SCHOONHOVENSCHE COURANT WEEKBLAD ZONDAG 11 SEPTEMBER. 1870. N°. 63. VOOR DE KRIMPENER-, ALBLASSER- EN 10PIKERWAARD. JK. N, Chö- 0n, NKOKKLANP EN DUITSCHLAND. 1P. -• - t i ile doO- >-i i land choonhovea. en man (M9) kuanwljiing. lege er de m ge- i mid- ivonds PRIJS DEZER COURANT ftVocr Schoonhoven per drie maanden 0,60. Franco per post -0,75. en. te spa- aange- (957) UK. PRIJS DER ADVERTCNnto Van 1 tot 5 regels IMJO. Iedere regel meer- 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco. or Toom, op het kmkentr. one. (948) I* zoovele ii door luitend FF. JTG. Zij i in het ACHT, SHMD. A. Stam, tiof. i Veen. ?oat. te nemen bij bleek- ifdpijn en «ken'd als tegen alle e spnsver- l, I kilo A ar wormen Cts. tcome, sui- ijk het uit- tiid eenen j flacons h VN, zon- nblikkelijk Cts. rijdert den noen. Bet t al de dee- U 00 Cts. R, tot be- t, in groote I. Origineel a o n- ker Idenberg. Santen Kolff. Houtzager, [Zadelstraat. tuut aijenbrink. ?),uit 70 en phöa- .vos Li» itoritatön ïeraanbe- khoest en D/00ÜM4 an 3 N^l. In den aan vang van den oorlog, welks einde helaas nog niet (e voorzien is, bestond er in Nederland een groote ongerustheid. Men was ook hier te lande opgeschrikt, toen de Fransche minister van buitenlandsche zaken verklaard had dat de monsters van oorlog, dood, vernieling, el lende waren losgelaten. Men zag angstig naar den vaderlandschen grond en meende dat Frank rijks oorlogsverklaring voor de Nederlandsche grenzen een groot vraagteeken geplaatst had. Ook de regeering haastte zich, met het oog op de on zekere toekomst, de neutrah’teitsverklaring af te zenden en een eventueele gewapende handhaving dier neutraliteit voor te bereiden. Bestond er inderdaad voor Nederlands zelf standigheid gevaar, of werd die vrees slechts geboren uit de benevelde hersenen van sommige zwaarhoofden P Was het een onberedeneerd pes simisme aan dat gevaar te geloovenof een even onberedeneerde lichtvaardigheid het bestaan van dat gevaar te ontkennen? Wij moeten hier o. i. onderscheiden. Reeds sinds 1866 hadden velen in ons hun bezorgdheid voor (Je Berlijnsche politiek niet verbeeld. Zij hadden -in den Duitschen oorlog van dat jaar niets anders gezien dan een heersch- zuchtig streven van Pruisen om de Pruisische monarchie zooveel mogelijk uit te breiden en hiel den den graaf von Bismarck voor de verpersoon lijking dier ambitieuse politiek. Thans, meende men, stond voor dien staatsman de kans schoon, in het gewoel van den strijd of in de verwik kelingen der vredesonderhandelingen de hand uit te strekken naar hetvooral om zijn zee havens zoo zeer begeerde Nederland. Zelfs zeer achtens waardige mannen hadden er een zwaar hoofd in en vreesden, dat, wanneer de oor- logsfortuin <ler heide staten vrijwel gelijk stond, een vrede moeielijk denkbaar was zonder dat België en Nederland de slachtoffers van dien vredp werden. Ook thans, nu door de degelijke organisatie der Duitsche strijdkrachten Frankrijk op den rand des afgronds is gebrachtthans zijn er nog velen, die den mond vol hebben van Pruisen» overmoed en den Duitschen bonds kanselier nog houden voor den tijger, die voort durend op Nederland loert. De vrees nu die van deze zijde komt, heb ben wij steeds beschouwd en beschouwen wij nog als ten eenenmale ongegrond. In Duitsch- lands politiek ligt Niderlands verovering nooit, ja, veeleer mag gezegd worden dat hetzelfde be ginsel, waardoor Duitschland