TERUGGEROEPEN
i
I0PING
BINNENLAND.
BIER.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
Dinsdag 5 Maart 1895.
No. 6599.
33ste Jaargang.
<T
i
FEU1LLETO ft.
.dagr
I 31.
RIJ.
Loten
l
f
Inzending van Advertentiën tot 1 uur deg midd.
EVER,
15, des mor
tis >Hahmo-
*an ran den
srkt A 144b
apotheker,
fOONHÜIS,
■eagstraat te
bij de week
ERVEN in
m twee met
A. Nrs. 78,
bij de week
▼oor ƒ3.75,
ikomen ten
^ORTUIJN
heres,
JOBSON.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers V IJ F CENTEN.
NDAG 11
i Collecteur,
SIJN.
DOOK
HUGH CONWAY.
-Rechtbank
895 is ten
a Jacoba
Rotterdam,
'ieter van
i van het
J Rotterdam
ntbonden
ten daaraan
Bn ERVEN
da, wyk G.
le week no.
>n, elk voor
pa Jioht,
i, kwtom
peller.
identecen
peller.
huisgezin
peller.
de ImoL
•n en by
n W00N-
iderlyk BO-
rceel aan de
42a en 43.
Benedenhuis
renhuis voor
Bn ERVEN
Ük M. nrs.
uurd by de
2.—, nr.
1.90 en no.
GOIDSCHE <01 HIM
34)
Een oogenblik dacht ik, dat hij mij te lijf wilde,
naar ik merkte spoedig, dat hij mij slechts zeer nauw
lettend in 't gezicht wilde zien. Ik liet mij bedaard
bekijken, want ik dacht, dat hij mij misschien toch
niet herkennen zou blindheid brengt zulk een ver
andering te weeg. Maar hij herkende mij. Hij liet
mijnen arm los, en stampte met den voet op den
grond van woede.
•Domkoppen 1 idioten I” siste hij. „Waarom lieten
M mij niet alleen begaan I
Hij stapte een paar maal op en neer door de kamer,
en bleef toen bedaard voor mij staan.
i»Gij hebt toen uw rol meesterlijk gespeeld, mijn
heer Vaughan”, zeide hy, met eene koelheid en on-
venchilligheid, die mij deden ontstellen. „Gij hebt
mij misleid en ik ben niet gemakkelijk te foppen”.
/<Gy erkent dus zelf uwe misdaad infame schurk
Hij baalde de schouders op. Waarom zou ik die
aiet erkennen tegenover eenen ooggetuige? Tegen
over anderen zal ik die sterk genoeg ontkennen,
maar tegenover u is er geen reden toe; gij zijt er
in betrokken,”
•Ik er in betrokken.”
•Zeker; nu gjj mijne zuster getrouwd hebtI Myn
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
daar echter minder mede ingeno-
en om van ben af te komen ging hy naar
van Try ritje Decter, quasi
baar man le spreken. Doch bet noodlot
:..z - -Bgefj,
zyn begeleiders een sigaar offreerde en toen
GOD DA, 4 Maart 1895.
De Katholieke Kiesverenigingen hebben
gisterenavond besloten bij de herstemming voor
de Provinciale Staten den candidoat der anti
revolutionairen te steunen.
Ceneri in de Siberische mijnen, of ergens levend be
graven. Zelfs als ik dacht aan de woorden van die
oude Italiaausche, dan begon de laster van Macari zijne
veoyuige pijlen op mij af te schieten. Die mysteneuse
woorden: „niet voor liefde of huwelijk” konden eene
andere, eene onteerende beteekeuis hebben. En andere
dingen gingen mij door 't hoofdde haast die Ceneri
maakte met het huwelijk zyn verlangen om van haar
af te zijn. Zulk soort van gedachten beslopen mijn ge
moed, en maakten mij soms half krankzinnig. Ik kon
het niet langer uithouden zoo voor Pauline's bed te
zitten. Ik ging de open lucht in, en zwierf doelloos
rond, tot dat twee ideeën in mij opkwamen. Het eerste
was, dat ik nog eens zou gaan naar de hoogste auto
riteit in zielsziekten en hersenkwalen, en dat die mij
zeggen zou of er hoop was op herstel voor Pauline.
