i
TERUGGEROEPEN
>IER,
SCHAAP8-
lene genees-
°nd en ge-
geleverd door
BINNENLAND.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
nan,
straat K. 11
treken.
Zaterdag 16 Maart 1895.
No. 6609.
RVERIJ
i
FEUILLETON.
1AZIJN
IER,
dam.
IK n -
lijk I
CEÜTIEK’8
b dat de he
ten doet ver-
cent aan
c Rotterdam,
een Doos
imiddelen
33ste Jaargang.
ieller.1
Mwk I
•i
▼AM
Inzending van Advertentiën tot 1 uur de» midd.
een zyn de
mede te wer-
eenkomst
heb.
s
l-
afleverbaar
eene week.
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k g
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
kt A 144b
apotheker,
s Heer
Z.
▼erven van
alsook alle
en Co.,
ittende Kat
Trommeltjes
pers.
KE
beste Kaih>
Koning
11
gebruikt
Trommel
D00B
HUGH CONWAY.
aan leggen
dat, waar
baan zal
len naar de
d.
of geverfd
ondheid en
GOIINIIL 40( IUXT.
a Jicht,
ksrtom
leller.
•ntacan'i
idler.
JE
toornen van
een Bussisehen boer, en zij hingen hem in flarden aan
het lijf. Zyne voeten, gewikkeld in eene soort van
wollen lappen, kwamen hier en daar uit zyne laarzen
te voorschijn. Zijn lichaam droeg overal de sporen van
zijn lange vermoeiende marschen. Hij had nooit den
indruk op mij gemaakt van een sterk gebouwd man,
en zooals ik hom nu zag, kwam het mij voor, dat het
Bussische gouvernement er niet veel rekening b(j zou
maken, hoe min kostbaar het hem ook onderhouden
zou, en wat voor werk hij ook zou moeten verrich
ten. Maar naar alle waarschijnlijkheid zou het niet
lang met hem duren.
Hij at, niet gulzig, maar met veel graagte. Wijn
dronk hij matig. Toen hij gedaan had met eten, keek
hij rond, alsof hij iets zocht. Ik begreep wat hij meen
de, en reikte hem mijn sigarenkoker over en een
vlammetje. Hij bedankte mij, en begon recht smakelijk
te rooken. Voor een poos had ik den moed niet dien
ongelukkigen vent te storen. Als wij van elkander gin
gen, moest hij weer naar die hel, bevolkt met men-
sohelijke wezens. Maar de tijd spoedde voort; buiten
de kamer hoorde ik den eentonigen tred van den
schildwacht, en ik wist niet hoe lang de gedienstige
kapitein ons zou laten samensqn.
Ceneri lag achterover in zijn stoel met een soort
van droomige uitdrukking in zijn oog, langzaam en
behagelijk rookende, halende alle mogelijke genot uit
het rooken van een goede sigaar. Ik noodigde hem
nog een glas wijn te nemen. Hij schudde zijn hoofd,
en zich daarop tot mij wendende, zeide hij:
«Mijnheer Vaughanl ja, het is toch mijnheer Vaag-
,banMaar wie ben ik Waar zijn wij Zijn we
„te Londen, te Genève of waar ergens? Zal ik
«ontwaken en bevinden, dat ik al wat ik geleden
ADVERTENTIEN worden geplaatst
15 regf^ a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
ien 48 pag
kolommen
Romans,
che Ver-
^ciyDaad-
enx.t voor
per 3
Nederland,
RREÜ8,
IO8CH.
SS)
Al kon ik hem beschuldigen van vijftig moorden,
en kon ze alle bewijzen, dan zou zijn lot er toch
niet te erger om worden. Hij was uitgewischt, te
niet gedaanniets kon hem deren, dan meerder of
minder lichamelijk leed. Ik huiverde, toen ik bedacht,
zijn vonnis was, en ondanks myzelven bekroop
mij een gevoel van medelijden.
«Ik heb u veel belangrijks mee te deelen, maar laat
ik u eerst een glas wijn schenken, en wat te eten
geven.”
