N°. 3276. Zaterdag 30 September. 1911. Nieuws- en Advertentieblad voor Zuid-Holland en Utrecht. Eerste Blad. Officieels lemen». ing. IngT en btybe- iw erker k er lezing by Zwaan”, te kt P. v. i». /IA kwaal, 1. 1/ i" Si iven!98; M; ÉMAN, weg 14—16. an een )01.” Onze Kinderen. TOELATING tot de Herhalingsschool. Gemeenteraad van SclioonhMp Intercomm. Telefoon-nr. 20. hirg. en Weth. van rkrygen om verder Och, er komt igenieurs het oude i Raad Weth. reeds Jr.; ons eerst met den En kost :ade 25; o L. PqT S; M Pz.; ÏJTEN; 3T; 'ER; I S. W. N. VAN NOOTEN te Schoonhoven, Uitgevers. II) t- eeft en en Er om te liefde ik het 1 1 mi mi i te ad- meeste SLUIS; FF; Gemeente Schoonhoven. ?NKER; .D Lzn.; UDEN; spreekt iemand •n voor be rekening ES Wzn.; geen bezwaar jooals die door zyn, toe te en i >eken OSTEN; M; —Piek; waard: js geheel moest g houden mee. Nu den cadeau ar ook niet kreeg MI Prjjs per flacon van er, Rot- voor om de gei doet dit ook an Willens waard: verslag; ik heb het me. hebt nu alles wezen; maar ■st laten wegen en »eel verdere strek- -a prae aan willen het gewicht hunner taak voldoende jgeven, dan zullen zij gewoon de aanwijzingen der natuur en acht geven op de raad- WER; I NEP; STOLK maar ook I st-, long- I Ie Abdy- I esmiddel. I sarloosde I groep of I wonder- I dysiroop. I :h en gy I i wonder- I rekenin- I onaange- I gezond- I ;k, k.z. o.k., entje met Utrecht- >ury’e, 1 coll.-patent- SCHOOMOVEWSCHE GOÏÏRAKT. imeenten met de i >EN; JKSING: TE WEG en Weth. gasfabriek 1UDERS der len op Vry- iteden tegen toe- I f 1,25 ter ir. verleent, dan handelen. indertijd ook gevraagd, doch 1 over de oorzaak sdoeling van Burg. ii Ifjder maakt Ie Asthma iekte, die die feite- door zün gedrukt i kenmer- alyke be- moeilyke oei, alsof hmalyder heeft veel voeten en xiysiroop, iet eenige i geneest liddelen, ft. Iedere ten aanval ast op de makkelijk men eep rd y siroop, it om de ik los te krijgt en an halen Asthma- t gebruik espeuren, s, dat hun jsen; één eeds, on- jk gevoel wannepr de maatschappij bet voor hen opeischt. Wij hebben wederkeerig elkander te verplichten, het groote werk der opvoeding niet te verwaarloozen, maar integendeel, daartoe bij te dragen naar de mate van ons kunnen en op de wijze, voor- gescbreven door de omstandigheden waar onder wy verkeeren. Deze solidaire aan sprakelijkheid voor de verheffing van het menschengeslacht, in de eerste plaats van de groepen met welke wy het meest in aanraking komen en waarop het ons moge lijk is invloed te oefenen, is de echte toe passing der broederschap. Onze kinderen hebben verstandige op voeders noodig. En welke oude en nieuwe denkbeelden ook bij het werk, aan hén te verrichten, een toepassing zullen vinden, in de eerste en voornaamste plaats zullen dat toch altijd de ouders zijn. Hebben dezen zich van rekenschan gej lijk, mits zij slechts volgen, gevingen van degenen, die van bepaalde deelen van bet werk studie hebben gemaakt, goede resultaten bereiken. Het heerljjk woord van Heye: „Kind’ren moeten kind’ren zijn, zullen ze eenmaal menschenworden!” zij het uitgangspunt. De meest kenmerkende karaktertrek van gezonde, normale hinderen is blijdschap. Geef hun boven alles een bljjde jeugd. Minder dan men denkt hangt dit af van de uitwendige omstandigheden. Zeker, waar zorged nijpen en in de aller eerste levensbehoefte niet of onvoldoende, kan worden Voorzien, is het niet mogelijk, van het kinderleven de schaduwen verwij derd