1
I
De Oorlof.
Sfi 'Ti-
Vrijdag 1 Januari 1015.
53e Jaargang;
2>TIe-u.Txrs- en ^d-Trortezitielola-d. -voor G-oiid.©- en Orrrstrelrora-
Verechijrlt dagelijks
Telefoon Interc. 82.
behalve Zon- e» Feestdagen.
Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON.
Telefoon Interc. 82.
NIEUWE JAAR.
Flil ILLfclOA
^ervceste JSevens.
uj y 11 t1
5
60TOCHE (MIANT.
PRIJS.VAN RET ABONNEMENT:
Per kwartaal 11.25
Idem franco per post,%Sr 1.60
Met Geïllustreerd Zondagsblad1 50
Idem franco per post1.90
Ahonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau:
Markt 31bij onze Agenten, d,en Boekhandel en de Postkantoren.
Iv'
PRIJS DER AD VERTENTIËN:
Van 1—5 gewone regels met bewijsnummerf 0.55
Elke regel meer«0.10
Bij drie Achtereenvolgende plaatsingen worden deze tecen twee berekend.
Dienstaanbiedingen per plaatsing van 15 regels f0.35 by vooruit
betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames f0.25 per regel.
Groote letters en randen naar nlaatsruimte.
Terwijl om ons heen het ruw geweld
,;den scepter zwaait, is het oude jaar
ucmigevloden en doet het uieuwe zijn
intrede.
Onder sombere voorteekenen zet het
J nieuwe jaar in. De verschrikkelijke oor
log, die in den vorstenmoord te Serajewo
een aanleiding heeft gevonden om tot uit
barsting te komen, duurt voort met on-
verminderde hevigheid de r bozen worste
ling met al het - ontzettende leed, hetwelk
het gevolg daarvan is, wordt voortgezet
k 'tot dat de sterkste zal hebben gezege-
vierd en op den van bloed doorweekten
ft' bodem de vaan der victorie zal hebben
geplant.
i VictorieZal het een overwin-
1 i n g zijn die aan een der strijdende
krtijen wordt geschonken, die in aantal
|£n krijgsmateriaal het sterkst en in ijlt-
ioudingsvermogen het krachtigst is Zal
|té partij, die in een wellicht kamende be
vissende slag zij» tegenstander verslaat,
Iwerkelijk spreken kunnen van een over
winning Zal deze overwinning niet
jjlechts zijn een daad van uiterlijken aard,
net trots aan de wereld verkondigd ais
Peen meesterstuk van krijgstaktiek en oor-
gïogswetenschap, van geweldig kunnen
enthousiasme en vaderlandsliefde
tal, ftRftsrr wnctoïle^gejuiöh zal zijn
terstonid, niet zichtbaar worden als het
werkelijk resultaat van dezen tinanen-
ijd, een weedom van ellende, een tofe-
ind van uitputting, van geslagen zijn
in volkskracht in physieken en moreelen
i zin Zal dan de vernietiging van zoo-
f ?ele krachten, die aan den opbouw der
Staten hebben gewerkt, van zoovele gees-
<fie het beste wat zij in zich had-
li den, aan hun land en volk hebben gego-
I ven om het te brengen tot bloei en wel-
Ivhait, om het in wetenschap en kunst
verheffen tot het hoogst bereikbare, zal
f dan de verbrijzeling van het schoone en
E precieuse, dat door geen mensehenhanden
1 kan worden hersteld, zal dat alles, niet
loodzwaar drukken op hem, glie alsover-
Winnaar uit het strijdperk treedt Zal hij
rich niet geslagen voelen als de armere,
die, wijl. de wapenen hem niet gunstig
waren, als ontzield zal nederliggen
Het nieuwe jaar doet zijp intrede. Zal
dit het einde brengen van dezen onmen-
schelijkeii oorlog Wie zal het zeggen
Of zal de oorlogsfakkel op den bodem
waar thans nog rust heerscht, zijn vlam
men ontsteken Zal de gewapende vrede
ook daar plaats maken voor het oorlogs
rumoer
De dagen van thans zijn van grooten
ernst. De tijd die voorbij is gegaan is
een beeld1 van al het denkbare verschrik-
kelijke.'Kn toch is er in dezen tijd veel
grootsch gebchied, dat moed geeft en
hoop. Niettegenstaande de verbittering en
haat, die er geboren is, is er tot uiting
gekomen bij alle volken, zoowel bij de
oorlogvoerenden als bij de bewoners der
neutrale staten, dat het menschenplicht is
te verzachten het lijden en te lenigen den
nood, die de slachtoffers van den oorlog
hebben te doorstaan. Fr is een roerende
hulpvaardigheid gekomen voor- denmede-
mensch, die steun behoeft, die in normale
tijdsomstandighedenniet zoo zou zijn ge
weest. Er zijn karakters ontplooid, die
in dezen geweldigen tijdj eerst kunnen too-
nen wat zij vermogen, figuren, waarop
trots, kunnen wijzen.