«Heel gaarne,” zeide hy, op een by’na nederigen -
toon. «Gij zult u haast niet kunnen voorstellen,
mijnheer Vaughan, dat een mensch in zulk een toe
stand kan gebracht worden, dat hij zich nauwelijks
kan bedwingen bij *t zien van een fatsoenleken
maaltijd.”
Na het aanschouwen van het inwendige van eeneu 1
ostrog kon ik mij alles voorstellen. Ik ontkurkte do
flesoh, en zette die voor hem. Terwijl hij at en dronk,
kon ik hom op mijn gemak gadeslaan.
Zijn lijden had een groote verandering bij hem te
weeg gebracht; elke trek was scherper geteekend; alle
ledematen schenen dunner; hy scheen ten minste tien
aar verouderd. Hy droeg de gewone kleeding van
verwanten Is zijn naam Macari”
«Het is de eenige naam, waarby ik hem ooit ge
kend heb. Zijn vader was een afvallige Italiaan, die
zijnen zoon naar Engeland zond uit vrees, dat hij zou
vallen in den strijd voor de bevrijding van zyn va
derland. Ik vond hem als jongmonsch, en maakte
hem tot een van ons. Zyn volkomen kennis van uwe
taal was van veel diensten hij vocht ja eena
heeft hij gevochten als een man.”
„Waarom is hy een verrader geworden?”
„Waarom vraagt gy dat alles?”
„Hy is bij mij geweest en heeft my gezegd, dat
hij Pauline’s broer is.”
Alleen het zien van ’t gelaat van Ceneri, toen ik
die woorden sprak, was voldoende om leugen no. 1
uit mijne ziel te verbannen. Mijn hart sprong op bij
de gedachte, dat het met no. 2 wel evenzoo zou
gaan. Maar er moest iets schrikkelijks geopenbaard
worden, wannur ik die vraag deed.
Pauline’s bjPoêrmompelde Ceneri. „Haarbroer
Zij heeft er geen.”
Er liep een ziekelijke trek over zijn gelaat, terwijl
hy dat zeide, een trek waarvan ik de beteekenis niet
kon gissen,
„Hy zegt, dat hij Antony March is, de broeder
van Pauline.”
„Antony March I” snauwde Ceneri. „Zulk een per
soon bestaat er niet. Met welk doel zeide hij dat
ging hij koortsachtig voort.
„Hij wilde, dat ik samen met hem eene memorie
zou indianen aan *t Italiaansche gouvernement, ten
einde een deel terug te krijgen van ’t vermogen, dat
gij besteed hebt.”
eener tramljjn niet liebt geteld, om-
dientengevolge die aanleg op eigen
moeten geschieden, de kosten zeker
niet minder, doch wellicht -elfs nog meer zul
len bedragen dan die verbonden aan het maken
van een spoorweg. De anderzyds geuite mea
ning, dat door de heeren Vas Visser en Van
der Ondermeulen by het ontwerpen van hun
plan met begrooting van kosten met de nood
zakelijkheid van het inrichten eener eigen baan
is rekening gehouden, berust, méénde men op
losse gronden. Uit bet adres van 26 Februari
11. althans valt dit niet op te maken. Wat
overigens dit adres betreft, kwam het dezen
leden voor, dat het niet aangaat zich tegen de
wetsvoordracht te verzetten met een beroep op
dit op het laatste oogenblik ingekomen stuk
en het daarin slechts genoemd, doch niet nader
omschreven en derhalve niet in bijzonderheden
bekend plan.
Ejn stoomtramweg werd dezerzijds onvol
doende geacht. Inzonderheid met het oog op
het goederenvervoer werd aan een locaalspoor
weg beslist de voorkeur gegeven. Bepaalde
lijk dan wanneer de Lek dicht zit en dien
tengevolge het vervoer, sterk gevoed ook uit
dt Alblasserwaaid, aanmerkelijk zal toenemen,
zal, meende men, door een -toomtram daarin
niet naar behooren kunnen worden voorzien.