te houden. Laten wij aan de groote vyandin van de volksopvoeding niet de macht ontzeggen, die ,zü werkelijk bezit, laten wy de voldoening aan weaschen, waarvan de gegrondheid door niemand kan worden ontkend, in verband brengen met de grenzen der mogelijkheid, maar bo venal, laten wy medewerken, zoo krachtig mogelijk, aan het uitzetten van di« grenzen. Er wordt wel het een en ander gedaan, om aan misdeelde kinderen eenige blijde uren of dagen te verschaffen; men rergete niet dat dóór een arbeidsveld ligt, uitgestrekt als de woeste gronden van Nederland’s bodem, die ook niet meer verkeeren in den vroegeren staat van ongereptheid, maar toch nog aller handen werk vragen. Dit wél in het oog houdende, kunnen wy verder gaan, en ons richten tot de oudegs, wien, hetzij bescheiden, hetzjj ruimere mid delen ten dienste staan om den kinde ren te geven wat des kinds is, het een groote vreugd is ben in het genot te stellen van „een blijde jeugd". Eigen aardig, maar toch ook wei te verklaren is het, dat het gevaar van te veel te doen en te overvloedig te geven zeer groot is. Ook in geestelijken zin is het waar, dat veel menschen ziek worden door overvoeding, veel kleine menschen vooral. Als aan alle begeerten gehoor wordt gegeven, verliest het vervuld verlangen zyn aantrekkelijk heid. Er zijn kinderen die reeds op een leeftijd, die de waardeering van het genotene onmogelijk maakt of, waar dit vermogen wél bestaat, het gevoel voor later te smaken geneugten vursttjjjipt raakt, het beste krijgen wat op het gebied van feestjes, van reisyes, van allerlei uitspanning te smaken valt;die ge schenken ontvangen waarvan de betrekke lijke kostbaarheid hen minachtend doet neerzien op hetgeen anderen van geringer waarde ontvangen. Dat alles is in hobge mate af te keuren. In het aanbrengen van verheuging door stoffelijke middelen moet de matigheid worden betracht ten einde de gezondheid niet te benadeelen. Menigeen heeft het bij ondervinding, dat wy hier gelijk hebben, doordien het voor kwam dat de aanbieding van iets bijzonder^ of de toezegging van een pretje met zekere koelheid werd ontvangen. Het kind werd dan in stilte beschuldigd van ondankbaar heid. Misschien was dat niet geheel ten onrechte, ma^r aan wie behoort dat ge weten te worden Met een niet ongepaste beeldspraak wordt vaak gezegdDe kinderen worden gauw groot tegenwoordig. Welnu, dat moeten zij niet: ontijdige wasdom loopt op schade uit. Laat hen kinderen blijvep, tevreden, opgewekte, blijmoedige kinderen, i totdat de tyd daar is waarop zij behooren op te houdgn het te ijjn. Een gave, met welke wy niet zuinig heb- i ben te zyn, die wy kunnen verstrekken zonder #le minste beperking, en die hetgeen wy er van behouden meer doet worden dan t vóór wij haar schonken, een gave, die l ook den arme ten dienste staal, dal is die der, in het kinderleven als een zonne- straal doordringende liefde, die het vriende- Prijs der Advertentiën: Van 1 tot 5 regels ƒ0,50. Iedere regel meer ƒ0.10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco uiterlijk tot Dinsdags- en tot Vrijdags-namiddags 4 uren. Alle binnenlandsche Advertentiën voor 3-maal plaatsing opge geven, worden slechts 2-maal in rekening gebracht. Deze Courant wordt des Woensdags- en des Zaterdags morgens uitgegeven. Prijs: voor Schoonhoven per drie maanden f 0,75. Franco per post door het geheele rijk 0,90. Men kan zich abonneeren bij alle Boekhandelaren, Agenten en