groot wordtook Nederlands zelfstandigheid waarborgt. Reeds in de onrustige dagen van Maart 1867 zeide'Mr. Wintgens in de Tweede Kamer//Tk meen, dat er geen grond bestaatom bezorgdheid te koes teren over Duitschlauds ontwikkeling, die men veeleer hier te lande met belangstelling gade slaat”, en de oud-afgevaardigdf uit Delft heeft bewezen dat die woorden van toen nog thans zijne' denkbeelden volkomen uitdrukken, want hij heeft üc verschillende redevoeringen uit die dagen, in de vorige maand afzonderlijk uitgegevenbe paaldelijk met het doel om aan te toone» hoe S. fy W. N. van NOOTEN te Schoonhoven, Uitgevers. ook bij den tegenwoordigen oorlog de politieke verhouding van Nederland, tot bet buitenland moet worden opgevat. Dat leidend beginsel van Duitschlands staat kundig streven is geen atader dan het nationa liteitsbeginsel, dat zijn uitdrukking zoekt in den éénen Duitschen staat. Doch juist daarom blijft dat streven binnen de grenzen dier nationaliteit beperkt. Wij willen niet ontkennen, dat wij zelf bij den aanvang van dezen vernielenden oorlog de toekomst van Nederland niet altijd even gerust hebben onder de oogen gezienniet zoozeer uit vrees voor eene vernietiging onzer onafhankelijk heid als wel uit vrees voor eene iumenging van ons land in den oorlog zelf. Daarom, zeiden wij straksdat men bij’ de beoordeeling der bezorgdheid in den lande moet onderscheiden. Politiek hebben wij vo® Nederland nooit iets geduchtinaar strategisch kon het voor yen der strijdvoerenden van belangrijn Nederland inden krijg te wikkelen. Immers de Oorlog werd door twee naburen gevoerd en het oorlogsterrein kon bij onze grenzen geplaatst worden. Het was mogelijk, dat de overgang over ons grondgebied gevraagd werd en dat die vraag met geweld van wapenen werd gesteund. Het was mogelijk dat de ontevredenen in Hannover aan Frankrijk een geschikte gelegenheid aanboden om te trachten in dat gedeelte van Duitschland voet aan wal te.zetten en ter bereiking van dat doel koude zoo licht de schending van ons territoir no-)dig zijn. Het was mogelijk dat één der oorlogvoerende partijenen het is niet on duidelijk gebleken dat dit in Frankrijk meerma len is beproefd, trachten zou ons in moeilijk heden te brengen en een stok te vinden of den vijand een stok toe te werpen om ons te slaan. Het was mogelijk dat een of ander feit aan een der oorlogvoerenden aanleiding zoude geven de oprechtheid onzer neutraliteit te betwijfelen. A.1 dergelijke eventualiteiten konden zich voor doen en daarom moest men natuurlijk niet zon der bezorgdheid de dingen afwachten, die komen zouden. De eventualiteiten hebben zich echter niet voorgedaan, de loop der krijgsgebeurtenis- sen heeft al die gevaren doen verdwijnende strategische belangen van geene der partijen heeft onze inmenging in de verwikkelingen noodig. Doch nu die bezorgdheid verdwenen iskoes teren wij ook geen enkele vrees meer en moeten wij ten sterkste opkomen tegen den angst, met welken nog vele landgenooten Duitschlands overwinningen gadeslaan. Wij zeiden het reeds straks: Nederland ligt buiten de grenzen der Duitsche politiek. De Duitsche eenheid is reeds zoolang het ideaal der Duitschers geweest, zonder dat zij den weg konden vindendie naar dat ideaal leidde. Hoe- veel mislukte pogingen, hoeveel plooien en schik kun en alles zonder gevolg. Doch daar 1 staat ten man op in Duitschland, die den weg heeft