Gewezen werd ook op het rapport, hetwelk
onder dagteekening van 12 Juli 1894 door
eene commissie uit de Staten van Zuid-Holland
werd uitgebracht omtrent de voorstellen van
Gedeputeerde Staten dier provincie, naar aan
leiding van, zoowel door de Krimpenerwaard-
spoi >rwegmantschappy als door de heeren Vas
Visser en Van der Oudermeulen ingediende,
subsidie aanvragen. Daarin sprak de groote
meerderheid dier commissie, hierbij o. a. ook
rekening houdende met meergemeld bezwaar
tegen aanleg en exploitatie eener tramlaanop
de bestaande wegen, zich uit ten gunste van
een buurtspoorweg, waardoor naar hare mea
ning »het algemeen belang in alle opzichten
meer afdoende zou zyn gebaat.Van invloed
op het oordeel der meerderheid was ook de
omstandigheid dat de toenmalige Rhynspoor-
wegmaatschappy slechts van een buurtspoorweg,
doch niet van een stoomtramweg de exploitatie
op zich wilde nemen. En nu achtten de leden
hier aan het woord het geenszins aannemelijk
dat thans de Maatschappij tot Exploitatie van
Staatsspoorwegen tot dit laatste wel bereid
zal worden bevonden. Integendeel scheen bet
niet twyfelachtig dat ook die maatschappij
slechts genegen zal zyn tot het exploiteeren
van 'eene lyn met normaal spoor, in directe
aansluiting aan den Staatsspoorweg te Gouda,
geschikt voor beryding met de grootst geoor-
„heb gedroomd heb, slocbls heb gedroomd?”
„Ik vrees, dat het geen droom iswe zijn in
Siberië.”
„En gij zijt niet gekomen om mij goede tijdingen
te brengen Gij zijl niet een van ons een vriend,
die met gevaar van zyn leven eene poging wil doen,
om my in vryheid te stellen
Ik schudde het hoofd. „Ik zou gaarne alles doen
wat in mijn vermogen is, om uw lot lichter temaken,
maar ik kom slechts in mijn eigen belang u eenige
vragen doen, die gij alleen kunt beantwoorden.”
„Vraag maar. Gij hebt my een uur lang wat ver
lost uit myne ellende; daarvoor ben ik dankbaar.”
„Zult gij naar waarheid antwoorden
„Waarom niet? Ik heb niets te vreten, niets te
winnen, niets te hopen. Valschbeid wordt iemand op
gedrongen door de omstandigheden; een mensch in
mijn toestand beeft ze niet noodig.”
„De eerste vraag, die ik u te doen heb is wie
en wat is die Macari
Ceneri sprong van zijn stoel op. De naam van
Macari scheen hem in de wereld terug te roepen.
Hij scheen niet meer die krachtelooze man. Zijne
stem was luid en vaat.
„Een verrader I een verrader I” riep hy. „Hy is
oorzaak, dat ik niet geslaagd ben, maar gearresteerd.
Als hij daar zat, waar gij nu zit, zou ik nog kracht
genoeg vinden om hem naar de keel te springen, en
hem als een vervloekten ellendeling te wurgen.”
Hy stapte op en neer in de kamer, terwyl hij zijne
vuisten balde.
„Doe uw best, om bedaard te blyven, Dr. Ceneri,”
zeide ik. „Met zijne samenzweringen en verraderijen
heb ik niet te maken. Wieishy? Wie zyn zijne bloed-
loofde snelheid en voor doorgaand verkeer
zonder overlading van goederen. Wel werd
anderzyds opgemerkt dat eene eventueele wei
gering der Exploitatie-maatschappy tot bet
exploiteeren van den door de heeren Vas
Visser en Van der Oudermeulen ontworpen
tramweg geen bezwaar zou opleveren, omdat
adressanten zich in hun adres tot eigen exploi
tatie bereid verklaren, doch hiertegen werd
wederom ingebracht dat exploitatie door ge
noemde iraatschappy van veel gewicht is, om
dat deze de beste waarborgen biedt voor een
geregeld verkeer.
