‘ring
'IËN
DBWEG.
tra
Lasse
terug
1889,
IWAARD
tAPPÜ.
BINNENLAND.
N? 3957.
1889.
0 Francs
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Vrijdag 5 Jail.
en
flossing
-Orel,
ols.
r3en73a-
R, Dz.
lirecteur.
FEUILLETON.
Zzx
SRS
ER,
an bevolen.
lNNEN~
bekroonde
den Med.
CTLI
y
L
De insending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave.
e.
il-Stelsel,
zing. Na
ds toezen-
>r abonne-
en
terugbetaald
loor de
«nd, alwaar
1)
•hweig.
De uitgave dezer Courant geachiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco
per poet 1.70.
Ifzoaderljjke Nommers VIJF CENTEN.
Bovendien worden alle Advertentien gratis
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD,
’t welk des Maandags verschjjnt.
(Uit het Italiaanech.)
gebrou wen.
goudsche courant.
'S.
Zertr. 11.45.
tank. 12.25.
reldig.
ms CARRÉ.
Heden avond ten 8 ure 4de muziekuitvoering op
de markt door het muziekcorps der d.d. Schutterij.
AD VERTENTIEN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
Omtrent het, met oog op een oorlogstoestand,
in voorraad houden, van eene aanmerkelijke hoeveel
heid steenkolen op eenige achter de verdedigings-
liniên gelegen stations of wel van steenkolenbriketten,
waartoe door de militaire apoorwegoommimie een
Voorstel aan den minister van oorlog was gedaan,
ontving die commissie van den minister bericht,
dat tegen het aansohaffen in vredestijd van briket
ten, het opslaan, bewaren en verstrekken van die
brandstof, overwegende bezwaren bestonden, ten ge
volge waarvan er van moest worden afgezien aan
het voorstel van da commissie een gunstig gevolg
te geven.
Ook kon niet tot den maatregel worden overge
gaan om met de Hollandsche Ijzeren en met de
Nederlandsohe Rijnspoorwegmaatschappij eene over
eenkomst te sluiten, waarbij deze zich zouden ver
binden steeds eene bepaalde hoeveelheid steenkolen
in voorraad te hebben.
Daartoe zou de contrdle op de richtige naleving
dier overeenkomsten te moeieljjk zijn, terwijl boven-
chten, dat de
;en van af
woord van dank aan den heer mr. H. J. H. baron
van Boetzelaer van Oosterhout, die met vriendelijke
welwillendheid zijn schoon landgoed voor dit feest
had afgestaan. En hierin vond hij aanleiding, diens
onvergetelijken vader te herdenken, die zich te Utrecht
en daarbuiten aan de zendingszaak had gewijd, en
wiens zoon de tradities van een groot geslacht nu had
gehandhaafd.
Spreker stond daarna in den breede stil bij de
verklaring van den zinrijken naam «Nimmerdor”,
waarop ook gisteren avond reeds was gezinspeeld,
en waarop door de onderscheidene sprekers heden
gewis weder zal worden, gedoeld. Na verschillende
beteekönissen te hebben gegeven, kwam hij aan het
einde van zijne toespraak er toe om te verklaren dat
«Nimmerdor’’ er aan herinnert dat «wat God geeft
nimmer dor” is. Nadat hierop het door ds. Ten
Kate vertaalde gezang van Joachim Neander: «Lof
zij den Heer den almachtigen Koning der eere” was
gezongen, hield dr. J. J. P. Vrieton, hoogheraar te
Utrecht, de openingsrede, waarin hij op heldere wijze,
het doel der zending uiteenzette en het zendingsfeest
een feest noemde met grond en inhoud, dat alzoo
geen pretmakerij is, die grond noch inhoud bezit.
Op de verschillende spreekplaatsen traden op ds.