gezien en in zich de kracht voelt den weg te banen. Eerst wordt hij met argwaan aan gezien men houdt zijn politiek voor antinatio naal, men meent dat hij niets anders bedoekt dan Prmsens grootheid ten koste van de overige statendat hij door zijn legerorganisntie het militair despotisme wil vestigen en naast den t Pruisischen koning met zware hand het Dirife sche volk wil drukken. Zoo heeft men ook in Pruisen vóór ea in het begin van den oorlog van I860 Doch toen het licht werd, toen het bleek,wat de graaf von Bismarck wilde, toen heeft Duitsch land zich vast bij hem aangesloten en is het met geestkracht den uieuwen weg ingeslagen. Wij weten wel, dat de inconstitutionneele handelingen van de Pruisische regeering vóór 1866 en de houding tegenover Hannover, Hes sen, Nassau, voornamelijk Frankfort, velen-het hoofd hebben doen schudden over de mtdkMm, met welke von Bismarck zijn doel meende te moeten bereiken. Wij zullen de lantaten zijn om te beweren, dat al die middelen den toets eener zuivere moraal kunnen doorstaanmaar wij willen hier ook niet veroordeelen. Het ligt helaas in den gang van de ontwikkeling onzer onvolmaakte menschelijke maatschappij, dat groote doeleinden niet, zonder middelen van zeer twijfelachtig gehalte te bereiken zijn. Men be hoeft die middelen niet goed te keurendoch msn mag evenmin al het gewicht zijner afkeuring op die persoonlijkheden doen uederkomen, welke, door wie weet welke machten gedrevende bereiking dier doeleinden hebben verkregen. Hij die in de geschiedenis opmerkt, hoevele bloe dige revolutiën, hoevele vernielende oorlogen, hoeveel onrechtvaardige gewelddadigheden noodig zijn geweest om de maatschappij een stap voor- uit te brengenzal moeten erkennen, dat, waar hij met zijn kortzichtig menschenverstand het ganache samenstel der maatschappelijke wetten niet omvatten kan, het hem ook niet te oordeeien alsof hij alle wetten, alle krachtyfc kende. i J De tegenwoordige oorlog zal voor Duitsch land het gelukkig gevolg hebben, dat op den weg naar de politieke eenheid een heel eind weegs is afgelegd. Hij zou dat gevolg hebben gehad, ook al hadden de Duitse^ wapenen het onderspit moeten delvenwant reeds onmiddah* 1 ijk na de oorlugsvei klaring is het gebleken, ba» groot in Duitschland de kracht is, die het naar de eenheid drijft. Daar is een Duitsche nationaliteit en die na* tiortaliteit heeft levenskracht in overvloed, om den grondslag te vormen voor een Duitschen staat, hoe dan ook georganiseerd. Laten wij Nederlanders ons over dit feit ver heugen, want de - algemeene beschaving moet daarbij winnen. Immers de Duitsche natie ont leent haar kracht niet aan kunstmatige toestan den en valscbe ideeën van roem of veroverings zucht, zij ontleent die aan de hooge intelli gentie van het Duitsche volk. Ook wij vormen een nationaliteitdie sterk is geworded door onze geschiedenis en onze lot gevallen in binnenlaudsche en buitenlandsqlie politiekdie sterk wordt gehouden door onze taal en die ons recht geeft op het voortdurend behoud van een zelfstandigen staat, wanneer onze natie toont de kracht te bezitten out dien staat te doen werken tot ontwikkeling onzer Nederlandsche maatschappijen daardoor ook der maatschappij buiten onze grenien. Die kracht moeten wij toonen door de oprechte ou- baatzuchtige samenwerking van allen, ouk bij f ff

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1870 | | pagina 1