KOMT RU VAN PAS
Parel Cults es Geklepte Cotes
J- L. HULLEMAN - Kleiweg 20
J. L. BRUNS.
„FIAT"
roiifl enz.
Abonneert op dit Blad.
f
TT
mmmjm:
mm mm
Gemeente Lichtfabrieken
Valda Pastilles
OPENING van het Winterseisoen.
DAMES- EN KINDERMANTELS
Japonnen, Kinderjurken en Hoeden
VERWACHT OW BABY!
h.a.v. bank
GEVESTIGD
ANTON COOPS
Vulhaarden
P. ROND Pz.
SPAARBANK
Raadsels voor de Jeugd.
-m—m-
1 8 I I
"ra
Prijs Fl. 0,85 per H.L. afgehaald
Ruime gelegenheid tot stalling
hoest en verkoudheid
Drogisterij „De Goudsche Baper" Markt 6 Tel. 762
TURFMARKT
hoek O o u we.
De voorbereiding voor het a.s. Seizoen zijn reeds in een vergevorderd
stadium.
Wij hebben dezer dagen een ongekende Collectie moderne Confectie
ontvangen, die U een volledigen indruk zal geven van de heerschenden
toon en vorm in het nieuwe seizoen, waarvan eenige modellen in onze
etalage prijken. Bekijkt nauwkeurig onze modellen, vergelijk eens
onze prijzen en U zult het met ons eens zijn, dat we werkelijk iets
bijzonders brengen. Wij hebben de meeste zorg besteed aan deze
afdeeling. Let U bij onze Confectie eens op de goede afwerking,
deze valt zelfs bij het bezichtigen onzer étalage op. Door bij ons
te koopen bevoordeelt men zich aanmerkelijk.
Gaarne zien wij Uw geëerd bezoek tegemoet.
Onze magazijnen zijn van een tot twee uur gesloten.
zwarte Duitsche Piano
fa J. T. Kerper Zn.
J. L. A. BRAAK,
Wijbert tabletten
Valda pastilles
Menthol dragées
J
ouderweteche, beetaait al zeer weinig be-
langstelling. Die 60 jaar zijn niet altHd
in bloei doorgebrfCaht on liet is nog steeds
moe olijk oen eonlgazins botankonend aantal
leden te houden.
LawiUennis en hockey zijn titan» meer in
de mode. Daarvoor is nu liefhebberij ge
noeg en het is zelfs heel moeieltjk een
tennisbaan te inden die een ochtend, een
middag of een avond vrij is.
Zoo v or and art nu eenmaal alles op den
duur.
HAGENAAR
Hoe lang kan aan mansch
zonder slaap T
Wanneer wij vragen, hoe lang de mensch
zonder slaap kan, dan bedoelen wy hier het
begrip der slapeloosheid, welke gelyk staat
met een volkomen wakenden toestand. In
het dagelyksche leven spreekt men reeds
van slapeloosheid, wanneer de slaap sTechts
kort duurt, wanneer men moeilyk inslaapt
of vaak wakker wordt. Men spreekt van
slapeloosheid, wanneer de slaap niet liep is
of onvolledig. Een dergelijke toestand kan
levenslang diuren. Volkomen wakker kan de
mensch slechts een zeer korten tyd btyven.
De gewone afwisseling van 16 uur wakker
zyn en 8 uur van slaap, kan natuurlyk niet
op iedereen worden toegepast, en hangt van
het inïïividu af. Algemeen wordt evenwel
aangenomen, dat voor een normaal mensch
8 uur slaap voldoende en... noodzakelijk is.
Eens een nacht niet slapen, is voor een ge
zond mensch van weinig bet eekenis. Hy is
wel in staat 40 tot 42 uur wakende door te
brengen. Maar langer dan 42 uut wakker
blijven baart reeds moeilijkheden. Amerika
komt de eer(?) toe van het wakker blijven
een soort sport te hebben gemaakt en in een
wedstrijd in het waken wist iemand met 8'J
uren de overwinning te behalen. Dat was
toch eigenlijk niet het record, want by den
terugtocht van het Fransche leger van Or
leans in 1870 was een luitenant in de bit
tere noodzakelijkheid 84 uur zonder slaap
te blijven, zooals hy later, generaal gewor
den, in zijn levensherinneringen vertelde. In
het jaar 1896 werd dit record gebroken en
wel ten dienste van het wetenschappelijk
onderzoek. Het gelukte drie personen, die
zich voor dit onderzoek beschikbaar hadden
gesteld, 90 uur wakker te blyven. Eerst in
1823 is dit record verbeterd. Weer was het
voor een wetenschappelijk onderzoek, welke
een aantal personen er toe bracht zich twee
en drie nachten van slaap te onthouden.