P. van Wijk Jr. predikant te Rotterdam, over Licht
punten bij den arbeid der zending, S. H. Buitendijk,
predikant te Uselstein, over de zending en de toe
komst des Heeren, A. Voorhoeve, predikant te Am
sterdam over een en ander uit den diakonessenarbeid,
A. Loeff, predikant te Dordrecht, over den arbeid
voor het Godsrijk en het leven der gemeente, en
C. F. Gronemeijer, pred. te Amsterdam, over zen
dingsfeest en zendingsarbeid. Hierna trad eene pauze
van l1/. uur (tot half twee) in, welken tijd dedui-
zende bezoekers zich ten nutte maakten om bf op
het terrein bf in de eene of andere uitspanningsplaats
den inwendigen mensch te versterken en alzoo zich
opnieuw ontvankelijk te maken voor geestelijk voed-
dien de door die Maatschappijen van het rijk ge
vorderde, belangrijke, jaarlijks terugkomende vergoe
ding een ernstig en voorshands onoverkomelijk
beletsel oplevert.
Het aanbod van de Maatschappij tot exploitatie
van staatsspoorwegen om zotter eenige geldelijke
vergoeding de verlangde hoeveelheid steenkolen in
voorraad te houden, werd met erkentelijkheid aan
genomen.
Het zes en twintigste christei^k nationaal zendings
feest werd gisteren op het aohoone landgoed Ms-
merdor van den heer mr. H. J. H. baron van Boet
zelaer van Oosterhout, onder Amersfoort en Leusden
gelegen, gehouden. Den vorigen avond had met be
trekking daartoe een bidstond plaats, die door een
groot aantal belangstellenden bijgewoond werd. Als
spreken traden op de heeren i. H. V. Hogerzeil,
die in eene rede naar aanleiding van den 67sten
psalm, Gods genade afsmeekte voor den dag en
de. Jonker te Lensden, die den athmgehtetetHm
een «heiligt u* toeriep, dat men aan den gastheer,
den Heer God, aan zich zelven en aan het zendings-
foest verschuldigd was. De bede van ds. Hogerzeil,
dat, evenals alle jaren te voren, het vriéndelijk licht
van Gods aanzijn het feest moge beschijnen, bleek
verhoord.
De bezoekers van het zendingsfeest werden gisteren
morgen als het ware in een lusthof ontvangen. Daarin
was «Nimmerdor* bij het overocbone weder her
schapen. En klaarblijkelijk had dit alle aanwezigen
in een opgewekte stemming gebracht.
Ds. Hogerzeil opende het feest met gebed, waarna
de opgekomenen het 10e vers van psalm 68 aan
hieven. Hierop nam ds. Hogerzeil weder het woord,
om te verklaren, dat het hem als voorzitter een ver-
eerende taak was, het 26e christelijk nationaal zen
dingsfeest te openen, en om allen een hartelijk wel
kom op deze plaats toe te roepen. Hij sprak een
wel zij steeds gebruik hebben gemaakt van de be
scherming der priesters, men er toch velen als vrij
denkers heeft zien sterven, zonder sacramenten, terwijl
zij den priester dreigden met datzelfde kruisbeeld,
dat hen tot berouw en bekeering had moeten bewe
gen. Ook in dit opzicht kan men met den dichter
zeggen, dat:
de wereld oud wordt, maar
verouderende steeds slechter.
Zelden maakt het klassieke karabijn meer een deel
uit van de wapenrusting der roovers. Een licht
jachtgeweer, een paar pistolen en een revolver, dat
zijn tegenwoordig hunne gewone wapenen; zij zyn
met tegen den vooruitgang; zij hebben niets behou
den dan het ouderwetsche stilet, omdat er geen mensch
is, die een beter wapen kan uitvinden, om, als er
een strijd is van man tegen man, een christenziel
naar de andere wereld te hel
pen. Ook aan ’t schoeisel is niets bizonders meer.
De Calabriesche roover draagt een paar flinke laar
zen, met dubbele vilten zolen, over eene chocolade-
I.
Dit is eene ware, echte Calabriesche rooverge-
schiedenis.
