a
GJ Ek
‘I
1
BINNENLAND.
IX,
-1
3906.
Nieuws- en
omen
Advertentieblad voor Gouda en Omstreken»
int de
1 rijs
oort
xem-
teer!!!
Vrlldag fMtl.
1889.
DON.
'3
5.
TT
De inzending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave.
i Bier.
FEUILLETON.
Zn.
Tricot bjjge-
ar A. B.
C. THIM.
uwerij
int uit
gerust
UIER
het te
.A
t
vergadering behandeld worden.
5)
De uitgave dezer -Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prgs per drie maanden is 1.25, franco
per post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN,
10EKEN of
GOUDA, 2 Mei 1889.
In de Vereenigde zitting der Tweede Kamer ia
met algemeene stemmen besloten dat het geval
voorzien in art. 38 der Grondwet heeft opgehouden
te bestaan.
van
zijn
uit
Bovendien worden alle Advertentien gratis
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD,
't welk des Maandags verachjjnt.
goudschecourant
IT
«Uithoudend»
■wtna Larocht
■Wijn, lil*
léMéiheerén.
inderen.
Kaar het Duitech.
ih.k.ra, Z»t
Gisterenavond is onder leiding van Ds. Herman
de Ridder, te Waddinxveen eene afdeeling van
den Nederlandschen Protestantenbond opgericht,
waartoe een dertigtal leden zyn toegetreden. Tot
voorloopige bestuurders zijn gekozen de hh. H.
Alblas, L. F. Hoogendyk en P. L. Laurusse.
Blijkens achterstaande advertentie is er een nieuwe
dienstregeling geopend van de Leidsche Stoomboot-
Maatschappij wDe Volharding", waarop wij belang
hebbenden attent maken. Daaruit blijkt dat de ver
binding tusschen Gouda, Boskoop en Waddinxveen
veel verbeterd is, wat zeker door velen op hoogen
prijs zal worden gesteld.
J. Schimmelpenninck van der Oye, leden van de
Tweede Kamer.
De heer Van Zuylen is tevens benoemd tot voor
zitter der commissie.
Het voorstel zal vermoedelijk morgen in openbare
De arbeidswet zal morgen of Zaterdag in de
Eerste Kamer worden behandeld. De Minister Hart-
sen deelde heden mede, dat de vrije invoer van
Hollandsch levend vee is uitgesteld tot 1 September.
De Regeering daardoor zeer teleurgesteld hoopt als
nog Engeland tot intrekking van het besluit te brengen.
AD VERTENTIEN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centeniedere regel
meer 10 Centen. GR00TE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
In den namiddag van 22 Februari jl. had in de
Mortol-kazeme te ’s-Hertogenbosch tusschen de
huzaren K. en S. eene vechtpartij plaats, bij welke
eerstgenoemde drie wondjes aan het hoofd bekwam.
Na door zijne kameraden te zijn verbonden, werd hij
den volgenden ochtend op last van den officier van
gezondheid Carpentier ter verpleging in het hospitaal
buiging, tt Onder zulke omstandigheden hebben wij
geen lange inleiding noodig. Laten wij dus ter zake
komen, als u het goedvindt, mijnheer Lund!”
Het eerste woord is aan u, mijnheer Carringshliff!
Spreek vrijmoedig uw wenschen uit, ik luister."
Z/Het verlangen, dat ik bereids in den afgeloopen
nacht uitsprak, vervult mij ook nog op dit oogen-
blik, mijnheer Lund. Wees u zoo goed mij de jonge
dame uit te leveren, die u voor mijn oogen in huis
hebt opgenomen. Mijn rijtuig wacht hier voor de
deur, zoodat ik haar op staanden voet kan piede-
nemen.”
,/U vindt mij bereid aan uw verzoek te voldoen,
alleen heb ik daarbij eenige voorwaarden te stellen.”
wLaat hooren, waarin die bestaan. U zal mij be
reid vinden om u in alle opzichten dienstwillig te
gemoet te komen.”