Brievengaarders. ben beslist op te Ammerstol, zooals in het werd vermeld. De gemeente-rekening over 1910 wyst een batig saldo aan van f 2234,87. Veel beter dan vroeger wordt ingezien, dal het belangrijkste werk, hetwelk wy te verrichten hebben, de vorming is van het opkomend geslacht. Tevens is het dat, tot welks trouwe, ruime en verstandige be hartiging, aansporingen niet overbodig zyn in de eerste plaats, omdat tal van menschen er de booge waarde niet van beseffen, tal van anderen, ofschoon door het feit dat zy een gezin hebben gevormd, tot de ge roepenen behoorende, er nog tamelijk vreemd voor staan. Met de toekenning van den voorrang aan het opvoedingswerk is geenszins bedoeld, de waarde van allen anderen arbeid te ver kleinen. By het aanschouwen van de hooge vlucht, die in onzen tyd op elk gebied de werkzaamheid neemt, van den reusachtigen omvang van hetgeen zy voortbrengt, van de wonderen der techniek, ontstaan door het samengaan van geestelijk vermogen en stoffelijke krachtsaanwending, zou dat een voudig dwaasheid zyn. Maar op dien weg moet voortgeschreden worden. Dat het geslacht van heden zooveel meer vermag dan de voprbygegane generaties, ligt niet alleen hieraan, dat het meer heeft gevonden om op voort te bouwen, meer heeft geërfd om als nieuw werkkapitaal te benuttigen, doch beslist ook aan de betere voorbereiding die het heeft genoten en aan het hooger gele gen aanvangspunt, vanwaar het zyn tocht door het maatschappelijk leven heeft kunnen aanvaarden. Aan deze, krachtiger dan hun voorgangers toegerusten, is daarmee tevens de ver plichting opgelegd, voor het behoud en de vermeerdering te zorgen van hetgeen wy den/gemeenschappelyken aanleg kunnen noemen. Er moet zyn een voortdurende stijging, een nimmer ophoudende toeneming; nooit zal het oogenblik dóór zyn, waarop men zal kunnen zeggen: Nu is 't genoeg. Er is misschien in ons zekere neiging, om by het zien van de verbazende ontwikkeling en uitbreiding van vele dingen binnen een betrekkelyk korte tijdruimte terug te schrik ken voor nog snelleren gang in de toekomst, dien men zich dan licht als duizelingwek kend voorstelt; het mag toch ondersteld worden dat wy ons deswegen niet ongerust behoeven te maken. Zy, die na ons komen, zullen dat wel regelen. Wat ons betreft, wij hebben, benevens tde zorg veor de handhaving vah den eigen gang, ons te beyveren om te maken dat van de jongeren van wie het te voorzien is dat nog meer zal gevergd worden, de krachten evenredig zullen zijn aan de hun opgelegde taak. Zy moeten in lichamelijk en geestelyk opzicht beide, onze meerderen worden. Het is duidelijk, >dat hetgeen wij aan onze kinderen doen, beslag legt op de waarde, laten wy het rfiaar noemen de geldelijke opbrengst onzer arbeidsproducten, en dat wy dus, meer dan de vroegere ge slachten deden, voor de toekpmst hebben te werken. De klacht is niet ongewoon, dat tegenwoordig de kinderen veel kosten, In het midden lafende, of dat meerdere steeds zóó wordt aangewend dat er ietó nuttigs en blijvends mee is verkregen, moeten wy toch zeggen, dal zy daar recht op hebben, een recht, dat hun betwist zou kunnen worden als zy het persoonlijk deden gelden, dat evenzeer vaststaat, BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Schoonhoven maken bekend, dat de aan gifte tot toelating van leerlingen voor het Herhalingsonderwyswaarvan de cursus voor de Meisjes begint op 1 October en voor Jongens op 1 November a.».kan geschieden ter 'Secretarie eiken werkdag van 10—12 uur. Schoonhoven, 25 Sept. 1911. Burgem. en Weth. voornoemd, P. GREUP, l.