^8®
isie. Voor solide
ing wordt inge-
«LH. aan het
Warmoesstraat
LEN
MOL
[EN,
TKXTM.
LINGEN
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
BINNENLAND.
evraagd
fEUlLLUTüiï.
De tweede Vrouw.
n reparatie.
Verkooping.
Verkooping.
D. 3,
ires van
Goederen,
-Exfgfler.
-Expellee,
schuit.
No. 6029. Dinsdag 9 April 1895. 34ste Jaargang.
▼an
j te bezichtigen.
)p te bezichtigen.
Bij de verkiezingen in het Groot-Waterschap
plan in
Naar het Duitech.
van
(TIERS.
31 jaar oad,
weduwe
bekend als het >Stap>
r het kantongerecht te
MAALSTEDE
voornemens om
i 1895, dés voor-
>Het Schaai-
Gouda, in het
F GELD, te
lotaris
ILSTEDE te
s voornemens om
195, des morgens
:end No. 65, be-
'K te
ide,
KEN, 1 aftands
Bbwkman k Zoom
ZILVEREN en
van THEE
eene solide en
sweaden tegen
dar huiigeiin
Ide lesok
(Man en bu
iam.
Markt A 144b
SON, apotheke
edschappen,
nderen ROE-
In den nacht van Zaterdag op Zondag is
in een sloot by de Vierde Kade verdronken
J. C. 8.,Jvan beroep metselaar en
wonende te Reenwijk. Hij laat eene
met een tweetal kinderen achter.
in Oud-Bodegi
schoren in
fondamenten
die inderdaad
uitmaken en
1 zoo goed als
iet breeden loop
kaasvaten,
HORDEN en
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 jj k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommerg VIJF CENTEN.
ADVERTENTIEN worden geplaatst
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
Bij vonnis der Arr. reehtb. te Utrecht, d.d.
1 April 1895, is J. v. G. te Nieuwkoop in
verzekerde bewaring, beklaagd van diefstal van
elf een den, met braak en inklimming ten na*
deele van A. O. te Nieuwkoop, in den nacht
van den 27 op 28 Jan. jl. gepleegd, veroor
deeld tot gevangenisstraf van vier maanden,
onder aftrek der preventieve hechtenis. De
medebeklaagde, P. 8. te Langeraar, is vrijge
sproken.
Naar >Het Vad.c verneemt, is het over
zicht, door de >N. R. Ct.gegeven van het
wetsontwerp tot wyziging der personeele be
lasting, niet alleen onvolledig, maar ook op
hoofdpunten onjuist.
P. Stegeman, meer
horster boertje is voor
Steonwyk gedagvaard, ter zake van het onbe
voegd uitoefenen der geneeskunde.
De Groningsche rechtbank heeft G. M.
groothandelaar, wegens het in omloop bren
gen van valsch handelspapier, veroordeeld tot
een jaar gevangenisstraf.
1 VERSCHE
Llen,
ELS,
1 TIENDEWEG
Bij de heden gehouden verkiezing voor be
stuursleden der Ned. Herv. Kerk alhier werden
uitgebracht 371 stemmen. Het aantal kiezers
bedraagt 984.
De behoefte aan woon- en pakhuizen, die
zich in den laatsten tyd in de gemeente Bo
degraven heeft doen gevoelen, heeft de bouw-
lust weder doen ontwaken. Zoowel in de
Wilhelminastraat als in de van Tolstraat, op
den Zwammerdamschen Overtocht als vooraan
.traven zyn flinke woningen en
aanbouw of is men bezig er de
van te leggen. Er zyn er onder
een sieraad van dio plaats zullen
’t riante der omgeving zullen
verhoogen. De ambachtslui daar ter plaatse
hebben niet te klagen en gaan met ’t oog
ook een en ander, dat nog verwezentiyk kan
worden, een zoo we hopen, voordeeligen zomer
te gamoot.
Gill IMIIE (llllit \T
gezicht. Francisca moest mij opendoen dat had ik
mij sedert weken zoo mooi voorgesteld.”
Zonder verder op zijne treurige stemming te letten,
begon de oude dame, als iemand, die een p’““
het hoofd heeft
«Hoe oud is uw dochtertje
i/Zij wordt acht jaar, mevrouw I” was zijn lakoniek
antwoord.
«Dat past uitstekend I” riep zij vergenoegd uit.
//En hebt u eene gouvernante Bevalt zij u goed P”
Onwillekeurig zag hij haar aan de vragen volg
den zoo snel op elkander.