•lknd heeit in dezen
Je volken
Het kleine
rnstigen tijd
het tot
heiligen plicht gere
kend tot zich te nemen de stamverwan
ten van het Zuiden, die als hulpalooze
slachtoffers van het wreed geweld op zijn
gastvrijen bodem een toevlucht hebben ge
zocht. Spontaan heeft hot gebtete Nectef-
Jandsche volk, waar het kon, de helpen
de hand geboden en het Hoofd van den
Staat heeft zich daarbij mede een Ko
ninklijke Vrouwe getoond.
Met groote vastberadenheid hebben de
mannen, die thans de Regeering uitma
ken, hot schip van staat gestuurd door
de gevaarlijke plekken, die sinds maan
den telkens weder op dej ziedende Oor
logszoo zich opdoen en het is hen tot
heden gelukt het steeds weer te brengen
op veilige ree.
Met èeze Regeering aan het roer, gaat
het neutrale Nederland het nieuwe jaar
in. Met wijsheid1, kalmte en bezadigdheid
wordt het beleid gevoerd, opdat de on
afhankelijkheid van ons land niet in ge
vaar worde gebracht. En daarnaast wordt
groote waakzaamheid betracht. Neder-
Aland's beste zonen hebben hun werk
kring in het burgerlijk leven moeten
verlaten om als wachters dienst te doen
aan onze grenzen, om deze, mocht het
noodlot ons meesleuren in den rampzali-
Een beeld der werkelijkheid
16)
„En tegenover hem heb ik geen barm
hartigheid, gekend bedoelt gij, niet waar?"
„Hebt gij ooit eene herinnering van
leedwezen geschonken aan het jeugdige
veelbelovende levqu, dat zoo vroegtijdig
afgesneden werd
„Welnu neen; maar was dit wel te
f verwonderen Heeft hij in zekeren zin
A mijn eigen bestaan niet even goed ge-
I broken als het zijne Maar laten wij
I daarover niet langer spreken. Het ge-
I beurde laat zich niet herroepen of on
gedaan opaken; gij wilt dat wij Voortaan
op een afstand van elkander zullen blij
ven; het zij zoo. Mij zult gij daarom
trent niet in gebreke vinden. Goeden
- avond; het wordt koud hier buiten."
En zij wikkelde zich dichter in de
sjaal, die zij aanvankelijk slechts los om
de schouders geworpen had, en verwij
derde zich zonder hem aan te zien of
i hem de hand te reiken.
Onno staarde haar na, met een blik
j Vol onuitsprekelijke pijn; toen zij ver
ft' dwenen was, bedekte hij zich Jhèt) gelaat
loet de handen en mompelde (l^
t „Het moest tusschen ons tot eene op
heldering komen. Met haar karakter en
het mijne kan het niet anders; maar welk
oene droefheid, en welk eene leegte, nu
alles voorbij is."
Den volgenden dag aan tafel bemerkte
hij aanstonds dat Marcelle zich wel ge-
waoht had haar vader op de hoogte van
hun onderhoud te brengen. Hij bad dit
reeds gehoopt, want het maakte de ver
houding veel gemakkelijker; en dank zij
dB ongedwongen wijze waarop het jonge
meisje zich aanstonds met haar tweeden
buurman bezighield, viel het in het ge
heel niet in het oog, dat zij niet tot Hol-
dius sprak.
Georges Renaud hield daarenboven zoo
veel van praten, dat hij Onno geen
oogenblik rust liet, en na het etensuur
werd de jonge musicus in beslag geno
men door andere leden van het gezel
schap, die hem verzachten nog iets voor
te spelen. Hij maakte daardoor spoedig
kennis met de meesten der passagiers, en
niemand kon er zich over verwonderen
dat hij, gevierd als hij ook aan boord
werd, zijn tijd tusschen allen moest ver-
Zoo verliepen er drie dagen van vol
komen wapenstilstand, gedurende welke
een ieder tevreden scheenmaar op ze
keren avond, dat men bijeen was in do
longroom, omdat het regende en woei,
kwam de schilder beneden met een»f be
zorgde uitdrukking op het gelaat.
„Uw wensch zal vervult worden, Mar
celle," zeide hij, „wij krijgen stormwe
der."