Er werd voorts op gewezen dat de conclusie
van voormeld rapport, in hoofdzaak overeen
komende met de voorstellen van Gedeputeerde
Staten en strekkende tot toekenning aan de
Krimpenerwaard-spoorwegmaatschappy van een
provinciaal subsidie van f 127,500 en tot af
wijzende beschikking op de subsidieaanvrage
der heeren Vas Visser en Van der Oudermeulen,
in de vergadering der Provinciale Staten van
17 Juli 1894 zonder hoofdelyke stemming werd
aaugenomen. Zeer onwaarschynlyk werd het
geacht dat de Staten op dit nauwelyks acht
maanden geleden genomen besluit thans zouden
willen terugkomen en bereid zouden worden
bevonden de toen aan de heeren Vas Visser
en Van der Oudermeulen geweigerde subsidie
alsnog te verleenen.
Bovendien meende men met zekerheid te
weten dat de in de Memorie van Toelichting
genoemde gemeenten die voor deu aanleg van
den locaalspoorweg belangrijke subsidien hebben
torgezegd aan de totstandkoming van een
stoomtramweg zóó weinig waarde hechten dat
zy daarvoor geen by dragen wenschen beschik
baar te stellen.
Het is dus te verwachten dat, mocht tenge
volge van niet bekrachtiging der voorgedragen
overeenkomst de locaalspoorweg niet totstand
komen, ook zelfs de aanleg van een stoom
tramweg achterwege zou blyven. Het bestaande
isolement der hier betrokken streek zou dus
waarschynljjk nog geruimen tijd worden be
stendigd, een toestand die ongetwijfeld ook
door voorstanders van een stoomtramweg zou
worden betreurd.
Eén lid had tot zyn leedwezen in de over
eenkomst eene bepaling gemist omtrent verze
kering tegen invaliditeit en ongelukken van
het personeel dat op de lyn dienst zal doen.
In antwoord hierop werd er op gewezen dat
waar de lyn met betrekking tot hare exploi
tatie een slechts zeer ondergeschikt deel van
het net der Exploitatiemaatschappy zal uitma
ken en dus niet door uitsluitend voor haar
bestemd, doch integendeel door waarschynlyk
sterk afwisselend personeel zal worden bediend,
bezwarend zijn dan die, verhouden aan de
naasting van den locaalspoorweg.
Aan bet in de toelichting tegen een stoom-
tramdienst geopperd bezwaar, ontleend aan de
geringe breedte der verkeerswegen tusschen
Schoonhoven en bet spoorwegstation te Gouda,
die het aan leggen en exploiteeren van een
tramweg op die wegen onmogelyk eu den
kostbaren en niet zonder zeer aanzienlijke
subsidien tot stand te brengen aanleg eener
eigen baan noodig zoo maken, werd door de
leden hier aan het woord weinig waarde ge
hecht. De behoefte aan eigen baan werd er
kend, doch, naar m<*n meende te weten en
ook uit het adres van bovengenoemde heeren
valt op te maken, is in het door dezen ont
worpen plan en bij hunne begrooting van
kosten daarmede rekening gehouden.