-B. De Secretaris, A. R. VEEN ST RA. we na aan de i verheerlijkt t zoo; laten w dan kan het geredeki m. oren recht gezet kan worden moet dan maar uitzoeken; we hebben acht van een toren, maar leer H. M. den U ijl: Toch heel wat dan dat ding dal u voorgesteld hebt, j leelyk is om aan te zien. (Gelach). P. van Sonsbeek: Dat is een ■zo, mijnheer de voorzitter, dat ik niet zal hooren. Het zou wel een schande zijn om te heworan dat onza moderne bouwkundigen niets meer presteeren. Het zou zyn of de tegenwoordige bouwers niets meer konden voortbrengen; ik verzeker u evenwel dat de tegenwoordige ingenieurs wel iels kunnen bouwen, dat voor niet op zij behoeft te gaan. ïk voor mjj zie in al die overdreven 1: voor bet oude een domme liefde, laat il noemen een soort apenliefde. Men restaureert nel zoo lang totdat het in elkailr zegent. De heer C. ,CL. van Willenswaaj’d: Mynheer de voorzitter! Ik stel voor, Burg, en Weth. tq,, machtigen nader met den ingenieur te correspondeeren. De voorzitter: Het was te bezien dat de sluizen der welsprekendheid bij dit punt zouden opengaan. Het ging echter niet zelf; het Was alleen de bei w en Weth. machtiging te ontvangen. We hebben .een brief ontvangen, cn nu is de vraag gerezen of die brief den Raad geen aanleiding geeft om Burg, en Weth. te machtigen daarop in te gaan. Nu heeft de heer Van Willenswaard ge vraagd of niet eerst met den Ryksarchitect gecorrespondeerd worden, maar daar a Burg, en Weth. vanzelf rekening moei de Raad ons machtiging geven om verder te correspondeeren. De hees P. van Sonsbeek: dal geld? De v o o r z i 11 Wordt het Wordt zont gekeurd. liter: Ja, briefport. (Gelach), t goedgevonden? ider hoofdelijke stemming goed- De voorzitter: Hiermee is de agenda afgeloopen. Heeft een der heeren nog iels? De heer C. L. van Willensivaard: Ja, mynheer de voorzitter, nu we toch bij elkaar zyn wou ik wel iets vragen. Ik heb ontvangen van Burg. een verslag vhn den toestand der en waterleiding. Ik vind het wel de moeite waard om bij enkele dingen even stil te staan. De voorzitter: Dat is behandeld; de rekening is goedgekeurd en nu vindt u alles weergegeven in dat verslag» De heer L. van Wil lens waard: Ja, maar er zyn toch enkele.... De voorzitter: U hebt daar bij elkaAr de rekening van ontvangsten en uitgaven, de exploitatierekening, de winst-en verlies rekening en de balans. U hebt zelf medegewerkt om de reke ning c. s. goed te keuren. Een stem: Je kunt het by de begrooting doen. De voorzitter: De rekening is goed gekeurd. De -heer C. L. v Maar dit is toch een gedrukt en ingenaaid voor De voorzitter: Ja, u b(jeen. De heer C. L. van Willenswaard: Nou, ik wil wel wachten tot de volgende begrooting ook; maar zoo ik het hier heb, heb'ik alle finesses bij elkaar. als de heeren beter vinden om het later te doen, is het my ook goed. De voorzitter sluit de vergadering. Verbetering. Gedeputeerde Staten heb- het beroep van A. Zanen C.zn. en niet van C. Zanen H.zn., vorig nomtner abusievelijk Dit nomnier bestaat uit 2 bladen. Ryksarchitect en doet heeft geen cent gekost. Burg, en Weth. of een het dan doen, de zaak willen ienen ze, alvorens dien inge- ;en, den heer Mulder te i geheel belangeloos zyn urg. en Weth. aan den Raad •leggen, moeten zy eerst des- plegen, eerst correspondeeren Mulder die geheel kosteloos geeftdat