Het andere idee was, dat ik naar de Horace-straat zou
gaan, en bij daglicht dat huis van onderen tot boven
nauwkeurig zou bezichtigen. Ik ging het eerst naar
den professor.
Ik verhaalde hem alles, behalve natuurlijk den infa-
men leugen van Macari. Ik moest overigens alles mee
deden, om den man in staat te stellen teoordeelen.
Het wekte in booge mate zijne belangstelling. Hy had
Pauline reeds vroeger gezien, en begreep haren toe
stand volkomen. Ik geloof dat hij, evenals vele ande
ren, niets betwijfelde 'van 't geen ik hem meedeelde
dan juist dat éöne zonderlinge verschijnsel. Hij laohte
er evenwel niet om, gewend als bij was, om vreemde
verbeeldingssoheppingen aan te hooren. Hij schreef het
aan dergelijke oorzaken toe, hetgeen ook niet meer
dan natuurlyk was. En nu, welken troost, welke
hoop kon hij mij geven
(ForA eeree^i.)
beste jongen I mijn gelukkige echtgenoot I mijn lieve
zwager I Ik zal u eens vertellen waarom ik dien man
om 't leven heb gebracht, en wat ik meende met die
woorden, die ik te Genève u toevoegde.”
Zijne houding van bitteren, kwaadaardigen spot,
terwijl hij die woorden sprak, maakte mij bang voor
't geen komen zou, en de handen jeukten my, om
hem beet te pakken en uit de kamer te smijten.
•Die man,” begon hij, „ik zal u om begrijpelijke
redenen zijnen naam niet noemen, was Pauline’s
minnaar. Wilt gij mij goed begrijpen, dan moet gij
minnaar hier vertalen door 't Italiaansche woord
drudo. Nu, van moederszijde hebben wij adellijk
bloed in onze aderen, dat geen beleedigingen ver
draagt. Ik zeg nog eens hij maakte Pauline, uwe
tegenwoordige vrouw, tot zijne byzit; hij was niet
van plan haar te trouwen, en daarom hebben Ceneri
en ik hem vermoord, in Londen, in haar byzyn.
Het is altijd goed, mijnheer Vaughan, eene vrouw
te trouwen, die zich 't verledene niet kan herinneren
ik heb u dat al eens eer gezegd.”
Ik antwoordde niets. Zulk eene afschuwelijke be
wering verdiende geen woord. Ik stond eenvoudig
op en ging naar hem toe. Hij zag op myn gezicht
geschreven wat ik voorhad. „Niet hier,” zeide hij
haastig en van mij terugwijkende: „waartoe zou dat
dienen? een alledaagsche vechtparty tusseben een
paar heeren. Neen, op het vasteland wacht ik u,
waar gij maar wilt, en ik zal u toonen hoe zeer ik
u haat.”
Hij had gelyk, de schurk, die zichzelven zoo goed
meester was I Waartoe zou dat dienen Een on
fatsoenlijke vechtparty, waarin ik bezwaarlijk hopen
kon, dat ik hem onachadelyk zou makenen Paulino
SN en ER-
•a, waarvan
63, 64, 65
54/56 voor
h85, en no.
lea.
werkdagen
tot 3 uren
tot 11 uren
Op den 22en Januari was de landbouwer
Albert Beets uit Workum te Purmerend om
rekeningen te betalen.
Hy bad hier en daar eens opgestoken en
verkeerde daardoor in een gemoedelyke stem
ming, toen hy werd aangesproken door twee
personen, Jan Assems en Nicolaas Klok, die
hem vroegen bun te tracteeren.
Beets deed dit, door ze by den slager Bak-
kenis te reguleeren op sausyzeoroodjes en worst
en de beide jonge mannen sch^On dit zoo goed
te zyn bevallen dat ze in Beets gezelschap
wilden blyven.