Slechts de leider van het onderzoek, Mr.
Kleitman, was in staat ook den vierden
nacht en den volgenden dag wakker te bly
ven en bracht daardoor het record op 115
uur. En deze prestatie leverde hij tot twee
maal toe.
Terwijl in den eersten nacht slechts een
aanval van oververmoeidheid tusschen drie
en vijf uur intrad, kwamen aanvallen in der.
tweeden nadht reeds vroeger voor. Het
branderige gevoel der oogleden en der
oogen is vaak onaangenaam. Er bestaat een
gevoel van leegte, niet alleen in het hoofd,
maar ook in het geheele lichaam. Op den
dag konden de experimenteerende personen
mechanischen arbeid verrichten, een lezing
was al heel moeilyk, aanteekeningen
1 gelukte slechts voor korten tyd, dan
een impuls noodig om een poosje
te kunnen schrijven. In den derden
nacht is de behoefte aan slaap nog grooter,
den dag daarop is de persoon nog frisch,
mechanischen arbeid kan nog worden uitge
voerd, maar aanteekeningen maken van een
lezing is niet meer mogelijk, 't gelukt niet
meer dan slechts een halve minuut te tellen,
na twintig slagen verliest men het aantal.
De vierde nacht werd, zooals hierboven is
gezegd, alleen door Kleitman wakende door
gebracht. Zitten is by deze proef in den
nacht slechts voor een korten tyd mogelijk,
daar anders de slaap onmiddellijk intreedt.
Op den vijfden dag traden evenals in den
nacht, droombeelden op, het subjectieve ge-
vod van moeheid was niet grooter na 115
uur dan na 60 uur waken.
DE VOGELTREK.
In den herfst, wanneer de vogels de Noor
delijke landen verlaten, zitten in de vogel
stations van Duitschland, Hongarije en an
dere landen de vogelkenners en zooals eens
Nils Holgersson in het boek van Selma la-
gerlöf schreef, zouden zij met de wilde gan
zen willen trekken, om de ploblemen te kun
nen bestudeeren, welke aan het trekken der
vogels zijn verbonden. Want dit stuk biolo
gie stoot reeds daardoor op bijzondere moei
lykheden, omdat hy het gewoon observeeren
geen mogelijkheid bestaat voor een zekere
identificeering van de voorbijtrekkende vo
gels. Dit heeft tot gevolg geliad, dat men
zijn toevlucht heeft genomen tot het aan
leggen van ringen by de trekvogels. In het
jaar 1889 begon de leeraar aan een gymna
sium, Montensen, met het ringen en de we
tenschappelijke vereenigingen wenden deze
methode in het groot aan. De Hongaarsche
ornithologische vereeniging heeft jn de laat
ste jaren meer dan 32.000 vogels van een
ring voorzien, van welk aantal evenwel niet
meer dan 800 zijn teruggevonden. Dit is niet
veel, maar daaruit kon toch w$l een en
ander worden geconcludeerd en nu weet men
dat de zwaluwen inderdaad heel vaak tot het
oude nest terugkeeren. Men weet verder,
dat de Hongaarsche trèkvogels over een
breed front naar het Zuid-Westen trekken.
Aan de Adriatische Zee vormen zy smalle
rijen en trekken zoo naar Sicilië, Noord-
Afrika of Spanje. Alleen de ooievaar trekt
oostelijk tot aan den ooutelyken hoek van
de Middeliandsche Zee, om dan over Pales
tina, Egypte, Nylopwaarts de winterkwar
tieren in Zuid-Afrika op te zoeken.
