1
us,
lebben,
TERUGGEROEPEN
IS,
>uaat waarin
4ANUFAC-
Zaterdag 9 Februari 1895.
33ste Jaargang.
No. 6579.
>EN.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
MOP:
BINNENLAND.
txt.
i 1 uur,
RVERIJ
FEUILLETON.
ist.
N,
d met
fl.90
Bois.
IER,
lam.
Een Gouwenaar herdacht.
van
Secretaris.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
(»Z. C.<)
;oomen van
:e« zjjn da
maar vo(
kan Zoon
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs er drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
de Wed
Belgia).
afleverbaar
eene week.
De IJsclub te Woerden heeft besloten aan
staanden Dinsdag eene schoonrydery te doen
houden door mannen en vrouwen gepaard.
de
HE
d> 1.~
Iilll IN II 11 COURANT
Doon
HUGH CONWAY.
Mtar v
ar seis
nonyma,
then van
1.80.
tbur ky:
NKUM
Oosthave#
j Heer
Ze
verven van
alsook alle
Koning
Aan deze
c.
barddravery namen deel:
van Eyk, bruine bles merrie.
C. de Goey, blauwe
N. Both, Moorkop
J. v. d. Laan, bruine
N. Zijderlaan ,Stolwyk, stekelh. bles merrie.
J. T. Jaspers, zwarte merrie.
A. Breed ijk, Waddinxveen, bruine merrie.
L. Jaspers, zwarte merrie.
C. de Goeij,
C. IJsselstjjn, bruine bles merrie.
A. Bruistens
8. de Jong, Waddinxv. donker br. merrie.
_i,i
Prys, berlin zilver servies met blad, N.
Zyderlaan.
Ie Premie 2 presenteerbladen, C. de Goey.
2e Premie berlin zilveren lantaarn, C. de Goey.
3e Premie Zweep, C. IJselstyn.
De pryzen werdeu door den Voorzitter den
heer J. Breebaart Lz. onder gepaste toespraken
aan de overwinners uitgereikt, terwyl hij niet
alleen de politie dank betuigde voor hunnen
medewerking, maar ook liet publiek van Gouda
dat in zoo ruime mate opgekomen was om dit
feest bij te wonen.
Gisterennamiddag had te Bleiswijk oen wed
strijd op schaatsen plaats.
De eerste prijs werd behaald door P. J. de
Boer, van Wateringen, de tweede door A. van
den Berg, te Benthuizen en de derde door F.
van den Burg, van Berkel.
ADVERTENTIEN worden geplaatst
15 •regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Croote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
ton wilde, en van zeil doodliep. Ik was echter niet
zoo met mij zelven ingenomen, om te denken, dat ik
de oorzaak was van hare verlegenheid, evenals ik
kleurde en stotterde, omdat ik met haar sprak.
Eindelijk zag ik haar op een morgon alleer. uit
gaan. Ik greep mijn hoed en volgde haar. Zij ging
wat op en neer voor hel huis. Ik sprak haar aan, en
na de gewone vragen omtrent Teresa, bleef ik naast
haar voortgaan. Ik moeit eene poging wagen, om
met haar op een beteren voet te komen.
z/Zyt gij reeds lang in Engeland, juffrouw March?”
zeide ik.
//Ecnigen tijd eenige maanden,” antwoordde zij.
//Dit voorjaar zag ik u in Turin in de San-
Giovani-kerk.” Zij sloeg hare oogeu op, en keek mij
aan met een zonderlingen blik van verwondering.
//Gij waart daar op een morgen met uwe oude
dienstmaagd,” ging ik voort.
z/Ja wij gingen er dikwijls heen.”
//Gij zijt eene Engelscho van geboorte, veronderstel
/Un nnnjn j9 g0en Italiaanscho.”
een antwoord, alsof zy daaromtrent niet
en alsof haar dat ook volkomen onver-
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
■11.
12.
De uitslag is aldus:
en naar de
d.
of geverfd
jndheid en
Voor de leden van de Waddinxveensche
ysclub werd heden, (Vrijdagmiddag) een ring-
ryderij gehouden. De pryzen ter waarde van
f 15, f 10 en f 5 bestonden uit kunstvoor
werpen.
1»)
Mei eene geveii sde, liefderijke meewarigheid snelde
ik haar te hulp, alsof zij mijne eigene moeder’ware
geweest. Op de teodersto manier wilde ik haar op
helpen maar zij zonk weer ineenzij kermde iets
van „breek voet.”