«Het geval is zeker zeer eigenaardig, dat zal u
niet bestrijden kunnen, mijnheer Carringshliff. Het
is daarom geen ongepast verlangen, als ik afdoende
inlichtingen wensch te ontvangen omtrent de be
staande verhoudingen, voordat ik een besluit neem."
#/Vit den mond van de kranke-zelve zal u wel
reeds menige mededeeliug ontvangen hebben", zei
de advocaat met een loerenden blik, //en daardoor
wordt mij het geven van eene uitvoerige beschrijving
van haar toestand en van de daarmee in verband
staande verhouding bespaard."
MIn deze onderstelling dwaalt u, mijnheer Car
ringshliff. Het meisje hield elke opheldering zorg*
<NDON.it
staande par-
haar binnen
verdwijnen,
rijk en zacht
85 cent per
:on. Alleen
3. HüINCK
De geruchten, welke omtrent de overname
don Ryn- en Centraalspoorweg door het rijk
in omloop gebracht, zijn, naar de X R. Ct.
goede bron verneemt grootendeels, onjuist.
Niet het rijk wil die spoorwegen overnemen,
maar de Maatschappij tot Exploitatie van Staats
spoorwegen, die daartoe irroeger reeds herhaaldelijk
stappen heeft gedaan, in een tijdperk toen de Rijn
spoorweg in eenen staat van achteruitgang verkeerde.
Nu schijnt echter de regeering hare tusschenkomst
te hebben verleend, om de overeenkomst tusschen
de beide maatschappijen te doen slagen, en zal
daarvan natuurlek het onmiddellijk gevolg zyn, dat
ook de Centraalspoorweg onder het beheer van de
Exploitatie-Maatschappij tornt, aangerfen, zodals be
kend is, de N. R. S. voor meer dan de helft eige
nares is van de aandeelen dezer maatschappij.
De onderhandelingen, die thans gevoerd worden,
hebben ongetwijfeld veel kans van slagen, omdat in
het belang van het publiek de overneming zeker ge-
wenscht is; doch daar reeds tweemalen de over
name op de hoogen eischen van de N. R. S. is af
gestuit, kan ook thans de uitslag nog lang niet zeker
geacht worden.
lokt. Hij stond dus onmiddellyk voor de beslissing
van de vraag: of hij Alice aan haar vervolgers van
gisteren uitleveren, dan wel haar nog langer onder
zijne bescherming houden zou. Hij kon tot geen be
sluit komen en dit was met het oog op de omstan
digheden ook het natuurlijkste.
Toen Walther in de spreekkamer kwam, vond hij
een bejaard, tamelijk lang en mager heer met zwaar
gerimpeld voorhoofd, die met een uitdrukking van
argeloosheid op het gelaat zich bezighield met de
beschouwing der schilderijen aan den wand. Hij was
gekleed in onberispelijk zwart gezelschaps-costuum
en had een zwart zijden cilinderhoed van het nieuw
ste fatsoen in de-hand.
«Vergeef mij, mijnheer Lund, dat ik op zulk een
ongewoon vroeg uur reeds voor zaken bij u kom,
maar ons samentreffen in den afgeloopen nacht recht
vaardigt zeker mijn wensch om u dezen morgen te
spreken vóórdat uwe eigene zaken uw aandacht ver-
eischen."
Dat was alzoo de man, met wien hij reeds gister
avond had te doen gehad. Al ware dit niet beves
tigd geworden door de woorden, die hij zoooven
gehoord had, dan zou Walther hem uit duizenden
herkend hebben aan zijn stemgeluid.
//Bekommer u niet over het vroege uur, mijnheer
Carringshliff,” sprak Walther. wÓm een onaange
name zaak uit den weg te ruimen, is het vroegste
uur nog niet te vroeg.”
//Zeer verplicht,” antwoordde Carringshliff met een
DERDE HOOFDSTUK.