//Nu vroeg zij ongeduldig.
ii In de vorige week is de vierde reeds vertrokken”,
antwoordde hij slecht geluimd. «De beide eersten
waren door mijn schoonmama gekozen het waren
valsche, karakterloos® schepsels met ontoereikende
kennis, maar goede oogendienaressen voor mijne
schoonmama. Er kwamen booze dingen voorik
moest ze ontslaan. De beide andere koos ik self,
goede, rechtschapen meisjes met voldoende bescha
ving zij hebben ons verlaten I”
«Gevonden I” jubelde de oude dame. zzBaron, de
hulp is u nabij. Juffrouw Zemplin sal aan al uw
eischen beantwoorden. Zij kent van alles en daarbij
heeft zij een eerlyk, door en door trouw karakter.
Top, baron, zal ik de juffrouw roepen P Wilt u op
mijne warme aanbeveling baar voor die betrekking
een engagement aanbieden?”
De oude dame was opgewonden reeds wilde zij
ópstaan om Marie te roepen.
„Neen”, klonk het scherp, «ik wil geen gouver
nante meer. Als zij niet deugt, benadeelt zij Arm
gard en als zij wel deugt, dan oijt mijne schoonmoe
Hedenmorgen werd op de R. C. Begraaf
plaats ter aarde besteld bet lyk van den Eerw.
Pater Nelis, in leven rector aan het R. O.
Liefdegesticht. Verscheidene geestelyken wa
ren op den doodenakker aanwezig, evenals het
Koor der St. Joseph-Kerk, dat bij het intreden
der Kapel een lykzang aanhief. Verschillende
personen woonden deze plechtigheid by.
Er zyn hier bovendien omstandigheden die
duiden op het onwaarschynlyke van een onge
luk. Zoo is de weg aan den Singel beplant
met boomen, aan den kant begroeid met gras,
en achttien meier breed. Bewijs voor een on
geluk oordeelde pleiter kon dns nimmer
geleverd worden, waarom de vordering, naar
zyne meening, niet voor toewyzing vatbaar was.
Na re- en dupliek bepaalde de rechtbank
baar vonnis op 6 Mei.
De algemeene vergadering van de Vereeniging
tot bevordering der homoeopathie in Nederland
zal op|24 dezer alhier worden gehouden.'/Tot
de punten van behandeling behoort o. a.
Bespreking der noodzakelijkheid ‘"eener homoe-
opathischegfaculteit.
der haar in korten tijd dood”.
Zijt ge dan in uw eigen huis geen meester, Tie-
fort P” vroeg zij verontwaardigd. «Wat zou daar mijn
Frinzehen geholpen hebben?”
Er lag nu een weemoedig droomerig waas over
zijn harde trekken.
«O, Francisca zou myne vrouw geworden zyn,
Armgard’s moeder I Haar engelengoodbeid zou den
vijand van myn huis ontwapend hebben I”
«Juffrouw Zemplin is even goed; neem de proef
toch eens met deze nieuwe gouvernante I” sprak zy
dringend.
«Ik moet weg, ver weg, anders verlies ik al myn
geestkracht. Mijn vroegere vriend, de beroemde
geograaf Dr. Wedel, gaat einde Juli naar Noorwegen
om onderzot kingen te doen. Verscheidene officieren
oude kameraden van mij begeleiden hem. Ik
wil mee, myn besluit staat vast”.
«En wou je daarom naar myn Friinzohen vryen
vroeg de dame ontnuchterd en met iets verwijtends
in haar toon.
«Daarom,” bevestigde hij koel. «Het zou een
eerlyke zaak geweest zyn; ik zou haar niets ver
zwegen hebben. Haar heldenmoed en zielegroothsid
zouden op Armgard veel invloed gehad hebben."
Plotseling speelde een schalksche trek om den
mond der grijze dame.
«Tiefort, nu begryp ik je beter. Vóór alle an
dere zaken geldt het hier een brave, kloeke vrouw
op Corlswald te brengen, die voor Armgard eene
goede moeder kan zyn. Welnu, trouw dan juffrouw
Zemplin I**
De heer Brondgeest, van het gezelschap Le
Gras Haspels, is dezer dagen, toen een voor
stelling te Leeuwarden gegeven werd, op de
locomotief van een zandtrein gereden van het
station El burg—Oldebroek naar Zwolle. Te
Elbnrg was hy uitgestapt wegens ongesteldheid
en kon alleen op die wyze tydig te Zwolle
zijn om den trein naar Leeuwarden nog te
halen. Tot overmaat van onspoed kwam de
zandtrein te laat, zoodat juffrouw Leveau te
vergeefs op haren beminde zou gewacht heb
ben, als niet de heer J. Haspels (lezende) voor
dezen was ingevallen. Laat in den avond was
Brondgeest nog op zyn post.
van Woerden is in het 2e district, hoofdplaats
Bodegraven, tot hoofdingeland-plaatsvervanger
gekozen de heer J. A. van Ghesel Grothe,
terwijl in bet 3e district, hoofdplaats Waarder,
voor hoofdingeland eene herstemming plaats
moet hebben tusschen de hh. H. de Bruyn en
H. van Ingen. In het 5e district, hoofdplaats
Zegveld, zyn gekozen tot hoofdingeland en
hoofdingeland-plaatsvervanger respectievelijk de
hh. G. G. de Kruijff en J. B. van der Wind
en in het 6e district, hoofdplaats Kamerik, tot
hoofdingeland en hoofdiogelaud-plaatsvervanger
respectievelijk de hh. T. van Oostrum en Jhr.
