Q M. ppelen, 1889 Maandag 6 Mei. N? 3908. 1889. larrh, s Bier. 3 en 73*. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. Concert, de BINNENLAND. EGEN,» i De inzending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave. Bij deze Courant behoort een Bijvoegsel. endeweg. TT FEUILLETON. OX’A ng 8 uur. g van Pariji. >CHE HJDA. inkomen, als Orchest, le kleeding, gezang. DANSEN Gezelschap. 7 t' f 'f: 7 I uwerij mt uit gerust 1GER het te - u 4 1 M 7) ;ang van het VIERDE HOOFDSTUK. aam MBi De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Ifzonderljjke Nommers VIJF CENTEN. olst) ver- egen ver- Bovendien worden alle Advertentien gratis opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD, 't welk des Maandags verschijnt. goudsche courant. root nes 50 Cent. Naar het Duitech. 1 worden, onderwijs ver- ADVERTENTIEN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. Het bestuur der Lih. Unit heeft bij den beschrij vingsbrief voor de algemeese vergadering, die deri 18en Mei zal worden gehouden, een advies gevoegd over de onderwijs quaestie. Het is van oordeel, dat de grondwet zich niet ver zet tegen subsidieering van de bijzondere school. Doch wel gebiedt zij, dat hel^opeiibiiar onderwijs eed voorwerp zij van de aanhoudende zorg der regeeringj en is zij volkomen in overeenstemming met den wensch der liberale partij, dat het volksonderwijs goed en algemeen zij. De eisch van rechtsgelijkheid kan door de liberale partij niet worden aanvaarddoch het kan niet wor den ontkend, dat de bijzondere school de uitgaven ten behoeve van het openbaar onderwijs voor staat en gemeente vermindert. Op grond van billijkheid ware in 't algemeen belang en ter wille van het on derwijs het beginsel van subsidieering toe te geren, mits waarborgen gegeven worden, dat ook het ge subsidieerd bjjzonder onderwijs goed zijomdat langs dezen weg leerplicht kan bereikt worden. Geen non possumus tegenover dit wetsontwerp, doch handhaving met de meeste energie van het hoofdbeginsol der liberale partij: goed en algemeen volksonderwijs. „Daarom dringe zij er met ernst en klem op aan, GOUDA, 4 Mei 1889. Zondag 12 Mei zal ter gelegenheid van ’s Konings 40-jarig Jubilé de Korte Tiendoweg door de be woners en plafond geïllumineerd worden. Vrijdag 10 Mei a. et. zal te Schoonhoven in het «hotel van Zessen" een bijeenkomst plaats hebben van kiezers voor de Provinciale Staten, waar Dr. A. Kuyper als spreker zakt optreden. De algemeene synodale commissie der Ned. herv. kerk acht het gepast en gewenscht, dat de hervormde gemeenten in eene barer godsdienstoefeningen dank uitspreken voor het herstel des Konings, met de bede dat God de levensdagen van onzen geëerbie- digden Koning nog eenigen lijd verlenge, der natie tot heil. Mitsdien noodigt zij de kerkeraden uit, hiervoor Zondag den 12den Mei e. k. vast te stellen en daarvan op den voorafgaanden Zondag aan de gemeente kennis te geven. Het feest-comité te Bergen-op-Zoom heeft het denkbeeld geopperd in de volgende week ruime gif ten bijeen te brengen tot vorming van een kapitaal, om den Koning op 12 Mei als nationaal geschenk aan te bieden, ten einde daaruit een grootscho stich ting te vormen als blijvende herinnering aan dien dag. Het heeft daartoe zijnerzijds 500 beschikbaar gesteld en hoopt dat weldra een nationaal comité zal optreden om de zaak over te nemen. In Pall Mall, een der schoonste straten van Lon den, stond het vorstelijke huis, dat Lord Ralph Norman tot zijn woning in de reusachtig groote stad had bestemd. Het sierlijke, ruime gebouw lag mid- ;sorganen Igziekten, uile tong, sidsgevoel onderljjf, d.opstoo- slijm, gal, ig, afwis- n, bloed en, Inste- al deze kunnen, «n grond- eenvoudig genezen De Mercurius, orgaan van de Vereeniging van Han delsbedienden, vernoemt dat waarschijnlijk ook Han- delsreizigers onder zekere voorwaarden als handels- DERDE HOOFDSTUK. Op hartverscheurenden toon sprak zij deze woorden uit, haar geheele lichaam beefde en de tranen wel den onophoudelijk op uit hare schoone oogen. Wal ther en Edith waren ten diepste geroerd door het weeklagen van het ongelukkige meisje, doch Walther begreep tegelijkertijd, dat deze onbepaalde, niets ophelderende uitingen tot niets voerden en alleen geschikt waren om het vermoeden te versterken, dat men met een waanzinnige te doen had. «Als ik had kunnen denken, dat mijn eenvoudige vragen u zoo zouden doen ontstellen, mejuffrouw Alice, dan zou ik stellig niet over deze aangelegen heid gesproken hebben. Echter verzoek ik u toch mij ten einde toe aan te hooren. Ik wensch in het vervolg niet door u gerekend te worden tot degenen, die u terecht of ten onrechte als uw vervolgers beschouwt. Ik stel veel belang in uw lot en zou niets liever wenschen dan dat het mij vergund ware daarin een gunstigen ommekeer te bewerken: tot nu toe is mijne hoop daarop zeer gering. Ik wil u echter niet