Door een stoomtram, zoo werd betoogd,
zal de betrokken landstreek voldoende zyn
gebaat. Volgens eenigm zelfs beter dan door
een locaalspoorweg. Het personenverkeer toch
zal op dit traject hoofdzaak zyn, en boven
dien mag men aannemen d it gewicht en om
vang der te vervoeren goederen niet van dien
aard zullen zijl, dat uit dien hoofde aan een
spoorweg de voorkeur zou moeten worden
gegeven. Ten aaozien van dit laatste zoo
men intusschen gaarne het beslist gevoelen
der regeering vernemen. In he algemeen
weoschte men en ook voorstanders van
een locaalspoorweg sloten zich by dien wenscb
aan dat de regeering haar standpunt te
genover meergemeld adres duidelijk znl uit
eenzetten. Zoo stelde men er onder anderen
prys op te vernemen of de tramlyn over de
gebeele lengte al dan niet dezelfde richting
volgt als de locaalspoorweg Wel meende men
te weten dat door adressanten in Ifun, tot de
Provinciale Staten van Zviid-Holland gericht
adres van Mei 1891, gesproken wordt van een
stoomtram »van af de Haastrecbtsche brug
by Gou 'a over Stolwyk en Bergambacht tot
in de gemeente Schoonhoven*, doch het kon
zyn, dat in het tyd verloop van vier jaren,
hetwelk sedert de indiening van dat adres
verstreken is, in de aanvankelijk geprojec
teerde richting verandering is gebracht.
Eenige leden verklaarden met verwondering
van deze voordracht kennis te hebben geno
men, in verband met de houding der regeering
in zake den N. O. locaalspoorweg (omtrent
welke zaak inmiddels eene beslissing is geno
men door de Kamer).
Bovenstaande beschouwingen ten gunste van
een stoomtram vonden echter by zeer vele
andere leden tegenspraak. Van die zyde werd
het bezwaar dat de geringe breedte der be
staande wegen een beletsel is voor het daarop
GOD DA, 15 Maart 1895.
Het afdeelingsverslag is verschenen over het
wetsontwerp houdende bekrachtiging van eene
overeenkomst met de Maatschappij tot Exploi
tatie van Staatsspoorwegen en met de Krim-
penerwaard-spoorwegmaHtscbappy, betreffende
den locaal-spoorweg SchoonhovenGouda.
In óen afdeeling verklaarde men algemeen
met groote voldoening te hebben kennis ge
nomen van het door de regeering ingenomen
standpunt in zake de bevordering van den
aanleg van locale verbindingen door subsidiee-
ring uit ’s ryks kast Dit wetsontwerp be
schouwde men als een «stap in de goede rich
ting, en men sprafrtjW hoop uit, dat op dien
weg worde voortgegaan, waarby dan by de
waardeering der dpor de belanghebbende
plaatse lijke besturen te brengen geldelyke
offers met de draagkracht van deze natuurljjk
rekening zal moeten, worden gehouden.
In alle afdeelingep werd de wenscjhelykheid
van aansluiting der gemeente Schoonhoven aan
het Nederlandsche spoorweg iet, waardoor aan
het isolement dier gemeente en van de gebeele
Krimpenerwaard en een groot gedeelte der
Lopiker- en Alblasserwaarden een einde zal
worden gemaakt, algemeen erkend en vond
het denkbeeld om van rykswege, door toe
kenning van subsidie, tot het tot stand ko
men van zoodanige verbinding
ken, algemeene instemming.
Omtrent de wijze van voorziening in die
behoefte aan aansluiting openbaarde zich even
wel verschil van meening. Er waren leden
die aan den aanleg van een stoomtramweg
tusschen Schoonhoven en het station Gouda,
als bedoeld in het aan de Tweede Kamer ge
richt adres der heeren Vas Visser ex Van der
Oudermeulen, van 26 Februari II., uit een
financieel oogpunt de voorkeur gaven. De
daaraan verbonden kosten toch zullen aan
merkelijk geringer zyn dan die voor het ma
ken van een locaalspoorweg, en dientenge
volge zal daarvoor met een rykssnbsidie kun
nen worden volstaan, ver beneden dat, het
welk thans wordt voorgesteld. Immers voor
de uitvoering van het door adressanten ont
worpen plan, zal slechts eene bydrage uit
*s ryks schatkist van hoogstens f 110,000 be-
noodigd zyn, terwijl het jaarlyksch subsidie
▼oor den aanleg van een locaalspoorweg f 8000,
▼ertegenwoordigende een kapitaal van ruim
f225,000, zal bedragen, JJovendien zullende I
▼oorwaarden van naasting eener trambaan I
▼oor het ryk financieel aanmerkelijk minder