Mr. J. L. A. Melvill van Carnbee.
«Hadt u mij Francisca gegeven was de majoor
mij niet vóór geweestklonk zijn klacht.
«Hoe kom je toch zoo op mijn Francisca?”
«Zij was goed, engelaohtig goed,” sprak hij heftig,
«zij zou aan mij en aan Armgard oen werk van
barmhartigheid gedaan hebben. Helaas I het beeft
niet zoo mogen zijn!”
«Houdt uw kleine niet van haar grootmama?”
vroeg de oude dame ontsteld zij herinnerde zich
nu, hoe haar dochter op den eersten luitenant ver
liefd was '■geweest, zonder hoop op wederliefde.
«Onuitsprekelijk veel,” antwoordde Tiefort, zich
boos makende. «Ik moet nog eena hetzelfde leed
verdragen. Niemand kan dat beseffen, maar u hebt
mevrouw Kaulfuss gekend, u zult me wel begrijpen.”
Zacht knikte zij maar haar trekken verander
den en stonden plotseling vroolijk.
«Met Francisca is het nu uit, waarde baron, en
God «ij dank, dat zij zoo gelukkig is! Haar zoontje
Adelbert is twee jaar geweest en kleine Anne Marie
telt drie maanden. Zij is nog niet gedooptgroot
moeder Ruscheweyh moet eerst overkómen. Mijn
schoonzoon komt mij den vijftienden Juli afhalen.
Het huishouden hier wordt opgeheven. De kinde
ren willen, dat ik voortaan mijn tehuis bij hen zal
hebben.
Daardoor geraakt mijne juffrouw van gezelschap
zonder betrekking; in Lotharingen heb ik gezelschap
genoeg. «Luistert u wel, baron?”
Verstrooid knikte hij ja.
«Hebt u juffrouw Zemplin gezien?”
«De dame, die de deur voor mij opende?”
«Juist, dezelfde.”
«Niet go»d. Ik wm ontevreden over het vreemde
In Doctrina te Leiden heeft de beer Schaep-
man deze week een voordracht gehouden over
Bismarck. Het slot dier rede, zooalsde »Zuid-
Hollanderc er een overzicht van geeft, luidde
ongeveer aldus
>Welk beeld zal ik wagen te ontwerpen
van een man, van wien men als Victor Hugo
over Napoleon, kon zeggen: Lui toujours,
lui partopt Wat slotwoord toe te voegen aan
deze schets Er is in de verschijning van
Bismarck een trek van onmiskenbare groot
heid, een monumentale trek, dien ik liefst zou
aanduiden met het woord, dat de Italiaansche
kunsthistorie toegepast heeft op Michel Angelo
La terribilath, niet het verschrikkelijke, noch
het schrikwekkende, een term die de mate
van kracht aanduidt, die niet doet huiveren
en byna doet vreezen. Hy beeft zyn werk
verricht met een geestesinspanning, met een
moed een kloekheid, die men vereenigd slechts
vindt bij heel weinig mannen, wier namen
op historiebladen pryken.
>Ik heb geen oordeel uit te spreken over
de inwendige inrichting van bet Duitsche Ryk
over de kansen, die het in de toekomst loopt.
Niet te ontkennen evenwel is de machtige
leiding, bewerking zon ik zeggen, tot een
waarachtig, welvarend, vaststaand Ryk.
»Hoe dikwyls de val ook werd verkondigd,
de keizer en zyn ryk zyn vast blyven staan.
Indien gy nog eene vergelijking wilt met
eene andere groote verschyning, zie dan wat
de droom van den eersten Boneparte tot stand
gebracht heeft. Zie hoe dat wereldryk in-
eengevallen is als een Sodom's appel van
haar schel ontdaan.
»De uitkomsten van Bismarck's werk zyn
zichtbaar genoeg. Zulk een arbeid kan niet
door een gewoon man gedaan worden voor
die kracht koestere men bewondering, al bly ve
die bewondering tot de uiterste kracht be
perkt. Die kracht openbaart zich in de zonder
linge veelzijdigheid van zyn geest, die zich op
ieder gebied bewogen heeft. Hy was niet alleen
kanselier, maar ook een minister van handel
en nijverheid, die in de staathuishoudkundige
toestanden van zyn land een geheele omwen
teling heeft gebracht. Zyn kracht schonk hem
een soort welsprekendheid. Hy heeft woorden
gesmeed, beelden uitgedacht, die voor aityd
het eigendom van het Duitsche volk zullen
blyven. Zelfs de diepste diepte van het men-
schelyk hart heeft hy kannen peilen. Aan
zyn zuster bij het overlyden van haar kind
GOD DA, 8 April 1895.