Het was duidelijk, dat Teresa niet sterk was in ’t
Engelsch spreken, daarom vroeg ik haar in ’t Itali-
aansch waar zij zich bezeerd had. Zij straalde van
vreugde, toen zij haar eigen taal hoorde, en het bleek,
dat zij zich zoo erg aan de knie bezeerd had, dat zij
niet kon opstaan. Ik zeide haar dat ik haar naar hare
kamer dragen zou, en zonder veel omslag droeg ik
haar de trap op.
Pauline stond boven aan de trap. Hare groote don
kere oogen wijd open, en haar geheelo voorkomen als
van iemand, die geschrikt is. Ik bleef even staan, en
legde haar uit wat er gebeurd was; toen bracht ik het
oude mensch naar hare kamer, en legde haar in bed.
De dienstmaagd van beneden werd uitgezonden, om
een dokter te halen, en toen ik heenging, bedankte
mij Pauline bedaard, en naar ’t mij voorkwam met niet
zoo heel veel belangstelling, voor mijne vriendelijk
heid. Die starende oogen ontmoetten de mijne, maar
^wanderden er niet veel door. Ja, ik moest bekennen,
ik, die naam
Zij
zeker was,
schillig was.
//Gij behoort hier thuis, en gaat zeker niet weer
naar Italië vroeg ik.
//Dat weet ik niet; dat kan ik niet zeggen.”
Paline gaf altijd antwoorden, waaruit men niets kon
opmaken. Ik trachtte iets uit te hooren omtrent hare
gewoonten en liefhebberyen. Hield zij van muziek,
speelde of zong zij zelf, hield zij van plaatwerken,
van bloemen, van opera’s, van reizen P Had zij veel
familiebetrekkingen en vrienden? Meer of minder
rechtstreeks deed ik al die vragen, maar na haar
De heer Rodenhuis, die zich tot dusver dezen
winter als de snelste ryder op 1500 M. heeft
doen kennen, stelt zich voor een Nederlandsch
record te maken over den afstand van 25000
M. Hy heeft daarvoor natuurlyk uitgezien
naar de beste baan in ons land en zyn keuze
is op die der Zwol ache ijsclub gevallen. Het
bestuur heeft daartoe gaarne zyn medewerking
verleend. Behoudens bijzondere omstandighe
den die dit plan mochten verhinderen, zal hy
morgen namiddag tegen half twee uur, op de
baan zyn en ryden. De secretaris van den
NedeBandschen schaatsenrydersbond, de beer
mr. C. Vermeer te Deventer, zal er waar-
schynlyk by tegenwoordig zijn.
antwoord wist ik nog net evenveel: hetzy dat zij wilde,
dat ik zoo weinig mogelijk omtrent haar vernemen
zou, hetzij dat zij mijne vragen niet begreep. Omtrent
vele vragen was zij verlegen met het antwoord. Aan
’t einde van onze wandeling was zij een even groot
raadsel voor mij als te voren. De eenige troost, dien
ik had, was, dal zij geene poging deed om mij te ont
wijken. Wij gingen geruimen »yd op en neer voor
het huis, maar zij ging opzettelyk weer binnen, om
van mij af te zyn. Er was geen spoor van coquetterie
in haar. Zij was kalm en wat teruggetrokken, maar
ten minste eenvoudig en natuurlyk, en zij was zoo
schoon, en ik was nog altijd zeer verliefd 1
Het duurde niet lang of ik merkte dat de zwarte
oogen van do oude Teresa op ons gericht waren van
achter het blind der voorkamer. Zy moest uit bed
gekropen zijn, om te zien of het meisje ook iets kwaads
overkwam. Ik was innerlijk boos over dit spionneeren,
jmreerst was dat nog niet te ontgaan.
Vóór dat Teresa weer de straat op kon strompelen,
had ik Pauline moer dan eens op dezelfde wijze ont
moet. Ik meende te mogen geloovoa, dat het haar ge
noegen deed, als ik haar aansprak. De groote moei
lijkheid voor mij was maar baar aan de praat te krij
gen. Op al wat ik haar verhaalde, of vroeg, hoorde ik
niets anders dan ja of neen. Zoo zij ai eens een enke
len keer een paar woorden meer zeide, daar bleef bet
dan toch by. Ik schreef het voor een groot deel toe
aa i verlegenheid en aan het afgezonderde leven, dat
zij leiddewant zij had niemand om mee te spreken
dan die verschrikkelijke oude Teresa.
(Wordt vervolgd.)
