijzigd konden bljjven, zoolang de koninklijke waar
digheid niet overgegaan was, In de volgende week
,komt de Arbeidswet in behandeling.
GOUDA 28 April 1889.
In de hedenmiddag gehouden vergadering van
den gemeenteraad, die door 13 leden werd bjjge-
woond (afwezig waren de heeren van Mierop, Oudijk,
van Vreumingen en Lotsy) werd vastgesteld het
Kohier der Plaatselijke directe belasting op de in
komsten, dienst 1889.
De volgende stukken kwamen bij den Raad in
1. Een voorstel van B. en W. tot vaststelling
van het getal leeraren aan het op te richten Gym
nasium en de hun toe te kennen jaarwedde.
Blijkens eene ingekomen missive van den Minister
van Binnenlandsche Zaken is er geen bezwaar tot
het verleenen van vergunning om, leeraren aan de
Hoogere Burgerschool het geven San onderwijs op
te dragen aan het Gymnasium, terwijl van de
lokalen, kabinetten en instrumenten voor het on-
derwjjs in de natuurwetenschappen aan de H. Bur
gerschool eveneens mag gebruik gemaakt worden
voor het Gymnasium.
Het voorstel strekt om te benoemen een rector op
een jaarwedde van ƒ3000, een' conrector op 2500,
3 leeraren in de oude talen op ƒ2000 (met eene
verhooging van 200 na Sjarigen dienst aan het
gymnasium alhier), een leeraar in de Ned. Taal op
>100, een leeraar in ’t Fransch op f 1100,
een in ’t Hoogduitsch op 900, een in ’t Engelsch
op 800, een in de Aardrijkskunde op 7.00, een
in de Wiskunde op f 2200, twee leeraren voor de
natuurwetenschappen op rasp, 400 en /800 (met
een verhooging van 100 na 3-jarigen dienst aan
het Gymnasium alhier) en qen in de scheikunde enz.
op een maximum van f 600.
Dit voorstel werd ter visie gelegd.
2. Missives bevattende sollicitatien naar de betrek
king van Directeur der Alg. Begraafplaats, van 8.
De (oude) afd. Amsterdam der vereeniging Volks-
onderwys heeft aan den gemeenteraad een adres ver-
jSj, Ti sSjksu; Si
12 Maart jl., ,om haren wensch te kennen te géven,
dat vanwege de gemeente aan kinderen, die scholen
der gemeente bezoeken, schoeisel en voedsel worde
verschaft, in de gevallen waar dit zal blijken noodig
te zjjn€’
Men zal zich herinneren, dat dit besluit heeft
aanleiding gegeven tot de afscheiding van vele leden
en de oprichting eener tweede afdeeling voor
Amsterdam (over welker wettigheid nu verschil
bestaat.)
In het adres wordt gezegd, «dat de gemeente in
de eerste plaats is aangewezen om al datgene voor
de inwoner» te doen wat der gemeenschap van nut
kan zjjn, en het belang der gemeente brengt mede,
dat de burgerij besta uit gezonde, krachtige, wel
ontwikkelde individuen, en de afdeeling zich over-
II
was me het zuivere verstand in den vollen emmer
van een melkboer terecht gekomen. De kerel over-
stelpte me met een vloed van scheldwoorden, zoodra
hij me zag.
Ik trachtte hem te doen begrijpen, dat de schade
(po groot niet was. Zjjn melk was nu verzadigd met
wjjsbegoerte en dus wijsheid-melk geworden. De
vent Het zich maar niet overtuigen en eischte schade
vergoeding. Ik betaalde en hij wierp me het van
melk doortrokken verstand voor de voeten.
Hot grappige van het geval behield den boventoon
over mijn kwaadheid en lachend nam ik de toege
takelde critiek ter hand. Daarbij viel mijn oog toe
vallig op den binnenkant van het omslag. «Sophus
Gate, Mei 1866.” las ik.
Sophus! Dat was alles wat ik uitroepdn kon.
Mjjn vrouw kwam t’huis. Ik zag terstond dat zij
iets bijzonders had. Ook zjj moest mjjn ongewone
stemming bespeurd hebben, want zij zweeg.
Aan tafel *zij kende mijne zwakke zijde en ro
kende op mijn, vredelievende gezindheid onder den
maaltjjd vertelde zjj me zoo leuk mogelijk, dat
zo bij een vriendin geweest was, wier neef een reeks
van voorlezingen zou houden over de zielsverhuizing
bij de oude Egyptenaren. Zjj had niet anders kun
nen doen dan een doorloopende kaart nemen.
Natuurlijk had ik daar niets tegen. Mijn vrouw
moest ziqh beschaven. Ook wist ik niet wat er nuttiger
en hartverheffender kon wezen dan eenige kennis van
de leer der zielsverhuizing bij de oude Egyptenaren