is veel beter. Burg, en Weth. eerst hem r-.gen, en het antwoord is van dien lat de heer Mulder adviseert om er niet of wel op in te gaan, dan weten we lyk gebaar en het aangenaam woord als openbaringsvorm, die de aanhoudende zorg als werktuig bezigt die zich uitspreekt in ieder moment van het gezinsleven. Zij drukke zich uit zónder ophef, zonder ge- leenden tooi; zy trekke niet een kleed aan dat een oogenblik later kan worden afgelegd. Ook hier is de natuur de leidsvrouw by uitnemendheid. Een vraag, die zich hier voordoét, eischt beantwoording. Moeten wjjom by onze kinderen de blijmoedige stemming bewaard te doen blyven, den indruk onzer zorgen van ben verwijderd houden? Hebben wij, om dit te bewerken, bun zelfs dan een vroolyk gelaat te toonen, als wy onder leed gebukt gaan? Eigenlijk is het antwoord reeds gegeven door de natuur de haar toekomende plaats toe te wyzen. Voor onze kinderen hebben wy geen comedie te spelen. Er zyn redenen van bezorgdheid, waarvan zij onkundig be hooren te blyven, hetzy omdat zij ze niet begrypen, hetzy ook wyl zy er de gevolgen niet van kunnen overzien. Nog dit komt er bij, dat ook het kinderleven zyn ver drietelijkheden aanbiedt; voegen wjj daar nog de onze aan toedan wordt de kinder lijke blijmoedigheid al te zeer bedreigd. Doch niet zy vergeten, dat de kinderen leden zijn van het gezin; dat medegevoel niet mag worden verstikt, maar moet wor den opgewekt; dat de ernst des levens, in latere jaren, den jeugdigen mensch fel zou treffente zwaren schok zou toebrengen aan zijn vatbaarheid voor blijdschap, indien hy niet, langs den weg der natuurlijke op voeding, was voorbereid geworden. Is het waar, dat ook hier groote ongelijkheid beerscht, en dat niet in elke leerschool even strenge meesters optredendat de jeugdherinneringen des eenen veel meer zonneschijn bevatten dan die van den ander het pad heeft beschenen, n'ergens geheel ontbreekt de weemoed» die de levensvreugde de zachte overgangen geeft waardoor z^j in aantrekkelijkheid wint. En niet het minst te benyden zyn de kinderendie dat door leefden op een wyze, bevorderlijk aan hun geschiktmaking voor het mensch-zijn. Eén zyde van het opvoedingswerk hebben wy hier getracht wat naar voren te brengen. Het onderwerp lokt tot verdere bespreking. op Woensdag 20 September 191^r des namiddags twee uur. Vervolg en slot van no. 3275. De groote toreu. Voorgelezen wordt een schryven van den ingenieur A. Morglia te Brussel, dat in ons vorig nommer werd vermeld. De voorzitter: In de voorlaatste ver gadering heeft de Raad een besluit genomen, dat geen juist besluit kan genoemd worden. De Raad is geëindigd met i^in te nemen een voorstel van een uwer medeleden om voor de volgende vergadering plan A aan de orde te stellen, geamendeerd door den heer Van Willenswaard en den heer Kort land die van zijn voornemen nader heeft afgezien. Nu is aan de orde alleen de vraag of deze brief den Raad aanleiding geeft, aan Burg, en Weth. op te dragen om, alvorens plan A aan de orde te stellen, voeling te houden met den ingenieur Morglia. Zoo ja, dan zullen zij zich door den Ryks- architect doen voorlichten. De heer H. M. den Pyl: Mynheer de voorzitter! Ik ben er zelf wel met bjj ge weest,' doch heb in het raadsverslag in de krant gelezen dat de Raad in beginsel be sloten heeft tot scheiding van kerk en toren, waardoor plan A vervallen is. Nu gaat het toch niet om maar weer plan A in behandeling te nemen, tenzy