Deze was
men
den sigarenwinkel
om
trof, dat deze niet thuis was, waarop
---- -
zeide naar huis te gaan.
Maar Assems en Klok lieten hem zoo maar
niet gaan, doch gingen mede en vroegen op
den weg ieder om een kwartje, waarop Beets
hun ieder een dubbeltje gaf en toen wegliep,
den Neckerweg op.
Toen hy een honderd meter of wat dien weg
op was, boorde by voetstappen achter zich en,
denkende dat het personen waren, die ook naar
Work urn moesten, riep hy of zij met hem
meeliepen, waarop hy ten antwoord kreeg even
te zuilen wachten. Beets deed dit en zag
Het hoofdbestuur van de Hollaudsche Maat
schappij van landbouw beeft ter bespreking door
het Ned. landbouwcomité ingezonden de vol
gende vragen
lo. Is het wenschelijk voor den landbouw
in het algemeen, dat beschermende rechten
voor landbouwproducten worden geheven
2o. Wat kau er gedaan worden om, hetzij
van rykswege of anderszins, tegemoet te ko
men aan den tegenwoordigen ongunstigen toe
stand van den land- en tuinbouw?
3o. Is het weoachelyk dat van rykswege
financieels steun wordt verstrekt, voor bevor
dering en instandhouding van den uitmunten
den veestapel in Nederland?
Uit Brussel is een inspecteur van politie
naar Amsterdam vertrokken ter opsporing van
geld en waarden, gestolen door een bende
waarvan de leden de vorige week in de »Cave
de Bruxelles« werden aangehouden.
Niet minder dun 154 sollicitanten hebben
«iöh aangemeld voor de betrekking van veer
baas te Nymegen, onder wie vele kapiteins
van booten. De jaarwedde bedraagt f 775
benevens vrye woning.
Men scbryft uit Bodegraven
Onze openbare Nutsvergadering van Donder
dagavond was zoo flink en dicht bezet, dat
we ons niet kunnen herinneren er ooit eene
te hebben bygewoond, zoo tairyk en eivol. In
ruime mate verspreid, hebben de programma's
en "t ongewone in den heerschenden vorm
onzer Nutsbyeenkomsten er zeker toe geleid,
dat men van alle zyden kwam aanstroomen.
En die moeite heeft zich, voor zooverre we
hebben kunnen nagaan, niemand beklaagd.
De ryke verscheidenheid by de bonte afwisse
ling in de voordrachten en 't geven van frag
menten uit blyspelen door Mevr. Anna Rós
singSablairolles en den heer Jan Malherbe
▼an Amsterdam, waren wel geschikt om te
werken op 't gevoel, om den zin voor 't goede
en schoone te strelen en den lachlust op te
wekken. We kunnen ons natuurlyk niet be
palen tot eene beschouwing van elk der 13
nummers, die ten gehoora werden gebracht.
We doen daarom slechts eene greep en noemen
Zaterdagavond is onder Vleuten een machi
nist der Staatsspoorwegen verdronken, en wel
onder de navolgende omstandigheden. In de
sneltrein van 11 uur naar 's Hage namen te
Utrecht plaats in een coupé een heer en nog
een viertal andere personen, waaronder een
koopman in knoopen enz. Toen de trein in
beweging was, moest de koopman aan zyne
behoefte voldoen, hij deed dit in de conpé.
Een dér personen maakte hem hierop eene be
merking, zoodat er eene woordenwisseling
ontstond, de koopman trok zyn dolkmes en
wilde dien heer te lijf; deze op zelfbehoud
bedacht trok aan den noodrem, de trein stond
onmiddelyk stil. De machinist, zich willende
overtuigen wat er aan haperde en niet bemer
kende dat de trein juist op een brng stond,
zakte naast de rails te water en verdronk.