Aan de hardrydery op schaatsen te Lekker-
kerk op de lange baan van 600 nieter met
een keerpunt, namen 8 personen deel, le prys
S. D. van der Schaaf te Grouw, ia l.lO’/j min.;
2de prys P. Smits te Stryen, in 1.121/*
3de prys J. Smits te Stryen, in 1.131/» n*in.
Premie L. van der Enden te ’s-Gravensande,
in 1.14’/» min.
Bij de gisteren te Zoetermeer gehouden
schoonrydery op schaatsen door paren werd
de le prys ad f 25 gewonnen door C. Ooms
en B. M. Saltere, heiden te Zegwaart, de 2e
ad f 15 door C. Vonk en J. Vonk, beiden
van Bergschenhoek, en de 3e ad f 5 door J.
Streef van BJeiswyk en M. Haak, van Zeven
huizen.
De ysbus aan de Reeuwykache brug ten
behoeve der algemeene armen heeft opgebracht
van 29 Januari tot en met 6 Februari 1895,
f 36.03.
GOUDA, 8 Februari 1895.
Door de barddraverij-vereeniging Eendracht
maakt Machtwas tegen beden middag een
harddraverij met ar op den Katten^ingelgracht
uitgeschreven voor paarden die nimmer een
prijs hadden gewonnen om kunstvoorwerpen.
Het weder was prachtig en de baan flink in
orde.
dat mijne godin iets zeer onverschilligs over zich
had, maar schoon, dat was zij! Die gedistingeerde
regelmatige trekken, die slanke, prachtige gestalte,
dat zware bruine hoofdhaar, zelfs die vreemde oogen I
Zeker er was op de wereld geen meisje, dat met
haar te vergelijken was
Bij ’t heengaan reikte zij mij de hand, eene fijne,
welgevormde, zachte hand. Ik kon mij zelfs nauwe
lijks weerhouden er eenen kus op te drukken; ik kon
mij zelfs nauwelijks weerhouden haar te zeggen, dat
ik maanden achtereen steeds aan haar, en aan haar
alleen, gedacht hadmaar behalve dat zulks zeer
onverstandig zou geweest zijn bij eene eerste ont
moeting, zou het des te dwazer geweest zijn, terwijl
de oude Teresa daar lag, en, ondanks hare pijn, al
mijne bewegingen met achterdochtige kijkers gade
sloeg; zoo koa ik dus slechts mijne bereidwilligheid
tot verdere diensten te kennen geven, en met eene
nette buiging afscheid nemen.
Het ijs was evenwel nu gebroken onze handen
hadden elkander ontmoetwe waren niet geheel
vreemd meer voor elkander.
De oude Teresa" moest nu, al had zij zich ook niet
zoo erg bezeerd als zij dacht, toch verscheidene dagen
thuis blijven. Ik hoopte dat mij dit de gelegenheid
zou geven, om de kennismaking met hare meesteres
voort te zetten, maar dat viel mij gansch niet mee.
In de eerste dagen ging Pauline in ’t geheel niet uit,
voor zoover ik wist. Een of tweemaal ontmoette ik
haar onder aan de trap, en vroeg met schijnbare be
langstelling naar de oudezoodoende rekte ik een
oogenblik het gesprek. Het scheen mij toe, dat zij
pyplyk confuus was, zoo verlegen, dat het gesprek, dat
ik gaarne nog wat voortgezet zou hebben, niet vlot-
In Januari 1.1. hield Dr. H. C. Rogge
in „het Koninklijk Oudheidkundig Ge
nootschap” te Amsterdam eene voordracht
over den eersten scheepstocht der Neder
landers naar Oost-Indië.
De keus en behandeling van het onder
werp gaven den toehoorders veel genoegen.
Zoodm de dagbladen eene schets daarvan
mededeelden, werd hier en daar in Neder
land en vooral te Gouda, de geboorteplaats
van Cornelis Houtman, welverdiende aan
dacht aan deze herinnering geschonken.
Dat sommigen van zijn geslacht, onder
wie velen aanzienlijke betrekkingen in
Gouda bekleedden, zich „de Houtman”,
de meesten echter zich „Houtman” schre
ven, zij hier ter loops opgemerkt
In de vermelde voordracht, van gron
dige studie getuigende, wordt aan Cornelis
Houtman de eer gegeven, die toekomt aan
hem, wiens streven den eerhten stoot gaf
aan 't verkrijgen van koloniën door Ne
derland.