in onwetendheid laten omtrent dit punt: dat die bepalingen in het ontwerp gewijzigd welke het gehalte van het openbaar onden zwakken (geringer minimum van onderwijzers, wijze van benoeming en ontslag van hoofden van scholen, verplichte heffing van billijk schoolgeld), of het open baar meer uitgebreid lager onderwijs in sterke mate bedreigen (onthouding van subsidie voor onderwijzers boven het minimum en ook bij een schoolgeld van gemiddeld meer dan f 25), en dat voldoende waar borgen worden gegeven voor het gehalte van het gesubsidieerd bijzonder onderwijs (met verkorting van het overgangstijdperk van 8 jaren). «Het overwegend argument tegen leerplicht was tot dus ver-, het bezwaar tegen openbaar onderwijs en onvoldoende middelen om het bijzonder onderwijs naar wensch te ontwikkelen. Welnu, de liberale, hervormingsgezinde partij toone dan ernstigen wil, dat struikelblok op te heffen en belijde openlijk wij willen dat alle kinderen in Nederland goed lager onderwijs genieten, en dat belang gaat bij ons boven de vraag op welke school dit onderwijs gegeven wordt." zijn des te sterker. Men heeft u gezegd, dat mijn verstand niet helder is en u gelooft dat, omdat ik niet in staat ben geweest u het tegendeel te bewijzen. Hoe zou het mogelijk geweest zijn, dat ik de ge volgen van jarenlange gevangenschap verdragen heb, als het anders ware, dan ik beweer?" //Het verheugt mij u in het bezit te zien van de kracht, waarmee ge uw treurig lot kunt dragen. Dat de Hemel u moge beschermen, is mijn hartgrondige wensch. Wees niet boos op mij, omdat ik u niet kan helpen op een wijze, waardoor u voortdurend geluk en vrede verzekerd worden.” «Ik weet, dat uw hart goed is, mijnheer Lund en dat ge mij geen kwaad wilt berokkenen. Eén ding alleen ontbreekt u: vertrouwen in mij en dat is mijn ongeluk. Ik smeek God, dat het oogen- blik spoedig aanbreken moge, waarin het mij vergund zal zijn voor u geen enkel hoekje van mijn hart meer verborgen te houden. Als dat oogenblik ge komen is, zult ge met ontzetting inzien, hoe de men- schen zich aan een beklagenswaard!» meisje konden bezondigen.” Op #het laatst van het vorige jaar verdween plotseling zekere H. H. uit de ouderlijke woning te Breda, en hoewel men hem niet verongelukt waande, waren toch de ouders, begrijpelijkerwijze, niet op hun gemak. Eindelijk ontvingen zij tijding uit Genua, dat hij te Rotterdam op een koopvaardij schip had dienst genomen als leerling-machinist van Genua zou hij naar Philadelphia vertrekken, zoodaï men hem half Januari weer thuis kon ver wachten. Dezer dagen kwam echter bericht uit Washington dat hij machinist was in het Providence under the charge of the Sisters of Charity. Hij ver haalt verder, dat men op 12 Maart een zwaren storm had te doorstaan, ten gevolge waarvan het schip in den nacht van 12 op 13 Maart op eene klip werd geslagen. Nu riep de kapitein: «Wie ik heb geen recht u aan uw vader te onthouden of aan dengene, die zich daarvoor uitgeeft en de noo- dige bewijzen levert.” «Moet ik dan weg van hier, in de macht van die eerloozeu, die mij sedert jaren achter slot en grendel houden? En de vrijheid is zoo zoet, o, mijn God!” //Niemand koestert meer dan ik den billy ken wensch u daaraan te helpen, doch de omstandigheden zijn sterker dan mijn wil, ook ik ben gebonden aan de bepalingen der wet." «Hoor dan mijn eenige en laatste bede, mijnheer Lund. Laat mij niet in hunne handen overgaan, zoolang gij afwezig zijt. Lever mij zelf aan mijne vijanden over. Als de man, die zich onbeschaamd mijn vader durft noemen, hier komt om zijn zooge naamde dochter in ontvangst te nemen, blijf dan aan mijne zijde en hoor, wat ik zeggen zal. Ik zweer u, dat ik hem dan de waarheid in het gezicht zal slingeren, ja, de zuivere waarheid, en dan zult go uit zijne gelaatstrekken kunnen lezen, of hij de waarheid heeft vernomen of niet." «Ik ben gaarne bereid aan uw wensch te voldoen, mejuffrouw Alice, maar zou het niet geraden zijn u de sterke aandoeningen te besparen, als aan zulk een tooneel onvermijdelijk verbonden is? Uw zwakke lichaam mocht hierbij de noodige kracht missen en licht zoudt ge u daardoor een zware ziekte op den hals halen." z/Mijn lichaam schy’nt u zwak toe en het is in derdaad zwak, maar mijn zenuwen en mijn wilskracht bedienden zullen beschouwd gorden en als zoodanig aan het fonds der Vereeniging zich kunnen aanslui ten. Zij zouden dan echter geen aanspraak verkrij gen op het recht van pensioen bij invaliditeit. De gevangenen in de militaire strafgevangenis bij Leiden zullen, wegens de opheffing van die inrich ting, den In Jan. 1890 worden overgebracht naar Leeuwarden en gehuisvest worden in de daarvoor nader te bestemmen en in te richten gebouwen, thans nog behoorende tot de byzondere strafgevangenis voor mannen (het tuchthuis) aldaar. CL) F I

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 1