In het vaderland leven de geslachten te
zamen, maar op de reis geldt een andere
regeling. Wat de vink betreft, vastgesteld
netjes, de wijfjes met de wijfjes den trek
ondernemen. Naar de meening der geleerde
een verstandige maatregel, omdat er dan
weinig aanleiding is tot twisten en die tot
gevolg heeft, dat men eerder op de plaats
van bestemming komt. Bij andere vogel
soorten schijnt voornamelijk het voedings-
vraagstuk den aard van den trek te -bepalen,
zooals by die meeuwen, bij wie het, naar het
schynt, niét op een omweg van een paar
duizend K.M. aankomt, wanneer deze om
weg van voldoende voedsel is voorzien en
groote buit belooft. Maar de wereldreizigers
onder de vogels zijn toch ongetwijfeld de
Poolzee-zwaluwen. Op het Noordelijkste
punt van de aarde, ooit door een mensch be
treden, zeven graden van de Pool verwijderd
vond Cook hun nest. Zyn de jongen volwas
sen en sterk genoeg voor de reis, dan be
gint de wereldreis naar de andere Pool.
Welken weg zy op dezen reusachtigen tocht
nemen, welke 33.000 K.M. lang is, is nog 'n
raadsel. Ieder vogelsoort heeft 'n andere
manier om den trek te beginnen. De eerste
gaat in kringen de hoogte in, anderen ver
laten als een luchtballon de aarde, byna alle
verdwijnen snel in de lucht en zelf de scherp
ste verrekijker heeft ze al spoedig uit het
gezicht verloren.
De vraag ryst op, waarom trekken de
vogeds?
Frederik de Tweede, de Hohenstaufsche
keizer, met zyn wjsselvallig leven, heeft in
een geschrift over den vogeltrek als de
hoofdoorzaak de wisselende temperaturen
en de daarmede samenhangende voeding ge
noemd. „De vogels weten dat de tijd van het
vertrek is gekomen door hun instinct
door het natuurlijke gevoel, dat koude en
warmte in hen opwekt."
Dergelijke beweringen zyn niet voldoende
om het vraagstuk op te lossen. In een tyd,
waarin in het land, nog maanden lang voed
sel in voldoende mate is te vinden, begint de
trek der vogels en ook van koude is in dien
tyd van het jaar nog weinig te bespeuren.
Waarom trekken de vogels?
Men ziet tegenwoordig in een innerlijke,
periodisch in den vogel verloopende veran
dering, de oorzaak van den trek. De ver
andering is tot een historische geworden.
Eens, voor duizenden jaren, moest iedere
vogel voor zich het voedsel verzamelen, zoo
dat, toen de dagen korter werden, het zoe
ken naar voedsel moeilijker werd. Toen
moest hij trekken om een streek te berei
ken, waarin langer zonlicht was en meer
voedsel was te vinden. Deze ervaring van
den enkeling van lang vervlogen tyden is
de ervaring van de soort geworden en al zyn
ook de toestanden veranderd, de rhytme van
het vogelleven heeft zich aan die ervaring
aangepast en de vogels beginnen hun trek,
onafhankelijk van de levensvoorwaarden In
de buitenwereld.
KERKNIEUWS.
Zuid-Hollandsche Predikantenvergadering.
Preeken maken.
Zuid-Hollandsche predikanten fiebben
Dinsdag, onder leiding van ds. J. E. v. d.
Valk, vergaderd.
Na een kort voorgebed en openingswoord
van den voorzatter, sprak dr. S. F. H. J.
Berkedbach v. d. Sprenkel over het onder
werp: „Preeken maken".
Eerst over den vorm: die wordt bepaald
door het gehoor. Dit gehoor is een groep
menschen, door tijd1 en plaats van samenzijn
tot iets anders dan publiek geworden; toeli
is het gehoor niet de belijdende gemeente,
die is gastvrouw met open deur. Voorberei
ding is dus kennis van het gehoor; die
preekt zy een mensch onder de menschen,
een, die opmerkt en verstaat, een, die als hij
preekt, voorganger is, d.w.z. vooraangaat,
maar het velband met de menschen niet
verliest.
Vervolgens over den inhoud: die wordt
bepaald door de openbaring. Op de vragen:
„Wie is God?" en „Wie ben ik?", of nog
eenvoudiger op de vraag „van wien ben ik"
is de prediking gebouwid. In de preek komt
samen eenerzyds: God, die zyn Woord geeft,
waarvan de beddenaar des Woords getuigt,
anderzyds de hoorder, die feitelyk erger
is, die van den prediker verwacht, dat hy
zyn groote vraag begrypt. De preek legt de
vraag van den mensch en het Woord van
God open en stelt voor de mogelykheid van
een antwoord zijnerzijds, d.w.z. in het ver
band met God. Voorbereiding hiertoe is ten
eerste gebed, vervolgens het vatten van
openbaring, ten slotte ihet treden in de hier
in gestelde mogelykheid.