Inderdaad had nooit aan de eer van zijn
naam mogen te kort gedaan worden. De
openbare hulde, aan Houtman bij zijne
terugkomst uit Indië in Amsterdam ge
bracht, de scheepsjournalen (met uitzon
de: ing van het onbetrouwbare journaal
van den in meer dan een opzicht zeer
ongunstig bekenden adelborst Frank van
der Does), de getuigenissen van al de uit
nemende geschiedschrijvers van zijn en
later tijd en de achting, die hij bij reeders
en kooplieden genoot, bewijzen dit afdoende.
Heeft nu „de Jonge” in zijn overigens
hoogst verdienstelijk werk„De opkomst
van het Nederlandsch gezag in Indië” aan
de beweringen van „van der Does” gewicht
gehecht, ontelbare schrijvers en geschied-
vorschers waardeeren beter het werk van
den Goudschen brouwerszoon, die
l0. zich in Portugal waagde en gevan
genschap doorstond om al wat den tocht
om „de Kaap” betreft nauwkeurig te
vernemen,
20. met aanzienlijke handelaren te Am
sterdam verder den tocht voorbereidde,
3o. het eerste handelsverdrag met Indië.
namelijk met den vorst van Bantam,
sloot,
Gisteren is aan het Station alhier een begin
ran brand ontstaan. De bierpompen in de
keuken achter de wachtkamer der derde klasse
waren bevroren en moesten ontdooid worden,
bij deze poging schynt een gaatje ontstaan te
zyn en zijn de krullen aan het branden ge
gaan, die tusschen engelsche muren zich be
vinden. Het personeel van het Station bluschte
spoedig den brand.
Gisteren had te Stolwyk een wedstryd op
schaatsen plaats. Tot de 18 deelnemers be
hoorden o. a. Geert Entjes, van Slochteren,
Merk Kingraa, van Grouw, E J. Termolen en
8. v. d. Schaaf, van Zwolle, P. J. De Boer,
van Wateringen en F. Holst, van Nieuwer-
Amstel. Prachtige ritten kregen de duizenden
toeschouwers te zien. Ten slotte werd de
prys van f 100 behaald door G. Entjes, de
le premie van f 35 door Merk Kingma, en de
2de premie van f 15 door E. J. ter Molen.
Sinds Woensdagavond staat de machine
>De Van der Bretzgen« to Waddinxveen stil.
Daardoor is het traject Gouda—Waddinxveen,
langs het kanaal volkomen vertrouwbaar.
Donderdagmiddag werd door de ysclub De
Vriendschapte Waddinxveen een wedstryd
op schaatsen voor minvermogenden gehouden.
De pryzen bestonden uit levensbehoeften en
brandstoffen.
4°. aan het verzoek der reeders Gebroe
ders Moucheron te Veere gehoor gaf,
om met vijf schepen een tweeden tocht
naar Indië te ondernemen,
5°. op dien tocht de liefde tot zijn va
derland bleef betoonen, totdat ’s verra
ders hand hem in Atjeh het leven benam.
Dr. Rogge gewaagt van den 18 Maart
en den 2 April e. k., waarbij het zeilree
liggen en het uitzeilen van Texel vóór
drie eeuwen herdacht kan worden. Een
herdenken door Gouda’s ingezetenen op
den 2 April zou niet ongepast zijn, hoe
wel de stemming voor eene feestviering,
om goede redenen, vooreerst niet verwacht
kan worden.
Schrijver dezes geen geboren Gou
wenaar en dus onpartijdig te achten
meent te mogen herinneren aan zijn in
1858 voorgedragen en op veler verzoek
uitgegeven dichtstuk: „Cornelis Houtman”,
om aan te toonen dat Dr. Rogge’s lezing
door hem met ingenomenheid werd be
groet en overeenstemt met de uitkom^
van zijn onderzoek, o. a. met de volgende
regelen
Ann hem dankt de Airstel faam en macht,
De Rotte haar vergaarde schatten.
Hij wist hoe ’t roer was aan te vatten
Van ’t zwervend schip, dat goud ons bracht
Hij wees ’t verwyderd Oosten aan,
Als anker van ons volksbestaan.
Te vroeg ontviel ons Houtmanshand,
Die zooveel groots nog wilde stichten.
Zijn volgren brachten ’t werk tot stand,
Dat hij maar aanving op te richten
Zyn doen verdiende *Een eerekrans
Om dankbaar op zijn zerk te leggen
Die gunst wilde ons zijn lot ontzeggen
Geen wijst het graf des grooton mans I
Zijne asch werd in den wind gestrooid
En toch vergeet hem Gouda nooit.
Gouda, 7 Februari 1895.
D. RUIJTER.
s