Hel jonge metaje sloeg Tan blijdschap
gen krijg, tegen den i&dsringefte verde
digen.
Het nieuwe jaar is gekomen. Brenge
dit jaar vrede en rust gan alle volken,
opdat zij kunnen voortgaan en opnieuw
beginnen aan den ophottw van datgene
wat nu vernietigd is en verstrooid. Dan
is mede uitgesloten, wat thans helaas nog
niet kan worden gezegd: dat Nederland
in de noodzakelijkheid kan komeg dat het
toone dat zijn zonen doen wetep de be-
teekenis van der Vorstinne wapenspreuk;
„Je maintiendrai", „Ik zal handhaven".
Depsychiater te velde.
J.on arts, die als aenöwdokter te vel
de staat, schrijft in het Berliner Tage-
blatt, dat geestesstoringen slechttf een
zeer gering deel van de ziekten in het
Duitsohe leger vormen.
Of onze vijanden even gunstige erva
ringen hebben opgedaan, zoo schrijft hij,
is op het jripgenblik niet bekend. In vroe
gere oorlo^n leden de Russen altijd meer
aan geestesstoringen da» andere volke
ren. Als men voor oogen houdt, dat
geenszins de schrik van den oorlog het
uitbreken ervan onmiddellijk veroorzaakt,
doch dat de patiënt de t(óorwaarden reeds
meegebracht moet hebben en als men ver
der weet, dat deze voorwaarden bij de
Russen waarschijnlijk weinig beter ge
worden rij», «Ja» ka» nHfrqtifi -Rqggea eau
grooter aantal ziektegevallen ook in de
zen oorlog voorspellen.
De Franschen, ofschoon zeer dapper
zijn iets gevoeliger dan de Duitschers.
Philipp Gibbs, de bekende Engelsche oor
logscorrespondent, beschrijft gevallen van
zenuwstoringendoor het geluid van het
granaatvuur en verder van gevallen
waarbij menschen een gevoel van wilde
onoverwinlijkheid beviel, waarbij zij alle
zelfbeheersching verloren en als door
een onweerstaanbare macht gedreven te
gen een hagel van kogels en granaten
inliepen, pok de Engelsche soldaten heb
ben dus met hun zenuwen te stellen. Ook
aan Duitsche zijde heeft de schrijver iets
dergelijks ^waargenomen. Het waren ech
ter steeds voorbeschikte inenschen, waar
bij de toestand van geestesverwarring met
wilden aandrang tot zinnelooze handelin
gen uitbrak onder den indruk van het
granaatvuur of het aan den dag komen
van een tot nu toe sluimerende psychose
was. Het is bewonderingswaardig, dat
dergelijke ziektegevallen in het Duitsche
leger slechts hoogst zelden voorkomen
daar men bij het uitbreoen van een oor
log toch geen gelegenheid heeft de on
der do wapens gekomen soldaten nauw
keurig te onderzoeken. De schrijver wijt
uw handen in elkaar.
„Eindelijk 1 eindelijk zftl ik de zee dan
toch eens zien in haar volle pracht 1"
riep zij uit, „maar hoe weet gij dat
vader
„De kapitein heeft het mij daareven
gezegd, en ik moet ronduit bekennen dat
de zaak mij, alles behalve aanstaat. Ik
breng vrij wat liever mijne dagen en
avonden aan dek door."
„Herinner u wat gij mij beloofd hebt.
Ik word aan den een of anderen mast
vastgebonden om ongestoord van het trot-
sche natuurtooneel te kunne* genieten."
De overige daines deelden geen van
allen haar geestdrift, en Onnó was zeer
verwonderd haar een oogenblik later, toen
hij alleen bij de plano stond, om daar
naar een muziekstuk te zoeken, op eens
aan zijne zijde te zien, terwijl zij hem
spottend vroeg
„Wat zoudt gij er van zeggen, indien
het noodlot -Wilde dat wij samen op den
oceaan vergingen Een zonderling uit
einde voor twee menschen die niet sa
men het leven door wilden 1"
,',Ziet gij wel dat het u aan ernst ont
breekt gftf hij weemoedig ten ant
woord „of wel gij zoudt allereerst aan
uwe moeder en de mijne denken."
„Maar na aan de uwe te hebben ge
dacht", ging zij nog altijd schertsend
voort, „wat zoudt gij bij eene dergelijke
gelegenheid doen
„Alles aanwenden om te
„Mij vroeg ze ongeloovig.