Ten derde: de methode: de spanning tus
schen gehoor en onderwerp, moet strak en
breed opgetrokken; de twee punten God en
mensch zyn niet één en niet geschieden:
door de getuigenis van preeker en gemeente
(die den dienst stelt) worde de hoorder vo#r
de keus gesteld, al of niet op het Woord
Gods in te gaan en het gesteld verband te
aanvaarden. De prediker leeft als hy zien
voorbereidt naar de spanning „God en
mensch" toe, de hoorder leeft, gedurende en
na de preek, er van uit. Elke manier van
preeken kan goed zyn, als zy' aan gehoor en
spreker past, en de prediker zich volkomen
geeft aan den dienst. Elke preek zy een
levend geheel uit één kern gegroeid, gewor
teld in verborgen omgang met God en Zijn
kroon dragend in den storm van den tyd.
Hoe steedscher gehoor, hoe belangryker het
preeken, want de stad vereenzaamt de men
schen en de eenzaamheid verscherpt de vra
gen en maakt de „nood tot God" bewust.
Het typisch Protestantsche „preeken" heeft
taak en toekomst voor menschen, wier be
hoefte aan visueel luisteren zelden bevre
digd wordt en die in hun vragen gekend en
begrepen willen z(jn, en een antwoord zoe
ken, dat levend maakt en vrede geeft.
Na dit fyne en geestige woord ontspon
zich een warme, geanimeerde en vertrou
welijke gedachtenwisseling tusschen de col
lega's.
Referaat ds. A. Landstra.
Na de pauze behandelde ds. A. Landstra
hetzelfde onderwerp van zijn standpunt be
keken.
De vraag: „hoe moeten wy een preek
maken?" is, zeide hy, alleen te beantwoor
den in verband met die andere: „waarom
maak ik een preek?" f
Wie zal spreken, moet allereerst kunnen
luisteren. Dit kan actualiteit meebrengen.
Steun daarvoor is te vinden in klassieke en
moderne litteratuur. Ook het zoeken van
teksten moet hiermee verband houden; zy
moeten niet zyn geopenbaarde zinnetjes,
maar exponenten van levenswaarden.
Heeft men een tekst gevonden, dan moet
er tyd zyn van ernstige bezinning en oc»Jc
een bepaalde orde van werken, wat aan den
vorm der preek ten goede 'komt. In dien
vorm zy er één gedachte, die het geheel
draagt en spreekt in ieder deel (organisch
geheel), ook een logische gang, waardoor
elk beeld en iedere gedachte een vaste plaats
krygt.
Een eiech is ook concreet te zyn en te
werken zonder effectbejag. Stichting vindt
haar bron in aanbieding van God. Een preek
zy een weloverwogen getuigenis, een ge
tuigenis van zoeken en vinden.
Ook naar aanleiding van deze inleiding
werd menige aanvullende opmerking ge
maakt en werden de verschillende inzichten
aan elkander getoetst en verhelderd.
De drooglegging der Plassen.
Een ernstig woord tot de
Goudsche burgery.
(Ingezonden.)
Alvorens het te laat is, willen de onder-
geteekenden een ernstig woord richten tot
hun medeburgers inzake de voorgestelde
drooglegging der Reeuwyksche en Sluip-
wthksche rtassen. Hot wil ona toch voorko-
men, dat een zeer groot deel der inwoners
van Gouda en velen uit de omgeving zicli
niet bewust zyn van de groote schade en het
velerlei nadeel, dat onze stad en de omlig
gende gemeenten, ja zelfs de geheele pro
vincie, zullen ïyden indien deze plannen ten
uitvoer zuaden worden gebracht. Dit is ons
een reden"m by deze aangelegenheid, die
reeds veder pen in beweging heeft gebracht,
nogmaals in breeden kring de aandacht, op
enkele voorname punten te vestigen.
De groote schade, waarvan wy spraken, is
allereerst gelegen in de onherstelbare ver
nietiging van natuurschoon. Dat de
schoonheid van onze Reeuwyksche Plassen
zoo weinig bekend is, is slechts te betreuren.