Ik moet den lezer vooraf zeggen, dat de kleeding
en uitrusting der roovers geheel anders is dan vroe
ger; ook hunne zeden en gewoonten zijn geheel ver
anderd; tegenwoordig vindt men bij de roovers geene
affnw dei, geene altaartjes, geene madonna’s, geene
relieken meer.
Als verklaarde verdedigers van den wettigen troon,
en het altaar hebben zij dikwijls gedeeld in de ze- stilletjes, maar zeker,
geningen der moederkerk; maar na 1860 begonnen
rij, over het algemeen, meer goddelooze voorliefde
te toonen voor de beeltenissen op de gouden en 1
zilveren muntstukken, dan voor die van de heilige 1 kleurige broek welke hem de beenen boven de knieën
maagd; en sedert er bankpapier in omloop is, Zien bedekt. Zij hebben gewoonlijk harde, ruwe gelaate-
zij liever het portret van Cavour, en het Savooische trekken, half bedekt door een cervone of hoed met
Wapen op de bankbiljetten, of de handteekening van een breeden rand, welks lage bol versierd is met
den bankier of kassier, dan de beelden der heiligen, een dozijn zwart fluweelen linten, die op vrij schil-
of de gebeden onder de bidprentjes die de monniken derachtige wijze, over den linkerschouder afhangen,
ön nonnen uitdeelen om de aanbidding van het Hei-1 Dit alles moest ik vertellen, opdat, indien mijn
lige Hart te bevorderen. En ik moet er bij voegen, verhaal ooit met illustraties werd uitgegeven, de
i dat hunne goddeloosheid zóó groot wordt, dat, hoe- teekenaar *t niet zou opsieren met roovers in gewoon
theaterkoetuumen ook, om den vriendelijken lezer
te helpen, om, zonder platen, zich de personen goed
te kunnen voorstellen.
Aan den officier, wan wien ik de voornaamste
gebeurtenissen van mijn verhaal heb vernomen, heb
ik beloofd op de namen der plaatsen en personen
te veranderen en verder zal ik er nog eenige wijzi
gingen in brengen door er een paar episodes iri te
vlechten, gebeurd op de plaatsen, welke ik noemen zal.
Wp zijn in 1861. Eene kompagnie van het 30ste
bataljon bersaglieri, die van Rogliano naar de Alba-
neesche linie is gezonden, heeft te Cosenza halt gehou
den; de marsch was slechts kort geweest; zij hadden
hunne geweren bijeengezet, hunne ransels prijs ge
geven aan *t ongedierte, waarvan de cellen wemelden
van ’t verlaten monnikenklooster, dat hun tot kwartier
was gegeven; en weldra verspreidden zich de bersa
glieri door de stad, bekeken de oude huizen, met
huqne gescheurde en gestutte muren, die blijkbaar
veel door de aardbevingen hadden geleden, en be
wonderden de uithangborden en uitstallingen der
winkels, alles een duim dik bedekt met eene korst
van ja, hoe zal ik ’t noemenzwarte
puntjes, die de vliegen hadden veroorzaakt.
Onder die soldaten waren er uit Parma, Modena,
Bologna en Toscane, maar de meesten waren oude
Piëmonteesche bersaglieri, of Lombardische ex-Jager,
die pas uit de Oostenrijksche bataljons waren ont
slagen, vroolijke jongelieden, die een kwinkslag
hadden bij elke moeilijkheid, en een lach voor elk
GOUDA, 4 Juli 1889.
In het 1* halfjaar van 1889 is in de Nuts-8paar-
bank alhier ingelegd 87803.80 en terugbetaald
64065.19'/,.
Naar wij vernemen, hebben de leeraren van het
progymnasium aan den rector Dr. D. Terpstra als
bewijs van achting en waardeering bjj zijn aftreden
een souvenir aangeboden, bestaande in eene geïl
lustreerde prachtuitgave van Schillers Werken.