„Ja, u, die nog zoo jong zijt
dit hoofdzakelijk aan het streng gehand
haafde verbod van alcohol. Verder be
toogt hij, dat er geen oorlogspsychose be
staat, d. w. z. een speciale geestessto-
ring, die slechts in den oorlog mogelijk
is. De oorlog geeft slechts de bijzondere
verschijnselen een speciale kleur. Overi
gens, zijn deze verschijnselen de zelfde als
in vredestijd. Dit is ook geen wonder
als de zieken zich in hun waanvoorstel
lingen oorlogstooneelen voor den geest
halen en ook niet als de angst van den
melancholicus schuldbesef haalt uit den
militairen dienst of de leider van vij
anden. Merkwaardig is het ook niet, als
een ziekelijke stemming zich uit in da
den, die soms als dapperheid indruk ma
ken of in de merkwaardigste pogingen
om te vluchten. Het materiaal is nog
niet statistisch te gebruiken, maar men
kan zeggen, dat de gevallen ternauwer
nood talrijker, misschien zelfs minder tal
rijk zijn dan in vredestijd.
De Vossische Zeitung deelt een brief
mede, die afkomstig moet zijn van een
Russiseh artillerie-officier, die bij Lodz
in handen van de Duitschers viel. Deze
brief geeft een voorstelling van den ze
nuwtoestand van het Russische leger. Hij
beschrijft de gevechten bij Lodz in het
begin van November en vertelt van zeer
drukkende omstandighedenOns werd
medegedeeld, dat onze ^lésitie hopeloos
was. In den nacht namen wij afscheid
van elkaar, dronken thee en gingen in
de loopgraven. Natuurlijk verliep de nacht
zonder slaap, 's Morgens om zes uur kre
gen wij bevel, dat wij moesten stand hou
den. tot h«t uiterste, daar een nieuw le
ger ons te hulp kwam. Het was ver
schrikkelijk en een tweede volkomen sia-
peloozo nacht ging voorbij. Geen brood,
geen fourage, paniek in de stad en bij
ons angstigo verwachting. De strijd werd
yoortgezet. Reeds twee weken zijn we
onafgebroken in gevecht, dag en nacht.
De zenuwen staken het werk. Men krimpt
in elkaar, niet alleen bij elke Duitsche
granaat, maar ot**-joij het eigen schot.
Klappert een BoMejki met den theepot
hakt men hout No «F iet vuur, dan is dit
reeds niet uit jwjiMBden. Gaat het zoo
verder,» dan zijnSJmy condidaten voor het
gekkenhuis. Den* eens aan, bijna vijf
tien dagen zonder slaap, geen kranten
geen brieven, post hebben wij sédert 26
October niet meer gekregen. Verlof we
gens ziekte, daaraan valt niet to denken,
rr zijn weinig officieren en het geweten
laat dit niet //toe.
Uitwisseling van medicamenten.
Een inzender in de Vorwdrts betoogt,
dat de taak van het Roode Kruis, vooral
wat de neutrale landen betreft, nog uit
gebreid kan worden. Op deze wijze zou
inen een uitwisseling tusschen de oor
logvoerende staten kunnen tot stand bren
gen van medicamenten, stoffen en toestel-
gelukkig kunt worden."
„Fr zijn heel wat jongere wezens aan
boord."
„Men denkt, het eerst aan het behoud
dergenen die ons ter harte gaan, en ik
heb u eenmaal liefgehad. Laat ons echter
niet verder spreken over eene mogelijk
heid die gelukkig zoo onwaarschijnlijk is.
Deze lijn is een der veiligste die men
kiezen kan; ik geloof niet dat er in de
laatste twintig jaar een enkele schip
breuk op werd geleden."
Zij hield niet aan en voegde zich bij
de anderen. Onno bleef de muziekboeken
doorbladeren, maar alles in zijne ziel was
in oproer.
Zij had hem dan toch nog eenige woor
den waardig gekeurd; hem willen spre
ken over een naderend gevaar dat hen
heiden bedreigde 1 Was dit onverschillig
heid alleen, of wel verheugde zij er zich
over dat er iets bijzonders voorviel, dat
haar veroorloofde den ijzeren ringmuur
tusschen hen omver te halen
De nacht verliep zonder ongevallen
wel was de wind veel heviger opgesto
ken en werd de boot reeds zoozeer ge
slingerd, dat een aantal passagiers on
afgebroken aan hunne hutton gekluisterd1
bleven, maar nog kon men niet zeggen
dat er storm woedde.
Hqldius raadpleegde den kapitein.