de Raad eerst op zyn eigen besluit, dat hy voor een paar weken genomen heeft, terugkomt en dit intrekt. Plan. A kan nu niet in behandeling ge nomen worden. Ik kan mij er echter zeer goed mee ver- eenigen dat aan die Belgische ingenieurs in lichtingen gevraagd worden naar hun plannen tot het recht zetten van den toren, op welke h<jer W(j«> zil uitvoering vin dit werk 'bela„ |0 denken, en ook of zy rekening hebben ge- houden met den toestand van den onder grond en zoo voort; verder de voorwaarden waarop zy bet werk willen uitvoeren en begrooting van kosten. Ik zie er dan ook volstrekt g in huik een stel teekeningen, zo< den heer Mulder verstrekt zenden. .De voorzitter: De Raad heeft onlangs in beginsel besloten om de gebouwen van toren en kerk te scheiden, dus daarmee zal rekening moeten .gehouden worden bij een eventueel plan. Burg, en Weth. komen dan by dpn Raad met een nader plan. Het is ook mogeljjk om met plan A rekening te houden. Ik had dien ingenieur een briefkaart ge zonden omdat ik vernomen had dat hij hier was geweest zonder bij my te komen, nóch bit den president-kerk voogd, nóch op bet stadhuis. Ik heb daarop antwoord ontvangen, dat fabrieken aanbieden om plannen begroetingen kosteloos te leveren. wordt niet altyd op ingegaan; het is altijd een risico voor hen, doch zy doen zulks natuurljjk in de hoop dat er een opdracht op volgt. Ik geloof niet dat ze het in rekening zullen brengen; wanneer hun plan goedge keurd wordt, rekenen zij natuurlyk op de uitvoering. De heer P. van Sonsbeek: Mynheer de voorzitter! Deze discussies zjjn mijns inziens geheel niet noodig. Ik heb in de voorlaatste vergadering een voorstel gedaan (vóór dat ik het aanbood heb ik eerst uw persoonlijk advies gevraagd) dat nu in handen is gekomen vunr den Raad en dat heel wat verstrekkender is dan het voorstel dat de heer Van Willenswaard nu doet. Wat hier nu gesproken is zou ik mis schien voor te vinden wezen; maar we moeten het zwaarste eersi myn voorstel heeft een vet king; daarom zou ik er de geven. Het is te probeeren om het prachtige monument (volgens de adressen) aan den Staat cadeau te geven. De Staat is er mis schien zeer op gesteld en het zou in elk geval te probeeren zyn. De heer H. M. den Uyl immers toch niets van. De heer P. van Sonsbeek: Dat isiets anders, maar we moeten ze in elk geval het vuur na aan de schenen leggen. Men verbeerlykt de laatste dagen inagnifleken toren zoo; laten we hem cl geven, dan kan het geredekavel hiei geëindigd wordei Of de ton de Staat een prat De he mooier dat te De heer intermezi hij slechts heel koit hier is geweest. Ik heb ook geschreven niet ongenegen te zijn met bem verder te spreken. De voorzitter leest het ontvangen ant woord voor en vervolgt dan: Autorisatie heb ik hem zoo voetstoots maar niet gegeven. Nu is de vraag of Burg, en Weth. van den Raad autorisatie verkrijgen om verder met hem alles te bespreken. De heer P. van Sonsbeek: In de eerste plaats wil ik vragen of het ook maar één cent zal kosten als Burg, en Weth. met dien Franschen ingenieur in contact, komen. Zoo ja, dan ben ik er beslist tegen. De voorzitter: Ik zal daarop ai woorden met een vraag, en wel dezeHei het onderzoek van den ingenieur Ter Riele ook geld gekost, ja of neen? Ik, meen dat het toch van zelf dat, wanneer het gemeentebestuur uitnoodigt om herwaarts te komei sprekingen, die persoon dat in brengt. We zouden den brief ook anders kunnen inrichten. De