Dadelijk heeft men de politie alhier er van
in kennis gesteld, die bij aankomst der trein,
die l/a uur te laat aankwam, den koopman
heeft gearresteerd. Gisteren is tegen hem
proces-verbaal opgemaakt en kon hy weder
huiswaarts gaan tot nadere oproeping.
Door den Min. Van Binnen). Zaken zijn
benoemd in de commissie, in hit voorjaar van
1895 belast met bet afnemen der examens ter
verkrijging van de akte van bekwaamhpid in:
Zuid-Holland e. tot lid en voorzitter i de
schoolopziener in het district Gravenhage
b. tot leden de schoolopzieners o de arron
dissementen Delft, Woerden, Gouda en Dord
recht c. tot leden-plaatsvervangers de school
opzieners in de districten Rotterdam en Dord
recht en de arrondissementen 's Gravenhage,
Rotterdam (Noordelyk), Rotterdam (Zuidelijk),
Vlaardingen en Sommelsdyk.
onderwyl misschien aan den rand van 't graf I „Ga
maar, moordenaar I lafaard I” riep ik uit. „Elk woord,
dat gij gesproken hebt, is een leugen geweest, en
omdat gy mij baat, hebt gij mij nu den onbesebaamd-
sten leugen opgedischtga heeu, en ontloop de galg
Hy keek my aan met een air van boosaardige vol
doening en ging heen. Het was alsof de lucht in de
kamer zuiverder werd, toen hij er niet langer ver
toefde.
Toen ging ik naar de kamer van Pauline, en terwijl
ik voor haar bed zat, hoorde ik haar, met brandend
heete en drooge lippen, onophoudelijk, nu eens in 't
Engelsch, dan weer in ’t Italiaansch, iemand noemen,
dien zij liefhad. Ik hoorde, dat zij hem smeekte en
waarschuwde, en ik begreep, dat hare ijlende woor
den gericht waren tot den man, dien Macari, volgens
zyn zeggen, vermoord had, omdat die man zijne zus
ter, thans mijne vrouw, niet wilde trouwen
De schurk loog I Ik wist dat hy Iqog. Telkens op
nieuw zeide ik tot myzelven, dat het een schaodelyke,
laaghartige leugen was dat Pauline rein was als een
engel. Maar terwijl ik mij trachtte te troosten met deze
verzekeringen aan mijzelf en, roeide ik toch, dat zoo
lang het bewijs niet open en bloot voor mij lag, de
leugen mij op het hart^zou branden; mij altijd ergeren
zou, alsof het eene waarheid was; mij geen rust zou
laten dat ik ten laatste den dag zou verwenschen,
waarop Kenyon mij in die oude kerk gebracht had,
om „het schoonste te zien wat er te zien was.”
Hoe kon ik het bewijs leveren, dat het een leugen
was Er waren slechts twee andere personen op de
wereld, die Pauline's geschiedenis kenden Ceneri en
de ouda Tarasa. Teresa was spoorloos verdwenra, «n
toen, wat hy liever niet had gewild, zyn twee
gasten van moeren, waarvan een hem beet-
greep en op den grond wierp en in zyn zakken
taste. Wie van de twee dat was, wist hy niet.
Het achynt dat Beets zeer aan het leven
gehecht is en op dat oogenblik hallucinaties
heeft gehad, althans hy haalde uit eigen vryen
wil zyn portefeuille met f 285 te voorscbyn
en zei: >Hier heb je myn boekje, laat meals
je blieft toch leven,en toen het tweetal zeide
dat er geen geld in het boekje was, had hy
de goedheid te vertellen in welk zakje er geld
was en koos toen het hazenpad.
Luide >moord< schreeuwende kwam hy
daarop by den landbouwer Pais met wien hy
naar Purmerend terugkeerdo en de politie van
het gebeurde kennis gaf.