Walther was de eerste, die den volgenden morgen
in de ontbijtkamer binnentrad. Van moeder of zuster
geen spoor en de logée liet zich ook niet zien.
Hij begon daarom alleen te ontbijten zonder op
de anderen te wachten, want hij moest precies
op tyd op zijn kantoor in de City zijn. Hij zou
heden echter niet ongestoord zitten ontbijten; het
dienstmeisje kwam binnen en bracht een kaartje met
het bericht; dat de heer, die het haar overhandigd
had, een onderhoud met mijnheer Lund wenschte te
hebben.
Walther bekeek het kaartje. Het was een ge
woon visitekaartje, waarop niets te lezen stond dan:
Carringshliff^ advocaat.
//Laat dien heer in de spreekkamer,” zeide hij,
«en verzoek hom eenige ©ogenblikken te wachten,
ik kom spoedig by hem.”
liet meisje ging heen om haar last te volbrengen
en terwijl Walther zijn ontbijt bespoedigde, bedacht
hij, dat hij nu hoogstwaarschijnlijk den man zou zien,
wiens terugkomst hij den voriggn avond had uitge’
te ’s-Bosch opgenomen, en op de vraag van den
geneesheer, hoe hij aan die wondjes was gekomen,
gaf hij op, dat hij den vorigen avond door vier half
dronken schippers op den Kanaaldijk, ter hoogte van
de loodpletterij te ’s Bosch was aangerand geworden,
en dat één hunner hem door middel van een stuk
hout zoodanig op het hoofd had geslagen, dat hij
aan dat lichaamsdeel verwond was geraakt. Toen nu
den volgenden dag de agent van politie Van L., op
last van den commissaris van politie te ’s-Bosch,
die van de plaats gehad hebbende aanranding van
den plaatselijken commandant kennis had ontvangen,
in het hospitaal bij K. kwam om nadere inlichtin
gen in te winnen omtrent die aanranding, bleef hij
bij zyne leugenachtige opgaven volharden en zulks
om zich en zijn kameraad, met wien hij gevochten
had, voor eene bestraffing, volgens de regelen der
krijgstucht, te vrijwaren, doch later, nadat de waar
heid was aan het licht gebracht, heeft hij bekend,
dat zijn verhaal omtrent de oorzaak zijner verwon
ding een verzinsel was.
Beschuldigd van dit feit, heeft L. J. K Oüd 24
jaar, geboren te ’s-Bosch voor den krijgsraad in het
2de militaire arrondissement, standplaats ’s-Herto-
genbosch, terechtgestaan, die het bij vonnis van 18
Maart jl. wettig en overtuigend bewezen achtte en
bekl. daardoor schuldig verklaarde aan het desbe-
wust doen van eene valsche aangifte dat een straf
baar feit is gepleegd, en veroordeelde hem, met
toepassing van art. 188 van het wetboek van
strafrecht, tot eene gevangenisstraf voor den tijd van
veertien dagen.
De advocaat fiscaal voor ’s Koningszee- en land
macht kwam van dit vonnis in hooger beroep bij het
Hoog Militair Gerechtshof. Het hof deed gisteren uit
spraak. Geheel overeenkomstig de in deze door den
advocaat-fiscaal genomen conclusie besliste het hof,
dat het misdryf van art. 188 wetboek van strafr.
hier niet aanwezig is, daar bekl. in den zin der wet
geen aangifte heeft gedaan, dat hij door eenige hem
De afdeelingen van de Vereenigde Vergadering
der Staten-Generaal zijn gisteren tot omstreeks 8
uur bijeen geweest over het voorstel tot wederop-
dracht van de Regeering aan Z. M. den Koning.
Zij benoemden tot rapporteurs over dat voorstel
de heerenVan Zuylen van Nyevelt, van Swinderen,
Pijnappel, leden van de Eerste Kamer, èn de
heeren Gleichman, Moes, do Savornin Lohman en
2%