Maar grootendeels is djt een gevolg van ge
brek aan „reclame", reclame in den goeden
zin van het woord. Zyn er niet tallooze
plaatsen in ons land, waarvan een ieder
zegt, dat ze mooi zyn, plbatsen welke jaar-
Lytks honderden en duizenden bezoekers trek
ken, alleen onjdat er een zekere roep van
uitgaat, omdar door een vereeniging voor
vreemdelingenverkeer, door exploitanten
van hotels en restaurants, in 't algemeen
door den middenstand, door directies van
spoor- en tramwegen enz. steeds en voort
durend den volke wordt voorgehouden;
Woont in X, Vestigt U te Y, Schoone lig
ging, lage belastingen enz. In werkelykheid
moeten vele van de hier bedoelde plaatsen
wat natuurschoon betreft ongetwyfeld
onderdoen voor menig plekje, waarvoor een
dergeiyke reclame niet, althans .nog niet,
wordt gemaakt. Dit kan ook gezegd worden
van de omstreken van onze eigen stad, in
't byzonder van die, waarin de Reeuwyksche
Plassen zyn gelegen. Vele Gouwenaars weten
het, getuige het steeds toenemend bezoek
aan de Plassen; een wandeling, fiets-, roei-
of zeiltocht naby of op de Plassen is voor
menigeen een welkome, ja een onmisbare
verpoozing.
Er zyn helaas menschen, die geen
oog hebben voor de voorname schoonheid
van dit echt-Hollandse he landschap, maar
dit mag voor hen geen reden zyn anderen
te berooven van een steeds weerkeerend ge-
Een mooi en zuiver genoegen, niet alleen
voor de paar honderd leden van „de Roei- en
Zeil" maar voor honderden andere stadge-
nooten ,uit éïle kringen!
"t Is daarom zoo merkwaardig, dat de
voornaamste aandrang tot droogmaking
van deze Plassen, tot vernietiging van dit
heerlyke brok natuur, wordt uitgeoefend
door sommige vertegenwoordigers der arbei
dersklasse, der zelfde klasse, aan welke
terecht door hare (leiders wordt voorge
houden; „Ontwikkelt U, neemt deel aan de
algemeene beschaving", dat zelfde deel onzer
natie waarvoor Instituted van Arbeiders
ontwikkeling onvermoeid werken, waarvoor
steeds meer vacantie- en ontspannings
oorden worden opgericht een klasse, die
haar jeugd de ontwikkeling van lichaam en
geest yooral laat zoeken in de open lucht, in
de vrye natuur. Verheugend is het daarom
te weten, dat naast hen, die met 't oog op
een mogelyke werkverschaffing de droog
legging der Plassen voorstaan, in de arbei
dersklasse een beweging groeiende i3, die
niet alleen wil trachten een stuk natuur
schoon te behouden, maar bovenal wil voor
komen ,dat „een u itmuntende gele
genheid tot ontspanning,
waaraan de groote stadsbe
volking een steeds meer
toenemende behoefte krygt,
wordt opgeruimd". Een der Rotterdamsche
afdeelingen van de S.D.A.P. wil trachten,
voor de arbeidende stadsbevolking nog te
redden, wat hier te redden valt en heeft
daarom deze zaak by de Statenfractie en de
federatie Rotterdam der party aanhangig
gemaakt. In een sympathiek gesteld artikel
in het dagblad „Voorwaarts" heeft de afdee-
lingsvoorzitter, de heer Sandifoit een na
drukkelijk beroep gedaan op de „g-rootstede-
lingen" om deze actie te steunen. En dan
mogen we ook niet vergeten, wat Henri
Polak verklaarde: ook het afbreken van
het Paleis op den Dam zou men ala werk-
VAN DE
HANDELS EN LAN0B0UWBANK
Saldo inleg 1 Juli 1927
1.981.153.—.
Saldo inleg 1 Jan. 1928
f 2.175.935.
RENTEVERGOEDING 4
2519 20
verschaffing kunnen ondernemen. In Reeu-
wyk kent men geen werkloosheid en voor de
Goudsche werkloozen, is elders voldoende
gelegenheid voor, bovendien meer perma
nente, werkverschaffing.