heer H. M. den Uyl: De commissie heeft den heer Ter Riele uitgenoodigd om plannen te maken, en deze heeren bieden zich aan; zij verzoeken om een plan te mogen maKen. Dit maakt een groot verschil. De voorzitter: We zouden den brief zóódanig kunnen inrichten dat hy plannen kan indienen mits die gratis gegeven worden. De heer P. van Sonsbeek: Ja, dan ben ik er voor. De heer C. L. van Willens waard: Mynheer de voorzitter! Ik kan me er niet mee v'tereenigen. U hebt zoo juist gezegd dat de commissie den heer Ter Riele ge vraagd heeft, maar dat is niet juist. De comnvssie, waarvan ik de eer had voorzitter te zün, was met den heer Mulder in onder- handeling en deze adviseerde den heer Ter Riele. De heer Mulder is P"ï alles belangeloos; dat heeft Wanneer nu cóftimissie, wie behandelen, dit nieur te raadplegt schryven die dan advies geeft. Wanneer Bur een plan voorlD| kundige» raadplt met den heer I* een advies Wanneer raadplege" aard, da* wat te doen. Hy is er vrt viseeren, en dt welwillendheid. De voorzitter: Dat beteekent dus priori Burg, en Weth. voor te schryven hoe zy uitvoering hebben te geven aan ’s Raads besluiten. Dat kan toch nooit de bedoeling zjjn. Het is hier eenvoudig de bedoeling of de Raad Burg, en Weth. machtigt, opdracht geeft om verdere stappen te doen. We kunnen den Raad er niet buiten laten, maar, zooals de heer Van Willenswaard wil, zouden Burg, en Weth. de dienaren van den Raad moeten worden en telkens met vragen komen. Natuurlyk zullen we Ryksarchitect verstaan. Staan Burg, en Weth. dan op het stand punt dat zy als kleine jongens telkens moeten vragen: Vindt u dit goed, vindt u dat goed? Als. de Raad volmacht kunnen Burg, en Weth. ham De commissie heeft i telkens machtiging een blanco crediet. De heer C. L. van W i 11 e n s w a a r d Wy zyn toen met de kleinste finesses hier in de vergadering gekomen. Het is ook niet hetzelfde als met de commissie. Dien ingenieur heeft d<* heer Mulder ons aan gewezen. De heer Mulder geeft kosteloos advies; hy is er voor, en nu ligt het op onzen weg, vóórdat we hier op ingann, om eerst eens bij hem te informeerem Dan kunnen we verder zien. De v o o r z i 11 e rIk heb dat, reeds ge zegd. f De heer C. L. van Willenswaard: Ik heb het niet gehoord. De voorzitter: De Ryksarchitect is op myn verzoek gekomen. Het spreekt dus 'van zelf dat de beer Mulder niets in reke ning brengt. De heer C. L. van Willens' r Mulder doet altyd alle: udangeloos. De heer H. M. den Uyl: Ik ben hel in dit geval niet eens met den heer Van Willenswaard. Ik geloof dat hel beter is eerst aan de Brusselsche heeren te vragen wat zyn uw pjannen en hoe denkt gij die uit te voeren? Wanneer wy dat weten, laten wy dan den heer Mulder vragen om advies over die plannen, of hy ze uitvoerbaar acht of niet. Als wy zóó aan den Heer Mulder schrijven dat we een brief,van een paar Belgische ingenieurs ontvangen hebben die aanbieden den toren recht te zetten, en hem vragen: wat dunkt u er van? dan zal hy te'recht zeggendaar kan ik zoo niet over oordeelen, ik moet eerst hun plahnen enz. kennen. Het is dus myns inziens het beste eerst naargBrussel te schryven om nadere inlich ting^. De heer C. L. van Wi 11ens waa r d Het kan tóch niet; wat zal het niet kosten. De heer H. M. den Ujjl: Men leest zoo dikwy Is advertenties, waarby maatschappijen Maar ter De den heei ik de eer hai i heer Mulder

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1911 | | pagina 1