Klok was toen spoedig geknipt, doch met
Assems ging dat niet zoo eenvoudig. Niette
genstaande de burgemeester, de politie-inspec-
teur en een agent hem aanmaanden van den
zolder te komen waarop hy sliep, deed hy dit
niet alleen niet, doch sloeg het drietal met een
ladder door elkaar, waarop >krygsraad< werd
gehouden of n en de arrestatie door middel van
een -chietgeweerzou bewerkstelligen, doch
daar het nacht en donker was en Assems de
toezegging deed den volgenden ochtend te 10
uur bij den burgemeester te zullen komen, zag
men daarvan af.
Voorloopig in hechtenis te Haarlem hadden
zy zich Zaterdagmiddag in eene buitengewone
zitting van de rechtbank aldaar te verant
woorden ter zake van samen en in vereenigiög
plegen van diefstal, met geweld en op den
openbaren weg, zynde het geweld gepleegd om
den diefstal mogeiyk en gemakkelyk te maken.
Wat het tracteeren en het krygen van het
dubbeltje aangsat, erkenden beiden de juistheid
daarvan, doch van bet overige was volgens
''Assems niets aan, terwyl Klok verklaarde dat
Beets hem de portefeulle had gegeven, doch
dat hy haar bad weggeworpen. Werkelyk
werd zy dan ok den volgenden morgen op
den weg gevonden.
De officier van justitie, mr. Van Onteren,
oordeelde het ten laste gelegde bewezen, en
requireerde wegens het misdryf omschreven in
art. 312 2e lid van het W. v. 8., voor ieder
een jaar gevangenisstraf.
Vo’gens mr. A. J. van Thiel, den verdediger
van Assems was, wat zyn dient aanging niets
bewezen, waarom hy coucludeerde tot vryspraak
en ononddellyke in vrijheidstelling.
Mr. L. C. Kronenberg voerde aan dat van
diefstal dopjr Klok gepleegd geen sprake kan
wezen, daar Beets hem de portefeuille zelf had
gegeven, waarom hy dan ook vryspraak con
cludeerde.
zonder iets af te dingen op ’t weergeven der
overige stukken
Als je 't maar weet, Meneer’s Zomers
buiten. De kinderstem. Lezen. Drie vrien
dinnetjes. Komen en gaan. Lacbbekje. Mijn
ossenhaas.
Deze pakten bpvenmate, zoowel door hun
nen inhoud als doOr de wyze, waarop ze wer
den voorgedragen. Inzonderheid was dit 't
geval met «myn ossenhaas» dat de lachlust
der hoorders tot boven 't gewone peil opvoerde.
Over 't geheel genomen is deze Nutsbyeen-
komst uitstekend geslaagd en kunnen we ter
afwisseling van populair wetenschappelijke
bespiegelingen op openbare vergaderingen in
platteUnds-departemeuten deze door verschei
denheid zich onderscheidende, soortgelijke bij
eenkomsten ten zeerste aanbevelen.
(«W. v. W.»)
Do kantonrechter te Woerden schijnt met
kracht de hand te willen houden aan de toe
passing der boterwet. Hy wees althans tegen
eene overtreedster een vonnis, dat niet mis is.
De beklaagde G. A., wed. van W. EL, wonende
te Ondewater, werd beklaagd van bet in een
winkel voorhanden hebben van surrogaat vau
boter, zonder dat op de verpakking of op de
waar zelve het woord margarine of het woord
surrogaat in duidelyke letters voorkomt. Zy
werd daaraan schuldig verklaard en bij verstek
veroordeeld tot betaling van eene geldboete
van f 100, bij niet-betaling binnen dqn voor
geschreven termyn te vervangen door hechtenis
van 30 dagen, met last tot openbaarmaking
van een uittreksel van dat vonnis in het
Nieuws-, Week- en Advertentieblad voor 8tad
en Land, verschijnende te Utrecht, en tot aan
plakking aan bet gebouw van het kantonge
recht te Woerden.
G. A., weduwe van W. H., wonende te
Ondewater, komt in verzet tegen het vonnis
van den kantonrechter te Woerden, waarby
zij by verstek wegens overtreding der
boterwet veroordeeld is.
1