Vrijdagmorgen hadden voor de rechtbank
to Rotterdam pleidooien plaats in eene zaak,
allaen reeds belangrijk omdat in eene derge-
lyke nog nimmer de beslissing van den Neder-
landschen rechter gevallen is.
Een heer, te Rotterdam woonachtig, vertrok
ongeveer een jair geleden op een avond naar
Gouda. *s Avonds nog zonde hij huiswaarts
keeren. Hy kwam echter niet terug, doch
werd levenloos den volgenden morgen uit een
der singels te Gouda opgohaald. Hij was by
eene verzekeringmaatschappy tegen ongelukken
verzekerd, en ingeval van dood tengevolge van
een ongeluk voor een tamelyk aanzienlijk
bedrag.
Voor do erfgename van den genoemde pleitte
mr. Havelaar en voor de gedaagde maatschappij
dia zich ongehouden rekende het verzekerde
bedrag uit te betalen mr. Knottenbelt.
Het voornaamste punt van debat was dit
kan de erfgename volstaan met door vermoe
dens aan te toonen dat er geene reden bestaat
om zelfmoord te veronderstellen, en zoo ja,
kunnen dan de door haar te bewyzen aange
boden feiten hiertoe leiden of mag de maat
schappij direct bewijs eischen van getuigen
die het ongelnk met oogen aanschouwden
Eischeres meende dat een belangryk ver
moeden is, dat iemand verondersteld wordt
zich zelf lichamelijk leed aan te doen, en ver
klaarde zich bereid te bewyzen dat de gelde
lijke omstandigheden van den overledene in
goede orde waren, dat in zyne naade omge
ving niets van zorgen bekend was, dat hij
's avonds naar Gouda was gegaan en daar
nog zaken gedaan had en deze in zyn notitie
boekje had opgeschreven, dat hij in een kof
fiehuis dien avond nog kalm en opgeruimd
had zitten praten en dgl. meer. Was dit alles
bewezen, zoo meende eischeres, dan wezen
deze feiten met het feit dat de verzekerde
verdronken gevonden was onwederlegbaar op
een ongeluk.
Mr. Knottenbelt, voor de gedaagde maat
schappij pleitende, meende, dat waar op
eischeres de bewijslast drukt dat de dood het
gevolg was van een ongeluk, de vermoedens
door haar bygebracht niet voldoende zijn. Met
het oog op art. 1959 B. W. moeten deze toch
gewichtig, nauwkeurig, bepaald, en met elkan
der in overeenstemming zyn. De omstandig
heden dorr eischeres gesteld zyn dit, volgens
hem, niet. Hoe vaak komt het niet voor dat
er schynbaar geen reden is voor zelfmoord, en
de naaste omgeving dezen niet kan verklaren?
Mevrouw, ik was een man, ik wilde, dat het hart
mijner vrouw aan mij hing. Er kwam strijd met
mijn schoonmama. El$a leed daaronder, meer nog,
toen het bepaald tot een breuk kwam. Het leven
hier werd onverdragelijk. Ik nam mijn ontslag en
trok met mijn ongelukkige Elsa naar mijn familie-
good Corswald. Hier werd onze kleine Armgard
geboren. Ik koesterde groote verwachtingen van dit
nieuwe geluk. Mijn vrouw lachte mij niet meer toe
ook in hare afwezigheid stond haar mama tus-
schen ons.
Elsa stierf bij de geboorte van het tweede kind
een doodgeboren meisje. Hare oogen rustten
verwijtend op my, maar mijne liefde was verkoeld.
In haar stervensuur werd haar liefde weer opgewekt
en de mijne ook. Zij greep mijne band en van hare
bleske lippen klonk de bede: «Zweer me, dat je
aan mama alles vergeeft, dat je haar hier laat
komen om Armgard op te voeden, dat je haar
esrt en dat je haar bij je zult houden tot aan baar
dood.”
De oude dame had oplettend naar hem geluisterd
maar toen hij er au bijvoegde: «Ik rampzalige
ik zweer het,” toen legde zy meêlydend het hoofd
schuddende, de hand op zijn arm.
«Tiefort, ik beklaag je
Op de Pnaschtentoonstelling te Alkmaar
werd o. a. aan D. op 't Landt te Rietveld bij
Woerden een bestuursprys uitgereikt voor vette
koeien.