Niet alleen een genot voor een elkeen,
maar ook een groot hygiënisch be
lang heeft men in 't behoud der Plassen
te zien. Overal gevoelt men de noodzakelijk
heid van den aanleg van parken, plantsoe
nen etc. zou alleen Gouda er voor zyn
om zulk een kostelyk natuurlyk ontspan
ningsoord, ter wille van vermeend voordeel,
te laten vernietigen? Kunnen Rotterdam en
Den Haag dit zonder krachtig verzet laten
passeeren
Er is nog een punt, dat onze aandacht
verdient. Er is beweerd, dat de droogmaking
zoo'n voordeel zou zyn voor den Goud-
schen middenstand, voor ons abat
toir en de veemarkCGelooft men dit werke-
lyk? Zouden de Goudsche winkeliers er veel
profyt van hebben als daar in Reeuwyk een
50-tal arme boerengezinnen meer zouden
wonen? Zulken onzin gedooft niemand! Te
recht zyn uit middenstandskringen protes
ten tegen deze dwaze voorstelling opgegaan.
Volgens onze vaste overtuiging zou 't een
veel grooter belang voor onze gemeente zyn
wanneer haar omgeving een aanzienlyk
vreemdelingenbezoek zou trek
ken, wanneer van de uitstekende gelegen
heid voor watersport en ontspanning
voor de inwoners der groote steden een beter
gebruik werd gemaakt. Voor hoevele plant-
sen in ons land is dit niet een der voor
naamste bronnen van welvaart?
Wanneer men een deel der som, die men
thans wil voteeren voor de leegmaling, zou
besteden aan 't maken van betere verbindin
gen te land en vooral te water, dan kan het
niet andens, of by ©enige „reclame"
evenaren onze Reeuwyksche Plassen, de
Loosdrechtsche, Mydrechtsche, Kager en
andere plassen in bekendheid en bélangryk-
heid. En hienby zal de Goudsche midden
stand meer haat hebben dan by de inkoopen
van enkele financieel weinig krachtige boe
ren, want „rijke" boeren, zooals de droog-
leggers ons suggereeren, zullen 't zekor
niet worden, deskundigen hebben dit vol
doende aangetoond.
Ondergeteekenden protesteeren dan ook
met klem tegen een dergel yke doellooze
verwoesting van natuurschoon en vernieti
ging van een zoo byzondere gelegenheid tot
vestiging van watertoerisme en vreemde
lingenverkeer.
Zy wekken alle gelykgezinde en welden
kende medeburgers op om, hetzy door
adhaesie te betuigen aan het werk en het
streven van het bestaande comité tegen de
drooglegging, hetzy door een openiy'k ge
tuigenis in de pers, den voorstanders der
drooglegging te laten zien, dat hun plannen
in alle kringen der bevolking op ernstig ver
zet zullen stuiten, opdat kan worden belet,
dat de schendende hand wordt uitgestoken
naar een bezit, dat behoort tot de meesi
waardevolle stoffelijke en wellicht ook on-
stoffelyke goederen der gemeenschap.
Mr. L. J. C. DElN HARTOG.
Mr. A H. G. EVERS.
Drs. J. GONDA.
Ds. J. VAN RiOSSUM.
G G. SPIT, med. docta.
C. BOOT, jur. canda.
C. M. STEURES, chem. stude.
G. M. H. VAN DIJK, pharm. stude.
B. E. J. BIK, theol. stud.
D. G. VAN VRIEUMINiGEN,
litt. cl. stud.
C. J. DEN HARTOG, M. O. Econ.
G. M. HOOGSTRA, tandh. stude.
Oplossingen van de prtysraadscls van
vorige week.
1. Kast.
2. Postkantnor.
3. Hoogezand.
4. Hooge boomen vangen veel wind
5. Zutfen.
6. Fuchsia.
De prijs Ib b(j loting ten deel gevallen
aan NELLY DE JONG, Lethmaetatrant 16
Gouda.
Nieuwe Raadsels.
1.
Er staat in 't perkje van myn tuin
Tusschen de bloemenryen
Een mooie stoel, waarop ik toch
Me nimmer neer kan vleien.
Zeg weet je wel wat ik bedoel?
Natuurlyk is 't een
2.
Welk hoedje draagt geen enkel kind
Ooit op haar krullenkopje,
Al is het nog zoo'n allerliefst
En alleraardigst dopje?
Ik denk dat raad je-daad'lyk goed,
Natuurlyk is 't een
8.