„Hum zeide deze, „Ik ben in het
geheel niet tevreden. De vijand talmt
maat .otn ons des te beter te besprin
gen.' Mhak u echter niet ongerust, wij
hebbeh'jjpl erger weer gezien dan wat
len die voor de verpleging van zieken
en gewonden noodig zijn en Vaarvan de
een of andere der oorlogvoerend"» staten
zoo goed als èen monopolie heeft. De
Duitsche chemische industrie heeft zich
zoo goed als een wereldmonopolie ver
overd voor het vervaardigen van medi
camenten langs chemisch-ayuthetischeu
weg. Het is bekend, dat deze dingen in
Engeland on Frankrijk ontbreken.. Daar
tegenover staat, dat niemand weet, hoe
lang de oorlog nog kan duren en of
niet honderdduizenden van nieuwe ge
wonden de voorraden aan verbandstoffen
zullen doen inkrimpen Sn de Duitsdhe
hospitalen, zoodat men tot een schadelij
ke spaarzaamheid gedwongen werd. Even
zeer als Engeland, Frankrijk en Rus
land de Duitsche medicamenten missen
zoo zal men hier ook lijden onder het
gebrek aan toevoer van ruwe katoen
waaruit verbandwatten wordt gemaakt.
Beide partijen hebben er ook belang bij
hoe het bij den vijand staat, daar dui
zenden gewonden bij de tegenpartij ver
pleegd worden,- "De nieuwe taak van het
Roode Kruis zou nu daarin bestaan, dat
bij een van de neutrale organisaties van
het Roode Kruis in de eerste plaats mis
schien in Genève, een centraal bureau
voor uitwisseling gemaakt werd, waar-
loor Duitschland's vijanden medicamenten
zouden krijgen en Duitschland grondstof
voor verbandmateriaal. Alle bezwaren zou
inen kunnen opheffen doordat men door
'een commissie, die uit artsen en ook uit
militairen beétond, liet bepalen welke stof
fen noodzakelijk waren en iedere zen-
"Ung,. liei onderhoeken of zij slechts -in
derdaad zich bepaalde tot deze stoffen.
Luchtrecht.
In de Norddeutsche Allgemeine Zeitung
leest men de volgende beschouwingen
Engeland heeft in den laatste» tijd het
souvereiniteitsrecht van den staat op het
luchtruim boven zijn gebied bestreden. Bij
de behandeling vai» de krenking der neu-
iraliteit van 'Zwitserland doordat Engol-
sche vliegers hun weg over Zwitsersch
gebied genomen hebben, verklaarde En
geland; dat het met de verontschuldiging
die het daar voor aanbood niet princi
pieel het souvereiniteitsrecht op do lucht
erkennen wild». Engeland maakte dus
oen voorbehoud. Men zou meenen, dat
dit recht van zelf sprak. Inderdaad is
echter reeds vroeger door luchtschippers
en vliegers de vraag opgeworpen of men
een dergelijk recht onvoorwaardelijk en
lot iedere hoogte zou moeten erkennen.
Uf slechts tot een bepaalde hoogte. Als
voorbeeld haalde men bet recht op de zee
aan, dat slechts voor een bepaalde strook
langs de kust van kracht is. De breedte
van deze strook is berekend naar de
draagwijdte van een kanonschot van de
kust uit. Wilde men dit zelfde ook voor
het luchtruim laten gelden, dan rijst de
in aantocht is."
Aan tafel was de stemming gedrukt.
De vrouwen wierpen telkens een angsti-
gen blik in de richting waar de kinde- V-v,
ren zaten, en de heeren zelfs gevoelden V
zich niet op hun gemak. Alleen Marcelle
betoonde zich vroolijker dan anders, ai
was er ook eene raadselachtige gloed iu
hare oogen gekomen. Zij richtte slechts
nu en dan Ovei» alledaagsche onderwer
pen het woord tot Onno, misschien ge
heel en al vervuld van het vooruitzicht
op den storm; in elk geval alsof zij
zich zeer weinig om hem persoonlijk be
kommerde.
Tegen zes ure kwam men zich over
tuigen of alle venstertjes der hutten wel
goed1 gesloten waren, zoodat de stort
zeeën ze niet open zouden kunnen werpen.
„Slecht weer, mijnheer, heel slecht,",
bromde de daarmede belaste matroos, toen
hij door Georges Renaud ondervraagd
werd. „Het zal van nacht bepaald we
zen: „alle handen aan dek."
Voor het eerst, toen zij opmerkte welk
eene uitdrukking het gelaat van den
ouden zeerob aangenomen hpd, verbleekte
het jonge meisje een weinig. Tot dus
ver had zij zich nog volkomen reken
schap gogeven van wat het zijn kon als
de zee zi&h over haar heensloot.
(Wordt vervolgd