Met welken sleutel kun je niet
Een kast- of huisdeur sluiten?
Denk nu eens even heel goed na,
Je vindt hem meestal buiten
Al by een bytje, zoem-zoem-zoem,
Ik heb een ring, een mooien ring,
Dien ieder zal behagen.
En toch kan ik dien mooien ring
Nooit aan myn vingers dragen.
Wie noemt den naam eens van dat ding?
Natuurlyk is hèt een
5.
Met welke tanden heeft geen mensch
Nog immer iets gegeten?
Zeg, welke tanden hebben nooit
In koek of brood gebeten?
Je ziet ze wel eens in een park,
Dus 't zyn de tanden van een
Overal waar in de laatste regel van de
versjes puntjes staan, invullen welk woord
daar behoort.
Oplossingen inzenden aan de Redactie
van de Goudsche Courant, Markt 31, Gouda.
DAMRUBRIEK
Onder redactie van de Damclub „Gouda",
Secretaris K. Tiendeweg 23, lokaal der club
Markt 49.
Probleem No. 589.
iZwart schyven op: 11/15, 19, 21, 22, dam
op 26.
Wit schyven op: 25, 30, 33, 34, 36, 38,
39, 41, 43, 44, 47.
Probleem No. 590.
-M Tega* 'MU j^g
Zwart schyven op: 6/10, 14, 16, 24, 26.
Wit schyven op: 19, 22, 23, 30, 31, 39, 40,
dam op 37.
Oplossing van Probleem No. 585.
Wit speelt: 20—14, 38:32, 36:18,
24—19, 29:18, 15:2.
Oplossing van Probleem No. 586.
Wit speelt: 27—22, 2211, 29—28,
45 1.
Advocaat: Te oordeelen naar de zaak, moet uw man een echte schavuit
Zij (boos): Pardon, ik kom hlertqïn mijn echtscheiding te regelen, niet om
rtfn arme man te hooren uitscheldenP V
UJNKJUHP's JftS
J2S
IN VOLDOENDE HOEVEELHEID BESCHIKBAAR
- THUISBEZORGEN 15 CENT MEER -
COKES WORDT STEEDS MEER GE
BRUIKT TER VERVANGING VAN
EIERKOLEN, KACHELKOLEN
EN ANTHRACIET.
1941 60
Bestellingen: p. Telefoon, p. Briefkaart en aan het Kantoor der
TELEFOON 350
Reparatiên worden vakkundig uitgevoerd in de van
de meest moderne machines voorziene werkplaats
Het beste middel tegen
verhoogt uw geluk en koopt de
luiermandbenoodigdheden bij
J- C. S'BBES
HOOGSTRAAT 7 TEL. 423
Hoofdvertegenwoordiger voor
Gouda en Omstreken
H. VAN DER GRAAFF
Blauwstraat 19 Tel. 763
GEBRUIKTE
volle toon f 225.—
Verhuren, Huurkoop,
Repareeren, Stemmen
Karnemelksloot 122 Gouda
te GOUDA, Burg. Martenssingel 24
Leeraar M. O. Boekhouden.
Opleiding voor practijk en examens.
Een fijn taaiblijvend
bitterkoekje
blijft altijd een gewild artikel. Probeert
U ze eens.
Zotte tn Zoute Krekelingen, Siroopwafels,
Goudsche Sprits enz.
GEBR. KAMPHUIZEN.
Drogist Wijdstrast 31 - Tel 328
Dc economische Europeesche Auto, die U tevreden doet
blijven en uitmunt door schitterende kwaliteiten, ais:
Voordeelig In aanschaffing en gebruik.
Mooie, solide Europeesehe afwerking.
Vaste ligging op den weg.
Agent voor Gouda en OmstrekenLange Tiendeweg 24 Gouda
«I. F. W. TURION Telefoon No. 326
Kousan Soukan
Truien
Shalws Mutsen
Koopt U het bette bij:
C. J. J. LOEVE,
Bonwe 145 t.o. de Turfmarkt
Wij hebben voorradig een prachtsorteering
van de beste fabrikanten.
Tevens een groote sorteering
Wij houden ons beleefd voor Uw bezoek aanbevolen en staan
U met vakkundige adviezen en personeel gaaime ten dienste
ZEtlGESTRAAT 96-98-100 GOUDA